Dc spoorweg tussehen Coblcntz en Bingen zal op den 15Jcn dezer pleg- tig geopend worden. In Baden is het concordaat, tussehen de regering en den Pauselijken stoel gesloten, afgekondigd. Het is gelijkluidend met die van Oostenrijk en Wurtemberg. Dc erfgenamen van wijlen den heer Kunz, den Zwitsersehen spinner- koning, zullen op hunne kosten eene slerrewacht te Zurich doen bouwen. De staat zal verder de inrigting op zich nemen. De Zweedsehe regering heeft aan de vertegenwoordiging een ontwerp voor den aanleg van spoorweglijncn aangeboden. Er zuilen twee hoofdlijnen worden aangelegd, waartoe men 25 millioen rlh. meent noodig te hebben. Voor deze uitgave zal men trachten 20 millioen uit het buitenland te ver krijgen. OOSÏESRUH. WEENEN, 5 December. De prins van Oranje heeft Zalurdag 11. het munt- en penningkabinet, de musea van natuurlijke historie en mineralogie, de keizerlijke stallen en ver scheidene andere merkwaardigheden der hoofdstad bezocht; des namiddags heeft hij deelgenomen aan eene wilde-zwijnenjagt. De prins zal waarschijn lijk Woensdag aanst. deze hoofdstad verlaten. Bij besluit des keizers is bepaald dat de Israëlitendie in het huwelijk willen treden, daartoe de bijzondere vergunning der plaatselijke besturen niet meer behoeven. Bij dit besluit zijn tevens de huwelijken onder Israë liten die zonder vergunning dier besturen geslotenen dus onwettig waren als wettig erkend. De eerste storting van de 40 millioen fl.waarvoor Frankrijk bij het vredesverdrag borg is gebleven, wordt nog in deze maand verwacht, en zal dienen om aan de bank de 20 millioenen terug te gevendie door haar aan den staat geleend zijn voor de Engeisehe leening. Het blijkt thans meer en meer dat de onlangs uitgevaardigde verorde ning op de drukpers voob de dagbladen ongunstig is, vooral nu men begint met hare bepalingen op eene gestrenge wijze ten uitvoer te leggen. De IV. Nachrichtedie de Ooslenrijksche wetgeving hadden besproken, en het dagblad der Telegraph hebben reeds waarschuwingen ontvangen. To unite education with labour is one of the most desirable objects that can possibly command the attention of the leading minds of the age. Education and Labour W. Walker. EE3T BECJIBL Dezer dagen heeft de Leidsche Courant herigt dat de Kerkeraad der Ned. Herv. Gemeente alhier besloten heeft pogingen te zullen aanwenden ten einde de fabrikanten en werkbazen te bewegen om geene kinderen aan te nemen op een zoo jeugdigen leeftijdals thans dikwijls het geval is. Met genoegen zag ik dat bovengenoemd collegie de aandacht op een be staand kwaad gevestigd heeft, maar... het zij mij vergund eenige opmerkin gen te makeD. Hetgeen ik dezer dagen antwoordde aan een geacht openbaar onderwijzer op zijn beweren dat kinderen toch wel tol eenige voldoende ontwikkeling konden komen indien men hen niet te vroeg d. i. niet voor dat zij den ouderdom van 12 jaren bereikt hadden van de school nam, maakt mijne eerste opmerking uit. Hoewei ik op zijn beweren een toestemmend ant woord gaf, moest ik de vrucht van het onderwijs in twijfel trekken, indien aan de kinderen geene gelegenheid gegeven werd om het geleerde te behou den en op de gelegde gronden voort te bouwen. Ware dit het geval, wie zou dan zijne stem tegen het arbeiden van kinderen op fabrieken durven verheffen. Ware het een stelsel waar arbeid noodzakelijk verbonden bleef met onderwijsdan zou het eer goed dan af te keuren zijn. De ervaring leert dat deze verbinding geen plaats heeftwant voor de meeslenwan neer zij den nieuwen werkkring zijn ingetreden, is de tijd van leeren afge- loopcn. Voortaan zijn zij alleenlijk gehouden van herhalingscholen toch wordt schaarsch gebruik gemaakt lot een arbeiden dat door zijne cen- toonigheid geen de minste ontwikkeling voor het verstand oplevert. Zulks noem ik treurig, want is het onderwijs goed geweest en is