LEYDSCHE COURANT. VRIJDAG 8 OCTOBER. De Courant wordt MaandagWoensdag en Vtijdag uitgegevenDie van Maandag komt uit Zaturdag Avond De Prijs der Courant is ƒ12 Ztef jaar de afzonderlijke Nonwiers worden tegen 10 Centen afgegeven. BMNENLANDSCHE BERIGTEN. LEYDEN, 7 October. Bij kon. besluit van 4 dezer zijn bij het kantongeregt alhier herbenoemd als regier mr. II. Gevers en als griffier mr. H. C. Huyser. Uit de gemeente Haarlemmermeer wordt aan de A. C. het volgende gemeld: Door den raad is bij request aan den koning verzocht, om, met hel oog op deze gemeente, in dit arrondissement een notaris meer aan te stellen, wiens standplaats het midden dezer gemeente zal behooren te zijn. Werd onze hervormde gemeente door de A'ederlandsche weldadigheid en de onvermoeide pogingen der daarvoor bestaande commissie verrijkt door een schoon en doeltreffend kerkgebouw en predikantswoning, een nienw bewijs van belangstelling ontvingen kerkvoogden in een geschenkbestaande uit twee zilveren bekers en twee zilveren broodschotels, bestemd ten ge- bruike bij de bediening des nachlmaals, lot opschrift hebbende: Gevers van Endegeestpresident der commissie tot droogmakingaan de eerste kerk in het drooggemaakte HaarlemmermeerA". 1858. Uit het Lutkcmcer, nabij bovengenoemde gemeente, is hel lijk vaneen manspersoon aangespoeld, dat deerlijk verminkt was en waarvan de beenen aan elkander waren gebonden. Men vermoedt dat daar cene misdaad heeft plaats gehad. Volgens het II. en Effbl. is de vermaarde Icrsche reus Murphy te Alkmaar overleden. Reeds vroeger was het gerucht van zijnen dood alhier verspreid. Te Uithoorn is in den nacht van Zondag op Maandag de boeren-hof- stcdc van 1). Stam, namelijk woning, stalling, schuur en twee hooibergen, met het hooi van 20 bunders land, een prooi der vlammen geworden, ten gevolge van het broeijen van het hooi. De eigenaar was voor cenige dagen van huis, en zijne vrouw en 9 kinderen zijn gelukkig gered. Alleen de woning was verzekerd. Te Gorinchem is de persoon d. V., van beroep goud- en zilverkashou der, gevangen genomen. Sedert eenigen tijd werden er brandbrieven ge schreven aan den heer II. v. II., en na een 14-tal dagen wakens, ontstond er vermoeden op bovengenoemden persoondie dan ook op heeterdaad be trapt werd bij het wegnemen eener doos op de door hem aangewezene plaatseven buiten de stad. Het prov. gercglshof van Gelderland heeft in de zaak der beruchte dievenbende de 5 beschuldigden schuldig verklaard aan diefstal met ver zwarende omstandigheden en hen veroordeeld: F. W. Hiif, zich noemende Schultz, lot 20, J. Verdoner tot 15, H. Verdoner tot 8, T. Verdoner tot 5 en Anna Maria Kersten tot 6 jaren tuchthuisstraf. De verkiezing voor een lid der tweede kamer, in het hoofd kiesdistrict Assen, ter vervanging van den heer mr. L. graaf van Heiden Reinestein is bepaald op 26 October; zoo er eene herstemming vereischt wordt, zal die plaats hebben op 9 November. Zondag 11. had op den spoorweg tusschen Maastricht en Hasselt een treurig ongeval plaats. De stoker van een der treinen bukte om onder het vuur van de locomotief te zien, viel van daar voorover op de baan en be kwam daarbij zulke zware verwondingen aan het hoofd en de beenendat hij weinigen lijd daarna den geest gaf. Bij de tweede kamer zijn ingekomen 5 wcts-onlwerpenstrekkende tot wijziging van het belastingstelsel en van eenigc bepalingen der gemeente wet, rakende de gemeente-belastingen; te weten: 1°. op het regt van suc cessie en van overgang bij overlijden; 2°. tot evenredigmaking van de grond belasting; 3°. lot afschaffing van den accijns op den turf en de steenkolen; 4°. lot wijziging van de wet op den accijns op het geslagt en 5°. lot wij ziging van de arlt. 241, 242 en 246 der gemeentewet. In een volgend nommer zullen wij uit de algemeene memorie van loclichtingwaarvan deze ontwerpen vergezeld gaan, cenige bijzonderheden mededeelen lot regt ver stand van de inzigten der regering. Voor ditmaal bepalen wij ons bij de vermelding dat omtrent de heffing van den accijns op het geslagt, de rege ring eene eenvormige heffing wil invoeren en dus de tarieven buiten werking stellen. Art. 1 van het wets-onlwerp luidt aldus: De waarde van het vee wordt door den accijnspliglige zclven aangegeven, behoudens het regt van benadering door de beambten voor de aangegeven waardeverhoogd met zeven ten honderdeen en ander op den voet van art. 6 der wet van 2 Jan. 1832 Staatsblad N". 