LEYDSCHE
COURANT
1855.
Ito
«ni fob
cu;«; iii.iïni* 'i:-,
us/ y»:I' -I f-> too* ';ii ioo/ r
m-vur/Ibo Jyi i-wl (lafflinjpl-H rm -n.iiM.i saw ii-iloon
■nt riaJujï potui til I •-.):■ ;b;!s wirjid nm 11:0 Icr.jD
j -" 1 1 1 11ii -i
De Courant wordt MaandagWoensdag en
Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt DONDERDAG, 14 JUNIJ.
.,,.«4/ Zaturdag Avond. s
De Prijs der Courant is f 12 in het jaar
de afzonderlijke nommers worden tegen 10
Centen afgegeven
e.\;
:i;u inioT
f..
BINNENLANDSCBE BERIGTEN.
LEYDEN, 13 Junij.
Gisteren was het de groote Academische feestdagter gedachte
nis van het 280-jarig beslaan onzer Hoogeschool. De Academische
jongelingschap raakt niet ligt uitgeput in de opsporing van eenig ge
schiedkundig feit, dat aan eenen Optogt dienstbaar kan worden gemaakt.
Ook thans mogt hel haar gelukken zulk een feit op eene alle-
zins uitstekende wijze, uit de geschiedenis ter aanschouwing voor
te stellen, namelijk de intrede en huldiging van Karei Y tot Graaf
van Holland, binnen Dordrecht den 34cD Junij 1515.
Met onmiskenbaar talent gaf de Heer W. N. du Rieu, als Secre
taris, daarvan de beschrijving uit, en wal zich niet liet beschrijven,
wat aanschouwd moest wordende gecqstumecrde Optogt zelf, werd
met geschiedkundige getrouwheid, met de meeste sierlijkheid en
keurigheid onder bemoeijing der Heeren J. v. d. Hoeven en A. II.
Yerster, Leden der Commissie, door den Heer G. J. Bos, in plaat
gebragt, waarvan men zich bij de bezigtiging van een gekleurd
exemplaar der uitgave volkomen kan overtuigen.
's Namiddags ten 5 ure toog de gecostumeerde schare zoo te
voet als te paard, het Academiegebouw uit, verdeeld in 126 enkele
personen en groepen, te zamen een getal uitmakende van ongeveer
180 personen, door een escadron van de rijdende artillerie geopend
en gesloten.
De trein zelve werd geopend door het corps muziekanten
van de Grenadiers. Daarop volgden vier stads-lrompetters van
Dordrecht, een Edelman en drie Fouriers te paard, en negen Afge
vaardigden uit de handboogschulterij van S*. Sebastiaan, vooraf
gegaan door een tamboer en pijper. Deze worden opgevolgd door
de Regering der stad Dordrecht, beslaande uit 13 leden, behalve
twee Stadsboden en de Schout en Baljuwvoorafgegaan door
twee hellebaardiers. Zeven Zwitsersche soldaten met hun Kapitein
en Vaandrig, met het Bourgondische wapen. Daar achter Jan en
Floris van Egmond, Stadhouder en Luit. Stadhouder van Holland,
Zeeland en West-Friesland, zes leden van de Staten van Holland,
zes Afgevaardigden van de zes groole steden van Holland, vijf
Raadsheeren uit het Hof van Hólland, twee leden uit den Raad van
Financien, vier Raadsheeren uit den Hoogen Raad van Mechelen,
en nog drie hooge Regterlijke Ambtenaren. Nu naderen vier boog
schutters te paard met hunnen Kapitein en Vaandrig, dragende een
vaandel met Kareis spreuk: Plus oültre nog verder), voorafgegaan
van drie trompetters en een paukenslager te paard. Hen volgt
Jan II van WassenaarBurggraaf van Levden. Vijf Edellie-
u19r tr J
den le paard, rijden den ia le huldigen jongen Graaf Karei vooruil,
die door drie pages wordt vergezeld en gevolgd door acht Edellie
den, mede te paard; hen volgen de Gezanten van Engeland en
Spanje. Nu verschijnt de Landvoogdes Margaretha van Oostenrijk
met twee Hofdames op muilezels, entwee Edellieden te paard, ver
der gevolgd door zestiep Edellieden, Amblenaren en Hovelingen,
onder welken een le paard, deels tol hqt Hof van Karei, deels
tot dat van Margaretha hehoorende. Zeven Landsknechten met hun
nen Kapitein en* Vaandrigmaken eene scheiding tussclien de zoo
even genoemde Edelen en vier anderen, waarvan twee le paard.
Vier Gildebroeders van het gild der Timmer- èn Vier van dat der
Kooplieden, voorafgegaan door hunne dienaren met de blazoenen,
zeven schutters van den voetboog, met hunnen Schulmeester en
Vaandrig. en drie zwaargewapenden te paard met hunnen Kapitein
en Vaandrig, maken het einde van den trein nil, die door het
corps muziekanten van de dragonders gesloten werd.
