ITATEK-GEISERML. OPENING DER GEWONE VERGADERING VAN 1855—1850. Vereenigde Zitting der heide Kamersvan Maandag den\lSeptember 1855. Nadat de leden der beide Kamers zich achtervolgens in de vergaderzaal van de Tweede Kamer hadden vereenigd, wordt tegen 12f ure de vergade ring door den Fleer Ml'. J. A. Philipse geopend, die door den Fleer Griffier der Eerste Katner een besluit van Z. M. den Koning, den 12den dezer geno- nomen, doet voorlezen, waarbij hij, Mr. J. A. Philipse, benoemd wordt tot Voorzitter van de Eerste Kamer, gedurende de aanstaande zitting der Sta- tcn-Generaal. De Voorzitter alzoo, ingevolge art. 103 der Grondwet, met het beleid der vereenigde zitting belast zijnde, benoemt eene Commissie van 18 leden der beide Kamers, om Z. M. den Koning, bij HD. aankomst aan het gebouw der Staten-Generaa!te ontvangen en in- en uitgeleide te doen. Ten 1 ure vervoegen zich Hunne Excellentien de Ministers, alsmede de Heeren leden van den Raad van State, in de vergaderzaal. Na een kort tijdsverloop, wordt de nadering van Z. M. den Koning, vergezeld van Z. K. tl. Prins Frederik der Nederlanden, aangekondigd, die zich, op de in liet programma der opening omschreven wijze, naar het ge bouw der Staten-Generaal begeven heeft. De Koning ter vergaderzaal binnengeleidplaatst zich op den Troonen houdt de navolgende aanspraak Mijne Heeken! Het strekt Mij tot voldoening U ook ditmaal te kunnen mededeelen, dat onze betrekkingen met de andere Mogendheden zich kenmerken door welwil lendheid en vriendschappelijke gezindheid. Te midden van den oorlog, waarin onderscheidene met ons bevriende Sta ten nog altijd gewikkeld zijn, blijven wij aan het stelsel van strikte onzij digheid vasthouden. Onzerzijds naauwgezet nagekomen, wordt het door de oorlogvoerende Mogendheden gewaardeerd en geëerbiedigd. De Zee- en Landrnagt verwerven bij voortduring aanspraak op goedkeu ring, door krijgstucht en ijverige pligtsbetrachling. De noodwendig geworden vermeerdering van het materieel der Marine is het voorwerp Mijner ernstige zorg. Bij de belangstelling, welke onze Koloniën en bezittingen in andere we- relddeelen inboezemen, reken lk het een voorregt te kunnen vermelden, dal r.ust en vrede daarin heerschen; dat de gezondheidstoestand van Nederlandsch- Jndië in de laatste maanden over het algemeen aanmerkelijk is verbeterd en dat de staat der gewassen gunstig is. De pogingen, ook dezerzijds reeds vóór geruimen tijd in het werk gesteld, om in het stelsel van uitsluiting, door het Rijk van Japan tot dus verre gevolgd, eene wijziging te verkrijgen, zijn niet zonder vrucht gebleven. Voorreglen door de Japansche Regering aan andere Natiën verleend, zijn mede aan ons verzekerd. De Staats-Cominissie tot onderzoek van den toestand der slaven-bevolking in de Overzeesche bezittingen heeft onlangs verslag uitgebragt. Ik vlei Mij, dat haar veelomvattende arbeid zal kunnen leiden tot eene wets-voordragt omtrent dit belangrijk onderwerp. Werden in den afgeloopen winter onderscheidene gewesten van het Vader land door dijkbreuken en overstrooming zwaar geteisterdde liefdadigheid van landgenoot en vreemdeling beijverde zich in ruime mate herstel of leni ging aan te brengen. Mijn ernstig streven is steeds daarheen gerigt, om de zedelijke ontwikkeling en de stoffelijke welvaart der Natie gelijken tred te doen houden, en alzoo den bloei van het onderwijs, van wetenschappen en kunsten te bevorderen; maar ook ondernemingen van nijverheid en openbaar nut aan te moedigen, enzoo veel mogelijkte ondersteunen. Hoezeer de invloed van den krijg op handel en scheepvaart niet onmerkbaar is, verkeeren echter deze belangrijke takken van ons volksbestaan in bevredi genden toestand. De opbrengst der belastingen beantwoordt ruimschoots aan de daarvan ge vormde verwachting. De gunstige staal der geldmiddelen laat niet toe met het delgen van schuld voort te gaan. Het is Mijn voornemen U weldra in de gelegenheid te stellen om