HELLÉVOETSLUIS, 19 September. Gisleren bad aan boord van bet barkschip Carolina, Kapt. de Best, ko mende van New-York, liggende in bet kanaal van Voorne, eene muiterij plaats. Drie matrozen drongen in de kajuit en dreigden den Kapitein te vermoorden, die ben alleen door bet voorhouden van een revolver-pistool van zich afhield, nadat zij hem en den opperstuurman hadden mishandeld. Later trachtten dezelfde mannen met handspaken en met de voelen de deuren der kajuit open te breken. Gelukkigerwijze kwam op dat oogenblik de Com missaris van Politie, tevens waterschout, aan boord. Na ingesteld onderzoek zijn de drie matrozen in hechtenis genomen en lieden onder behoorlijk ge leide naar Rotterdam overgebragt. BREDA, 21 September. Gisteren heeft de Luitenant-Generaal Storm de Grave, in het kamp bij Rijen eene wapenschouw gehouden over de brigade ruiterij en de batterij rijdende artillerie. Na afloop daarvan hebben de troepen verschillende manoeuvres in het vunr uitgeoefend, waarover de Gcneraal-Inspecteur zijne bijzondere tevredenheid heeft betuigd. Te bejammeren was het dat bij die gelegenheid de dragonder Slosser, door een val met zijn paard den linkerarm heeft gebroken; bij welke gelegenheid de bekwaamheid der militaire Doctors uitblonk, dewijl er geene 10 minuten verloopen waren of de arm was door drie Heeren met de meeste naauwkeurigheid gezel, waarna de patient onmid- delijk per ziekenwagen naar het hospitaal alhier is overgebragt, alwaar hij heden avond zich zeer wel bevindt. De drie deskundigen die onlangs te Tilburg zijn benoemd, om het in die gemeente in beslag genomen roggebrood te onderzoekenhebben een ver slag uitgebragt, waaruit blijkt dat van 41 brooden, 9 met krijt en zemelen waren vermengd, 2G tneer zemelen dan roggemeel inhielden en slechts G van zuivere rogge waren gebakken. Het Openbaar Ministerie heeft tegen de eerst- genoemden onderscheidene geldboeten geeischt. De uitspraak zal nader plaats hebben. ijuTrENLANDSGHE liEIUGTEN. Tweede Kamer der Staten-G ene raai. In de Zitting van Donderdag, waarvan wij in ons vorig nommer een kort verslag hebben gegeven, beeft de Heer Aneinaetdie tijdelijk het Voorzitter schap waarnam, die betiekking nedergelegd met de volgende rede: Mijne Heeren! Alvorens deze plaats te verlaten, heb ik de taak te vervullen om den be noemden Voorzitter geluk te wenschen met de eervolle onderscheiding hem te beurt gevallen. De betrekking, welke hij gereed staat te aanvaarden, heeft eigenaardige moeijelijkheden. Wij wenschen die echter gemakkelijk te zien gemaakt door den geest van orde, welke deze vergadering steeds kenmerkt. Ons vertrouwende aan zijne leiding, vleijen wij ons, dat die leiding de vrijheid der beraadslagingen zal handbalen, en dat door onpartijdigheid ge kenmerkt, zijn goed en krachtig beleid aan onze werkzaamheden eene rigling zal geven die ten nutte en bevorderlijk is aan de belangen des vaderlands welke wij geroepen zijn te behartigen en voor te staan. Ik verzoek den Heer Gevers van Kndegcest deze plaats te willen innemen en het Voorzitterschap te aanvaarden. De nieuw benoemde Voorzitter heeft de hem opgedragen betrekking aan vaard met hel houden der navolgende rede: Mijne Heeren Volgaarne betuig ik u mijnen dank voor het ontvangen blijk van vertrou wen waaraan onze geëerbiedigde Koning het zegel van goedkeuring heeft gehecht. Het is niet de eerste maal dat ik in deze aanzienlijke Vergadering de eer heb het Voorzitterschap te heklecden. Die laak is niet gemakkelijker gewor den. De parlementaire werkzaamheden immers zijn van grooteren omvang, de beraadslagingen levendiger en meer ingewikkeld, de verschillen van meening en inzigt scherper afgeteekend dan vroeger. De hooggeachte Staatsman daar enboven, die zoo dikwijls deze plaats innam, doch nu door 'sKonings ver trouwen tot eene andere gewiglige betrekking is geroepen, heeft hel voor eiken opvolger moeijclijker gemaakt, wijl hij in alle opzigteu een zoo voortreffelijk