binnenl. zaken worden aanbesteed de aanleg eener telegraaflijn van Rotter
dam langs den Rijnspoorweg naar Utrecht.
Men gelooft dat zijne rede veel lol de aanneming der ontwerpen zal toe
brengen. De minister van binnenl. zaken heeft verklaard dat bij eene ver
werping het status-quo in deze zaak zou gehandhaafd wordendat voor
Antwerpen zeer nadeelig zon zijn; want de genie zon niet meer, gelijk
vroeger, het bouwen binnen het rayon van de vesting oogluikend kunnen
toelaten. Men schijnt echter in de kamer meer en meer lot de overtuiging
te komen dat er een strategisch punt noodig is en dat dit punt niet anders
dan Antwerpen kan zijn.
De graaf de Beanffort, inspecteur generaal van kunsten en wetenschap
pen, enz., is in 53-jarigen ouderdom overleden.
Hier ter stede heeft een voorval plaats gehad, dat lot allerlei gissingen
aanleiding geeft. Een koopman was in Februarij 11. in den echt getreden
met eene vrouw die een aantal jaren jonger was dan hij. Tusschen de beide
karakters bestond geene overeenstemming, en 6 weken na het huwelijk be
sloot de jonge vrouw de gemeenschappelijke woning te verlaten en eenen
eisch tot scheiding tegen haren echtgenoot in te stellen. De koopman,
weinig daarmede gediend, had meer dan eens zijne vrouw met den dood
gedreigd, maar zij had daarop geen acht geslagen. In den loop dezer weck
kwam hij haar, hetzij bij toeval of voorbedachtelijkin de rue des Quatre-_
vents tegen, trok toen een pistool uit den zak en schoot dit op haar af.
Toen zij getroffen nederviel, trad hij nader en loste een tweede schot,
maar eene beweging van hel slagtoffer deed hem zijn doel missen, en de kogel
drong in een muur. Men kon zich slechts met moeite van den moordenaar
meester maken, en terwijl men aan het bureau van politie zijne zakken
doorzocht, wist hij zich met een mes eene zware snede aan den hals toe
te brengen. Die wonde is echter niet gevaarlijk. Voor het leven der
vrouw, die echter zwaar is gekwetst, beslaat mede geen vrees.
Te Antwerpen zijn op bevel der politie verscheidene manden met on
rijpe vruchtendie ter markt waren gebragtals schadelijk voor de ge
zondheid, in de Schelde geworpen.
Door den beeldhouwer Jehotle is het kolossale ruiterstandbeeld van
Karei den Groote voltooid; het zal waarschijnlijk op een der pleinen van
Luik opgerigt worden.
Uit Gent zullen dezer dagen een aantal werklieden (ijzergieters en
vormers) naar eene kleine stad in Rusland vertrekken, alwaar zij zich
in de dienst van een onzer landgenootenden heer Schellinckdie aldaar
eene groote industriële inrigting bezit, hebben verbonden.
EAGELAJi
LONDEN, 29 Julij.
Men verneemt nu nader dat behalve de jaglen slechts twee groote oorlog
schepen de koningin op hare reize naar Cherburg zullen vergezellen. In
den namiddag van 4 Augustus zal II. M. derwaarts vertrekken.
De sluiting van het parlement zal op 2 Augustus plaats hebben.
De beriglen thans uit Indië ontvangen deelen de tijding mede dat de
regering aldaar tot het uitvaardigen eener amnestie is overgegaan. Rij eene
proclamatie van den gouverneur-generaal is aan allen, die aan den opstand
deel genomen hebbenvolkomene straffeloosheid aangebodenmits zij ter
stond de wapenen nederleggen en zich aan het gezag der Brilsche overheid
onderwerpen; alleen diegenen, welke zich aan het vermoorden van Euro
peanen hebben schuldig gemaakt zijn van deze amnestie uitgesloten.
De herneming van Gwalior door de Engelschen wordt in deze beriglen
bevestigd; maar zij voegen er bij, dat de opstandelingen uil die vesting
ontkomen zijn en zich op een ander punt, namelijk te Jedpore, weder ver-
eenigden. Te Gwalior maakte men zich van 27 stukken, vele olifanten en
aanzienlijke schatten meester. Verder wordt gemeld dal hel landschap Oude
nog in onrust was, zoo zelfs, dal het den IS11™ Junij jl. nabij Lucknovv
weder tot een gevecht tusschen de Engelsehe troepen en de muiters was
gekomen. Generaal Grand behaalde de overwinningveroverde een aantal
stukken en dreef den vijand over de rivier. De beruchte Moulvie, op wiens
hoofd een prijs van 5000 was gesteld, is gedood.
