KORT VERSLAG
ZITTING VAN DEN GEMEENTERAAD VAN LEYDEN.
BIJBMD 4.
DER
(Behoorende bij de Leydsche Courant van d4 Februarij Ó859N°. d9.)
-OOOOO0OWK
Zitting van 10 Febrnarij.
Tegenwoordig de heeren: Gevers, de Moen, Luzac, StoffelsHuyser,
Tollens, Kluit, Sikkel Groos, Lisman, Bncaille, Tichler, Olivier, Krantz,
van der Hoeven, le Poole, van Kaathoven en de Voorzitter; terwijl de
heeren ten Sande en Hubrecht hadden kennis gegeven verhinderd te zijn
deze vergadering hij te wonen.
De aanteekeningen der vorige vergadering worden gelezen en goedgekeurd,
waarna de Burgemeester mededeelt:
1°. Verslagen van de bezoeken in a. het Evangelisch Luthersch LVees- en
Oudeliedenhuish. het Minne- of Armen oude Mannen- en Vrouwenhuis,
c. het Minnehuisen d. het Heilige Geest of Armen Wees- en Kinderhuis.
2°. Eene dispositie van Gedeputeerde Staten der provincie Zuidholland,
van den 2a™ dezer maand, GS. n°. 20/1, waarhij wordt goedgekeurd bet
raadsbesluit van den 27st™ der vorige maand, tot den afstand van gemeente
grond aan C. van den Berg.
Deze zijn aangenomen voor kennisgeving.
Voorts heeft de Burgemeester overgelegd
1°. Het procesverbaal van opneming der boeken en kas van den Ontvan
ger dezer gemeente, op den 29st™ der vorige maand.
Dit wordt aangenomen voor kennisgeving en tevens besloten het gedu
rende 14 dagen ter inzage van de leden in de leeskamer neder te leggen.
2°. Een rapport van Burgemeester en Wethouders op het verzoek van
de Commissie tot de Armkerkom eene tegemoetkoming van f 600 in de
door haar gemaakte kosten tot herstel dier kerk.
3°. Rapporten van Burgemeester en Wethouders op de verzoeken van W.
C. de Sain, J. C. Swagers wed. J. Graas, L. van Leeuwen, als executeur
in den boedel van M. Tragoo wed. J. van Leeuwen, en W. Gerritsen, in
gelijke betrekking in den boedel van A. de Jong wed. J. den Honler, om
afschrijving of teruggave van plaatselijke directe belasting over 1858.
4°. Eene voordragt van Burgemeester en Wethouders omtrent den aan
slag in de plaatselijke directe belasting over 1858 van Officieren, die in den
loop van dat jaar de gemeente hebben verlaten of zich aldaar gevestigd
hebben.
Overeenkomstig de voordragt is besloten deze stukken te stellen in han
den van de Commissie van Financiënten fine van herigt en raad.
5°. Eene voordragt van commissarissen der gazfabriek, tot uitbreiding dier
inrigting.
Overeenkomstig de voordragt is beslotendeze ten fine van herigt en raad
te stellen in handen van Burgemeester en Wethouders en de Commissie van
Financiën.
6°. Eene voordragt van curatoren van bet stedelijk gymnasium, omtrent
de tijdelijke vervulling der betrekking van docent in de fransche taal en de
verdere werkzaamheden van zijnen opvolger.
Overeenkomstig de voordragt is besloten, deze te stellen in handen van
Burgemeester en Wethouders en, voor zooveel het financiëele aangaat, ook
in die van de Commissie van Financiën, ten fine van berigt en raad.
7°. Een adres van W. Corduwa, waagmeester, waarbij deze zijne belan
gen aan den Raad aanbeveelt.
8°. Een adres van H. P. A. van Wensen, houdende verzoek om het ge
bruik van gemeentegrond.
Overeenkomstig de voordragt is beslotendeze ten fine van berigt en raad
te stellen in handen van Burgemeester en Wethouders.
9°. Een adres van H. Manger Muntz, houdende bezwasen tegen het vast
stellen eener verordeningwaarbij zou worden bepaald dat het rijden door
de Donkersteeg uitsluitend van de zijde der Haarlemmerstraat mag plaats
hebben.
Overeenkomstig de voordragt is beslotendit ten fine van berigt en raad
te stellen in banden van de Commissie tot de Strafverordeningen.
10". Eene aanbeveling van curatoren van het stedelijk Gymnasinm en
verdere stukken betreffende de vervulling van het 2e praeceptoraat aan
die instelling.
Overeenkomstig de voordragt is besloten, deze ter inzage van de leden in
de leeskamer neder le leggen.
Vervolgens stelt de Burgemeester aan de orde van den dag:
1°. Eene voordragt tot aanvulling van het besluit, in de vergadering van
den 27 Januarij jl. genomen op de missive der Gemeente-Commissie van het
Nederduitsch Hervormd Kerkgenootschapomtrent de begraafplaatsenvoor
zooveel de uitvoering daarvan aangaat.
En is na deliberatie, overeenkomstig de voordragt, met algemeene stem
men het daartoe vereischte besluit vastgesteld.
