BUITENLANDSCIIE BER1GTEN. EKGËLAKD. LONDEN, 7 Januarij. De uitrusting van oorlogschepen wordt op de Rijkswerven met kracht voortgezet. j)e beroemde romanschrijver S. Warren heeft thans een nieuw werk in handschrift gereed, waarvoor hij reeds de hem door een' boekhandelaar i alhier geboden som van 2,500 (ƒ30,000 Ned.) heeft van de hand gewezen. Nabij Bury in Lancashire is dezer dagen een ezel gestorven, ruim 70 i jaren oud; de familie Cornwallis had hem eenen gemakkelijken ouden dag bezorgd. De bewoners dezer stad die belang hebben bij de ontginning van mij- nen, zijn verrast door de tijding dat de kopermijn in Cornwallis, Tremolet Down genoemd, eene werkelijke goudmijn is, met on uitputharen bodem. Bij twee verschillende proefnemingenleverde zij de verbazende opbrengst van acht oneen zuiver goud per ton. Deze nieuwe mijn neemt dus den eersten rang in onder alle europesche mijnen, wat de opbrengst betreft. Men ver- j neemt dat de gelukkige aandeelhouders eene vergadering zullen beleggen oin twee machines van Berdan te bestellenieder met vier bassinsbovendien een stoomwerktuig dat 1000 tonnen per maand kan opheffen en zuiveren, j hetgeen tegen 8 oneen per ton goudeene waarde geeft van 30 per ton of 1000 ton per maand 30,000; terwijl de kosten van opdelving en zuive ring, met inbegrip der kroonregten 5000 beloopen. zoodat derhalve een winst ontstaat van 25,000 elke maand of 300,000 'sjaars. Elk aan deel zou dus doende eene waarde van 400 erlangen. Het tijdschrift de Economist berekentin afwachting der officiële op gavenden totalen uitvoer van Britsche vooribrengselen over 1853 op het verbazend groote bedrag van ruim 94 millioen Het vervoer over de spoorwegen hier te lande had in 1852 nagenoeg 15 millioen onzuiver opgebragt. De opbrengst over 1853 wordt op nagenoeg 17 millioen of 13 pCt. meer berekend. De uitgebreidheid van hel spoorweg- nel was in 1853 weinig of niet grooler dan in 1852. BELGIË. I BRUSSEL, 5 Januarij. De Moniteur heeft de aanspraken medegedeeld waarmede hoofden van voorname slaalscollegienmilitaire en kerkelijke autoriteiten den Koning bij den aanvang des jaars begroet hebben. De opmerkelijkste daaronder is de aanspraak van den Voorzitter van het bestuur der Brusselsche Hoogeschool. Hij zeide dat Belgie thans in het genot was van al de vrijheden die een volk genieten kan; dat eene derzeive, de vrijheid van onderzoek, die zoolang ge weigerd of bestreden was, door de Brusselsche Hoogeschool boven alle andere werd gesteld; hij gewaagde van »de zelfverloochening waarmede de voorzaten twee eeuwen geledenwerkzaam waren om de middeneeuwen van hare mis bruiken te zuiveren, om het geweten uit de duisternis tot hel licht te bren gen, om den fakkel der waarheid weder te ontsteken, die sedert de wereld heeft verlicht zonder zijne vijanden te verbranden." «Onze voorouders, zeide hij verder, worstelden tegen eene drievoudige dwingelandij: tegenover het despotismus des geloofs slelden zij de gewetensvrijheidtegenover hel despolis- mus van het vooroordeel de verspreiding van kennis; tegenover het despotis mus van den degen het leerstuk der algemeene souvereiniteit." Gewagende van den Doctorstitel dien eene der oude Engelsche hoogescholen aan den Kroonprins van Belgie onlangs heeft verleend, zeide de woordvoerder der Brusselsche Hoogeschool: »Uwe doorluchtige zoon heeft zich daarbij kun nen herinneren dat in Engeland de stichter der redelijke wijsbegeerte tevens de raadsman der Koningin was; dat Willem 111, de schepper der constitutio nele