Na eenè'wandeling van ruim drie üren kwam dé trein, die eene
zeer aanzienlijke lengte besloeg, nadat zij de stad langs hare voor
naamste straten en grachten had doorkruist, op hel Ruïneplein
aan en iegde na eenige rust onder het vrolijk licht van duizenda
lampions, voor het Raadhuis, de Studenten Sociëteit Minerva en de
Burger Sociëteit Amicilia door prachtig schitterend gaslicht, bij den
Rector Magnificus, en vele andere Hoogleeraren en particulieren,
nog door bijzondere illuminatie verhoogd, andermaal eenen langen
weg door de stad af.
Wij gelooven niet dat we ons bedriegen of te veel zeggen, wan
neer we als de tolk der zamengevloeide schare de beide Commis-
siën, die tot regeling der Maskerade beslaande uit de IIH. J. Luzae,
W. N. du Rieu, J. van der Hoeven, A. II. Verster en F. A. J. van
Lanschot, en die van orde bij de Maskerade, bestaande uit de HH.
C. R. E. van Ryckevorsel, J. P. Berdenis van Berlekom, C. G.
Hullman, S. le Poole en J. H. Singendonck, dank en eer toebren
genvoor bet goed overleg en den onvermoeiden ijver waarmede zij
aanvankelijk den Optogt ontwierpen, regelden en onder voorstelling
van Edellieden en Herauten, gedurende den optogt op alles naauw
lettend toezagen en de orde handhaafden.
De zoo schitterende kostbare kleeding waarin de meesten waren
uilgedoscht, onder welken die van Graaf Karei en eenige hooge per-
soonadiën, uitmuntten, zette den stoet een eigenaardige aantrekke
lijkheid bij. Geestdrift en vriendschappelijke eensgezindheid, ken
nis en smaakzoo als men ze bij een Academische Jongelingschap
zoo gelukkig vereenigd ontmoethebben onze stad weder een feest
geschonken, dat die Jongelingschap alleen zoo ontwerpen en uit
voeren kon; waarop zij zoo veel welverdiende toejuiching genoot,
waarin zij dan ook door Regering en Burgerij zoo welwillend on
dersteund is.
Het was ook een waar Volksfeest. Een feest, niet in een bepaal
den omtrek, voor een klein gedeelte des volks; hel was voor allen
toegankelijk; rijk en arm kon er zich in verlustigen. Duizenden
van heinde en verre hebben dezen Optogt aanschouwd en be
wonderd. De heerlijkste zomerdag en avond hebben aller genot uit
nemend verhoogd, en hoe digt de ontelbare menigte ook heen en
weder golfde en voor honderde rijtuigen plaats moest ruimen,
bleef onafgebroken de beste orde heerschen, en mogt alles zonder
eenige stoornis of ongelukken afloopen, dank zij in dit opzigt ook
loegebragt aan de policie, welke onder haar opperhoofd den Heer
Hendriks, die zich te paard bij den trein bevond, naar zijn voor
beeld met bezadigd overleg de orde wist te handhaven, welwillend
ondersteund door de krijgslieden van verschillend wapen, alhier in
garnisoen, die den trein in hare uitgestrektheid vergezelden.
Even na middernacht werd de trein in het Academiegebouw ont
bonden, de duizendtallen smolten langzamerhand tot honderden en
|oen de zon weder was opgegaan, behoorde de feestelijke Optogt
tot de geschiedenis; een Oplogt, die wel door velen was voorgegaan,
maar door geen van allen, hoe uitstekend ook de laatste geweest
was, overtroffen is.
Terwijl deze Ier perse is, zijn rnim een honderdtal IIH. Oud-Studenten
-aan den feestdisch op Zomerzorg vereenigd, aan welken wij wensclien dat zij
met blijmoedige herinnering aan het verledene, dankbare blijdschap over het
tegenwoordige, en goed voornitzigt in de toekomst, als in den ouden ge-
mcenzamen kring zullen zijn aangezeten. Moge deze dag hun een feestdag
zijn aan welken zij levenslang met welgevallen zullen terugdenken.
Gisteren heeft II. M. de Koningin Z. K. H. den Kroonprins met een
bezoek vereerd, en is des avonds naar 's Gravenhage teruggekeerd.
De 35ste verjaardag van Z. K. II. Prins Hendrik der Nederlanden,
is heden herdacht.
De Amst. Cour. meldt uit een part. brief, dat in 't laatst der maand
het fregat Doggersbankeen reis naar de Middellandsche zee zal onderne
men met den jeugdigen Prins van OranjeLuit. ter Zee 2de kl. en zijnen
Gouverneur Jhr. de Casembroot, onder hevel van den Kapt. ter Zee Stort,
die daarenboven belast is met de opleiding van Z. K. II. als Zee Officier. Het
stoomschip SindoroLuit. ter Zee 1",(' kl. Cazeauxzou het fregat vergezellen.