2°. De voordragt tot wijziging van art. 2 van het raadsbesluit van 5
Maart 1857, gewijzigd den 8/22 October van dat jaar, regelende de heffing
eener plaatselijke belasting voor het gebruik van openbare gemeentewerken
en bezittingen, zoodat het gelezen worde als volgt: De vergunningenwelke
tot op de invoering der belasting zijn verleend, worden, onder de daaraan
verbonden voorwaarden, tot wederopzeggens toe gehandhaafd."
Gelet op het rapport der commissie van Finantiën, waarbij deze voorstelt
dat art. dus te lezen
De vergunningen, welke tot op de invoering der belasting zijn verleend,
wordenonder de daaraan verbonden voorwaarden en met inachtneming
van reeds vastgestelde of nog vast te stellen Verordeningentot wederop-
zeggens toe gehandhaafd."
Is na deliberatie het voorstel van de commissie van Finantiën in rond
vraag gebragt en dienovereenkomstig met algemeene stemmen besloten, en
alzoo tevens het raadsbesluit, houdende wijziging van art. 2 van dat van
den 5™ Maart 1857, regelende de heffing eener plaatselijke belasting voor
het gebruik van openbare gemeentewerken en bezittingen, vastgesteld.
3°. Het adres van vrouwe Maria Johanna Clemcntia de Haan, geb. de
Jong van Rodenburghhoudende verzoek om ontslag als Regentesse van het
Heilige Geest of Armen Wees- en Kinderhuis.
Gelet op het rapport van vrouwen Regentessen van dat gesticht, is na
deliberatie met algemeene stemmen beslotenaan de adressante een eervol
ontslag uit die betrekking te verleenenonder dankbetuiging voor de in
deze bewezen diensten.
4°. Het adres van Simon Fredcrik Groen, docent in de Fransche taal aan
het stedelijk gymnasium alhier, waarbij deze tegen den 15en Februarij aan
staande het ontslag uit die betrekking verzoekt.
Gelet op het rapport van Curatoren van het stedelijk gymnasiumis na
deliberatie met algemeene stemmen besloten, hem met den 15™ Februarij
eerstkomende het verzocht ontslag eervol te verleenen.
5°. De benoeming van een lid om met den Burgemeester bij de loting
voor de nationale militie tegenwoordig te zijn.
Nadat de leden Stoffels, Sikkel Groos en Lisman waren aangewezen om
met den Burgemeester het bureau van stemopneming uit te maken, zijn hij
17 stembilletten, overeenkomende met het getal aanwezige leden, uitgebragt
op de heeren Tichler 14 stemmen, le Poole, Tollens en Lisman ieder ééne
stemzoodat de heer Tichler is benoemd om met den Burgemeester de
commissie bij de loting uit te maken.
6°. De benoeming van een lid voor de plaatselijke commissie van genees
kundig toevoorzigt, ter vervulling der door het overlijden van den heer
R. Jesse ontstane vacature.
Gelet op de aanbevelingslijst door genoemde commissie overgelegdzijn bij
17 stembilletten overeenkomende met het getal aanwezige ledenuitgebragt
op A. K. W. E. C. Fischer 16 stemmen en op B. J. Fornara ééne stem.
Is alzoo benoemd tot lid der plaatselijke cornmisie van geneeskundig toe
voorzigt de heer Anne Karei Willem Ernst Christiaan Fischer.
7°. Het verzoekschrift van D. Hoskam te Haarlem aan den Minister van
Binnenlandsche Zakenom teruggave van alhier betaalde plaatselijke belas
ting, wegens op den 26sl™ Augustus 1856 naar buiten uitgevoerde dranken;
welk adres, naar aanleiding eener missive van voornoemden Minister dd. 15
Januarij jl. n®. 139 (2C afdeeling), door den Staatsraad Commissaris desKonings
in deze provincie, hij apostille van den 20st™ daaraanvolgende, litt. B,
n°. 343 (3e afdeeling), andermaal in handen van Burgemeester en Wethou
ders is gesteldten fine van berigt en raaddoch nu na den Gemeenteraad
te hebben gehoord.
Gelet op het rapport van Burgemeester en Wethouders, waarbij zij tevens
in afschrift overleggen hunnen brief aan den Staatsraad-Commissaris voor
noemd van den 30st™ September des vorigen jaars n°. 493strekkende tot
afwijzing van bovengemeld verzoek; alsmede op dat der Commissie van Fi
nanciën, houdende voorstel lot het nemen van een raadsbesluit in den geest
der bovengemelde missive van Burgemeester en Wethouders, tot afwijzing
alzoo van het verzoek, ook al ware het niet dat de artt. 24 der Wet van
8 November 1815 n". 36 (Stbl. n°. 51) deze vordering tot teruggaven,
waarvoor trouwens niet één wettige grond bestaat, verjaard verklaarden;
Is na deliberatie met algemeene stemmen beslotenzich met de voordragt
der Commissie van Finantiën te vereenigen en het te dier zake gevorderde
raadsbesluit vastgesteld.
De behandeling der aan de orde gestelde onderwerpen hiermede afgeloopen
zijnde, is de vergadering gesloten.
Te Leyden ter Boekdrukkerij van J. C. DRABBE.