LEYDSCHE COURANT. fis 1859. N°. MAANDAG 19 SEPTEMBER. De Coufhnt wordt MaandagWoensdag en Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt uit Ztuurdag Avond. De Prijs der Courant is ƒ12 in het jaar; de afzonderlijke Hommers worden tegen 10 Centen afgegeven MNNENLANDSCHE BERIGTEN. LEYDEN, 17 September. lieden morgen heeft te 'sGravenhage de Ier aarde bestelling plaats ge had van het stoffelijk overschot van mr. C. J. van Assenemerilus hoog leeraar aan de Leydsche hoogeschool, staatsraad in buitengewone dienst enz. Ten twaalf ure begaf zich de lijkstoet van het stationsgebouw naar dc algemeene burgerlijke begraafplaats, alwaar het lijk in het familiegraf zou worden bijgezet. Daar hadden zich reeds vele vrienden en vereerders van den waardigen overledene vereenigddaar was de juridische faculteit der Leydsche hoogeschool alsmede eene deputatie van de studenten dier hoo geschool reeds bijeen gekomen. Leerlingen van iederen leeftijd en ook van ;j andere plaatsen derwaarts overgekomen, waren er zamengevloeid. Het was een treffend oogenblik, toen de stoet lot het kerkhof was gena derd, allen zich daaraan aansloten om de laatste eer aan hunnen ambtge noot, raadsman of leermeester te bewijzen, maar indrukwekkend was hel vooraltoen zij zich alle rondom het graf hadden vereenigd. Behalve de reeds genoemde deputationontwaarde men thans ook het collegie van cura toren der Leydsche hoogeschool en ook den hooggeschallen vriend des over ledene, den heer mr. L. C. Luzac, en verder nog vele aanzienlijke en hoog geplaatste ambtenaren, voor wie het eene behoefte was den diep betreurden afgestorvene een laatst vaarwel toe te roepen. Het was dé hoogleeraar de Wal, ambtgenoot'van van Assen, die, toen bet lijk in de laatste rustplaats werd ncdergelaten en de ernstige stemming der aanwezigen steeds hooger was gestegen, een hartelijke en welsprekende toespraak hield, waarin hij de verdiensten van den bejaarden en noglans zoo krachlvollen man, niet schelste want daartoe was het thans noch de tijd noch de plaats maar kortelijk herinnerde en den edelen man herdacht als menschals reglsgeleerde en als redenaar. Weinig had men, zeide de hoogleeraar, kunnen vermoeden dal het af- scheidV001* korten tijd du lijnreu uca iiuugicci aai a uihmuv.« vaarwel voor allen en voor altijd zoude zijnweinig hadden deze diep bedroefde weduwe en treurende kinderen, hel kunnen denken dat hij, dien de da- gelijksche werkzaamheden en een voorbeeldelooze ijver gedurende den tijd van zijn profesloraat weinige uren afzonderden voor het vreedzaam genot van den huiselijken kring, thans, nu een rust hem gegund werd, zoo spoedig aan zijne dierbare betrekkingen zou worden ontschetird. logt ook van Assen zijn ten grave gedaald, het zaad, door hem gestrooid mo"l de brave en werkzame man zelf reeds zien rijpen en dat zaad be loofde nog na zijn verscheiden een vruchtbare oogst. Mogt ook hij zijn bezweken" van vvicn het meer dan van eenig ander kon gezegd worden dat hij werkte tol zoo lang het dag was, zijn voorbeeld bleef zijne ambtgenooten en leerlingen aanvuren, zijne herinnering zou in aller geest blijven voortleven en dat was het, wat zijn scheiden wel droevigmaar niet grievend, het vaarwel hem gebragt, wel weemoedig, maar niet bitter maakte. Z. Exc. de baron mr. F. A. van Hall zeide den begaafden redenaar, wien het zoo wel was gelukt met weinige woorden het leven en karakter van den overledene te schetsenopregtelijk dank. Hierna keerde de stoet huiswaarts. Deze aandoenlijke plegtigheid had bij allen een diepen indruk te weeg gebragtvoor wie het eene voldoening was, dat op eene zoo welverdiende wijze het stoffelijk hulsel van van Assen aan de aarde was toevertrouwd. Wij maken van deze gelegenheid gebruik, om met een enkel woord, op ons berigt omtrent den hoogleeraar van Assen (zie Leydsche Cour. van 16 Sept.) terug te komen. Vooreerst vernemen wij van goederhand, dat de hoogleeraar r.iet den 248lc", maar den 25slen Aug. geboren is. Ten tweede wordt minder juist gezegd, dat hij zijne studiën aan de hoogcscholcn van Franeker en Leyden volbragtde heer van Assen bezocht eerst de hooge school van Franeker, vertrok in 1809, na openbare verdediging van een uitgewerkt proefschrift over Cicero's rede pro Cluentionaar de hooge school van Leyden, voornamelijk om den beroemden Wyttenbach te hooren, en keerde van hier na verloop van een jaar naar Franeker te rug, om er den doctorsgraad te verkrijgen. Ook is hel misschien niet ovei- tollig hier bij te voegendat de heer van Assen niet zoo zeer in de plaats van prof. llageman, als wel ten gevolge van het aan dezen verleenden emeritaat, als hoogleeraar is opgetreden. Op uitnoodiging van de plaatselijke commissie van geneeskundig toe- voorzigtis wederom binnen deze gemeente bij het ontstaan der Cboleia Asialica het