LEYDSCHE COURANT. WOENSDAG 3 AUGUSTUS. De Courant wordt MaandagWoensdag en Vtijdag uitgegevenDie van Maandag komt uit Zat it rdag Avond. De Prijs der Courant is f 12 in het jaar f de afzonderlijke Hommers worden tegen 10 Centen afgegeven BIXNEXL ANDSCIIE BERIGTEX. LEYDEN, 2 Augustus. Ter verkiezing van twee leden van den gemeenteraad zijn van de 1410 kiesbevoegden ingekomen 4148 slembriefjes. Het getal baden in de maand Julij, aan de zwem- en badinrigting Rliynzigt genomen, beeft 5419 bedragen. l)e minister van oorlog zal op 22 dezer op nieuw doen aanbesteden ile levering van 50,000 ellen inlandsch gefabriceerd tentendoek, in 5 percelen. Van wege het ministerie van finanliën is bekend gemaakt dat, te be ginnen met de eerstvertrekkende landmaal, de gelegenheid lot verzending van brieven naar Nederl. Indië langs den weg van Triest wederom wordt opengesteld. De expeditiedagenberekend op de verzending uit Amsterdam en Rotterdam, worden vooreerst bepaald op den 6dc" en 22stc" van elke maand met den laalsten spoortrein op Emmerik. Uit de officiële mededeelingen namens de algcmecnc synode der Nederl. lierv. kerk blijkt o. a. dat, volgens het rapport van het comité' voor de zaken der evangelische gemeenten in de valleijen van Piemont, ten vorigen jare ruime giften en bijdragen voor die gemeenten in de Nederl. lierv. kerk zijn verzameld, en dat de vooruitziglen omtrent de evangelisatie in België bevredigend zijn. Onder de ingekomen adressen waren er die tol afschaf fing der tweede feestdagen strekten. De synode heeft geoordeeld aan de verzoeken ten deze niet te kunnen voldoen. De heer S. F. van Hasselt heeft verklaard den hem opgedragen post van secretaris der synode aan te nemen. Onder de legaten voor het fonds ten behoeve van noodlijdende kerken en kerkelijke personenvan welke berigt bij de synode is ingeko men, belmoren die van mejufvrouw M. Ruys, weduwe P. Pot, te Utrecht, /G,000, 2j pCl. inschrijving N. W. S., en van den heer W. van Os te Botterdam ƒ1,000, 1\ pCt. als boven, en onder die aan het algemeen syno dale weduwenfondsdie van den emeritus predikant S. Crommclinte 1,ecu warden, 1,000 vrij van successieregten. De synode uit den vurigen wensch dat de meer gegoeden onder de hervormden in Nederland, meer dan lot hiertoe, ook door zulke erfmakingen of schenkingen, den aanwas en de zegenrijke vruchten dier beide heilzame inrigtingen mogen helpen bevorderen. Te Rotterdam zijn met het barkschip Wil helmin a van de Kaap de Goede Hoop aangekomen 13 kinderen van emigranten, die zich daar geves tigd hebben en fortuin hebben gemaakt. Die kinderen zijn herwaarts ge zonden, om hunne opvoeding te ontvangen, omdat aan de Kaap nog steeds aan een goed onderwijzend personeel gebrek schijnt te beslaan. Met den 16dcn dezer wordt in dienst gesteld het te Uellevoetsluis lig gende schrocfstoomschip Reinier Claeszenonder bevel van den luit. ter zee der lsle kl. jhr. J. E. YV. F. van Raders, met bestemming naar Oost- Indië. Voorts worden op dien bodem geplaatst de ltiils. ter zee der 2dc kl. ,jlir. ridder II. A. van Rappard, als lste officier; 11. W. Walther, en E. L. baron van Hceckeren van VValien; de adelborst der lsle kl. II. A. M. Swel- lengrebelde officier van gezondheid der 2de kl. T. J. Gebelde officier van administratie der 3de kl. W. Stort Jr., en de scheepsklerk J. P. Vasseur. Vrijdag en Zaturdag 11. had te Utrecht de tweede bijeenkomst van kostschoolhouders plaats. Het aantal leden was sedert dc vorige bijeen komst van 28 tol 43 gestegen. Tot leden des besluurs werden herkozen de lib.: M. Pruim te Dokkum, tot eersten voorzitter; J. H. Kramers, op Noorthey, lot tweeden voorzitter; A. M. Kollewijn te Amersfoort, tot eersten secretaris; G. J. Kapteyn te Barneveldtot tweeden secretaris, en A. Kooiman te Utrecht, tot penningmeester. Tc Harderwijk kwamen Zaturdag avond na het avond-appèl twee mili tairen in beschonken toestand in de kazerne. Een hunner bragttoen hij de kamer binnentrad, aan een der reeds slapenden, eene gevaarlijke wonde toe, zonder dat men dc reden van zijne daad kan gissen. De toestand van bet slagtoffer, een jong en oppassend militair, is zeer bedenkelijk. Thans is verschenen het voorloopig verslag van de commissie van rap porteurs uit de afdcelingen der tweede kamer, over hel wetsontwerp be treffende de concessie en de exploitatie van de Zuiderspoorwegen. Bij de overweging van dit wets-voorstel werd de vraag gesteld, of het thans wel tijdig ware, aan dc bekrachtiging van zoodanige veelomvattende en voor 's rijks schatkist bezwarende concessie te denken. Hierover liepen de ge voelens zeer uit een. Vervolgens trad men in een onderzoek van de rig- ting dievolgens de verleende concessieaan den Zuiderspoorweg zou worden gegeven, waarbjj het aanvankelijk meer in 'talgemeen de vraag gold, of te regt Rotterdam als uitgangspunt was gekozen, dan wel of het beter ware geweest van Utrecht of Maarsbergen uit te gaan en dc lijn van daar reglslreeks naar het zuiden te doen loopen. Bij de overweging van dit punt loonde zich de meerderheid