slaatsinrigting, de vriend was van een anderen wijsgeer, den stoutsten denker welligt van zijnen tijd (J. Locke); en dat de wijsbegeerte, na bij de 1 geboorte der representative monarchie haren bijstand te hebben verleendde trouwe gezellin en de hechtste steun dier monarchie is gebleven." De Koning heeft de aanspraken niet dan met eenige algemeene uitdruk- 1 kingen beantw oord. FRANKRIJK. PARIJS, 8 Januarij. Bij de receptie den 24cn dezer des avonds op de Tuileriën, heeft de Keizer bij herhaling het woord gerigt tot den Turkschen Gezant Vely-Pacha, en o. a. vrij luid, dat ieder het kon hooren, tot dezen gezegd: Verzeker uwen Vorst van mijne volkomene vriendschap en van mijne medewerking." Op Nieuwjaarsdag betoonde de Keizer zich bijzonder minzaam jegens den Pauselijken Nuntius. Ook tot dezen sprak hij eenige woorden met betrekking tot de oostersche kwestie: »Zeg aan Z. Heiligheid," zeide de Keizer, »dat ik hoop dat alles wel zal gaan, en dat ik reden heb op mijne bondgenootcn te vertrouwen." De Minister Drouyn de Lhuys heeft eene circulaire aan de Gezanten buiten 's lands uitgevaardigd, waarin hij onder anderen aanwijst, dat bij geen tractaat het binnenloopen ecner vloot in de Zwarte Zee verboden wordt, wanneer zulks met goedvinden des Sultans geschiedt; dat het vereenigd es kader tot dusverre in den Bosporus is gebleven, in het vertrouwen, dat de Russen zich van een aanval ter zee zouden onthoudendaar de vloot anders eene meer werkdadige houding zou hebben aangenomen, wat nu door het gebeurde te Sinope noodzakelijk is geworden; de Mogendheden toch zijn over tuigd van de noodzakelijkheid om de ongeschondenheid van het TurkscheRijk te handhaven, waarop reeds door de bezetting der Vorstendommen inbreuk ts gemaakt; zij van hunne zijde verlangen een waarborg voor de herstelling des vredes in het Oosten op voorwaarden, waardoor het evenwigt van Europa niet verbroken wordt, weshalve besloten is dal de vereenigde vloten de Zwarte Zee zullen binnenslevenen, om te waken dat de Turksche vlag op Otto- mannisch gebied aan geen vernieuwden aanval van de zijde van Rusland zij blootgesteld. Hij hoopt, dat door het genomen besluit botsingen zullen wor den voorkomen, welke door de Kabinetten van Parijs en Londen met leed wezen zouden worden gezienen dat hel Russische Kabinet Europa aan geene nieuwe proeven zal willen blootstellen. Er zijn 40,000 man van de ligling van 1852 lol werkelijke dienst op geroepen ter vervanging van de ontslagen manschappen der ligting van 1846. In 1853 zijn er hier te lande 8,060 drukwerken in het licht versche nen zijnde 204 minder dan in 1852. De Gazette de Fi ance meldt uit Stuttgardtdat de door dë Augsb. Allg. Zeit. medegedeelde tijding, dat Prins Napoleon, neef des Konings van Wurtemberg, de oudste dochter van den Markgraaf Willem van Baden, oom van den Regent, zal huwen, bevestigd wordt. De Prinses Sophia, die in April e. k. haar 20stc jaar zal bereiken, is de nicht der Koningin van Wurtemburg. De Koningin van Spanje is den 54en van eene dochter bevallen. PRVISIEN. BERLTJN, 8 Januarij. Alhier is een man gefailleerd, met eene schuld van 80,000 till.die al gemeen den naam had van zeer rijk te zijn. Hij is bezitter van onderschei den grondeigendommen en zijn huis in de Charlottenstraat is met spilzieke pracht gemeubeld. Nog weinige dagen voor Nieuwejaar zag men hem in een prachtig rijtuig door de straten rennen. Hij was de grootste geldafperser dien men hier kende. Hij is van zeer geringe afkomst, en op wat wijze hij zoo plotseling