EENIGE WENKEN OVER DE HONDSDOLHEID.
WEST-IN®I E.
Men leest in het Algemeen Nieuws- en AdvertentiebladParamaribo, 3
September, het volgende ingezonden stuk. onderteekende L.
Ik heb dezer dagen in de Couranten gelezen onderscheidene mededeelingen
welke betrekking hebben op kolonisatie en deportatie te Suriname. Ik ben een
inboorling van deze kolonie, evenwel zou ik mij hieromtrent geene uitwijding
veroorloven doch hetgene ik door authentieke stukken weet, is: dat de lieer
Cornelis van Aarssens, Heer van Sommelsdijk, die van 24 November 1683
tot 19 Julij 1688 Gouverneur en tevens voor een derde gedeelte eigenaar van
Suriname was, op 2 Maart 1684 van do Algemeene Staten van Holland had
verzocht om de misdadigers niet meer in tuchthuizen op te sluiten, maar
hen naar Suriname te zenden, ten einde als krijgslieden te worden gebruikt
tegen de Indianendie toenmaals de blanke bevolking het rustig bezit van
dit land, door herhaalde oorlogen hadden betwist; dat deze uitnoodiging van
den Gouverneur van Sommelsdijk met een even gelijk besluit van de Alge
meene Staten van Holland, in dato 20 Julij 1685 gevolgd zijnde, dienvol
gens de deportatie van misdadigers tot voorschreven doel heeft plaats gehad
dat deze misdadigers op 19 Julij 1688 denzelfden Gouverneur van Sommels
dijk, in de Oranjelaan digt bij het Gouvernementshuis, met den Kommandeur
Laurens Verboom wandelende, hebben vermoord; en dat deze Kommandeur
Laurens Verboom, die den Gouverneur van Sommelsdijk in de waarneming
van het Gouvernement had opgevolgd, 9 dagen later en wel op 28 Julij 1688
aan de gevolgen van het treilen van een' kogel van die misdadigers onder in
den buik, almede is gestorven; en eindelijk dat elf van voorschreven misda
digers in Suriname op 10 Augustus 1688 voor hun aangehaald bedrijf met
den dood zijn gestraft geworden, en zestig weder naar Holland gezonden,
ten einde in tuchthuizen te arbeiden en te worden opgesloten.
Dit is een voorbeeld van menschen, die zich eenmaal aan het kwaad heb
ben overgegeven.
KAAP DE GOEDE HOOP.
6 November.
De Synode der Nederd. Herv. kerk in Zuid-Afrika heeft in hare den 2den ge-
sloten zitting, een nieuw plan vastgesteld om schoolonderwijzers uit Nederland
op de geschiktste wijze te ontbieden, en het door de uitgeweken Hollandsche
Boeren aan gene zijde der Vaal-rivier opgerigt onafhankelijk gemeenebest,
onder den naam van Transvaalschen ring, in hare gemeenschap opgenomen.
Het bestuur van dat gemeenebest heeft eenen krijgstogt ondernomen
tegen Sechelieen magtig hoofd van den volksstam der Bechuanen eene af-
deeling van 406 Boeren viel in zijn land, en vermeesterde de hoofdplaats
stormenderhand, na een heeten strijd van zes uren; het verlies, dat de Boe-
ren bij deze gelegenheid leden, bestond uit 4 dooden; daarentegen verloor
Secheli 300 dooden. «Nooit heeft een Kafferstam dus leest men in een
van de zijde der Boeren afkomstig berigt met meer furie gevochten dan
deze Secheli; maar de onverschrokkenheid der burgers en hunne lange roeren
deden die schurken het hazenpad kiezen en het groote kantoor der smokke
laren vernietigen."
De oorzaak van den aanval wasgelijk de Zuid-Afrikaan berigtdat
Secheli hardnekkig handelde in strijd met eene door hem met de Boeren aan
gegane overeenkomstwaarbij hij zich verbonden hadden handel in bus
kruid en wapenendie hij van de aan Delagoa-baai gevestigde Portugezen
kocht en waarmede hij al de omliggende volksstammen voorzag, te laten
varen. De Boeren vielen eerst aan, nadat hunne voorstellen van vrede en
vriendschap drie malen met hoon waren afgeslagen.
