LEYDSGHE courant; 1859. Courant wordt MaandagWoensdag en Vtijdag uitgegeven. Die van Maandag komt uit Zaturdag Avond. YRIJDAG 2 DECEMBER. N'144. /|W§ i;tV A S p? j 9 >- 'O.S.! De Prijs der Courant is ƒ12 «m het jaar f de afzonderlijke ISommers worden tegen 10 Centen afgegeven. BINNENLANDSCRE BERIGTEN. LEYDEN, 1 December. De drie afleveringen van Pctermann's Mittheilungendie sedert onze laatste aankondiging bet licht zagen, de 8ste, 9jc en 10(le voor 1859, ver dienen wederom ten volle de aandacht van allen, die in de beoefening der aardrijkskunde behagen scheppen en er belang in stellen met de vorderingen dezer wetenschap gelijken tred te houden. In de 8slc aflevering treffen wij aan een opstel over de Adriatische zee en hare voornaamste havensdat toegelicht wordt door eene uitslaande kaart, op welke de plans der verschil lende havens zijn wedergegeven; in de 8ste en 10Je afl. mededeelingen van dr. ffergslrasser omtrent onderzoekingenin 1858 en 1859 ten behoeve eener verbinding van de Caspisnhe met de Zwarte see in liet werk gesteld, welke mededeelingen insgelijks van eene toelichtende kaart vergezeld gaan; jn de 8ste en 9llc afl. berigten aangaande dr. Theodor Kotsehy's nieuwe, in Maart dezes jaars aanvaarde, reis naar Klein-Aziëuil oorspronkelijke brieven van den reiziger geput; in de 8sle afl. een berigt over de in dit jaar door een jong FranschmanHenri Duveyrier, ondernomen reis naar de binnenlanden van Afrika, mede aan oorspronkelijke brieven ontleend.; in de drie afl. mededeelingenbetreffende de Engelsche expeditie onder de kapiteins Burton en Speke naar de binnenlanden van Afrika (voornamelijk ondernomen ter nadere onderzoeking en voortzetting van de ontdekkingen der Duitsche zendelingen Krapf, Erbardt en Rebtnar.n), met eene kaart dei- in 1857 en 1858 door Burton en Speke gedane ontdekkingen; een uittreksel uil het dagboek van den beroemden Ooslenrijkschen leeuwenjagergraaf Thilrheimop zijne reis in Afrika gehouden; een opstel over de verhouding der bevolking van Italië, dat met eene ethnograpbisch-statislische kaart van dit land is toegerust; een overzigt van de uitkomsten, door de wereld reis van hel Oostenrijksche fregat Novara, van 30 April 1857 lot 26 Aug. 1859, verkregen, met een kaartje in den tekst, waarop de koers van bet schip is aangegeven. Builen deze bijdragen treft men in de 8slc afl. nog eenige korte berigten aan, in deze en dc 10Je afl. eene reeks van werken, die min of meer uitvoerig besproken worden, en in de 9Je afl. een bibliographisch overzigt der in het tweede vierendceljaars van 1859 in het licht verschenen geschriften en kaarten. Bij den uilgever der Mittheilungen, den met roem bekenden Justus Perthes, zagen niet lang geleden insgelijks het licht vijf nieuw bewerkte en uitmun tend gegraveerde en gekleurde kaarten voor Adolf Stieler's li and-Atlaseen werk, dal reeds sedert lang algemeen te gunstig bekend is, dan dat wij hier iels ter aanprijzing behoeven neder te schrijven. In genoemde kaarten, waaraan een paar bladzijden tekst zijn toegevoegd, worden ons gegeven eene afbeelding van den noordelijken, en eene van den zuidelijken sterrenhemel, eene voorstelling der aarde in Mercator's projectie, dienende lot een overzigt der christelijke staten en hunne koloniën, eene afbeelding van Duitschland en aangrenzende landen, ten opzigte hunner rivieren en bergen, eindelijk eene afbeelding van West-lndië en Midden-Amerika. Het Dagbl. v. s Grav. zegt dat te 's Hage bel gerucht