in over weging te nemen de wets-onlwerpen welke alsnog volgens artikel vijf van de additionele artikelen der Grondwet moeten worden voorgedragen. Door deze en andere, hetzij nieuwe, hetzij weder op te vatten onderwerpen van wetgeving, wordt U eene ruiine baan geopend om ook in deze zitting blijken te geven van Uwen ijver in het behartigen der belangrijke taak, I welke U is toevertrouwd. Het Vaderland, Mijne Heeren! heeft zijn blik bij vernieuwing op ons ge vestigd. Het verwacht van ons gemeen overleg, goede vruchten voor de be stendiging van orde en welstand. Stellen wij, zoo veel van ons afhangt, die uitziglen niet te leur. Toonen wij bovenal de vele en rijke zegeningen te waardeeren, welke de Almagtige, Wij erkennen het met innigen dank, aan het ons zoo dierliaar Nederland schenkt. Ik verklaar deze zitting der Staten-Generaal geopend. Na het houden van deze aanspraak, verlaat de Koning de vergaderzaal. De vereenigde zitting der Kamers wordt daarna gesloten. Z. M. keert, even als bij het komen, onder het gejuich der talrijke, zoowel uit deze residentie als van elders zamengevloeide menigte, naar zijn Paleis terug. Tfiveede Spanier iter Staten-Gïene.raiil. Zitting van Dingsdag 18 Sejttemher. Het tijdelijke voorzitterschap wordt waargenomen door het oudste lid in jaren, den Heer Anemaet. Aan de orde is de benoeming van drie Candidaten voor het voorzitterschap. Er zijn 61 leden tegenwoordig. Bij stemming zijn verkozen als: lste Candidaat de Heer Gevers van Ende- geest; 2de Candidaat de Fleer Mr. M. P. 11. Strens, en 3dc Candidaat de Fleer Jhr. Mr. W. L. F. C. Ridder van Rappard. De Voorzitter benoemt eene Commissie om dit drietal den Koning aan te bieden. De Eerste Kamer hield heden hare eerste zitting, die door den lieer Mr. J. A. Philipse, als door Z. M. tot Voorzitter benoemd, met een gepaste en hartelijke toespraak is geopend. Daarna zijn de afdeelingen gevormd en is de zitting opgeheven. Onder het afdrukken dezesontvangen wij het volgende telegrafisch herigtBij de Eerste Kamer is ontvangen een Kon. besluit, houdende hevel dat de persoon van de Geest als gevaarlijk voor de publieke rust, bin nen 14 dagen het land moet verlaten. ROTTERDAM 17 September. De Hol 1Maatschappij van Fraaije Kunsten en Wetenschappen, hield 11. Zaturdag alhier hare jaarlijkschc algcmecne vergadering. Ruim 30 leden waren opgekomen. De algcrneene Voorzitter Dr. G. A. Schncilhcr sprak cenc rede uit over den aard en de kenmerken van het Verhevene, vooral zoo als die door de Grieksche klassieken bij de behandeling van tragische onderwer pen werden opgevat, en leverde in verhand daarmede in het tweede deel zijnor rede een overzigt van de trilogie van Aeschylus over de mythe van den Prometheus. Uit het verslag bleek o. a., dat de Rotterdamsehe afdee- ling 120, de Amsterdamsche 146, de l.eydsche 55, de Dordrcchtsche 147 en de Flaagsche 25 leden teltzoodat het getal leden is toegenomen. Tot algemeenen Voorzitter, uit de afd. Amsterdam, als aan de beurt van voor zitting, werd de Floogleeraar Mr. M. des Amorie van der Hoeven gekozen, tot algemeenen Secretaris is benoemd de Hoogleeraar F. J. Domela Nieuwenhuis. De Utrechtsche Floogleeraar Dr. B. ter Haar is door het algemeen bestuur tot lid van verdienste der maatschappij benoemd. Met meerderheid van stemmen werden de navolgende prijsvragen uitgeschre venUit het vak der Wijsbegeerte: «Eene geschiedenis der Wijsbegeerte in Nederland;" uit dat der Taalkunde: «Welke zijn de gebreken in de taal en den stijl onzer wetten, en welken weg heeft de Wetgever in te slaan om die zoo veel mogelijk te vermijden?" en als proeve van Poëzy«Lourens Janszoon Cosier, bij de oprigting van een hem waardig standbeeld." Wij vernemen van goederhand dat het werk van Dr. C. A. J. A. Oude mans lector in de Botanie aan de geneeskundige school alhiergetiteld Aanteeheningen op het botanisch,zoölogisch en pharmacognostisch ge deelte der Pharmacopoea Nedrlatidicaop de