Het archacologisch kabinet is dooi' verschillende belangrijke voorwerpen verrijkt. Het munt- en penningkabinet heeft ook dit jaar belangrijke aan winsten gedaan, zoo wel door aankoop als door geschenken. Onder deze laasle verdienen eenige uitmuntend bewaarde gouden, zilveren en koperen Portugescbe munten uit vroegeren en lateren lijd vermeld te worden. Het kabinet van teekeningen, prenten en pleisterbeelden bevindt zich in een zeer gunstigen staat. Door geschenken van den koning en eenige bijzondere personen heeft het weder eene niet onbelangrijke uitbreiding ondergaan, 's GRAVENHAGE 21 April. Tot burgemeester der gemeenten Stad- en Ambt-Vollenhoven is benoemd de heer A. J. ten Cate, thans burgemeester te Blokzijl. Z. M. heeft goedgevonden bij den plaatselijken staf te benoemen tot 2Jcl1 luit. en plaatselijken adjudant der 2dc ld. te Geertrnidenbergden wachtmeester J. F. Looman, van het 3de reg. dragonders; en bij het per soneel der geneeskundige dienst van de landmagt te benoementot apotheker van de 3de kl.den heer P. A. H. Dubois. Krachtens de daartoe onder dagteekening van den 16den dezer door Z. M. verleende magtiging, heeft de minister van binnenl. zaken ter kennis van het gemeentebestuur van Amsterdam doen brengendat de aanleg van een kanaal, ter verbinding van Amsterdam met de Noordzee, door of langs het Y en door Holland op zijn smalst, met eene haven aan de Noordzee kust, door de regering zal worden bevorderd, behoudens de bekrachtiging der wet, voor zoo ver die vereischt wordt; en dat middelen zullen worden beraamd om tot den aanleg van zoodanige verbinding te geraken. Z. K. 11. de prins van Oranje wordt heden van het Nieuwe Diep al hier terugverwacht. De minister van marine zal op Vrijdag aanst. geen gehoor verleenen. Naar men verneemt, heeft de regering aan de tweede kamer aange boden een wets ontwerp tot regeling van de loodsdienst. voor zeeschepen. Ook hebben de ministers van koloniën en van binnenl. zaken, ter voldoe ning aan liet tweede lid van art. 57 der grondwet, van wege Z. M. aan de tweede kamer afschriften doen toekomen van den Nederl. tekst der addi tionele overeenkomst en van het vervolg daarop, op 16 Oct. 1857 tusschen Nederland en Japan gesloten, en een afschrift van het nader tractaat tus schen Nederland en Japan, dat op 18 Augustus 1858 te Jeddo is gesloten. Binnen weinige dagen worden verwacht de antwoorden van de regering op hel voorloopig verslag der kanier ten aanzien van de spoorwegenwaarbij gevoegd zullen zijn1°. de gewijzigde concessie SIoet-Reuchlin (Noorder spoorweg) en voorloopige concessie Bredius-Sypeslein (Zuiderlijn en Zeeuwsch- Limbut'gsche). Naar wij vernemen is door den heer F. Verschuur Pz. te Amsterdam directeur van de brandwaarborg-maatschappij de Adelaarvoor de regtbank alhier eene civile regtsvordering ingesteld tegen den heer J. C. Perk, direc teur der brandwaarborg- en verzekerings-maatschappij Archimedes te Delft, wegens het laten drukken en door het gansche land verspreiden van billet- ten, waarvan de inhoud beleedigend, honend en lasterlijk zoude zijn voor den eischer en de door hem gerepresenteerde maatschappijenen waarvan de verspreiding blijkbaar met het doel zou zijn geschied, om het publiek van deelneming in de Adelaar en aanraking met den eischer af te schrikken. De vordering strekt daartoe, dat de regtbank de gepleegde daad laster lijk, honend of beleedigend zal verklaren, en den ged.zelfs bij lijfsdwang, zal veroordeelen tot schadevergoeding jegens den eischer en de maatschappij de Adelaaren tot betering van het bij den eischer in eer en goeden naam geleden nadeelmet bevel van aanplakking van het vonnis ten koste des ge daagden en met veroordeeling van den ged. in de kosten van het geding. BUITENLANDSE MS BER1GTEN. ENGELANB. LONDEN, 19 April. Aan de beide parlemenlshuizen zijn Maandag 11. de verlangde ophelde ringen omtrent den staatkundigen