LEYDSCHE courante! i?vv 1855. Y RIJD AG, 15 APRIL. N°. 4! BIMENLANDSCIIE BEIIIGTEA'. De Courant wordt Maandag, Woensdag en Vrijdag Die van Maandag komt vit Zaturdag Avond -5» irk De Prijs der Courant is f 12 in het jaar de afzonderlijke nommers worden tegen 10 Centen afgegeven LEYDEN, 14 April. Sedert November sluimerde de zaak van het Iluiszittenliuis. Men was in schikking gekomende Raad echter kon er geene uitvoering aan geven voor dat op de verzoekschriften van partijen aan Z. M. den Koning, tot verlof om de fondsen op het Grootboek ten name van Mrcn Regenten der Iluiszittcn- en Diaconie-Annenop naam van de Diaconie der Ned. llerv. Gemeente over te schrijven gunstig zou besloten zijn. Men had dezer dagen vernomen, dat de Minister van Binnenl. Zaken in wiens handen die verzoekschriften waren gesteld, daarin nu geen bezwaar zag, en thans zijn de besluiten ontvangen, dat het Z. M. den Koning behaagd beeft door gunstige beschikking op die verzoekschriften, een verschil te doen eindigendat door het gansche land cene treurige vermaardheid bad ge kregen dat veel leeds bad berokkenddat zoo vele belangen benadeelde en naar welks bevrediging, allen die de waarde van vrede en eensgezindheid op prijs stellen, reeds zoo veel tijd met groot verlangen hadden uitgezien. Algemeen zal wel de vreugde zijn, dat na zoo langen duur, en bezorgdheid voor een langdradig en kostbaar regtsgeding, thans de bevrediging van dit geschil daar is, en de geheele zaak hare eindregeling nabij. Op bet verzoekschrift aan Z. M. ten opzigte der R. K. Hiërarchie bij den Kerkeraad der Ned. Hcrv. gemeente, tot beden namiddag ter teekening hebbende gelegenhebben 3254 personen geteekend. De metselaarsknecht die Maandag jl. van een dak gevallen is, leeft nog; doch verkeert in even bedenkel ijken toestand. De Times en het Journal des Déhats deelen thans den zakelijken in houd mede van het Utreclitsche adres aan Z. M. Uit Madrid wordt per telegraaf van den 9,lcn herigtdat het Minis terie zijn ontslag aan de Koningin had gevraagd en deze de zaak 24 uren in beraad zou. nemen. 's GRAVENHAGE, 14 April. Bij besluit van den 13dpn dezer, heeft Z. M. ten gevolge van het over lijden van F. W. F. T. Baron van Pallandt van Keppelin leven Komman- deur der Duitsehe Orde, balije van Utrecht, vergund de opklimming der Kominandcuren en van den eersten Jonkheer in gemelde orde, welke lert ge volge van genoemd overlijden kan plaats hebben; en te agreëren: 1°. de op klimming van R. F. C. Baron Benlink van Schoonbeten, tot jongsten Com mandeur; en 2°. de toelating van H. R. W. Baron van Goltstein tot 2den Jonkheer. Bij Kon. besluit van den 10den dezer, is benoemd tol Ontvanger der registratie- en domeinen te Iloorn, de Heer Mp. 11. J. D. Graafland, thans Ontvanger te Waalwijk. Men verneemt dat Z. K. II. Prins Hendrik zich eerstdaags naar Weimar begeven doch er slechts korten tijd vertoeven zaldaar de Prins alsdan her waarts zal terugkeeren om zijne Moeder af te halendie ter bijwoning van 's Prinsen echtverbindtenismede naar Weimar zal vertrekken. De Ministerraad houdt bijna dagelijks zeer drukke vergaderingen. Eergisteren is er bij een voornaam ingezeten dezer stad, den lieer v. M., een zeer belangrijke diefstal gepleegd. Die Heer had eene aanzienlijke waarde, men spreekt van ongeveer 90,000, uit bankpapier, coupons, enz. be staande, in eencn blikken trommel bewaard. Gelukkig is de dief in tijds ont dekt, terwijl de aanzienlijke waarde nog geheel onaangeroerd was; zoodat de eigenaar er met den schrik is afgekomen. TTiveetlc Bits nier ei.er (4tnten-fienera al. Zitting van Woensdag 13 April. Onder de in deze zitting ingekomen stukken behooren onder anderen de navolgende wets-onlwerpen: Een wels-ontwerp houdende wijzigingen van Iloofdst. III der Slaatsbegrooting van 1852 (onderstand van behoeftige Neder landers builen 's lands); een wets ontwerp tot regeling van de zamenstelling der regterlijke magt en van liet beleid der justitie; wets-ontwerp tot natura lisatie van 10 personen. Voorts de rekening van bet fonds voor de koloni satie van beboeftigen van 1851de opgave van verkochte domeinen en den afkoop van doinaniale tienden enz, over 1852; een aantal verzoekschriften waaronder 185 tegen de wet op