wereldtentoonstelling te Pa rijs door de 12de klasse van de internationale jury eene tweede medaille (medaille 2dc klasse) is waardig gekeurd en dat wel wegens den tot nog toe niet ingeslagen weg, door den S. betreden, om, niet alleen door mikrosko- piseh onderzoek van de daarvoor vatbare geneesmiddelenmaar levens door het afbeelden van al 't merkwaardige, dat een zoodanig onderzoek opleverde, bij te dragen tot het vestigen eener nieuwe rigting in het beoefenen der pliar- macognosie. De klasse kende tevens grooten lof toe aan de platen als zoo danig, zoowel wat de teekening als wat de uitmuntende lithographische be werking betreft. (iV. R. C Onlangs heeft de Commissionair J. S. alhier hij openharen verkoop de hem toevertrouwde goederen tot een spotprijs verkocht en is met de ontvan gen gelden op de vlugt gegaan. Het is de policie gelukt de schuilplaats des voortvlugligen te weten te komen, en is deze te Hamburg, en op het punt van die stad te verlaten aangehouden, en zal thans door uitlevering aan zijnen regtmatigen regter worden in handen geleverd. De policie is tevens op het spoor gekomen van een medepligtigen koopman te dezer stede, tegen welken hevel van gevangenhouding (als zijnde reeds door de policie gevan gen genomen) is verleend. BUITENLAiXDSCUE BERlGTEiX. ENGELAND. LONDEN, 16 September. De Koningin heeft aan Generaal Simpson bevel gezondenom den troe pen haren dank te betuigen wegens hunne betoonde dapperheid en volharding, terwijl zij de geledene verliezen diep betreurt. Tevens is ook aan het Fran- sche leger en aan Generaal Pélissier de dank van H. M. betuigd voor den be toonden moed. De Regering heeft aan Generaal Simpson het brevet van Kolonel van het 87ste regiment verleend. Dit brengt jaarlijks 1300 op. De Regering is voornemens, nog een corps ambachtslieden van 1200 man, bestaande uit smeden, timmerlieden, metselaars, gravers, enz. in dienst te nemen, voor de werkzaamheden bij het leger te velde. Prins Frederik Wilhelm van Pruissen is alhier aangekomenen zal zich naar Balmoral begeven, om een bezoek hij de Koningin af te leggen. Men begroot alhier het aantal der door de Russen in Sebaslopol achter- gelalen stukken geschut op 1200, Uit een werk van Danby Sevmonr over Rusland aan de Zwarte zee en de zee van Azof, ontleent de Morning Advertiserde volgende beschrijving van het noordelijk gedeelte van Sebastopolten bewijze dat men nog niet zou kunnen zeggendat deze vesting geheel genomen is. De noordzijde is veel hooger gelegen dan de zuidzijde, en ten gevolge daarvan bestrijkt het achthoekige noordelijke fort Sievernaïa de geheele stad en baai, henevens de dokken. Als het voornaamste punt, zoowel tot aanval als tot verdediging der stad, is het in de laatste jaren aanzienlijk versterkt. Een aanval op het fort zelf kan alleen van de landzijde ondernomen worden, daar zijne hoogte boven den waterspiegel bet vuur van de oorlogsschepen werkeloos, en de steile oever, zoowel van de baai als van de open zee, eene landing van troepen zeer moeijelijk maken zou. Dit is eigenlijk de vesting, die door Sir Howard Douglas «de sleutel van Sebastopol" genoemd wordt. Men schrijft uit Lissabon, dat aldaar 32,000 ffi lood, uit de mijnen van Almeria, op een Zweedsch schip naar Hamburg waren ingescheept. Men dacht dat deze lading voor Rusland was bestemd. FRAIHR11JK. PARIJS, 16 September. De Moniteur deelt hel navolgende antwoord mede des Keizers, op de toe spraak van den Aartsbisschop van Parijs: Ik kom hier om den Allerhoogste te danken voor de zegepraaldie Hij aan onze wapenen geschonken heeft want gaarne erken ik, dat, in weerwil van de bekwaamheid der Generaals en de dapperheid der soldaten, niets kan gelukken zonder den hijstand der Voorzienigheid. Men heeft opgemerkt dat de Moniteur de zinsnede uit de aanspraak van den Aartsbisschop, betrekkelijk den toestand der Keizerin heeft weggelaten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1855 | | pagina 2