De Delhi-Gazette deelt nog het volgende mede. Een brief uit La
hore meldt dat den 2dc" Junij een bende gewapende inlandsche soldaten,
naar men gelooft van hel 35ste reg. ligte infanterie, Madhopoor is binnen
getrokken, waar zij den bazar verbrandden en 14 personen doodden of
verwondden. Onder de dooden bevinden zich de heer en mevr. Middleton,
wier 4 kinderen, waarvan een 4 maanden oud was, op afschuwelijke wijze
werden aan stukken gehouwen.
Ook hier te lande hebben Zondag 11. zware stormen en onweders ge
woed. Te Newcastle-upon-Lyme duurde de orkaan slechts een half uur,
maar was zoo hevig dat vele huizen instortten. Te Penkhull sloeg de
bliksem in het dak der kerk en werden de muren en het orgel zwaar
beschadigd, gelukkig weinige oogenblikken na het eindigen der godsdienst
oefening. Eene lord Granville toebehoorende fabriek te Sneydgreen werd
door den bliksem geheel in de asch gelegd. Te Dukefield, waar storm en
onweder groote schade veroorzaakten, werden, nadat de wind bedaard was,
ontelbare zeer kleine krabben in het Park gevonden.
Vroeger is reeds gemeld dat men in ongelegenheid verkeert om de
Leviathan naar behooren af te werken. Men vormt allerlei plannen om
van het monsterschip partij te trekken. Thans is voorgesteld om te trach
ten het schip aan de admiraliteit te verkoopenten einde hel als wacht
schip te bezigen. Bij eene doelmatige besturing, zeggen de voorstanders
van dit planzou de Leviathan sterk genoeg zijn om des gevorderd alle
Fransche linieschepen te verpletteren.
Sir J. Paul, de bankier wiens faillissement voor 3 jaren zoo veel ge
rucht maakte, en die ter zake van misbruik van vertrouwen tot verbanning
j werd veroordeeld, is thans uit de gevangenis, waarin hij zich nog bevond,
ontslagenom wegens ongeneeslijke krankzinnigheid in een gesticht te
worden geplaatst.
De Ripon is Zondag middag te Southampton aangekomenmet het
grootste deel van de maal van Bombay. Dit vaartuig heeft na het vertrek
uit Alexandria steeds met ruw weder te kampen gehad. Nabij Gibraltar
werd het schip 13 uren lang opgehouden door eenen zwarcn mist en even zoo
in het Kanaal. Gedurende den nacht van den 24sten en in den morgen van
den 255te" moest het zware stroomen doorstaan. De loods die het vaartuig
te gemoet ging, is naar Cowes moeten lerugkeeren en twee stoombooten,
van het eiland Wight afgezonden om de paketten over te nemenwerden
daarin door de zee verhinderd.
Vrijdag II. ontstond er te Dublin groote schrik onder de moeders die
in de buurt van de Astonkade wonen. Het schijnt dat in eene lading van
buitenlandsche aangevoerde tarwe eene menigte boonen of bessen gevonden
werden die vergif inhielden. De bediende van den ontvanger der tarwe,
niet wetende welke soort van bessen het waren of wat er mede te doen
had ze op straat geworpen, alwaar ongeveer 60 kinderen speelden, die er
van nuttigden. 37 werden dadelijk naar het hospitaal gebragt; doch geluk
kig zijn al de kinderen hersteld, ofschoon men aan het behoud van een
paar hunner wanhoopte.
In Ierland is de oogst in vollen gang en voldoet, Iuidens alle berig-
tenuitermatevan ziekte onder de aardappelen verneemt men niets.
De Marlborough heeft op de reize naar Malta twee Fransche vaartui
gen ontmoet, die van Martinique kwamen met beslemming naar Marseille.
Op een dezer vaartuigen waren cenige passagiers en een gedeelte van de
bemanning van een Sardinisch schip, van Genua naar Martinique bestemd
dat door aanzeiling met het Fransche vaartuig was gezonken. Daar het
ongeluk des nachts plaats had, zoo wist men niet wat er van het schip
was geworden. Onder de passagiers was eene vrouw, die op het oogenblik
der aanzeiling van haren echtgenoot werd gescheidenen thans omtrent
zijn lot in onzekerheid is. Het Sardinische schip droeg den naam van
Due Fratelli.
