BIDSTOND VOOR ISRAËL^
NEDERLANDSEN ORANJE.
Men verwacht dal een der eerste handelingen van het nieuwe Sardinisclie
kabinet zal beslaan in het doen ophouden der tegenwoordige diclalnur, in
de bijeenroeping der kamers en de indiening van het ontwerp van eene
kieswet, toepasselijk op Lombardije. Vervolgens zoude eene ontbinding der
kamers plaats hebbenom daarna over te gaan tot de zamenstelling der
nieuwe kamers, waarin ook Lombardije moet worden vertegenwoordigd.
In de Romagna zijn thans een groot aantal adressen ter onderteekening
in omloop, waarin verklaard wordt dat de bevolking het wereldlijk gezag
niet meer aan de hand der geestelijkheid wil toevertrouwd zien; het volk wil
integendeel eene aanhechting van de Romagna bij Sardinië; de adressen zeg
gen, dat het volk de orde zal weten te handhaven, maar dat het besloten
beeft om zich legen ieóeren aanval van de zijde der Zwitsersche troependie
jn dienst van den Paus zijn, met geweld te verzetten.
Te Florence heeft het stedelijk bestuur zich verklaard voor de aanhechting
van Toskane bij een Italiaansch koningrijk onder Victor Emanuel; indien
dit om staalkundige redenen niet mogelijk mogt zijn, dan verlangt het be
doelde bestuur dat een prins uit het huis van Savoye aan het hoofd van
Toskane zal worden geplaatst.
llaar de voorloopig aangestelde gouverneur van Ferrara had vernomen
dat de villa van Fossalta door eene rooverbende was bezet, en hij het voorbeeld
van bet pauselijk bewind niet wilde volgen, zoo heeft hij terstond de noodige
militaire magt derwaarts gezonden. Nadat de genoemde plaats was omsin
geld, ontstond er een hevig gevecht lusschen de soldalen en de roovers, dat
met de nederlaag van de laatsten eindigde. 4 roovers werden gedood, een
aantal gekwetst en 30 gevangen genomenonder de laatsten was een dorps
geestelijke, Cotti genaamd.
Het Dagblad van Rome heeft de grondslagen, waarop de vrede tot
stand is gekomen, zonder eenige bijvoeging medegedeeld.
Genoemd blad bevat ook een brief van den Pauswaarin Z. H. de geloo-
vigen uitnoodigt om het Opperwezen te danken voor hel herstel van den
vrede en te bidden voor hen die zich hebben laten verleiden om van het
pad der waarheid af te wijkenopdat deze niet langer weenen over de
denkbeeldige gruwelen van Perugia, maar over hunne eigene zonden en
verblindheid- Opmerkelijk is het dat er ook in dit stuk gesproken wordt
van een «vreemd zich opdringend gezag" dat luide verkondigt dat de
mensch door God vrij is gelalen in zjjne gevoelens, hetzij op geestelijk of
op staalkundig gebied. Deze verklaring komt voor in de proclamatie welke
de commissaris van de Sardinisclie regering, de heer d'Azeglio, te Bologna
heeft uitgevaardigd om aan de bevolking van de Romagna zijne komst be
kend te maken.
PRUIS SEN.
BERLIJN, 24 July.
In het manifest door den keizer van Oostenrijk na het sluiten van den
vrede uitgevaardigd, wordt te kennen gegeven dat hij tot het onderhandelen
met keizer Napoleon was gedrongen gewordenomdat hij inzag dat de voor
stellen door de onzijdige mogendheden gedaan voor hem ongunstiger waren,
dan die waarop Frankrijk den vrede wilde sluiten. Later heeft hel dagblad
van Mentz de voorstellen, die van Pruissen en Engeland zouden zijn uitge
gaan, medegedeeld. Onze regering heeft dien ten gevolge verklaard dat zij
hoegenaamd gecne voorstellen heeft gedaan en dat de voorwaardendoor ge
noemd dagblad openbaar gemaakt, niet ter harer kennis zijn gebragt.
Er schijnt aan de zijde van Oostenrijk in deze eenig misverstand te heb
ben plaats gehad. De bedoelde voorwaarden moeten aan de Ooslenrijksche
regering als olficieel in handen zijn gespeeld, waarop de keizer eensklaps
het besluit nam om met Frankrijk in onderhandeling te treden.
