roemden naamheeft de Baron Fagel standvastig die overleveringen van regt- schapcnheid en vaderlandsliefde bewaard en beoefend; zijn gansche leven is aan het Huis van Oranje en aan Nederland gewijd geweest. In den oorlog bad bij op bet slagveld van Wagram het leven gered aan zijnen Vorst, die sedert Koning Willem I is geworden; te midden des vredes, heeft hij even zoo nuttig als eervol gedienddoor bet onderhouden der gunstigste betrekkin gen tusschen Frankrijk en Nederland. Wij doen de opregtste wenscben voor den edelen grijsaard bij zijn vertrek. Hij geniete nog lang in zijn vaderland die Europesche hulde die hij er als den cenigen prijs van zijn veel jarigen arbeid medebrengt. (J. des Délats.) De indirecte belastingen hebben in 1853 bijna 42j millioen fr. meer dan in 1852 opgeleverd, namelijk bijna 847 millioen. Er is bevel ontvangenom tot eene algemeene ligting onder de matrozen ter koopvaardijten behoeve der oorlogsschepen over te gaanzij moeten van 20 tot 40 jaren oud zijn. Ook is er bevel gegeven tot bet aanwerven van een groot getal scheepstimmerliedenzeilmakers en andere scheepswerklieden. Het leger bevat 100 regementen voetvolk, 20 bataljons jagers, 6 batal jons tirailleurs en ligt voetvolk in Afrika zoodat te velde kunnen trekken, 240,000 man; de ruiterij bestaat uit 12 regementen reserve, 20 van linie, 20 ligte ruiterij; ruim 33,000 man kunnen te velde trekken. De artillerie bestaat uit 14 regementen a 16 batterijen; 1 regement pontonniers van 12 kompagnien, 13 kompagnien werklieden, 4 escadrons artillerietrein en 5 kom- pagnien veteranen. Iedere veldbatterij heeft 6, 8 of 12 ponders, waarbij 2 houwitsers; de onmiddellijk te mobiliseren artillerie telt 28 a 30,000 man en 360 stukken. De genie-troepen bestaan uit 3 regementen van 2 bataljons of 6000 man. De geheele legermagt, welke op dit oogenblik gereed is om te velde te trekken, telt nagenoeg 300,000, man en 60,000 paarden. SARDINIË. TURYN7 Januarij. De Times schrijft van daar dat de kerkelijke quaestie thans waarschijnlijk het hoofdonderwerp der beraadslagingen in de wetgevende zitting zal uitma ken. Eene hervorming in de kerkelijke aangelegenheden, voor zoover zij reglslreeks het staatsbestuur aangaanis volstrekt noodig. Er zijn 6 Aarts bisschoppen 34 Bisschoppen312 Kanunniken die vruchtgebruik van kerke lijke goederen hebben, 59 collegiale kerken, 741 collegiale Kanunniken en 7000 Priesters. Deze bezitten goederen ter waarde van omstreeks 350 mil lioen francs en trekken daarvan een jaarlijks inkomen van omstreeks 12,000,000 fr.terwijl hun buitendien jaarlijks uit de schatkist eene som van nagenoeg 1,000,000 fr. aan onderstand wordt betaald. Terwijl er nu onder de Bisschoppen zijn die een jaarlijks inkomen van 100,000 fr. genie ten, leven in de 4247 kerspelen, 3386 Geestelijken in groote armoede; onder lien zijn er die een jaarlijks inkomen hebben van slechts 835 fr. Verder zijn er 31 monnikenorden met 347 kloosters, en 23 orden van nonnen met 141 kloosters. Van deze hebben 318 elk een gemiddeld jaar lijks inkomen van omstreeks 15,000 fr.de overige 170 bestaan hoofdzakelijk van bet bedelen. Het gezamenlijk vermogen dezer ordenzoover het bekend is, wordt berekend op eene waarde van 119,350,000 fr. en brengt haar naar raming meer dan 4,500,000 fr. in het jaar op. Doch men denkt dat de kloosters veel meer bezitten in den vorm van geldswaardig papier betaalbaar aan toonder en dat zij veel geld belegd hebben op den naam van een of ander hunner leden. Er zijn in het geheel 6000 monniken (waaronder 2500 bedelmonniken) en 2500 nonnen. De hervormingendie tot verbetering van dezen slaat van zaken door de gematigde meerderheid in den lande verlangd worden, zijn: vermindering van het aantal bisdommen; afschaffing der bedelende en werkelooze klooster orden, met behoud alleen der liefdadige orden, zooals die welke hospitalen bezoeken, zieken verplegen