het in goede aarde gevallen, dan heeft de plant behoefte gekregen aan meerdere sappen, ten einde welig op te grOeijen en lot verdere ontwikkeling te komen. Im mers, waar door arme of rijke iets is geleerd, daar is behoefte opgewekt om meer te leerenen aan deze kan bij velenals zij de fabriek zijn bin nengetreden niet meer voldaan worden. Zou het derhalve niet wenschelijk zijn dat hun eenige vrije tijd gegund werd, opdat zij door herhaling en aankweeking van het geleerde in ontwikkeling verder kwamen. Deze vrije tijd en dit is mijne tweede opmerking zou voor hunne ligchamelijke ontwikkeling ook zoo dienstig zijnwant wat is er van een kindergestel te verwachten dat dag in dag uit in een warmen en onzuiveren dampkring op luchtversching wordt nog te weinig gelet lang en aan houdend staande moet arbeiden. De gezonde en natuurlijke ontwikkeling van het ligchaam wordt daardoor tegengegaanen de groei belemmerd omdat het staande arbeiden een nadeeligen invloed op de onderste lede maten moet uitoefenen. Een klein en krachteloos geslacht moet daar uit geboren wordenzoo als zich zulks in de fabriekdistricten van Frankrijk en van Pruissen geopenbaard heeft. Toen het de aandacht van koning Frederik Willem III getrokken haddal de fabriekdistricten hun verschuldigd aandeel in de troepen van het leger niet konden voltallig ma ken, en de landbouwdistricten genoodzaakt waren het ontbrekende aan te vullen, door dat in deze meer gevonden werden die de voor de dienst gevorderde lengtemaat hadden, werd er, omdat dit verschijnsel aan den fa- briekarbeid van kinderen moest worden toegeschrevenop 9 Maart 1839 eene wet lot regeling van hun arbeid uitgevaardigd. Toen men in Frankrijk de moeijelijkheid begon in te zien omeen naar de bevolking geëvenredigd aantal, recrulen voor het leger uit de fabriekdistricten aan te werven, en toen men aldaar aandachtig werd op het arbeiden van kinderen en jongelie den in fabrieken, bood het ministerie op 11 Jan. 1840 de kamer der Pairs een ontwerp aan, 'twelk met eenige wijziging op 22 Maart 1841 als wet werd afgekondigd. Voor dat bovengenoemd ontwerp ais wet was aangeno men was het in handen eener commissie gesteld. Namens deze bragt de baron Charles Dupin een rapport uit, waarin hij van Engeland's voor- VERGADERING van den Gemeenteraad van Leyden, Zalurdag den 10den December 1859's namiddags ten 2 ure. Onderwerpen: 1°. Benoeming van leden voor de Commissie tot liet teekenen en afgeven van certificaten voor de nationale militie. 2°. Benoeming van 4 leden voor de Plaatselijke Schoolcommissie. 3°. Voordragt tot af- en overschrijving op de begrooting van 1859, tot vin ding der kosten veroorzaakt door het heerschen der Cholera-Asiatica. 4°. Voordragt omtrent het maximum van den onderstand voor 1860. 5°. Voorstel om hij adres aan L. ffi. het verleeuen van concessie lot den aanleg van een spoorweg van Leyden naar Woerden te bevorderen. 6°. Adres van B. van der Horn Jz. qqom afschrijving van plaalsel. directe belasting over 1859. 7°. Adres van de wed. J. van Tertholenom eene gratificatie. 8°. Adres van den pachter der waaggelden J. van Berkel, om ontslag als zoodanig. Burtjcviijfss &tanb. Van den 1 t<>4 en met den 8 ffiecemlser 1859. BEVALLEN: M. van den Burgh, geb. Noordermeer, Z. M. Golz, geb. OudshoornD. P. C. Rienstra, geb. Brand, Z. H. J. F. Creyghlongeb. de Meere, D. C. Smaling, geb. van Dissel, D. S. Niehot, geb. BinkZ. F. van der Mark, geb. de VriesZ. J. van der Kleygeb. Lussi, Z. M. de Kier, geb. DuykersD. J. Jansengeb. Planje, D. II. den HoedD. A. de Groot, geb. Roomberg, D. C. Heymans, geb. van Heusden, Z. II. Hoekstra, geb. de Haan D. II. M. van der Boog, geb. PlattelZ. J. Berlen- bach geb. Heusden D. C. M. Spijker, geb. Duyverman Z. C. M. Ober, geb. de KierZ. S. E. Oleff, geb. Verhagen L. C. J. van Erkelgeb. Mul der Z. P. BekooyD. W. Mizeegeb. Verlind