ziekenhuis in de Lakenhal geopend. Sedert den 21 Augustus 1859 zijn als door deze ziekte aangetast opgegeven 61 personen, waarvan 31 personen zijn overleden. In gemeld ziekenhuis bevinden zich 2 zieken. Heden is de halve batterij van het reg. rijdende artillerie, onder bevel van den kapitein van Tuyll van Serooskerken, die deel heeft genomen aan de oefeningen in het kamp van Zeyst, alhier teruggekeerd. Het getal der in het Werkhuis alhier opgenomenen bedroeg gedurende deze week dagelijks van 82 tot 93 personen. Gisteren is te Amsterdam de jaarlijksche algemeene vergadering ge houden der llollandscbe maatschappij van fraaije kunsten en wetenschappen. De voorzitter, prof. Domela Nieuwenluiissprak bij die gelegenheid eene voortreffelijke rede uit over de waarde der kunst voor het Christendom. Uit het verslag, door den secretaris, den heer Beeloo, uilgebragt, bleek dat de maatschappij 531 leden lelde en dat haar toestand gunstig mag genoemd worden. De secretaris bragt tevens eene warme hulde aan de verdiensten van den dezer dagen overleden hoogleeraar mr. C. J. van Assen en van wijlen den heer II. C. Marlyn, gedurende 30 jaren secretaris der Uaagsehe afdeeling. Aan de vergadering werd medegedeeld, dal door het algemeen bestuur eene commissie benoemd was, om aan den schrijver van een uitgekomen geschrift, behoorende lot bet vak der geschiedenis, hetwelk eene onder scheiding waardig gekeurd wordt, een eerebljjk aan te bieden, en dat deze commissie voor dit jaar bestaal uit de heeren: A. Beeloo, te Amsterdam; dp. J. D. baron van Iloëvell, te Dordrecht; mr. G. Mees Az.te Rotterdam D. Veegens, te 'silage; en prof. J. de Wal, te Leyden. De vergade ring bepaalde vervolgens, dat in het aanslaande jaar eene prijsvraag uit het vak van taalkunde zal worden uitgeschreven. Voor dit jaar werd uit het voor gestelde drietal (proeve van proza) gekozen: liet koningrijk Holland onder Lodewijk Napoleon. Tot algemeen voorzitter voor het volgende jaar is ver kozen mr. G. Mees Az.te Rotterdam, en tot algemeen scretaris benoemd de heer mr. II. C. Verniers van der Loeff aldaar. Tol leden van verdienste zijn benoemd de heeren mp. Is. da Costa en mr. J. van Lennep. verzoekschrift op zegel, voor 20 October aanmelden bij den inspecteur vau de geneeskundige dienst der landmagt. De Staats-Cour. bevat een overzigt van de opbrengst van 's lands mid delen over de acht eersle maanden van 1859, waaruit blijkt, dat die bedra gen heeft ƒ36,156,272.41), zijnde ƒ1,017,160.81) minder dan in genoemd tijdvak van 1858. Door de Nederl. maatschappij zijn 4 schepen bevracht, 2 voor Am sterdam 1 voor Rotterdam en 1 voor Schiedam. Naar men van den Leidschendam aan het Hbl. berigt, worden in dien omtrek reeds opmelingcn gedaan ten behoeve van den spoorweg van Sche- veningen op Gouda. Te üelfshaven is gisteren bij een hevig onweder de bliksem in de kap van den molen de Hoop geslagenheeft daar eenige schade aangerigt en eene nieuwe roede verbrijzeld, zonder dat een der aldaar werkzaam zijnde knechts eenig letsel heeft bekomen; van een hunner is echter het hoofdhaar gedeel telijk geschroeid. Var. het Nieuwe Diep meldt men dat er bij het nemen eener proeve op nieuw een stuk geschut is gesprongen van dezelfde fabriek te Luik, als onlangs op de kanonneerboot Vro Patria; niemand is evenwel gekwetst, want men had de noodige voorzorgen genomen. Te 's llerlogenbosch is overleden de heer mr. J. L. A. Luyben, lid van de tweede kamer der slaten-generaalraadsheer in het prov. geregtshof in Noordbrabant en kommandeur der orde van den Nederl. Leeuw. 's GRAVEN1IAGE 17 September. Z. M. heeft benoemd tot ridders der orde van den Nederl. Leeuw, de hh. C. P. Brest van Kempen, resident van DjokdjokartaW. L. van Ark, officier van gezondheid 2d« kl. bij de Nederl. zecmagt, en E. van Emden president van het eollegie van kleine zaken in Suriname. Ook heeft Z. M. goedgevondentol belooning dergencn van de zee- en landmagt in Nederl. lndië, die zich bij dc expeditie legen de kampong Sa- ribanoa op liet eiland Seporain de maand April 1859, tot bestraffing der moordenaars van den luitenant ter zee der 2de kl. J. P. Uyttenhooven eu van twee inlandsche matrozen, meer bijzonder hebben onderscheiden: 1°. te benoemen lot ridders der 4de kl. van de milit. Willemsorde: den luit. ter zee lste kl. R. L. de Ilaes en den officier van gezondheid 24e kl. II. L. Yernhonten den lstcn luit. J. J. G. Ilennequin en den sergeant J. H. W. Sehultze, beiden van hel wapen der infanterie, en 2°. te bepalen, dat bij afzonderlijke dagorders, zoo in lndië als in Nederland, eervol zullen wor den vermeld: de luit8, ter zee 2dc kl. J. L. baron van Isselmuden en C. A. Jeckcl; de korporaal der mariniers S. P. Sterkman; de derde scbiemans-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1859 | | pagina 1