Op het eiland Malta is op den 17Jen dezer een steenkolen-pakhuis in
gestort, waardoor 10 arbeiders gedood en 2 gekwetst werden.
FRANKRIJK.
PARIJS, 29 Julij.
De Moniteur berigt dal de keizer op zijne reis van Plombières naar
de hoofdstad op verschillende plaatsen eenige merkwaardigheden in oogen-
schouw heeft genomeno. a. in Chanmont de reusachtige viaductwelke
over hel dal der Suize is gelegd. Dit werk, een der grootste van dien
aardis 500 ellen lang en meer dan 50 ellen boven den grond. De keizer
hechtte bij die gelegenheid den ingenieur Bourdin het ridderkruis van het
Legioen van Eer op de borst.
Op den 24s,c" dezer is te Cherburg het standbeeld van Napoleon I op
het daarvoor bestemde voetstuk geplaatst. In het voetstuk zijn medailles
en een exemplaar van elk der muntstukken onder keizer Napoleon III ge
slagen benevens eene rol nedergelegdop welke laatste het volgende gele
zen wordt: »ln het jaar 1858, hel 7<lc jaar der regering van Napoleon III,
heeft de stad Cherburg dit gedenkleeken opgerigt tot eene onvergankelijke
herinnering aan Keizer Napoleon Iharen weldoener."
De minister van buitenl. zaken heeft bij den keizer het kruis van het
Legioen van Eer aangevraagd voor den Algerijn Hadji Mehemed, die zich
bij het gebeurde te Jeddah zoo moedig heeft gedragen. Gelijk de Mon. de
la Flotte zegt, is dit de eenige bclooning die deze dappere soldaat van
den «Franschen Sultan" verlangt, en al wilde men hem 100,000 piasters
toeleggen, «hij zou die met den voet wegschoppen."
In het dagblad la Patrie worden, volgens een brief uit Hong-Kong,
nog eenige bijzonderheden medegedeeldomtrent hetgeen is voorgevallen na
de bemagtiging der Chinesche forten aan den mond van de Pei-ho. Op den
21sten Mei had een Chineesch overheidspersoon zich vervoegd bij graaf Pu-
tiatin en den heer Reed, de gevolmagligden van Rusland en van de Verce-
nigde Stalendie aangeboden hebben als bemiddelaars werkzaam te zijn.
Op hunne uitnoodiging heeft hij zich insgelijks naar den Franschen admiraal
begeven; maar aanvankelijk weigerde hij den Engelschen vlootvoogd een
bezoek te brengenhiertoe is hij eerst overgegaan op aandrang van den
Franschen admiraal, die hem voorhield dat er zonder dien stap geene mo-
BUITENLANDSCHE BER1GTEN.
BËLCIü.
BRUSSEL, 30 Julij.
In de kamer der vertegenwoordigers wordt dezer dagen een zware strijd
gevoerd, daar de bekende regerings ontwerpen lot versterking van Antwerpen
in behandeling zijn genomen. Gelijk men weet loopen de gevoelens daarover
zeer uiteen. De heer Loos, burgemeester van Antwerpen, en anderen heb
ben de plannen der regering bestreden, en de nuttigheid eener geheele ver
grooting van Antwerpen aangetoond. De verdediging der ontwerpen werd
voorgedragen door den generaal Rénard, als regerings-commissaris daar
mede belast, die zich van deze taak met veel talent en welsprekendheid
kweet. Hij betoogde dat eene ongewapende onzijdigheid eene hersenschim
is, en dat de geschiedenis maar al te zeer bewijzen oplevert, dat zoodanige
onzijdigheid nooit wordt geëerbiedigd door die oorlogvoerende partijen
welke bij hare schending belang hebben. Verder heeft de generaal betoogd
dat overal belangrijke handelsplaatsen worden gevonden, die tegelijkertijd
sterke vestingen zijn, en heeft ten bewijze daarvan gewezen op Havre,
'twelk thans zeer wordt versterkt, op Amsterdam, 'twelk wordt be
schermd door inundatiën over eene oppervlakte van 20 oiijlenop Riga,
'twelk nog niet lang geleden door eene nieuwe enceinte is omgeven, van
veel grooter uitgebreidheid dan de vroegerewelke is vervallen eindelijk
op de Vereenigde-Stalen van Amerikawaar de meeste handelsstedenals
o. a. New-York en Boston, door geduchte vestingwerken worden verdedigd.