intomclax gelooft tic Minister, dat het den ingezetenen vrij onverschillig is of die incomclax door hel Rijk of door de gemeenten zou worden geheven. Na deze algemeene beschouwingen komt de Minister tol de behandeling der afzonderlijke punten, in antwoord op de rede van de Hecren Sloet, de Lom de Berg en Winlershoven. Be Minister zal de voorstellen van den lieer Rochusscn overwegen bij de herziening van het belastingstelsel; hij is thans niet in de gelegenheid om over de verschillende onderdeelen van liet belastingstelsel te sprekendie spr. zal dal zelf ook niet verlangen. Wat nu aangaat de bewering, alsof de Minister zich verklaard had tegen alle afschaffing van belastingen, zegt de Minister dal zijne rede van 17 Sept. natuurlijk alleen slaat op het dienstjaar, waarover de volgende begrooting loopt. Zijne meening isdat hel thans hoogst gewaagd zou zijn een greep te doen tot afschaffing van den accijns op de brandstoffen. De Minister moet nu een enkel woord antwoorden aan den Heer Sloet, die hem uitge- noodigd heeft om bij den Minister van Oorlog een goeden luim waar te ne men om dezen te bewegen drie ton op zijne begrooling te bezuinigen en daarvoor de belasting op bet bier af te schaffen. De dichterlijke verbeel ding va.i den lieer Sloet, doet dien spr. dikwerf uitdrukkingen bezigen, die men voorbij laat gaan; bij wil hem dan ook over die uitdrukking niet hard vallen, maar hij moet er toch tegen protesteren. Het bedrag der begroo ting van Oorlog hangt niet af van den luim van den Minister van Oorlog; de zaak is van te veel belang om als zoodanig te worden aangemerkt. De Minister van Builenl. Zaken verklaart, dat de zaak van den Rijn spoorweg geschikt is. Daarna is de zitting opgeheven tot morgen. Zitting van oensdag 17 December. Aan de orde is de voortzetting der beraadslagingen over het ontwerp van Wet op de Middelen. De Heer van Ziiylcn van Nyevelt klaagt over weinig vooruitgang in de overtuiging der Regering, dat het belastingstelsel herziening behoeft, en vindt den Minister van Financiën veel behoudender dan het behoudendste lid van al de behoudende leden der Kamer. Zijne stem zal in naauw ver- i band slaan met de beslissing over het amendement van de 3 medeleden. De lieer Thorbcckc zegt, dat de Minister het betreurt, dat de begrooting telken jare zoo veel tijd vordert. Spr. heeft dat beschouwd als eene zucht, geslaakt door een man, die met werkzaamheden overladen is. Hij weet het, een constitutioneel Gouvernement is een lastig Gouvernement. Het is veel gemakkelijker zonder vertegenwoordiging wellen te maken. Die consti tutionele regelen zijn noodig en heilzaam, en moeten vooral gehandhaafd blijven tegen hen, die ze lastig vinden. Verder bestrijdt spreker den Minister, en zegt ten slotte: de Minister heeft aangevoerd, dat de hoofdvraag op dit oogenblik is te gemoet te ko men in de verlegenheid van sommige groole gemeenten. Spr. zal gaarne medewerken, om de voorslellen der Regering, tot dat einde strekkende, te overwegen, maar men moet daarbij niet uit het oog verliezen, dat wie zich zelvcn helpen kan, niet alleen steunen mag op het Gouvernement. Dit mag bij de herziening van het Rijksbelastingstelselin verband met dat der gemeenten, niet voorbij gezien worden. Spr. had gaarne gewenscht, dat de Minister voor het minst had laten doorschemeren de rigting en gedachte, waarvan hij denkt uit te gaan, bij de herziening van het belastingstelsel. Hij heeft van den Minister niets gehoord, dan dat deze overweegt. Spreker besluit met de opmerking, dat de te nemen maatregelen, wegens het belas tingstelsel niet moeten gerigl of gegrond zijn op de klaglcn van deze of gene stad, maar dat men daarbij het oog vestigen moet op het algemeen belang van het Rijk bij de herziening van het Rijksbelastingslelselen te vens op de belangen der gemeenten