Voorzitter was. Maar het zal mijn streven wezen zijne voetstappen te drukken, en alzoo kalm, onpartijdig, eerlijk, mijne beste krachten te wijden aan al wat de ge regelde en spoedige afdoening van zaken, de orde in deze vergadering en hare waardigheid bevorderen kan. Wilt mij van uwe zijde, Mijne Heeren, daarin ondersteunen door uwe medewerking, door uwe toegevendheid en door die welwillendheid, waar ik de onderscheiding aan heb te danken van achlervolgens meermalen op de voordragt geplaatst te zijn, uit welke de Koning den Voorzitter kiest. Gewigtige werkzaamheden wachten ons weder, al zijn er ook in het laatste jaar veie van hoog belang volbragt. Eene wet omtrent het onderwerp der slavernij, op welker aanbieding de Koning het uitzigt opent, voegt aan de beschaving der 19de eeuw, voegt aan de beschaving van het godsdienstig Nederland. De nog ontbrekende wetten tot stand te brengen, hij het 5de aJJitionele artikel der Grondwet genoemd, zal eene gewigtige schrede zijn ter voltooijing der gevolgen van die herziene Grondwet, welke door ons allen bezworen is, als regeling der regten zoo van de Kroon als van de volksvrijheid. Laat ons te zamen ijverig, eendragtig, en onder eerbiedig opzien tot het almagtig Opperwezen, dat in aller geweten leest, medewerken om in gemeen overleg met de Regering, naanwgezet te volbrengen wat voor deze zitting is weggelegd. Alzoo zullen wij aan het dierbare Vaderland de goede vrachten schenken, uit de vereenigde pogingen van cenen beminden Koning en van ceue waardige Vertegenwoordiging te verwachten. Hiermede, Mijne Heeren, verklaar ik het Voorzitterschap te aanvaarden. In deze zitting heeft ook de trekking der afdeelingen plaats gehad en zijn gekozen tot Voorzitters de HH. Baud, Dullert, Anemaet, van Bosse en de Ketnpenaer; en tot Onder-Voorzitters de HII. Luyben, Heemskerk, ter Brug gen Hugenhollz, van Zuylen van Nyevelt en de Brauw. Tot leden van de Commissie voor de verzoekschriften zijn benoemd de HH. Meylirik, Sander, Huguenin, Hoekwater en Wybenga; tot leden der huis houdelijke commissie de I1H. Wintgens en Mackay, en tot leden voor de commissie der stenographic de HH. Wintgens, van Bosse en de Brauw. Na merledeeling door den Voorzitter van eenige ingekomen stukken wordt de zitting opgeheven. Zitting van Vrijdag 21 September In deze zitting heeft de Minister van Financiën de Staatsbegrooling inge diend met eene zeer uitgewerkte aanspraak, waaruit o. a. blijkt dat de uit gaven voor 1856 zijn geraamd op 73,547,300 en de inkomsten op 73,587,156 alsmede dat van het jaar 1853 nog is overgebleven ƒ104,115 en van 1854 ƒ2,890,324, dus te zamen ongeveer 3 millioen, heide na aftrek der geza- mentlijke soin van ongeveer 10 millioen aan schulddelging besleed. Voorts heeft de Minister nog opgemerkt, dat de duurte der levensmiddelen en materialen, noodwendig tot verhooging van eenige belangrijke posten heeft moeten leiden, terwijl ook naarmate onze maatschappelijke toestand zich ont wikkelt en de bevolking toeneemt, de huishouding van den Staat meerder kosten na zich moet slepen. Voor zoo veire de duurte van vele voorwerpen tot grootere uitgaven leidt, moet ook niet vergeten worden dat de hoogere waarde der bezittingen, aanzienlijke grootere sommen door de indirecte be lastingen in 's Rijks schatkist doet vloeijen. In een en ander bestaat een on miskenbaar verband hetgeen bij ccne onbevooroordeelde beschouwing in het oog moet vallen. De rentebesparing sedert 1850 door schulddelging verkregen bedraagt ruim ƒ1,650,000. Onder de uitgaven voor de marine, ter somme van 7,618,781is een bedrag van ƒ1,032,000 voor de buitengewone behoeften uit liet vermoedelijk beschikbaar slot der koloniale middelen. Blijkens de opgave van bet Departement van Koloniën kunnen de koloniale bijdragen voor bel volgende jaargeraamd worden op 10 millioen. Op voorstel van den Voorzitter betuigt de Vergadering dank aan den Mi nister voor de gedane mededeeling. De Voorzitter somt de