5). In geval van benadering wordt de aangegeven waarde, met de verhooging, dadelijk door de beambten, hetzij op de plaats, waar de benadering ge schiedt, hetzij ten kantore van den rijksontvanger over de gemeente, aan den aangever tegen quitanlie betaald. Wat betreft de verandering der bovengenoemde artt. der gemeentewet stelt de regering voor die aldus te lezen: Art. 241. Het getal der opcenten op de grondbelasting kan voor de gebouwde eigendommen tot 25, voor de ongebouwde tot 10 gaan. Art. 242. De opcenten op de personele belasting kunnen tot 35 en die op de andere, in het 4dc lid van art. 240 bedoelde rijks- directe belastin gen lot 25 gaan. De opcenten op de personele belasting wordennaar gelang van de huur waarde der percelen en de bevolkinggeheven in de redenaangewezen in de tabel achter deze wet gevoegd; zóó echter, dat de heffing steeds ge schiede bij geheele opcenten. De belastingschuldigendie niet wegens de huurwaarde in het personeel zijn aangeslagen, omdat zij bij anderen inwonen, worden gerangschikt in de klasse, bij de tabel aangewezen, tot welke zij zouden behooren, indien zij waren aangeslagen wegens de huurwaarde van de gebouwen, die zij gedeeltelijk bewonen of in gebruik hebben. De belastingschuldigen, die niet wegens de huurwaarde in het personeel zijn aangeslagen, omdat zij percelen bewonen die hen, voor zooveel de huurwaarde betreftbuiten de termen van belastbaarheid doen vallenwor den gerangschikt in de laagste klasse bij de tabel aangewezen. Bij art. 246 wordt gevoegd: Op het verbruik van gedistilleerd kan even wel vóór alle andere belastingeneene belasting worden gehevenmits die niet te boven ga de grensbij de bijzondere wet betreffende den rijks-accijns op dit voorwerp te stellen. In ons vorig nommer hebben wij reeds melding gemaakt van het wets ontwerp tot wijziging der tarieven van sommige accijnsen. In de memorie van toelichting bij dit ontwerp wordt gezegd dat door deze verandering voor den wijn en het binnenl. gedistilleerd eene niet onbelangrijke ver- inoordjpn.Dt Pon opbronjjet V111 wnriinil lp CPmOPf ffpzlpn 'omviil Ilpf 70Ml de zeep en de bieren en azijnen eene vermindering zullen ondergaan. De accijns op den wijn tot hiertoe 19,05 per vat wordt gebragt op ƒ20, die op binnenl. gedisteleerd van ƒ21.12 per vat op ƒ22, die van buiten!, ge- dist. van 35.20 op ƒ35, die van zout van ƒ9.10 per 100 van ƒ9.10 op ƒ9.die van zeep van 10.62^ per 100 ffi op ƒ10, en die van bieren en azijnen van ƒ1.06 per vat op ƒ1. Bij de tweede kamer is ook ingekomen een wets-ontwerp tot herziening van de wet op den waarborg en de belasting der gouden en zilveren werken. Daarbij wordt voorgesteld de heffing der belasting, door het percentsgewijze te berekenen cssai-loon en opcenten te doen vervangen door de betaling bij de stempeling van ƒ15 voor de once goud en van ƒ0.75 voor de once zilver. Bijaldien hel verbreken der werken wordt verlangd, zou een essai-loon van 15 ten honderd worden geheven. Overzigt der staalsbegrooting voor 1859 (vervolg). Hoofdstuk VI Herveeredienst enz.). Het totaal van dit hoofdstuk be draagt 1,747,484.43 J waarvan voor het Israëlitische kerkgenootschap is bestemd 35,750. De meeste artikelen zijn geraamd tot hetzelfde bedrag als daarvoor bij deze bcgrooling voor 1853 is toegestaan. Uit aanmerking van toenemende behoefte is de raming van onderstandsgelden aan kerkelijke gemeenten voor 1859 gesteld op ƒ30,000, zijnde ruim ƒ9,400 meer dan voor 1858 is toegestaandoch minder dan vroeger voor subsidiën werd beschik baar gesteld. De raming der pensioenen voor 1859 blijft nog gegrond op de regelen tot hiertoe gevolgd. Eene algemeene regeling der kerkelijke pen sioenen levert zoo vele moeijelijkheden op, dat het niet mogelijk is met zekerheid het tijdstip te bepalen, waarop die gewcnschle maatregel een onderwerp van beslissing voor de wetgevende magl zal kunnen uitmaken. Hoofdstuk VII (It. K. eeredienst) wordt bepaald op ƒ644,801.80,'waar van voor het kerkgenootschap der bisschoppelijke elcrezy ƒ11,300. Dit hoofdstuk is ƒ10,880.12 hooger geraamd dan in 1858, vooral door verhoo ging van art. 8: plaatselijk dienstdoende geestelijken. De verhooging staat hoofdzakelijk in verband met de voortzetting van de nog niet geheel voltooide parochiale inrigling der diocesenen is wijders het gevolg der geleidelijke regeling van de jaarwedden der bij de erkende parochiën in dienst gestelde geestelijken, die geen of een ontoereikend tractement genieten. Het r. k. kerkgenootschap hier te lande wordt bestuurd door één kerk voogd in elke der vijf diocesen waarin het grondgebied is verdeeld. Een daarvan draagt den titel van aartsbisschop. De aartsbisschop van Utrecht en de bisschop van Breda hebben ieder een coadjutor; de eerste om de uit gestrektheid van zijne dioecees, en de tweede ter oorzake van zijnen hoogen ouderdom. Het getal der r. k. kerkgemeenten bedroeg op 1 Julij 1858 915 en het personeel der dienstdoende geestelijken bestond uit 887 pastoors en desservanten28 rectors en 731 kapeliaans of vicarissen. Aan 1527 dier betrekkingen waren op gemeld tijdstip rijks-jaarwedden verbonden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1858 | | pagina 1