Vervolg en Slot van ons vorig Nommer.
Tot dit door mij aangeduide tijdstip is de ziekte reeds twee, drie, vier,
ja zelfs vijf dagen vroeger begonnen, en heeft men dus overvloedig den tijd,
om zich van het bestaan der ziekte te overtuigen en afdoende maatregelen te
nemen.
Nog kortelijk zal ik de onmiskenbaarsle verschijnselen der hondsdolheid her
halen: veranderde gemoedsgesteldheidonrustopgewekte drift tot coï
tuslekken der urine van zich zeivenpoging tot brakenstuipen
heesche stemverlamming en bijtzucht. Dit zijn de voornaamste kentee-
kenen en neemt men deze of slechts eenigen dezer waar, dan is de beet reeds
gevaarlijk. Bij de stille dolheid is de hond treurig en droefgeestig en neemt
men dus alle verschijnselen van eene geprikkelde en zenuwachtige gesteldheid,
zooals bij de razende dolheidveel minder waar. Ook hangt bij de stille
dolheid de onderkaak af en hij kan niet bijten, maar zij is toch even gevaar
lijk als de razende.
De oorzaken van het ontstaan der hondsdolheid uit zich zelve (spontaan),
zijn alle hevig werkende indrukken, als: terging, schrik, angst, toorn, on
geregelde diëet, hette en koude, en bovenal belette coïtus. Ten gevolge van
atmospherische invloeden, kan zij ook epizoötisch of heerschende zijn en dit
kan tegenwoordig wel eenigzins het geval zijn, daar mij binnen korten tijd
vier gevallen bekend zijn.
De rekels staan er meer aan blootgesteld dan de teven, omdat deze laatsten
meer bevredigd kunnen worden als zij jagls zijn.
De Heeren geneeskundigen in de menschelijke praktijk zullen de spontani
teit door meerdere oorzakendan alleen door belette coïtus en ook het spon
taan ontstaan bij de tevenmisschien wel in twijfel trekken of ontkennen
het is niet te min waar en, des gevorderd, kan die twijfel elders met voor
beelden worden gestaafd.
Over de geneeskundige behandeling kan hier niet gesproken wordenmaar
ik moet aan een ieder aanradendie honden heeftbij de ontdekking van
slechts een enkele der opgenoemde verschijnselen, den hond dadelijk vast te
leggen en af te zonderen, en zich ten spoedigste tot een deskundige te vervoegen.
JVauneer iemand in aanraking is geweest met dolle honden of andere dolle
dieren, dan moeten de plaatsen van aanraking of verwonding zorgvuldig wor
den onderzocht en met azijn en water goed worden gereinigd en afgewasschen
en men moet daarmede volhouden tot de komst van den geneesheer, die men
niet te schielijk daartoe kan uitnoodigen. Minder is het aan te raden de onlangs
aangeprezene behandeling met zeezoulzuur zelf te verrigten, omdat daaruit
hevige gevolgen kunnen ontstaan. Is men evenwel niet in de gelegenheid
spoedig eenen geneeskundige te raadplegendan is het bestede wonden en
plaatsen van aanraking met een gloeijend ijzer aan te raken. Wat evenwel
bij het bekomen van eenen beet van de grootste nuttigheid is, bestaat in het
acht geven op eigen gemoedsaandoeningen. Men heangstige zich niet, neme
als gewoonlijk zijne bezigheden waar zonder vrees en met gerustheid en volge
de voorschriften van den geneesheer. Aan de Veeartsenijschool te Kopenhagen
werden eens 37 personen door éénen dollen hond gebetenwaarvan er niet één
de kwade gevolgen van ondervonden heeft na eene doelmatige behandeling.
Zeer zorgvuldig moet men acht geven op de maatregelen van voorzorg en
hiermede behoort het strenge toezigt der policie gepaard te gaan.