toestand van Europa gegeven. De mededecling van den heer Disraëli in het lagerhuis kwam op het vol gende neder. Het beginsel van ontwapening was aangenomen maar er be stond tusschen Frankrijk en Oostenrijk verschil van gevoelen omtrent de middelen tot toepassing van dal beginsel. Piemont toch weigerde zich te ontwapenen om reden dat liet geene stem in het congres zou hebben. Er bestond alle grond om te hopen dat de vrede niet gestoord zou worden, maar het was aan lord Malmesbury nog niet gelukt eenige volledige schik king tot stand te brengen, terwijl Oostenrijk de ontwapening verlangde, maar de vaststelling der nadere bepalingen dienaangaande aan het congres wilde overlaten. Op deze verklaring van den kanselier der schatkist zeide lord Palmerston 1 dat de regering de aanneming van de voorstellen van lord Cowley van Frankrijk en Oostenrijk had moeten eischen en dat men van Piemont niet vergen moest zich te ontwapenenindien men het van het congres uitsluiten wilde; hij achtte de mededeeling der regering geschikt om de hoop op be houd des vredes te schragen. Zoo het congres tot stand kwam, moest er aangedrongen worden op de ontruiming van Midden-Italië door Oostenrijk, dat was de hoofdzaak. Lord Russell waarschuwde tegen bepaalde verbind- tenissen, strekkende om Engelands vrijheid van handelen te verkorten. De heer Gladstone was van oordeel dat aan Piemont zitting in het congres ge geven diende Ie worden. Ook de heer Duncombe verlangde Piemonts toela ting in het congres, maar hij voegde er bijdat de algemeene vrede in be stendig gevaar zou blijven verkeeren zoo lang de Oostenrijkers niet uit Italië waren verdreven. In het hoogerhuis gaf lord Malmesbury eene verklaring, overeenkomende met die van den heer Disraëliwaarna lord Derby nog in nadere bijzonder heden trad. Hij betreurde het, dat de onderhandelingen niet in de hand van lord Cowley waren gelaten, dewijl alsdan alle geschilpunten reeds ver- 1 eflend zouden zijn: immers door zijne tusschenkomst was men het reeds over de voorwaarden cener schikking eens geworden, toen Rusland met j zijn voorstel tot het houden van een congres te berde kwam. Lord Derby was ook nu nog niet zonder hoop op eene voldoende schikking; maar de I lijd naderdezeide hijwaarop voor goed diende te worden uitgemaakt of het congres zou plaats hebben of niet. Hij achtte het niet overeenkomstig Engelands eer en belangendat de voorbereidende beraadslagingen over het houden van het congres nog langer aanhielden; en hij verklaarde dat de tijd nabij was waarop Engeland zou besluiten om het tijdvak der onderhan- deling voor gesloten te verklarenwant bij sommige mogendheden was het I met het congres niet ernstig gemeend. Wij zullen dan, zeide hij, hoewel j met leedwezen, onze bemoeijingen moeten staken, daar wij niet meer kun- nen hopen dat onze tusschenkomst nuttig voor Europa zal zijn. Indien Engeland dien stap doet, zal het zijn om zich vervolgens in eene gewapende I onzijdigheid te houden. Voorts voegde de minister er bij dat, indien de oorlog uitbarstte, hij zich niet tot Italië zou bepalen, maar zich over geheel Europa zou uitbreiden. De bovenstaande mededeclingen worden door de dagbladen verschillend beoordeeldnaarmate zij voor of tegen het ministerie gestemd zijn. De Morn. Post en de Daily-News verklaren dat al de handelingen van het ministerie ter gunste van Oostenrijk hebben gestrekt. Alleen ontbreekt nog maar de belofte dat Engeland die mogendheid ter zijde zal staan. Eene staatkunde, die het volk niet kan goedkeuren. Andere bladen prijzen de krachtige houding door de regering aangenomen. Door de Globede Morn. lier. en Daily-Neivswordt berigt dal de levendige onderhandelingen dezer dagen gevoerd tot de uitkomst hebben ge leid dat Sardinië het voorstel tot algemeene ontwapening aanneemt. Indien dit berigt waar is, dan zou er een groote hinderpaal voor den vrede weg geruimd zijn. De