enz.; eene aanmerkelijke vermindering van ka nunnikschappen benoeming eener commissie tot onderzoek naar de eigendoms bewijzen der kerkelijke inkomsten en eene meer gelijkmatige verdeeling daarvan. De hervorming zou een heilzame maatregel voor de kerk zijnstrekkende om het gansche gebouw voor verval te behoeden. Niettemin is op bet bloote gerucht er vandaartegen als tegen ean schreeuwend onregt geprotesteerd door de ultramontaansche partij, ja zelfs daartegen de bescherming ingeroe pen van vreemde Staten. Dit heeft de Regering genoopt zijnen vertegenwoor diger Graaf Praiorino van Rome terug te roepen, om hem volledige instruc- tien te geventen einde hij de bedoelingen van zijnen Souvercin onbewim peld voor het Hoofd der kerk zou kunnen bloot leggen. Hij vertrekt nu weder naar Rome met den rang van Gezanten het is in het belang der godsdienst dezes lands te hopen, dat die echt conservative hervorming te Rome ondersteuning zal vinden; want bij de krisis die klaarblijkelijk over Italië komt, zou men bet aantal afvalligen door niets zoo zeer vermeerderen dan door thans het oor te sluiten voor de reglmatige verlangen der lagere geeste lijkheid, ondersteund door den bijval van de groote meerderheid der leeken. Den 2ien dezer is door den Minister van Justitie een wels-ontwerp bij de Kamer van Volksafgevaardigden ingediend, houdende strafbepalingen tegen Geestelijken die het staatsbestuur aantasten. Verder vermindert de voorge dragen wet de straf waarmede aanranding der godsdienst van Staat bedreigd wordt, tot korte gevangenisstraf en zware geldboete, terwijl zij particuliere bijeenkomsten tot godsdienstige doeleinden niet langer beschouwt als aan randing der staats-godsdienstzoo brengt zij het strafwetboek in overeen stemming met het door onze constitutie gehuldigde beginsel van godsdienstige verdraagzaamheid. Ook dit zal zekerlijk door ultramonlaansch-gezinden wor den gelaakt, maar het wordt door de meest verlichte Roomsclien van dezen tijd, geestelijken en leeken, goedgekeurd. TOSCANE. Het schijnt dat de revolutionaire partij in Italië haren afkeer van Rusland en hare hoop op eene storing van den Europeschen vrede door het Turksch- Russiscbe geschil, zoo algemeen aan den dag legt dat al hetgeen aan Turkye doet denken, het voorkomen eener revolutionaire leuze aanneemt. Uit Flo rence wordt van den 6llen het volgende geschreven: «Allen die zich hier ten gunste van Turkye uitlaten, worden door onze policie vervolgd. Eenige dagen geleden zijn hier twee knapen in hechtenis genomen omdat zij elkan der op Ooslersche wijze hadden gegroet door de armen over de borst te kruisen en het hoofd te buigen. Op het uithangbord van het Turksche kollljhuis is het woord Turksch uitgeschrapt. Nu loopen dikwerf gansche scharen menschen voor dat huis te hoop en heffen een uitbundig gelach aan. Verscheiden kinderen dragen eene halve maan voor de borst, ten einde de politie te kwellen." Volgens eene officiële opgave telde Rome aan het eind van het vorige jaar 177,014 inwoners waaronder 31 Bisschoppen, 1288 Priesters, 2185 monniken en andere leden van geestelijke orden, 1788 kloosterzusters, 424 seminaristen, 488 Onroomschen; zijnde de Israëliten niet medegerekend. De bevolking van Rome bedroeg 172,382 zielen in 1851, en 175,838 in 1852. PRÜIiSEN. Het Pruissisch leger bevat 465,000 man voetvolk, 68,400 man ruiterij en 60,000 man artillerie, te zamen 593,400 man met 1584 stukken. De opbrengst van steenkolen in Pruissen neemt aanmerkelijk toe. Vroe ger was zij minder dan die van België en Frankrijkthans overtreft zij die van laatstgenoemd land. In 1853 leverden de Pruissische steenkolenmijnen ongeveer 100 millioen centenaars. De rijkdom der mijnen is zoo groot, dat zij nog voor 7000 jaren genoegzaam in voorraad hebben. In dit opzigt zijn zij rijker dan de Engelsche mijnen, op dezen oogenblik althans, die nog slechts zoo veel bezitten