LEYDSCHE
COURANT.
VRIJDAG, 9 FEBRÜARÏJ.
De Courant wordt MaandagWoensdag en
Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt
vit Zaturdag Avond.
/r^
i.yf TE
De Prijs der Courant is f 13 in het jaar
de afzonderlijke nommers worden tegen 10
Centen afgegeven.
u
BIMENLANDSCHE BEIUGTEN.
LEYDEN8 Februarij.
Heden werd bet feest van den Dies Academiae Natalis op de gebruikelijke
wijze gevierd.
De Hooglceraar F. W. Krieger, die als Rector Magnificus aftrad, sprak
bij deze plegtige gelegenheid: De Fatis Academiae Lugduno-Batavae anno
18541855, d. i. Over de lotgevallen der Levdsche Ilooseschoolgedurende
het jaar 1854—1855.
Deze redevoering had hoofdzakelijk lot onderwerp, eene vermelding der
voornaamste levensbijzonderheden van de, in het vorig jaar overledene rus
tende llooglecraren Reinwardt en Sicgenbeek, waarbij aan hunne wetenschap
pelijke en andere verdiensten werd hulde gedaan.
Vervolgens werd een blik geslagen op den staat der verzamelingen tot het
onderwijs aan de Hoogeschool bestemd, en op dien der Academische gebou
wen, waarbij bet uitzigt op ccnc spoedige vernieuwing van sommigen dezer
laatsten werd geopend.
Daarna werd overgegaan tot het uitreiken der, door Z. M. den Koning
uitgeloofde gouden medailles aan diegenen, wier verhandelingen door de Fa
culteiten der bekrooning waren waardig gekeurd. Vier hunner, de Heeren
E. van der Ven, W. F. R. Suringar, 8. C. E. Proes en H. A. Kleyn, ont
vingen het ecrcmelaal, terwijl aan een' vijfde, den Heer R. J. Larnbrecbts
van wiens verhandeling loffelijke melding gemaakt was, een getuigschrift
daarvan werd ter hand gesteld. Allen zijn Studenten der Leydsche Hoogeschool.
De redevoering over een onderwerp uit het vak des Hoogleeraars, welke
uit hoofde van de ruime stof der lotgevallen, zooals meermalen geschied
iswerd achterwege gelatenbeeft ten titelDe progressibus quos Chi
rurg ia practica nostra aetate fecitd. i. Over de vorderingen der practi-
sche Heelkunde in onzen tijd; welke redevoering later indruk zal verschijnen.
In de maand Januarij zijn binnen deze stad overleden 116 personen,
als: 28 mannen, 32 vrouwen, 37 zoons en 19 dochters; daarenboven als
levenloos aangegeven 2. Geboren 116 kinderen, als: 59 zoons en 57 doch
ters, waaronder zijn begrepen 1 paar tweelingen. Voltrokken 12 huwelijken.
Wie den 13-jarigen knaap is, weten wij niet, doch is het Rijmpje
uitgegeven hij den Heer D. Noothoven van Goor, ten behoeve van den alge-
inccnen armen alhier, werkelijk van een 13-jarigen knaap, dan bewonderen
wij het genie, in dien leeftijd reeds bij dat kind merkbaar. Wij houden cr
niet van kinderlijke waanwijsheid op te hemelen, om daardoor wansmaak be
vorderlijk te zijn, en zouden wij daarom van dit verdienstelijke versje ge
zwegen hebben, hadden wij er niet waarlijk veel schoons in gevonden.
De bescheidenheid van den jeugdigen schrijver, verdient allen lof, door dat
l,ij naamloos een weldaad verrigten wilde aan Leydens armen, in dezen har
ren winter, wij hopen dan ook hartelijk, dal elk bcweldadigde een exemplaar
koopen zal, opdat het weldadige doel des te beter bereikt worde. [Inges.)
In ons vorig nommer meldden wij, dat een van 's Konings Adjudan
ten naar Japan zou vertrekken. De Arnh. C. meldt thansdat het de Graaf
van Lynden, Opperstalmeester en Adjudant van Z. M.is, die spoedig der
waarts zal afreizen en vergezeld worden door den Zce-Ollicier Fabius.
Eenige dagen geleden liet te Gorinchein eene moeder, om het een of
ander buiten 's huis te verrigtende zorg voor een 3- of 4-jarig kindje over
aan een zusje van 8 jaren. Door een toeval is het kindje met de voetjes
in het vuur geraakt en heeft het zich zoo gebrand, dat het aan de gevolgen
bezweken is.
Men beeft te Harlingcn de zekere en heugelijke tijding bekomen, dat
op den 2dcn dezer voor den Noordcr-spoorweg vergunning is verleend.
Tc Deventer had den 5den dezer de aanbesteding plaats van 20 paar
den ten behoeve van hel 4dc rcg. dragonders; er was slechts één inschrijver
van 's Hertogenbosch voor den geweldig hoogen prijs van ruim ƒ353. Men
meent, dat zulks door het Ministerie van Oorlog niet zal worden goedgekeurd,
ofschoon de belangrijke uitvoer van paarden wel een hoogen aannemingsprijs
zal teweeg brengen.