in het algemeen. De Heeren Sloet tot Oldhuis en v. Eek komen nog terug op ecnige gis teren behandelde punten. De lieer Godefroi verdedigt den Raad van Amsterdamals hebbende niet alleen in het belang dier stadmaar in dat van verschillende gemeenten in ons land gehandeld. De Heer van der Linden zal z'jne slem afhankelijk maken van het voor- gedragene amendement. De lieer Baud beaamt de rede van den Heer Godefroi. De Minister herhaalt, dat hij het belastingstelsel in zijn geheel wenscht te herziendat daartoe voorbereidende maatregelen worden genomenen eerst daarna kan mededeeling worden gedaan. De Minister beantwoordt de verdere punten, door verschillende leden in het midden gebragt. Nog voeren het woord de Heeren Thorbecke, Wintgens, Strens en de Minister, waarna de algemeene beraadslagingen zijn gesloten en die over de artikelen geopend. Art. 1. A—I zijn daarop na korte beraadslaging aangenomen. Bij I hebben de 1111. de Poorter en van Akerlaken ecnige beschouwingen in het midden gebragt over de Staats-Loterijdie door den Minister van Financiën zijn beantwoord. Zitting van Donderdag 18 December. Voortzetting der beraadslagingen over de Wet op de Middelen. Worden goedgekeurdjagt en visschcrij regt op de mijnenverschillende ontvangsten. Hieromtrent verklaart de Minister, naar aanleiding van een aanmerking van den Heer v. Bossedat hij geen bezwaar heeft den post voor hel observa torium te Leyden voor memorie uit te trekkenen dus ƒ22,000 daarvoor geraamd, te doen vervallen. Voorts goedgekeurd: onvervreemdbare renten ten laste van België; de nitkccringen uit de geldmiddelen van 's Rijks ovcrzcesche bezittingen. Hierop is door de Heeren Thorbecke, van Bosse en Sloet een amend, voorgesteld. De Heer Thorbecke licht dit amend, uitvoerig toe. Verder voeren de IIII. v. Rappard, Dirks, v. Rcede, RochusscnStoltc en Hoffmann het woord. De zitting duurt nog voort. Telegrafisch Bcrlgt, te 6 ure 10 min. Het amendement betrekkelijk de wet op de middelen afgestemd met 38 tegen 30 stemmen. Daarop is de wet zelve aangenomen met 52 legen 16 stemmen. Morgen andere werkzaamheden. BUITENLANDSCIIE BER1GTEN. BELGIË. BRUSSEL17 December. 's Konings 66ste verjaardag is gisteren op de gebruikelijke wijze gevierd. De Précurseur deelt uit Antwerpen het volgende medeZalurdag 11. is langs den Hollandschen spoorweg een goederen trein aangekomen, die men wel buitengewoon mag noemen. Die trein bestond uit 07 rijtuigen, gelrokken door 2 locomotiven en voortgestuwd door een derde, onder het bestuur van den Directeur, de Heer Urbain zelf. De werklieden aan den trein verbonden, hebben op dien dag eene verhooging van loon ontvangen. Uit Vcrvicrs meldt men dat de Jesuilcn het hotel van den Heer Rcnicr- Lejeune, rue Xhave'e, hebben aangekocht, voor de som van 300,000 fr. ENGELAND. LONDEN, 16 December. De Globe bevat een artikel om de oorlogsverklaring aan Perzië te regt- vaardigen; waarschijnlijk heeft de Regering dit noodig geacht om den on- aangenamen indruk weg te nemendie deze gebeurtenis heeft veroorzaakt. In dit artikel wordt o. a. gezegd: Er bestaat voor ons regtmatige reden lot oorlog in de schending cener aangegane overeenkomst, waaraan de Per zen zich hebben schuldig gemaakt door hunnen aanval op Herat; wij hebben daarom den oorlog verklaard en treden alzoo in al de regten eener oorlog voerende Mogendheid. Het is niet wenschelijk, met eenige Mogendheid, welke ook, in oorlog te zijn; en wat Perzië inzonderheid betreft, bestaan er voor ons vele redenen, om eene vredebreuk met dat land zoo mogelijk te vermijden. Maar het heeft ons lot den oorlog genoodzaakt. Immers aan geen Oostersch Vorst mag vrijheid gelalen worden om verdragen, onder welk voorwendsel het ook zijn nioge, te verbreken. En de Sehach heeft niet alleen een verdrag verbroken; hij heeft zich ook, naar het