Times gelooft niet dat er iets van de ontwapening ko men zal. Volgens den Times zullen de bezittingen van Engeland, op sommige punten van de Middellandschc zee, versterkt worden. De ontbinding van het parlement is op Zalurdag aanst. bepaald. De afkondiging der nieuwe verkiezingen zal Maandag plaats hebben en de ver kiezingen zullen in de steden 3 dagen en op het platte land 6 dagen daarna beginnen. Lord Shaftesbury heeft op nieuw geldelijke bijdragen gevraagd voor de alhier nog verblijf houdende Italiaansche ballingen, omdat de tot hiertoe bijeengebragte gelden niet toereikende zijn om in hun onderhoud te voorzien. In deze uilnoodiging geeft hij hoogen lof aan het gedrag dier ballingen. Geen enkel onredelijk aanzoek, zegt hij, is door hen gedaan. Hun wensch was eer, hunne behoeften te verbergen dan bekend te maken; en ieder scheen zoo weinig mogelijk uit het fonds te willen puttenopdat er voor de anderen te meer zou overblijven. Op eene der bezittingen van prins Albert is dezer dagen bij het ploe gen een looden kistje gevondenbevattende ruim 150 zilveren muntstukken uit de tijden van Elisabeth, Jacob I en Karei I. Bij de regering is een berigt uit Bombay ontvangen van 26 Maart. Al de corpsen der opstandelingen waren thans uiteengedreven; slechts in Nepaul bevonden er zich nog 8000, die door Jung Bahadoor vervolgd werden. Een moordaanslag tegen het leven van den president van Hyderabad was mislukt. Bij onze regering zijn thans berigten uit Midden-Azië ontvangendie de zekerheid geven dat de beroemde reiziger A. Schlagintweit om het leven is gekomen. Te Kargash was hij door eene bende Mahomedanen gevangen genomen en op bevel van hunnen aanvoerder onthoofd. De hh. White en C°.militaire leveranciers, zijn met een deficit van 40,000 J gefailleerd. Te Dundee is de stoomketel eener spin-fabriek gesprongen waardoor een gedeelte van het gebouw instortte en 30 arbeiders onder het puin wer den bedolven. Reeds zijn er 12 lijken te voorschijn gebragt. Te New-Orleans heeft een zware brand gewoed. Eene aldaar bestaande inrigting tot het persen van katoenbalen is met nog een 70-tal huizen een prooi der vlammen geworden. Genoemd gebouw bevatte 40,000 balen ka toen waarvan slechts een gedeelte is gered. FRANKRIJK. PARIJS20 April. De Moniteur heeft omtrent den tegenwoordigen toestand eene mede deeling gedaanwaarvan de hoofdinhoud op het volgende nederkomt. De mogendheden hebben zich onderling verstaan omtrent de vier volgende pun ten als grondslagen voor de beraadslagingen van het congres. 1». De mid delen vast te stellen, waardoor de vrede tusschen Oostenrijk en Sardinië in stand gehouden kan worden. 2°. Hoe de ontruiming van den Kerkelijken Staat door de Fransche er. Oostenrijksche troepen het best kan worden be werkstelligd. 3°. Of het noodig is hervormingen in te voeren in het bin- nenlandsch bestuur van dien staat en van de andere staten van Italië; waarvan hel bestuur gebreken in zich bevatwelke klaarblijkelijk een duur- zamen en gevaarlijken slaat van onlusten en ontevredenheid zouden veroor zaken en welke die hervormingen zouden zijn. 4°. De tusschen Oostenrijk en de hertogdommen bestaande tractalen te vervangen door een onderling verbond van de stalen van Italië, lot wederkeerige bescherming, zoowel inwendig als uitwendig. Sedert heeft Oostenrijk de ontwapening van Sardinië en daarna de alge meene ontwapening gevorderd. Engeland heeft dat voorstel in dien zin gewijzigd, dat het alleen noodig zoude wezen het beginsel der algemeene ontwapening aan te nemen, om de uitvoering van dien maatregel bij de opening van het congres te regelen. Frankrijk heeft gemeend dat Sardinië niet kon worden uitgenoodigd tot de ontwapening over te gaanindien het niet op het congres vertegenwoor digd werddoch bezield met verzoenende gevoelensheeft het aan Engeland

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1859 | | pagina 2