De Oest. Corr. zegt thans omtrent deze zaak datal had er eenig mis
verstand plaats gehaddit hier niets afdoet. Europa kan getuigen dat se
dert maanden de zedelijke werking van Pruissen eerder legen dan voor de
integriteit van Oostenrijk was gerigt. Pruissen vermeed wel is waar het
nemen van een initiatief, volgens hetwelk Oostenrijk lot afstand van grond
gebied zou worden opgeëischt; doch Oostenrijks bezit van grondgebied, zoo
als het in 1815 aan dezen staal was verzekerd, werd door Pruissen als
zoodanig voorgesteld dat er mogelijkheid bestond om er een gedeelte van
op te gevenwaarborg ten deze werd niet aangeboden. Ingeval de oorlog
mogt zijn voortgezet gewordenmoest Oostenrijk er op voorbereid zijn ge
weest, te zien dat het Pruissische kabinet vasthield aan het bemiddelings-
ontwerp, hetwelk voor deze mogendheid ongunstig was.
Het dagblad van Frankfort tracht het raadselachtige in deze zaak op te
helderen en zegt dat de bedoelde voorstellen van het Fransche kabinet zijn
uitgegaan, aan dat van Londen medegedeeld en vervolgens door de drie on
zijdige mogendheden zijn aangenomen.
De Ooslenrijksche dagbladen slaan cenen voor onze regering zeer grie-
venden toon aan. Zoo zegt o. a. de Wien. Zeit. dat de dag misschien
niet ver meer af is dat Pruissen de hulp zal noodig hebben van de kleine
Duitsche staten en van de 200,000 man die deze beschikbaar kunnen stel
len, waarover het thans het meesterschap heeft uitgeoefend. Het kabinet van
Berlijn heeft gewild dat de oorlog locaal zou zijn; hij is het gebleven en
de vrede is het thans ook. Pruissen zal eerstdaags zien welke daarvan de
gevolgen zijn.
Een onzer dagbladen, van democratische strekking, verlangt daarentegen
van de regering dat zij zich van den Bond, die dood is, losmalte en eene
nieuwe vereeniging oprigte met de staten van Duilschland zonder Oostenrijk.
Men beweert dat de regering voornemens is al de diplomatique stukken
die gedurende den Ilaliaanschen oorlog tussehen Oostenrijk en Pruissen
zijn gewisseld, openbaar te maken, ten einde te doen bljjken door welke
beginselen zij in deze is geleid.
Te Keulen is Vrijdag avond de schouwburg afgebrand. De vrouw
van de kastelein Deutz is bij die gelegenheid omgekomen. Daar het even
voor het uitbarsten van de vlam sterk gcwccrlicht had, schrijft men aan het
inslaan van den bliksem het ontslaan van den brand toe. Hel gebouw was
voor 36,000 th. verzekerd. Ook is in den avond van den 22slcn dezer het
logement op den Bloksberg geheel afgebrand.
OOSTENRIJK.
WEENEN, 23 Julij.
De veldmaarschalk von Hess is thans belast met het opperbevel over
het lste, 2dc en Gde legercorps en al de in Italië, de kustlanden, Karinthië
en Tyrol staande corpsen. Het bevel over het eerste legercorps blijft opge
dragen aan den graaf WimplFen, dat over het tweede legercorps wordt
toevertrouwd aan graaf Degcnfeldterwijl graaf Schlick naar men verneemt,
weder naar Galieië vertrekt. Het vierde legerkorps zal als reserve in Istrië
worden geplaatst. Borgoforte zal volgens alle regelen der kunst worden
versterkt, zoodat de bekende vierhoek in een vijfhoek zal veranderd worden.
De regering is voornemens aan de grenzen van Tyrol, in de rigting
der Valtelinanog eeue vesting van den eersten rang te doen aanleggen.
De aartshertog Maximiliaan en zijne gemalin zullen hun verblijf te Praag
vestigen in afwachting van de reorganisatie van Venetiëdat naar men wil
onder het bestuur van dien vorst zal komen.