voorstellen van leden der Kamer op, die in de vo rige zitting onafgedaan zijn gebleven, alsmede de verslagen van sommige commissiën die nog worden ingewacht. Waarna de vergadering is gesloten. Zitting van Zaturdag 22 September. In deze zitting zijn eenige stukken ingekomen. Het onlwerp-adres van antwoord is gereed en zal Maandag worden behandeld. K 15 LGIK. BRUSSEL, 20 September. Prins Frederik Willem van Pruissen, zoon van Prins Albert van Pruissen en Prinses Marianne der Nederlanden, bevindt zich alhier. Maandag 1. I. bad in de nabijheid van S'. Anna ter Muiden een droevig ongeluk plaats. Eenige grondeigenaren te Gent hadden zich naar een hunner hofstedenbij bet Hazegras begevenom te jagen. De pachter Landschoot vergezelde ben, en een stuk wild ziende, waarschuwde bij een der jagers; hij strekte zich op den grond uit om het schot vrij te laten, inaar daar de jager talmde stond hij op en ontving bet schot in bet hoofd. Hij moet reeds aan de gevolgen zijn overleden. De bedrijver van dit feit heeft zelf kennis van het voorgevallene gegeven aan de policie te Brngge, doch is, ais ter eoeder naam staande, op vrije voeten gebleven. ENGELAND. LONDEN, 20 September. Men wil weten, dat de Ministers reeds eene bijeenkomst hebben ge houden met bet doel, om de quaestie van vrede in overweging te nemen, voor het geval dat ernstige voorstellen daartoe zouden worden gedaan. De groote moeijelijkheid beslaat alleen in de waarborgen, die men zou aanne men of die men van Rusland zou eischcn. De Times deelt een berigt mede van zijn Correspondent te Wcenen volgens hetwelk het Rnssische Gezantschap aldaar de tijding bad ontvangen dat de Russische troepen zich terugtrokken naar Perekop. De Russische Ge zant was daarover zeer ter neergeslagen. Maar het blad voegt er bij, en niet zonder grond dat dit berigt nadere bevestiging vereisclit. Het officiële rapport van den Generaal Siinpson, omlrcnt de gebeurte nissen van den 8sten is te Marseille door het stoomschip De Telegraph aan- gebragt. Men kan dus de openbaarmaking spoedig verwachten. Men is van gedachte dat eene afdeeling van de Oostzeevloot in eene der onzijdige havens zal overwinteren. Een of twee Fransche stoomschepen zou den zich hierbij voegen. Dit was reeds bet plan van Napier in bet vorige jaar, toen de Admiraliteit bevel gaf om de geheele vloot terug te doen keeren. 200 arbeiders bestemd voor het leger in de Kriinzijn tc Dover inge scheept, om naar Frankrijk overgevoerd te worden. Zij zullen te Marseille scheep gaan orn te spoediger hunrie bestemming te bereiken. Zij zullen in Sebastopol zooveel moeten opruimendat de troepen er gedurende den winter kunnen verblijven. De werklieden genieten behalve voedsel, kleeding cn huis vesting 30 's weeks en de opperlieden 18. Daarenboven bij bet einde van bunnen 3-jarigen diensttijd nog ƒ700. Hun getal zal op 2000 worden gebragt. Te Woolwich zijn uit de gieterij te Lowmoor drie monster-bommen aangebragt, ieder 3 voet en 9 duim middelijn. Te Liverpool wordt een mortier gegoten om die bommen te kunnen werpen. Zij zijn voor het leger in de Krim bestemd. Men heeft ook proeven genomen, om volgens eene nieuwe uitvinding stukken geschut te ontnagelen, die volkomen zijn gelukt. Sir Moses Monteflore is van zijne reis naar Syrië en Egypte bier teruggekeerd. Onlangs werd een man veroordeeld tot teruggaaf der onderstandsgelden door bet bestuur van een der werkhuizen aan zijn door hein verlaten gezin verstrekt. Bij die gelegenheid werd door genoemd bestuur de bedroe vende bijzonderheid vermeld, dat alleen in het district van dat gesticht niet minder dan 500 vrouwen met 1017 kinderen door de echtgenooten en vaders waren verlaten geworden. De kabel voor de onderzcescbe telegraaf tusschen Terre-Neuve cn Kaap Breton, is, nadat de schepen reeds twee dagen bezig waren om die te leggen, weggezonken. Men weet niet of men hem zal kunnen terug vinden,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1855 | | pagina 2