der 51 in de afdeelingen tegenwoordig zijnde leden niet ongunstig voor de rigting die de regering thans voorstelt ge stemd; ten deele omdat zij die rigting onvoorwaardelijk de beste keurden, ten deele ook op grond dat het meer dan lijd werd in deze gewigtige aan gelegenheid lol een besluit te komen, opdat eindelijk dc hand aan 'twerk zou worden geslagen. De natuur zelve, zeiden de voorstanders der thans verleende concessie, wijst de rigting aan waarin de hoofdtak der zuidcr- spoorweglijn loopen moet. Let men op de landen, waarmede die spoorweg ons in naauwer verband brengen moet, dan is voor dat verband de ligging der beide Maassleden de meest gunstige. Zij zal ook dc strekking hebben, om door den lijd de belangrijke, doch maar 3l te zeer geïsoleerde provincie Zeeland op de kortste wijze met Holland in onmiddelijk verband le brengen. Bij die voordeelen komt nog datdoor het volgen van het voorgestelde plan de bezwaren, aan de rivierovergangen verknocht, zooveel mogelijk verme den worden. ,i In 't oog van vele andere leden verdiende eene van Rotterdam uitgaande lijn volstrekt niet de voorkeur. Wilde men werkelijk een Zuiderspoorweg tol stand brengen die aan alle behoeften voldoet, men behoorde op hel vroeger ook dezerzijds met nadruk aangedrongen denkbeeld terug te komen om Utrecht als centraalverbindiiigspunt der Nederlandsche spoorwegen te kiezen, en van daar reglslreeks op 's Hertogenbosch le gaan. Van Utrecht uit loopt de kortste weg over den lJssel naar Rheine; is de meest voordee- lige verbinding met de spoorwegen van noordelijk Duilschland te verkrijgen. De lijn van Utrecht naar 's Hertogenbosch is de ware hoofdlijn in ons va derland, de stamlijn, van welker uiteinde zich zuidelijk lakken kunnen verspreiden. Door den aanleg van zulk een spoorweg wordt naar alle kan ten de meest volkomen verbinding tusschen dc onderscheidene deelen van ons rjjk onderling en met het buitenland tot stand gebragt. Ook Zeeland kan zich op eene gemakkelijke wijze daaraan sluiten en van zijne zijde met den linker-Rhjjnoever verbonden worden. In 't belang van 's lands defensie verdiende de lijn van Utrecht op 's Hertogenbosch zonder cenigen twijfel de voorkeur. Na de wisseling van denkbeelden over de aan den Zuiderspoorweg te geven rigting, werd ook de wijze van aanleg besproken. Op nieuw ver toonden zich daarbij ecnige voorstanders van het stelsel om de meest be langrijke spoorweglijnen regtstreeks door den staat le doen aanleggen. Zij bragten echter gecne nieuwe argumenten voor dit hun gevoelen te berde. Enkele andere leden ontveinsden niet, dat de loop, dien dc zaak der spoor wegen hier le lande nam, en dc toenemende onzekerheid, of de daarom trent gedane voorstellen lol het gewenschle gevolg zouden leidenhen tot het stelsel van staatsspoorwegen deed overhellen, in de hoop, dat bij de aanneming van dat stelsel althans iels tot stand zou worden gebragt. Ook voor zoover men met de rigting, aan den Zuiderspoorweg le geven, vrede had, achtte men de handelwijze der regering omtrent het verlecnen der concessie van dien weg aan de lieeren Bredius en van Sypesleyn geens zins genoegzaam gereglvaardigd. Ook hier weder, even als bij het ver lecnen van de concessie voor den noorderspoorweg, schijnt eene bloote keus van personen te hebben plaats gehad en het belang des lands niet genoeg zaam behartigd te zijn. Dat belang had toch ontwijfelbaar het openen van gelegenheid tot mededinging gevorderd. Alleen waar zulk eene mededinging is beproefdbestaan waarborgendat het werk op de voorwaarden zal worden volbragt, die voor den staal het voordeeligst zijn. Als een voorbeeld van de moejjelijk le verklaren handelwijze der rege ring, werd liet gebeurde met de lijn van Schevcningen en 's Gravenhage naar Gouda aangehaald. Sedert jaren werd van meer dan e'e'ne zijde de aandacht der regering op deze lijn gevestigd. Toen in laleren tijd de vice- president der Rhijnspoorwegmaatschappij zich de zaak aantrok en hel be paalde verzoek deed om voor de bcnoodigde 2j- millioen eene rcntcgarantie van den slaat van slechts 3 pCt. te verwerven, werd hem geantwoord, dat daarin niet getreden kon worden, omdat er reeds andere aanvragen waren gedaan. Inderdaad heeft men van onderscheidene aanvragen voor dien weg gehoord, op geene van welke echter, zoo men wel onderrigl is, ooit eenig antwoord ontvangen is. Daarbij heeft men zich herinnerd, dat de lloilandsciie spoorwegmaatschappij, zoo het schijnt om den aanleg van de lijn te weren, onder een vorig ministerie zelve de concessie gevraagd en daaraan zekere belofte van spoorversmallingmits onder genot van een rijkssubsidie, ver bonden had. Dat subsidie voor de spoorversmalling is toen niet verleend. Intusschen is dan toch het doel om het werk te keer te gaan bereikt. Thans is er sprake van het doen plaats hebben der spoorversmalling op den Hollandschcn spoorweg op rijkskosten, en dat wel op een tijdstip nu een I groot deel van het spoor op dien weg vernieuwing behoeft

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1859 | | pagina 1