Men verneemt dat de hoofden der llongaarsche revolutie het besluit
genomen hebben om hunne plannen niet op te gevenen dat zij vooreerst
in Italië zullen blijven, ten einde zich niet te ver van het toonecl hunner
werkzaamheid te verwijderen. Van Kossuth zegt men althans, dat hij eene
buitenplaats bij het meir van Como gehuurd heeft.
Door de Duitsch-Israëlitische gemeente in Palestina is eene gift van
3000 piasters in goud, ten behoeve der gekwestenovergezonden.
STAIDg - EE ER li «TE IN.
De BURGEMEESTER, Hoofd van het Gemeentebestuur van Leyden, doet
te weten, dat aan den Ontvanger der directe belastingen zijn ter hand gesteld
twee, op den 19den dezer maand invorderbaar verklaarde, Kohieren als: een
van hel Patentregt en een voor de belasting op het Personeel, beiden over
het dienstjaar 1859 en 1860, en dat ieder verpligt is zijnen aanslag op den
bij de wet bepaalden voet te voldoen.
En zal deze door plaatsing in de Leydsche Courant worden afgekondigd.
De Burgemeester voornoemd
Leyden, 26 Julij 1859.D. TIEBOEL S1EGENBEEK.
De Staatsraad Commissaris des Konings in de provincie Zuidholland
Gezien het besluit van Gedeputeerde Staten van den llden Julij 1859, N°. 24;
Gelet op art. 11 der Wet van den 13de° Junij 1857 Staatsblad N°. 87);
Brengt ter kennis van de belanghebbenden, dat bij voornoemd besluit
door Gedeputeerde Staten is bepaald:
Dat de afzonderlijke jagten op waterwild, voor dit jaar, in deze provincie
zullen geopend zijn op maandag den lsten Augustus aanstaande; en dat mits
dien van dat tijdstip af, de uitoefening der jagtbedrijvenvermeld in art.
15 letter d, f en A der jagtwet, geoorloofd zal wezen onder herinnering
aan de bepaling van art. 1 van het Reglement op de uitoefening der jagt
en visscherij in deze provincie, krachtens welke die jagten niet anders
moger. plaats hebben dan op het waterlangs de strandenoevers van
meeren, plassen, rivieren, mitsgaders op moerassige landen.
En zal deze kennisgevingdoor insertie in het Provinciaalbladin de
Nederlandsche Staats-Courantalsmede in het Dagblad van Zuidholland
en 's Gravenhageter kennis worden gebragt der Gemecnlcbeslnren in
Zuidholland en van de belanghebbenden.
De Staatsraad Commissaris des Konings voornoemd,
's Gravenüage 12 Julij 1859. van der HE1M.
ADVERTENTIEN.
Voor de veelvuldige blijken van belangstelling, bij hun Huwelijk onder
vonden, beluigen de Ondergeleekenden bij deze hunnen opreglen dank.
Mr. C. A. BOONACKER.
C. C. BOONACKER Fangman.
De Ondergeleekende heeft de eer aan de Kiezers andermaal te kennen te
geven, dal hij bij de benoeming van Leden van den Gemeenteraad verlangt
niet in aanmerking te komen.
Leiden 25 Julij 1859. A. H. van der BOON MESCn.
De Schuldeischers van den insolvent verklaarden Boedel van JACOBUS
SCHUTS, Tapper, te Ilillegom, worden bij deze opgeroepen om desver-
kiezende tegenwoordig te zijn bij de Rekening van den Curator, welke ten
overstaan van den Heer Regter-Commissaris zal worden gedaan ter Raad
kamer van de Arrondissements-Rcgtbank te Leyden, den 6d™ Augustus
1859, des voormiddags ten 11 ure.
De Curator
C. van DORP.
In de ZAAL, Noordeinde, Wijk I. N°. 29,
Op Vrijdag 29 Julij £859, 'f avonds ten, half acht ure
Spreker: D». J. E. STEENBAKKER MORILYON LOYSEN, te Bodegraven.
De Kiezersvcreeniging heeft in hare vergadering den 25slcn Julij besloten
om bij de herstemming van leden voor den Gemeenteraad, op Dingsdag
den 2den Augustus 1859aan te bevelen den Heer
P. I. DE FREMERÏ.
Namens het Bestuur,
A. T1ELEMAN.