LEYDSCHE
COL
1854.
WOEINSDAG, 14 JUIN IJ.
N0. 71.
MNNENLAMDSCÏIE BEBIGTEN.
De Courant wordt Maandag
Vrijdag uitgegevenDie van Maandag kamt
uit Zuturdag Avond
De Prijs der Courant is f\2> in het jaar
de afzonderlijke nommers worden tegen 10
Centen afgegeven
LEYDEN, 13 Junij.
De 34stc verjaardag van 's Konings broeder, Z. K. II. Prins Hendrik der
Nederlandenis beden herdacht.
Van de 1017 kiesbevoegden zijn G©1 stembriefjes ingekomen voor de
verkiezing van dén Lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.
LI. Zaturdag avond bad de dienstbode van den huisverwer van Grieken,
op de Koepoortsgracht bet ongeluk van voor de dear in 't water te vallen.
Reeds in zinkenden toestand werd zij gered door den tegenover wonenden
steenbouwer J. Kasteele, denzelfden die van tijd tot tijd reeds 20 drenkelin
gen aan een wissen dood had ontrukt.
Bij de aanbesteding der herstellingen en driejarig onderhoud aan de
Kon. Postkantoren te 'sHage, Rotterdam en Leydenis dit alhier door den
Heer II. J. van Leeuwen aangenomen voor 382 'sjaars.
1.1. Woensdag hield de Afdecling van bet Patronaat, verbonden aan het
Prot. Landbouwkundig gesticht van verwaarloosde kinderen hare derde alge-
mecne vergadering.
Uit het verslag bleek onder anderen dal het getal contribuerende leden 59
bedraagtterwijl 9 personen door giften in eens van hunne belangstelling
hebben doen blijken.
Het getal der kinderen door en van wege de Afdeeling verpleegd, bedraagt
thans van de afdeeling drie, uit het weeshuis alhier twee, en nog twee door
eene verceniging van personen met bijdragen der Afdeeling.
Wat de kinderen betreft, deze waren te vrede en keerden als hun nu of
dan werd toegestaan de hunnen te bezoeken, blijmoedig naar 't gesticht terug.
Ook gewaagde bloedverwanten die de kinderen begeleidden, steeds met hoogen
lof van hunne bevinding omtrent het gesticht.
Eene ten vorigen jare beproefde poging tot eene geldleening ter overname
van het gesticht van den Heer v. Frankenhuysen en oprigting van een ge
nootschap, is mislukt.
Nogtans blijft de stichting voor 'shands in wezen en rekent het bestuur
op dezelfde ondersteuning, die het tot hiertoe genoot.
Rij het laatste bezoek waren de gezondheid het voorkomen en de vorderin
gen in het lezen en schrij\en der kinderen zeer voldoende. Ook omtrent
hun gedrag mogt het bestuur gunstige nariglen inwinnen.
Blijkens den staat der rekening in de vergadering van 29 Mei goedgekeurd,
hadden de ontvangsten bedragen 781.80^. en de uitgaven 354.47J zoodat
er nog overbleef 427.33.
Zondag avond heeft de tot Iloogleeraar te Utrecht benoemde Ds. B. ter
Haar, in de Nieuwe Kerk, ter aanhoore van eene zeer talrijke schare, van
zijne Gemeente te Amsterdam afscheid genomenmet eene leerrede over
II Tim. II vs. 19. Als Hoogleeraar zal hij den 23stc" dezer zijne intrêe-rede
te Utrecht houden.
Men verneemt, dat dezer dagen bij de regering het berigt is ingekomen,
dal wijlen de Heer Adriaan van der IIoop aan hel rijkter plaatsing op het
archief, vermaakt heeft de nagelalen papieren van zijnen vader Mr. J. C. van
der Hoop, vroeger raad en fiskaal der admiraliteit van Amsterdam, later
Minister van Marine. Het is uit de door den Heer Jacob Swart gegeven
levensbeschrijving van dien verdienstelijken staatsambtenaar bekend, dat deze
zich bijzonder had toegelegd op het verzamelen van zeekaarten en van alle
geschriften, tot de geschiedenis van het Nederlandsche zeewezen betrekkelijk
[Kunst- en Letterb.)
De St. Cour. bevat eene opgave van de personendie als landver
huizers uit de onderscheidene Provinciën in 1853 vertrokken zijn, waaruit
blijkt, dat het grootste getal vertrokken is uit Gelderland namelijk 323;
het kleinste uit Utrecht 13. Onder de vertrokkenen waren G47 hoofden van
huisgezinnen, 25G vrouwen, 735 kinderen, 8 dienstboden, totaal 164G.
Volgens godsdienstige gezindte waren er 338 Ilerv.8 Prot., G Ev. Luth.
13 Doopsg., 38 Ch. Afgescb., 1 Ilernh., 238 R. Kath., 4 Isr., 11 onbekend.
Als opgegeven reden voor het vertrek was van 543 verbetering van stand;
van 21 armoede of gebrek aan middelen van bestaan; van 7 achteruitgang
van zaken van 2 om met vertrekkende personen mede te gaan of reeds
vertrokkenen te volgen; van 18 Godsd. begrippen, van 1 om Godsd. stud
in een klooster voort te zetten, 4 als zendelingen, 2 om te huwen, 3 als
administrateurs, 1 als koopmansbediende, 1 als paardenarts, 1 tot onderzoek
van landbouw, 1 om eene landb. kolonie te vestigen, 2 om zich aan den
dienst te onttrekken, 4 familie aangelegenheden, 1 ontslagen gevangen,
1 om de gevolgen van diefstal te ontgaanen 27 om onbekende redenen.
