KORT VERSLAG ZITTING VAN DEN GEMEENTERAAD VAN LEYDEN. (Eehoorende bij de Leydsche Courant van 25 September d854iT°. dó5). BIJBLID S°. 25. DER -o Kitting van 23 September. Tegenwoordig de HII. Ysselsteyn, de Breuk, Lezwyn, le Poole, van der Boon Mesch, Huyser, Sikkel Groos, van Outeren, Leem bruggen, de Moen, Siegenbeek, Luzac, Bucaille, Lisman, Stof fels, Gevers, van der Hoeven en de Voorzitter. Nadat de Notulen der vorige Vergadering zijn gelezen en goed gekeurd, wordt door den Burgemeester mededeeling gedaan van het Provinciaal Blad N°. 112, houdende een besluit van de Gede puteerde Staten der Provincie Zuid-Holland, van den 19 Septem ber 1854 N°. 10, waarin voorschriften zijn verval ter uitvoering van eenige bepalingen voorkomende in de wet van 28Junijl854 tot regeling van het Armbestuur. Vervolgens legt de Burgemeester over: 1". Rapport van Curatoren van het Stedelijk Gymnasium met de adressen der sollicitanten ter vervulling der bestaande vaca ture van tweeden Onderwijzer in de Wiskunde. 2°. Rapport van Burgemeester en Wethouders op het adres van de Rederijkerskamer Vondel. 3°. Rapporten van de Kamer van Koophandel en Fabrieken en Burgemeester en Wethouders, omtrent het verzoek om magtiging tot regeling van een beurtveer met de Gemeente Leeuwarderadeel. 4°. Eene missive van Diakenen der Nederduitsche Hervormde Gemeente van den 18den dezer maand, hunne bezwaren inbren gende, dat op de begrooting van 1855 niets voor het Werkhuis is uitgetrokken. Overeenkomstig de voordragt wordt besloten deze stukken ter inzage van de leden in de Leeskamer neder te leggen. Het lid van der Hoeven verschijnt ter vergadering. Aan de orde van den dag wordt gesteld 1°. Verordening regelende de dienst van Slads-Chirurgijns. De titel dezer verordening goedgekeurd zijnde, is men ver volgens overgegaan tot de behandeling der verschillende artikels waaruit deze verordening bestaat. Deze worden allen met algeraeene stemmen aangenomen, uit gezonderd art. 4 met 17 tegen 1 stemmen, zijnde die van het lid Leembruggen, art. 16 met 11 tegen 7 stemmen, zijnde die van de leden de Moen, Siegenbeek, Luzac, Lisman, van der Hoe ven van Outeren en Leembruggen. Na de behandeling van art. 18 heeft het lid van der Hoeven de vergadering verlaten, en het lid van Outeren na afloop der behandeling van alle artikels. Voorts is de Verordening met algemeene stemmen vastgesteld, waarna het lid Bucaille de vergadering verlaat. De aldus vastgestelde Verordening luidt als volgt: Art. 1. De Stads-Chirurgijns zijn verpligt met de meeste naauwgezetheid hunne heelkundige diensten te bewijzen aan de bedeelden van de verschillende gezindheden en aan alle on vermogende personen, die, op aanbeveling van de Ileeren der Gebuurten aan de Armverzorgers, de vergunning van deze hebben verkregen tot het bekomen van kostelooze heelkundige hulp. Art. 2. Tot dat einde ontvangen de Stads-Chirurgijns eiken morgen op een bepaald uur, ten hunnen huize of in een geschikt lokaal in hun kwartier, alle personen in het voorgaande artikel bedoeld. Het is verboden hen bij die gelegenheid in de opene lucht te laten vertoeven. Art. 3. Tot do bedeelden worden zij gerekenddie van het Armbestuur eener godsdienstige gezindheid, waartoe zij behooren, hetzij gedurende een geheel jaarhetzij gedurende een gedeelte daarvanondersteuning ontvangen. De Stads-Chirurgijn is ge- regtigd van eiken bedeelde, die heelkundige hulp verlangt, de vertooning van het armbordje te eischen. Als dit bij de eerste aanvrage niet voorhanden iswordt daarom aan den be deelde geen raad of hulp geweigerd. Art. 4. Tot de onvermogenden worden die ingezetenen gere kend die geene bedeeling van de Armverzorgers hunner ge meente ontvangen en zich voor eigene rekening geene genees-, heel- of verloskundige hulp kunnen verschaffen. Zij verzoeken, ter verkrijging van zoodanige kostelooze hulp, een bewijs van onvermogen van den Heer der Gebuurte, waarin zij woonachtig zijn, welk bewijs door den Armverzorger van het wijk wordt ver wisseld met een gestempeld ziekenbriefje, waaropeven als op de gestempelde briefjes door de Armverzorgers afgegeven aan de bedeelden, door den Stads-Chirurgijn de noodige hulp zal ver leend en, zoo noodig, het heelkundig voorschrift met inkt en duidelijk leesbaar geschreven en dat onderteekend wordt. In spoed eischende gevallen geschiedt dit op een brielje door den Heer der Gebuurte afgegeven. Het is verboden te verwijzen naar voorschriften (iteratiën), die ouder zijn dan drie dagen. Art- 5. De Stads-Chirurgijn is verpligt zich ten allen tijde, zoowel bij nacht als bij dagnaar de woning van zieke armen te begevenwaar hij uit hoofde van een gevaarlijk toeval of verergeriug van den ziekte-toestand geroepen wordt. Art. 6. Het is den Stads Chirurgijn verboden aan een' zieke, dien hij niet gezien en onderzocht heeft, een heelmiddel voor le schrijven. Op de verklaring van anderen mogen nimmer heelmiddelen worden voorgeschreven. Art. 7. Zoodra de Stads-Chirurgijn oordeelt, dat de aard der ziekte en de armoedige omstandigheden van den lijder niet toe laten, dat hij in zijne eigene woning verblijft, onderzoekt hij]of de zieke in het Nosocomium Academicum kan worden opgeno men. Als daartoe geene gelegenheid is, geeft hij een verzoek - billet voor den Burgemeester bestemd af, ten einde de lijder op de lastgeving van dezen in het Caecilia-Gasthuis zou kunnen worden opgenomen. Lijders aan chronische ziekten mogen alleen in den uitersten nood naar het Caecilia-Gasthuis worden verwezen. Door den Stads-Chirurgijn wordt, hetzij aan de Hoogleeraren, hetzij aan den Geneesheer van het Caecilia-Gasthuis, eene opgave van den toestand des op te nemen lijders gezonden. Art. 8. Het is den Stads-Chirurgijn verboden voor een' zieke, dien hij niet gezien en wiens omstandigheden hij niet onderzocht heeft, een verzoek-billet te geven om in het Nosocomium Acade micum of in het Caecilia-Gasthuis opgenomen te worden. Art. 9. Wanneer een lijder om ongegronde redenen zich le gen de opneming in het Nosocomium Academicum of in het Cae cilia-Gasthuis verzet, geeft de Stads-Chirurgijn daarvan kennis aan den Burgemeester en aan den Armverzorger wien zulks aangaat. Art. 10. net is den Stadschirurgijn verboden, om buiten

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1854 | | pagina 5