om gedurende 500 jaren in de behoefte te voorzien op de wijze als thans geschiedt. De landhuishoudkundige L. Vorster te Coesfeld in West falen meent niet alleen de ware oorzaak der sedert eenige jaren heerschende aardappelziekte en het middel tot hare voorkoming gevonden te hebbenmaar tevens een middel om den aanstaanden aardappeloogst bijna te verdubbelen. Eene door hem over dit onderwerp uitgegeven brochure vindt grooten aftrek. TURKTE. De Preuss. Corresp. deelt omtrent het op den 6dcn dezer bij Czelaty in Wallachye voorgevallen gevecht, uit Bucharest van den 10den. het volgende mede: Den 6dcn hadden de Turken met de aanzienlijke strijdkrachten van 15,000 man en 15 stnkken geschut, eenen uitval uit hunne verschanste le gerplaats bij Kalafat gedaan en waren tot het 3 mijl van Kalafat verwij derde Wallachische dorp Czetaty voortgerukt, waar eene Russische afdceling onder den Overste Baumgarten, bestaande uit 3 bataillons van het regement Tobolsk en 2 escadrons ruiterij met 6 stukkeneene positie ingenomen had den. De Overste Baumgarten Jiield zich tegen de groote overmagt der Tur ken staande, tot dat de Generaal Simonis, die 15 werst van daar stond, met het regement Odessa en 6 stukken geschut te zijner ondersteuning aanrukte, waarna de Turken naar hunne verschansingen terugtrokken, met achterlating van onderscheiden veldstukken. Toen de Generaal Anrep met 10 escadrons ruiterij op het slagveld verscheen was de vijand reeds afgetrok ken. De strijd schijnt zeer hardnekkig te zijn geweest. Het regement Odessa heeft velen zijner Officieren verlorenen ook de Generaal Simonis moet zwaar gekwetst zijn. Van het regement Tobolsk zouden 6 Officieren gesneu veld en 27 gewond zijn. Over het geheel schatten de Russen hun verlies op 1000 dooden en 1000 gekwetsten. Het verlies der Turken wordt door hen op het driedubbelde begrootook schijnt de bevelvoerende Pacha gesneuveld te zijn. §TAD§ BERIGTEN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEYDEN doen te weten, dat, naar aanleiding der ingebragte vertoogen door de Kamers van Koophandel en Fabrieken te Leyden en te Rotterdam, door den Raad van Administratie van den Hollandschen Spoorweg, bij wijze van proef en tot wederopzeggens toe, indien het blijkt dat daarvan geen zoodanig gebruik wordt gemaakt dat die dienst voor algemeen belang van eenig gewigt kan worden geacht, een extra dienst is ingesteld, die alléén des Maandags morgens zal loopen; vertrek kende des ochtends ten 7 ure uit Leyden naar 's Hageom ten 8 ure van laatstgemelde plaats door te gaan naar Rotterdam. Burgemeester en Wethouders voornoemd Leiden19 Januarij 1854. VAN LIMBURG STIRUM. De Secretaris v. PUTTKAMMER, BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEYDEN doen te weten, dat in het jaar 1855 te Parijs eene algemeene Tentoonstelling zal worden gehouden van voortbrengselen van Landbouw en Nijverheid en van Schoone Kunsten. Zij wekken mitsdien, op ontvangen uitnoodiging van den Heer Commissaris des Konings in deze Provincie, nu reede al de in deze gemeente aanwezige industriëlen en Kunstenaars op, tot het inzenden van Voorwerpen naar die Tentoonstelling, en om zich daartoe in tijds in staat te stellen. In afwachting der nadere regeling van deze zaak, worden die belangheb benden, welke eenige teregtwijzing of inlichting deswege mogten verlangen, verwezen naar de Heeren C. J. Glayimans, te RotterdamDirecteur der Nederlandsche Maatschappij ter bevordering van Nijverheid te Haarlem; Y. D. C. Sueiïmondtte Utrecht en Mp. W. J. C. van Hasselt, te Amsterdamof naar Bestuurders van het in deze gemeente gevestigde Departement der be doelde Maatschappij, en naar de Kamer van Koophandel en Fabrieken. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leiden, 19 Januarij 1854. VAN LIMBURG STIRUM. De Secretaris v. PUTTKAMMER.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1854 | | pagina 3