De Heer Mr. J. van Lennep beeft gemeendzich tegenover de eenparige
afkeuring, welke zijne iu luimigen trant geschrevene en geïllustreerde Tafe-
reelen uit de Geschiedenis des Vaderlands hebben ondervonden, te moe
ten verantwoorden. Wij willen op de zaak liefst niet terug komen. Wij
vermelden alleen, dat de Schr. aan het slot zijner Verantwoording aankon
digt, dat het vervolg dezer Tafereelen, ofschoon gereed liggende, niet zal
worden uitgegeven, maar dat welligt later een soortgelijk werkje in ernstigen
trant door hem zal worden in het licht gegeven. [Ilbl.)
Eenige dagen geleden overleed te Heusden Arnoldus Foks in leven
vleeschhouwersteeds ingetogen en vreedzaam levende, was hij een sieraad
van de gemeente aldaar, en gaf aan ieder een goed voorbeeld. Bij het openen
van zijn uitersten wil bleek het, dat hij aan al de armen der verschillende
godsdienstige gezindten iets vermaakt had. Aan die der Herv. gemeente 100
aan die der R. K. 100, aan die der Christ. Afgesch., der Lulherschen en
Israëlilen ieder 50.
In de Zwolsche Cour. leest men: Namens de erfgenamen van een aan
zienlijk ingezeten der stad Zwolle is de aanzienlijke gift, van ƒ5000, aan
het Armbestuur der Herv. gemeente aldaar uitgereikt, om onder de verschil
lende gezindten naar het zielental te worden verdeeld.
In den Volksvriend leest men bet volgende: Het is eene aangename
opmerking, dat bij den militairen stand de dronkenschap, hoezeer verre van
uitgeroeid, nogtans in de laatste jaren zeer is afgenomen; en voorzeker wordt
ons dit door de inwoners van garnizoensplaatsen meestal toegestemd. De straf
lijsten bij de corpsen, wij twijfelen er niet aan, znllen hiervan de bewijzen
opleveren. Ons is althans van ééne compagnie bij het leger, eene opgave van
de laatste jaren bekend van straf wegens misbruik van sterken drank, welke
van zulk een' vooruitgang ten goede zeer in het oogloopende blijken draagt.
In 1844 en 45 bedroeg nog, bij eene gemiddelde sterkte der compagnie van
82 a 83 manschappen, het aantal dagen straf wegens bovengemeld misbruik
16 dagen cachot, 22 dagen provoost, 74 dagen policiekainer. In 184G was
dit, bij eene sterkte van 92 manschappen, gedaald tot 4 dagen cachot, 18
provoost, 9G policickamcr. In 1847, bij een getal van 108 man, nul dagen
cachot, G provoost, G2 policiekamer cn zoo verminderende voort, lot dat in
1851, bij eene sterkte van 78 man, reeds niet één dag cachot noch provoost
cn slechts 12 dagen policiekamer staan aangeteekend. In 1853 eindelijk, bij
eene getalsterkte van 49 man niets dan 2 dagen provoost aan één soldaat.
En, wat niet het minst de aandacht wekt, is, dat, terwijl in vroegere jaren
ook altijd voor de Onder-Officieren eenige dagen cachot, provoost en policie
kamer staan opgeteekendook dit gaande weg is verbeterdzoodat voor deze
krijgslieden, in het jaar 184G voor het laatst de cacholstraf is toegepast, in
1848 voor het laatst de provoost en in 1850 voor het laatst zelf de policiekamer.
De Keizer der Fransclien heeft aan den Heer G. Huysmans, te Breda,
eene gouden medaille toegekend voor het schoon geïllustreerde werk la
Journée du Chretiendoor beul uitgegeven. Deze medaille prijkt met de
beeldtenis des Keizers aan de eene zijde, en heeft aan de andere zijde het
opschrift: A Monsieur Huysmans l'Empereur. 1854, door een
krans van eikenloof omgeven.
Uit Vccnhuizen wordt het volgende gemeld: Sints vele jaren is het
gewin der bijen niet zoo voordeelig geweest, als het tegenwoordig is. Tot
slaving van dit gezegde kunnen wij aanhalen, dat wij, en meer anderen met
ons, in het begin van dit voorjaar de bijen naar de klei brengende, om het
gewin op het koolzaad, enz., thans genoodzaakt zijn om ze van daar terug
te halen, uithoofde der te groole hoeveelheid honig, die zij daar inzamelen.
Onder onze, in het voorjaar naar de klei gebragte bijen waren er, die in
het verloopen najaar bij de opzetting slechts 15 halve Ned. 16 gewigt hadden,
en die thans reeds eene zwaarte hebben van p. m. 40 Ned. ffi. Met een
woord, alles is nagenoeg honig en het gewin is dezer dagen nog zoo sterk,
dat de bijen in het werk tekort schieten, zoodat de honig uit de vlugtgalen
cn van onder uit den korf loopt.
'sGRAVENIIAGE, 13 Junij.
Z. M. heeft benoemdtot Burgemeester van Schiedam den Heer L. Knap
pert Sr.met eervol ontslag als Burgemeester van Kethe! c. a. en Nieuwland c. a.
Tot Ontvanger van de in en uitgaande reglen te Oldenkotte (Gclderlanl)