in omloop is dal het bestuur van de lloll. ijzeren spoorwegmaatschappij vergunning heeft gevraagd voor den aanleg van een spoorweg van Leyden naar Woerden, in verband waarmede het spoor tusschcn Leyden en 's Gravenhage zou ver smald worden. Het belang dezer lijn voor deze stad en voor de geheele Rijnstreek is vroeger te duidelijk in het licht gesteld, om niet te wenschen dat dit gerucht zich moge bevestigen. In de Apeldoornsche Courant van 26 Nov. leest men het volgende: lie heer W. L. Hoorn, oud-ambtenaar der registratie te Apeldoorn, heeft bet voornemen, van 5 tot en met 10 December e. k., ten huize van mej. dc •wed", van Lunleren, ter bezigliging te stellen eene vrij uitgebreide verza meling van porseleinen voorwerpendoor hem in uren van uitspanning smaakvol met teeken- of schilderwerk versierd. Dc toegang wordt aan ieder verleend, 's namiddags van 1 lot 3 ure, tegen uitreiking eener vrij willige gift ten behoeve der armen. Al deze voorwerpen zullen wijders ver krijgbaar zijn voor vastgestelde prijzenterwijl de te ontvangen kooppen ningen strekken zullen, voor de helft lot stijving der kas van de aldaar beslaande vrouwen-vereeniging, en voor de wederhelft lot het verleenen van -onderstand aan arme en ongelukkige huisgezinnen. Dit Veenhuizen meldt men aan de Amst. Cour. dat de onder-directeur der stoomspinnerij aldaar, na ontdekte fraudatie in zijn beheer en voorloopig onderzoek daaromtrent door de justitie, zich uit de voeten heeft gemaakt. Te Waalwijk had in den nacht van Dingsdag 11. eer. hevige brand plaats, waardoor drie huizen in dc asch werden gelegd. Daar de brand gestuit werd naast eene vernisstokerijzoo rnogt men zich gelukkig rekenen daarin te zijn geslaagd, want anders waren de gevolgen niet te overzien geweest. stil De Javasche Cour. van 8 Oct. deelt een verslag mede van dc werk zaamheden van bet personeel der geographische dienst over 1858 en gedeel telijk over 1859. Daaruit blijkt, dat door den hoofdingenieur thans de geographische ligging van Batavia bepaald is en wel zoo naauwkcurig, als slechts met weinige plaatsen op den aardbol het geval is. Hij had zich thans op reis begeventen einde ook de geographische ligging van de overige kustplaatsen van Java te bepalen. Commissarissen der maatschappij van weldadigheid hebben besloten om, door middel van eene algemeen te verspreiden circulaire, een beroep op de natie te doen, ten einde die ruime medewerking ic vinden, welke onvermij delijk is voor de instandhouding van een ligchaam, welks ontbinding de ge meenten eenen vernieuwden druk van het armwezen zou doen ondervinden. Commissarissen zeggen daarin o. a. het volgende: Alvorens tot deze op rotping aan de Ncderlandsehe natie over te gaan hebben commissarissen ge meend zich ernstig te moeten afvragenMogen zij nieuwe geldelijke offers vragen? Is er vooritilzigt dat de maatschappij kan blijven bestaan? Het overwegen dezer vragen heeft hen gebragt tot het besluit om noodwendige vereenvoudigingen en bezuinigingen in te voerenhet handhaven der begin selen in de verbindlenissen opgenomenbel beloonen van den arbeid zoo veel mogelijk naar zijne waarde. Den toestand der kolonisten meer in over eenstemming te brengen, behoudens noodzakelijke tucht, met dien van bet maatschappelijk leven, staat daarmede naauw in verband. Commissarissen hebben de overtuiging erlangd, dat, wanneer van deze hoofdbeginselen niet wordt afgewekenzij aanspraak mogen maken op de belangstelling der natie. Wil zij nu door