Als eene groote zeldzaamheid verdient gemeld te worden, dat den 2llen
dezer onder de gemeente Gorssel, op het buitengoed Klaphek, nabij Zutphcn,
door den Heer D. Evckink, kassier, gescholen is een witte reiger, met git
zwarte poolen, volgens Professor J. van der Hoeven, handboek der dierkunde,
2d< deel, 5de stuk, bladz. 648, de Ardca Egretta, voorkomende in Zuid-
Ameiika. Deze reigersoort is bijzonder merkwaardig door lange, achter op
den rug boven den staart zwevende ijle, maar stijve vederenwelke als hoofd
versiersels gebezigd worden, vooral in Hongarije, waar zij tol het nationaal
costuum behooren.
Dezer dagen is bij Vollenhovcn door den buitengewonen opziener der
jagt op het buitengoed Tweenijenhuizen, van den Meer Sloct tol Toutenburg,
een arend geschoten, hebbende eene vlagt van 2,25 el. Deze vogel, aan één
vleugel slechts aangeschoten, is den opziener nog levendig in handen gevallen.
In het verslag van den staat der Landhuishoudkundige school te Gro
ningen in het jaar 1854 medegedeeld in de Staats-Cour. leest men
De lessen zijn, zoo in het zomer-halfjaar (aan de boerderij der school, te
Haren nabij Groningen), als in bet winter-lialfjaar (in de stad Groningen),
geregeld gehouden. Er waren in bet zomer-halfjaar 19, in bet winter half
jaar van 26 tot 31 leerlingen. De meesten dezer jongelieden hebben gere
geld werk van hunne studiën gemaakt Vier hunner, namelijk de Heeren
J. G. van MieropK. van der Werf de WilligenP. van der Eist en W. C. L. C.
Pické, hebben, bij het verlaten der school in Maart 1854, ten overstaan
der onderwijzers en in tegenwoordigheid van het bestuur en der overige leer
lingen, een examen afgelegd, ten gevolge waarvan hun een officieel diploma
als landhuishoudkundigen is uitgereikt.
Eene der belangrijkste zakenwelke in dit jaar hebben plaats gehadwas
dat 4 voormalige leerlingen der school, door het bestuur daartoe aanbevolen,
door bet Ministerie van Koloniën benoemd zijn tot kweekelingen voor bet
boschwezen in Ned.-Indic, welke 4 kweekelingen thans op 's rijks kosten in
de houtteek in bet groot in Duilschland nog nader onderrigt ontvangen, om
daarna als ambtenaren voor bet boschwezen naar Java te vertrekken. Ook
later zal tot gelijksoortige plaatsing op zeer gunstige voorwaarden gelegenheid
zijn voor nog ccnigen onzer kweekelingen, waartoe enkelen zich thans reeds
alhier voorbereiden. Wij verheugen ons in dit gewigtig blijk van vertrouwen
aan onze instelling geschonken en gelooven, dat deze maatregel van de Re
gering ook op den duur tot behoud der zoo kostbare bosschen op het eiland
Java en later welligt ook elders van nut zal wezen.
Wij verheugen ons ook in het aanzienlijk geschenk van ƒ1200, hetwelk
wij dit jaar van Z. M. mogtcn ontvangen, terwijl later 3 leerlingen van Zr. M".
school te Apeldoorn, op zijne kosten, aan onze zorg zullen worden toevertrouwd,
zoodra zij zoo ver gevorderd zullen zijn, dat zij die genoemde school verlaten.
Ook van andere zijden ontvingen wij belangrijke blijken van deelneming.
Drie ingezetenen van Groningen verpligtlen bel bestuur door gelden tot
lage renten, namelijk twee elk ƒ1000, en een 500, tot drie ten hon
derd, aan de school voor te schieten.
AVij rneenen te moeten herinneren, dat zij, die van deze instelling ge
bruik mogten willen maken, verzocht worden zich hiertoe telkens eencn ge-
noegzamen tijd, liefst eene maand te voren, bij het bestuur aan te mel
den, en wel het best, of met den aanvang van het zomerhalfjaar, den
25ston Maart, dat bet meest voor de practischc oefeningen bestemd is, of
mot den aanvang van het winter-halfjaar, dat meer voor de theoretische les
sen is ingerigt, en waarvan de nieuwe leerkring eencn aanvang nemen zal
op den 15dcn October aanstaande.
Onder de voorwerpen van kunst en nijverheid uit Nederland op de ten
toonstelling te Parijs, zal op het gebied der kunst en natuur opmerkenswaar
dig zijn een glazen kabinet in den vorm van eene Chinesche tent, hoog ruim
2 Nederl. ellen, bevattende een boom met frisch groen kunstbladwerk bezet
en met een 100-tal zorgvuldig en kunstig opgezette Noordbrabanlsche vogels.
Het geheel levert een bij uitstek schoon gezigt op, en menigeen zal met ver
wondering opmerken, boe schoone vogelen Nederland oplevert, welke dit nog
op die van Ovcrzeeschc gewesten voor hebben, dat de meeste bij hunne
schoonheid nog den zang voegen. Al deze vogels werden, uit liefhebberij,
verzameld, zelf opgezet en met smaak gerangschikt door Jhr. Mr. J. B. A. J. M.
Verheven, lid der l'rov. Stalen van Noordbrabant, die, op aanzoek der sub
commissie aldaar, dezen kunst- en natuurschat wel tijdelijk voor de tentoon
stelling heeft willen afstaan.
's GRAVENHAGE 8 Februarij.
Z. M. heeft benoemd bij den Plaatselijken Staf, tot 2de" Luitenant Plaat
selijken Adjudant der 2dc klasse te Rotterdam, den Sergeant-Majoor T. J. Jager,
van het regement grenadiers en jagers.