schijnt, meester gemaakt van eene vesting, gelegen in een vruchtbaar dal, hetwelk de groote heirbaan voor het handelsverkeer is en tevens de weg tot het verkrijgen van het oppergezag in Midden-Azië. liet laat zich zeer wel denken, dal Per zië ten laatste aan Rusland onderhoorig wordt en aan die Mogendheid een talrijk corps hulptroepen, geoefend door Russische Officieren, levert; met het oog daarop dienen wij te beletten, dat Herat eene Perzische vesting worde. De oorlogsverklaring van onze zijde zal de ware bedoelingen van Rusland aan het licht doen komen. Perzië kan op grond eener verdragsbepaling Ruslands bijstand inroepen. Zal die bijstand in de tegenwoordige omstan digheden verleend worden? Het staat aan Rusland te beoordeelen, welke verpligtingen het op zich genomen heeft. Het kan niet openllijk voor onzen verklaarden vijand partij kiezen, zonder dat het de regtmatige gevolgen daarvan ondervinóe. Rusland zal zich in de tegenwoordige omstandigheden die gevolgen denkelijk niet op den hals willen halen; het mag zijnen Aziatischen bondgenoot heimelijk ondersteunenmaar het zal den tijd voor de uitvoering zijner veroveringsplannen nog niet gekomen achten. De Mom. Post voert eene nog heviger taal. Omtrent het leven van den Eerw. Vader Matthew, de Apostel der matigheid, wordt nog de volgende bijzonderheid medegedeeld. Ilij had zijn vaderlijk erfdeel geheel aan de goede zaak ten offer gebragt, en leefde voor namelijk van hetgeen zijn broeder, een distillateur in 'tzuiden van Ierland, hem toezond. Vader Matthew, in de stad gekomen, alwaar zijn broeder woonde, maakte er door zijne prediking zulk eenen opgang, dat het ge bruik van geestrijk vocht aldaar bijna geheel ophield en dat de broeder van onzen prediker zijne betalingen slaken en zich failliet moest verklaren. Dit ongeval bragt geene verflaauwing in den ijver van Matthew te weeg en ook zijn broeder verdroeg dit ongeval met Christelijke gelatenheid. De begrafenis van den Eerw. Matthew heeft Vrijdag II. te Cork met eene onbeschrijfelijke deelneming plaats gevonden. De stoet was meer dan drie mijlen lang en werd bijgewoond door het gemeentebestuur, geestelijken van alle belijdenissen, enz. Men berekent, dat op en rondom het kerkhof50,000 menschen bijeen waren. Behalve de reeds vroeger medegedeelde hoofdpunten uit de boodschap van den Voorzitter der Vereenigde Staten, verdient nog vermelding hetgeen daarin voorkomt betrekkelijk de financiën. De geldelijke toestand der Ver eenigde Staten is zoo gunstig, dal de inkomsten de uitgaven verreweg over treffen en dat 'slands schuld gemakkelijk in een jaar kon afgelost worden, indien de Regering de sehuldcischers kon noodzaken bun geld voor den vervaltijd aan te nemen. De inkomende regten alleen hebben meer dan 150 mill, guldens opgebragt en de Voorzitter beveelt eene herziening van het tarief aanten einde die regten te verminderen. Eene aanbeveling die men in Europa niet gewoon is, en die een gunstig getuigenis aflegt van de grootheid en voorspoed des lands. Niet ten onregle wil dit rijk, in het gevoel zijner magt, zich voortaan naast de groote en rijkste Mogenheden van Europa plaatsen. Met de aankondiging van dit voornemen besluit de Voorzitter zijne toespraak. Te Liverpool zijn bij een aldaar plaats gehad hebbende brand 2 per sonen in de vlammen omgekomen. In het dorp Wellbury is een vrouw in 110-jarige ouderdom overleden. Voor den beroemden Ierschen dichter Thomas Moore zal een stand beeld worden opgerigt. FRANKRIJK. PARIJS, 16 December. De Moniteur bevat de benoemingen van den Onder-Voorzitter van deri Senaat en van den Voorzitter en de Onder-Voorzitters van bet Wetgevend Ligebaaui voor 1857. De Graaf de Moray is weder tot Voorzitter van het Wetgevend Ligchaam benoemd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1856 | | pagina 2