D. J. Rijke geb. Ha maker, Z. J. Neuteboom, geb. Rietbergen, Z. C. E. van Ouleren, geb. Schuurman Schimmel, Z. M. J. Breebaart, geb. Boczaart, Z. C. Doove, geb. van LisD. M. Fakkelgeb. TaffijnZ. J. Broomansgeb. Broomans D. M. J. Egberts, geb. Knaap, D. G. II. Brizee, geb. Mol, Z. 1. C. van Beekgeb. VermunichtD. GEHUWDW. A. F. MarytWedr. en E. M. Verhoeven Jd. OVERLEDENCallO Kok 77 j. Calh3 de Laaf, 84 j. J. C. A. Outshoorn, D.7 m. J. Brugman Z.bijna 13 m. J. Goedeljee, 48 j. W. Robijn D.8 d. W. Zwaan D.13 m. A. Haakman Z.2 m. E. J. van Born 60j. A. de HaayZ., bijna9 m. M. 'lHooft, geb. Zalm 75 j. G. Kok geb. Vinkenstyn81 j. C. Ramak geb. van El', 68 j. -E. van Loon geb. Schoute, 82 j. C. van der Graalf, geb. Moerinkx86 j. Wijntje Windhou- wer, 75 j. M. A. Cornelisse, geb. Smit, 64j. A. Heemskerken, 68j. T. J. BernardD.10 m. C. Schoutengeb. Delfos31 j. J. M. van de Laar, zorgen ten behoeve van fabriekskinderen het volgende zegtTerwijl Groot Brittannië het eerste voorbeeld gaf van de vaststelling eener wet tot bescher ming van kinderen die in de fabrieken arbeidenen deze maatregel nam zonder te wachten of andere landen baar zouden navolgenbeeft men daar geenzins bevonden dat zij de vooruitgang belemmerde in die lakken van nijverheid op welke regeling van den arbeid was vastgesteld, maar integen deel opgemerkt dal deze takken groeiden en bloeiden met een kracht die viermaal sterker was dan die in andere takken van nijverheid." Wat nu de aanleiding tot wettelijke regeling in Engeland betreft, deze was minder egoïstisch dan die in de beide bovengenoemde landen. Men was daar begonnen in te zien hoe door Arkwright's uitvindingen eene om keering in het stelsel van arbeiden bad plaats gehad. Van den huiselijken haard in de kleine arbeidswoningen werd de nijverheid naar fabrieken over- gebragt. Daarheen kon het toezigt der ouders niet volgendie nu niet meer het werkdat zij hunne kinderen lieten doenkonden inrigten naar hunne krachten en ligchamelijke ontwikkeling. Een algemeene regel werd op de fabrieken voor jong en oud voorgeschreven. Op dien regel men zou het hebben kunnen verwachten zou voor den jeugdigen arbeider, van wege zijne mindere krachten en behoefte aan onderwijs, eene uitzon dering hebben moeten worden gemaakt. Zulks was echter het geval nieten daarom trok het onnatuurlijke om een kind gedurende denzelfden tijd als een volwassene te laten arbeiden de aandacht (als zijnde zulks onbestaan baar met ligchamelijke ontwikkeling en zedelijke verbetering) en had eene wettelijke voorziening ten gevolge, waarbij het stelsel van mindere werk uren met geregeld schoolbezoekvan arbeid met onderwijs verbonden werd aangenomen. Hoezeer ik dan ook de bedoeling van den Nederd. Herv. Kerkeraad toe juich om althans te trachten het gebruik van kinderenop eenen zoo jeugdigen leeftijd als thans dikwijls het geval is, tegen te gaan, zoo komt het mij voor dat er geene genoegzame vruchten kunnen verwacht worden, zoo niet tevens de bemoeijingen worden uitgestrekt over de volgende punten: dat kinderen niet zoo lang zullen werken als de volwassenen; dat zij bij voortduringzoo zij reeds eenig onderwijs genoten hebben de school zullen bezoeken; dat zij die nog niets geleerd hebben, niet zullen aangenomen worden, tenzij arbeid met onderwijs voortaan verbonden zij. Op deze wijze zou iets dat nu voor kinderen zeer nadeelig is, dan voor hen voordeelig wordenmaar gaat men voort met de kinderen te gebruiken zoo als het thans het geval isdan zullen rijpere jaren zoo zij die eens bereiken voor hen vruchteloos zijn, omdat zij, wat hunne ligchaams- kracht en verstandelijke vermogens betreft, altijd op eene kinderlijke hoogte zullen blijven slaan. Leiden, 30 November 1859. Mr. SAMUEL LE POOLE. 9TAB8- BBKIGÏB5I,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1859 | | pagina 3