het armbestuur; gedrukte stukken betrekke lijk den handel en scheepvaart in vreemde landen; eene missive van den Heer Boreel van Hogelanden die, ten gevolge van bijzondere omstandigheden, zijn ontslag als lid der Kamer neemt. De Kamer heeft bepaald dat liet ontwerp van gewijzigd reglement voor de openbaarmaking van het verhandelde in de beide Kamers der Statcn-Generaal in behandeling zal genomen worden op aanstaanden Maandag. De Heer van Doorn heeft daarop verlof gevraagd en bekomen tot het rigten van vragen aan de Regering nopens de regeling van het R. K. kerkgenootschap in Nederland. De Heer van Doorn heeft die vragen onmiddelijk gedaan en dit heeft aanleiding gegeven tot eene langdurige beraadslaging, waaraan de Heeren van Hall, Gevers van EndegeestGroen van Prinsterer en Metman, zoo mede de Minister van de R. K. Eeredicnst, Buitenl. Zaken en Herv. Eeredienst bij herhaling hebben deelgenomen. Dc Minister van Justitie, voorloopig belast met het Ministerie voor de za ken der R. Katb. Eeredienst, zegt bet navolgende: Mijne Heerende Regering kon verwachtendat de Staten-Gene- raal zouden wenschen inlichtingen te ontvangen omtrent de nieuwe organi satie der R. Kath. kerk bier te lande, en het is daarom dat zij zich heeft voorbereid om onmiddellijk aan dien wensch te kunnen voldoen. Ik heb dienvolgens de eer het navolgende mede te deelenwaaruit de Kamer den loop dezer zaak volledig zal leeren kennen. Daarna spreekt de Minister van de behandeling dier zaak bij gelegenheid der begrootingen in 1851 52 en 53 en overgaande tot bet verslag der onderhandelingen zegt hij: «Bij missive van den Internuntius van den Pauselijken Stoel bij ons Hof, dd. 9 Dec. 1851, werd aan het gouvernement te kennen gegeven, dat de Paus uit de door de Regering aan de Staten-Generaal gedane en door dezen gunstig opgenomene mededeeling, geantwoord hebbende, dat de organisatie der 11. K. kerk tot stand kon worden gebragt, van meening was dal het tijdstip Iom daartoe over te gaan, was genaderd, doch dat men wensckte de inzigten dier Regering te kennen over liet voortdurend beslaan van het in 1827 ge sloten doch onuitgevoerd gebleven Concordaat. «Den 24sten Maart 1852 werd op die mededeeling door den Minister van I Buitenl. Zaken geantwoord, dat, volgens de beginselen der Grondwet, ieder kerkgenootschap zijne eigene organisatie kan daarstellen, behoudens zijne I ondergeschiktheid aan de wetten van den Slaat; dat echter, wanneer van die vrijheid gebruik wordt gemaakt, de Slaat ontslagen zal zijn van dc verbind- tenissenbij het Concordaat van 1827 aangegaan. «De verdere briefwisseling heeft uitsluitend tot dit laatste punt betrek king gehad. «De Internuntius beantwoordde den 23stcn Junij 1852, het dezerzijdsch schrijven van 24 Maart, en stelde voor, het bedoelde concordaat ter zijde te stellen, zonder het echter vervallen te verklaren. «Den 24stel1 Augustus opvolgend werd door den Minister van Buitenl. Za ken betoogd, dat bij de eventuëele organisatie der R. K. kerk, het concor daat noodzakelijk moest vervallen, dat men zich met geene ter zijde stelling kon vergenoegen, en dat al de aangegane verbindtenissen voor goed moesten worden vernietigd waaromtrent eene stellige verklaring van de zijde van het llof van Rome werd verzocht. «Dergelijke verklaring werd den 17dcn September jl. door den Internuntius op uitdrukkelijken last van den Paus gegeven, waarmede dezerzijds den 16detl der volgende maand genoegen werd genomen. «Zoo is de zaak tot een einde gebragt. Vervolgens de door den Paus bekende organisatie mededeelende zegt hij nog: «Eene omstandigheid vermeen ik er echter nog bij te moeten voegen, zij is deze: in de hiervoren medegedeelde briefwisseling tusschen onze Regering en bet Hof van Romeis van onze zijde meermalen het verlangen te kennen gegeven om voorloopige mededeeling te ontvangen van de wijze waarop, en den tijd wanneer tol de organisatie zoude worden overgegaan; had bet Hof van Rome aan dit verlangen gevolg gegeven, dan zoude welligt, door eene ge paste raadgeving, voorkomen zijn bet minder voegzamedat men in den ntt gebezigricn vorm aantreften waardoor bij zeer velen onzer landgenooteu

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1853 | | pagina 1