bet behoud dezer inrigting medewerken tot verbe tering van den toestand der lagere volksklasse, dan moeten allen, die daar toe eenigzins in slaat zijn, tot het lidmaatschap loetreden. Commissarissen vragen derhalve niet enkel van de vermogenden in Nederland verdubbeling hunner conlribuli'ëilmaar ook de liefdegaven van den kleinen burger en het penningske der weduwe; wanneer deze hun niet worden ontzegd, dan, maar dan ook alleen, is hel voortdurend beslaan dezer echt nationale zaak mogelijk, die door vreemdelingen hoog wordt geroemd, bet bewijs levert van den liefdadigheidszin, den ondernemingsgeest en den volhardenden ijver van ons volk, heilzaam werkt op de vergrooting van den rijkdom van on zen bodem en krachtig bijdraagt tot vermeerdering der landhuishoudelijke kennis in het algemeen. Van uIandgenootenhangt enkel af de beslissing of dc maatschappij van weldadigheid in het leven zal blijven, daar zij van regeringswege op geen subsidie kan rekenen. Moglen commissarissen zich hebben bedrogen in de verwachting, die zij koesteren van dc voortdurende belangstelling der natie met betrekking tol deze zaak, welke zij voorstaan, dan is de ontbinding der maatschappij onvermijdelijk en zullen de gemeen ten nog meer den druk van het armwezen ondervinden. lil het antwoord der regering op de bedenkingen van de afdeelingen der tweede kamer, teil opzigte van hoofdstuk V Binnenlzakender staatsbegrooting, wordt gezegd dat er eene geheel nieuwe wet op de natio nale militie is ontworpen, die thans bij de departementen van oorlog en van marine in overweging is. Dc regering is thans lot de meening geko men dat tegemoetkoming moet worden verleend aau de gemeentebesturen in de kosten der volkstelling. Die tegemoetkoming wil dc regering in dier voege verleenen, dat aan de personen met het rondbrengen, des noods in vullen en terughalen der billenen belast kan worden toegelegd een cent, en aan de bewerkers der verzamelsiaien een halve cent voor ieder geleld hoofd. Daarvoor is nu ƒ51,000 uilgetrokken. Het aan de regeriug gedaan verwijt van kwistigheid met opzigt lot het hooger onderwijs, zoo leest men in de memorie van beantwoording, schijnt geheel ongegrond. Waar men na jaren toevens er eindelijk toe overgaat om iu hel belang ecucr meer opzettelijke beoefening der vaderlandsche geschie denis eenen afzonderlijken leerstoel voor dit belangrijk vak te vestigen en daardoor tevens eenen anderen hooglecraar in staal te stellen zich onverdeeld aan zijn hoofdvak, de Nederlandsche taal- en letterkunde, te wijdenwaar, bij de uitbreiding der Oostersche letterkunde en bij het veelvuldig gebruik dat van de te Leyden aanwezige rijke bouwstoffen voor dc beoefening dier talen wordt en verder kan worden gemaakt, een tweede adjutor wordt aangesteld; waar eindelijk den hoogleeraar in twee zoo omvattende en ge- wigtige vakken als de anatomie en physiologic een tweede prosectorter vervanging van iemand die onbezoldigd gelijke diensten deedwordt loc- gevoegdkan bezwaarlijk van kwistigheid sprake zijn. Veel is er nog bij hel hooger onderwijs te verrigtcn vóór dal de beschuldiging van kwis tigheid gegrond kan zijn. Vreemd mag het overigens worden genoemd, dal, terwijl der regering kwistigheid ten laste wordt gelegd, haar dadelijk daarna als het ware wordt verweten, dat zij zich bij de splitsing van den leerstoel voor dc vaderlandsche geschiedenis en Nederl. letterkunde alleen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1859 | | pagina 1