zijn vermogen verworven heeft is lot hiertoe een raadsel, maar nog meer heeft hij verleerd. Dc Oostenrijksche Regering heeft een besluit genomen, hetwelk voor de volksvoeding niet onbelangrijk geacht wordt. Op een uitvoerig rapport van bel hoofd-collegie, voor de zaken rakende de algemeene gezondheid, is het verkoopen van paardenvleesch in de slagterswinkels en andere voor het publiek openstaande inriglingen verloorloofd. Zoowel hier als te Keulen en andere steden hadden zich reeds voor eenigen tijd vereenigingen gevormd, ten doel hebbende om door eigen voorbeeld het vooroordeel legen ïe gaan, hetwelk bij velen tegen bet gebruik van paardenvleesch bestaat. In 1853 zijn te Hamburg aangekomen 4,174 schepenzijnde 266 minder dan in 1852; onder de aangekomenen waren 369 onder Nederl. vlag. Op Nieuwjaarsdag vond men in de nabijheid der stad Oldenburg een doodgevroren man liggendie zich tot op het hemd had uitgekleed en zijne kleederen nevens zich had nedergelegdwelke vreemde handelwijze zich al leen hierdoor laat verklaren, dat hij beschonken geweest is en in de meening verkeerde dat hij zich voor zijn bed bevond. Uit Wiesbaden wordt van den 24en geschreven: Naar men verneemt is de Bisschop van Limburg thans overgegaan tot bet benoemen en verplaatsen van geestelijken, hetgeen tot dusverre door den Hertog van Nassau geschiedde. Deze van zijnen kant heeftdoor inbeslagneming der kassen waaruit die gees telijken moeten worden bezoldigd, getracht aan die aanmatiging een einde te maken. Uit Wurtemberg wordt officieel gemelddat de ontstane kerkelijke ge schillen tusschen de Regering en de R. K. Bisschop waren bijgelegd. RUSL.A1V Dc oudste inwoner van Moscou, de Heer Peter Sosnovsky, is aldaar in den ouderdom van ruim 122 jaren overleden. Hij was geboren onder de re gering der Czarin Anna-Ioannovnaden 44en Augustus 1731. Op zijn tiende jaar werd hij op de schilderschool te Petersburg geplaatst, en hield zich tot zijn 57sle jaar met de schilderkunst bezig, waarin hij zich loffelijk onder scheidde. Toen trad hij in militaire dienst als onder-officier, en woonde achtereenvolgens onderscheidene veldtogten bijacht jaren later nam hij zijn ontslag met den rang van kapitein; doch toen in 1812 geheel Rusland de wapenen opvattenam ook de Sljarige Sosnovsky wederom dienst als vrij williger en streed dapper mede. TURKTE. KONSTANTINOPEL26 December. De Porte heeft een besluit bekend gemaakt, om den krijg door te zetten, en niet te onderhandelen dan na het ontruimen der Vorstendommendoch dit besluit scheen de Ulema's en de Oud-Turksche partij nog niet te hebben bevredigd. Volgens die beriglen van den 2Gstcn was de bezetting van de hoofdstad versterkt, en werd in de kazernen bijeengehouden; talrijke afdeelingen door kruisten de stad om elke zamenscholingdie eenig dreigend aanzien bekwam uit een te drijven. Het ministerie was nog door eenige buitengewone be windslieden versterkt en had zich permament verklaard. Honderd Softa's wa ren vooreerst naar Candia verbannenen daaronder zonen van zeer hoogge plaatste Turken. De Russen waren in Azië in aantogt zoowel naar de zijde van Balloen, als naar den kant van Kars. Het officiële dagblad bevat de volgende kennisgeving van den 22sten: De verbonden Mogendheden hebben de Verhevene Porte bekend gemaakt met de vredelievende bedoelingen die het Russische Hof steeds betuigt; en daarbij van haren kant ook de Keizerlijke Regering in dien geest aansporende, heb-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1854 | | pagina 3