Men verdelge alles wat met een dol dier in aanraking is geweest, omdat de
smetstof langen tijd het vermogen tot besmetten behoudt, volgens sommigen
(Ritter) zelfs jaren lang en zoude zij zelfs dit vermogen niet eens door koking
verliezen. De verwonde dieren moeten gedood of op geschikte plaatsen streng
afgezonderd worden en onder policie toezigt staan. De honden moeten min
stens 50 dagen worden vastgehouden. Ter voorkoming van het spontaan ont
staan der ziekte, moet men al de hiervoren genoemde oorzaken vermijden en
den hond overeenkomstig zijne natuur behandelen.
Eenige rekels op te ruimen is zeer nuttig en het moest eene vergunning zijn
er eenen te mogen hebben. Eene belasting op de houden zoude het aantal
zeer verminderen. Honden voor de jagt, voor vrachtwagens of voor andere
werkzaamheden in gebruik, moesten van lijd tot tijd geinspecteerd worden en
voornamelijk omstreeks den gewonen tijd der jagtsheid en bij bevige tempera-
tuurs of weersveranderingen. Iedere dwalende hondzonder hekenden eigenaar
in den omtrek, waar hij zich bevindt, moest geschut of gedood worden. Er
zijn nog meer maatregelen van voorzorg voor te schrijven, maar de opvolging
der opgenoemde zou het ontstaan der hondsdolheid verminderen en tegengaan.
Ik vertrouw dat het gewigt der zaak, zooals het dezer dagen en helaas,
reeds al te dikwijls is gebleken, den geachten uitgever van deze Courant zal
doen hesluiten, het bovenstaande er in op te nemen. Moge het strekken ter
bevordering van de heilzame uilkomstwat er de steller zich van voorstelt.
G. J. HENGEVELD,
Rijksveearts der lste klasse te Oegstgeest.
STADS BERIGTE N.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Gemeente LEYDEN brengen bij
deze ter kennis der belanghebbendendat wegens de invallende Feestdagen
de Beestenmarkt zal gehouden wordenop Woensdag den 22sten en 29sten
December aanslaande en de Wekelijksche Markt in plaats van des Zatnrdags
op Vrijdags den 24sten en 31stcn dier maand.
VAN LIMBURG STIRUM.
Lei'DEN 11 December 1852. De Secretaris v. PUTTKAMMER.
Rationale Jttilitie.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEYDEN, gezien hebbende
art. 21 der Wet voor de Nationale-Militie, van den 8steD Januarij 1817, waar
bij aan manschappen, dienende bij de Nationale Militie, wordt toegestaan,
dat ingeval zij, na hunne inlijvingeene der vrijstellingen mogten hebben
bekomen, die bij art. 21 en 94 van gemelde Wet zijn uitgedrukt, zij daar
van ten spoedigste aangifte kunnen doen aan het Bestuur der Gemeente, voor
welker contingent zij zijn ingedeeld
Roepen hij deze op, zoodanige bij de Militie voor zich zei ven dienende
manschappen, die door het overlijden van hunnen vaderof hunne moe
derweduwe zijndeof door regterlijke echtscheiding hunner ouders
of door overlijden van een' of meer broedersvoorgevallen na hunne in
lijving, zijn geworden:
Eenige wettige zonentevens éénige kinderen zijnde.
Kostwinners van moeders of grootmoeders, wedawen zijnde, of in regten
gesepareerd.
Kostwinners van ouderlooze broeders of zusters,
Of eenige broeder van een onherstelbaar gebrekkigen broeder.
Om, uiterlijk vóór of op den 5den Januarij 1853, schriftelijke aanvrage
om ontslag, met opgave der redenen in te leveren of te doen leveren op de
Secretarie dezer Gemeente, tusschen 's morgens tien en 's namiddags drie uren,
en in de opgave almede ten duidelijkste te vermelden, hij welk Regiment en
Bataillon zij, door of voor wien die aanvrage geschiedt, dienende zijnZul
lende, na opgemelden dag, geene aanvrage ten fine voormeld meer kunnen
worden aangenomen.
Wijders roepen Burgemeester en Wcthonders mede bij deze opalle zoo
danige Jongelingen, die aan de inschrijving voor de Nationale Militie in
het aanstaande jaar behooren deel te nemen, en niet zijn geboren binnen
deze Gemeentebijaldien zij niet mogten zijn voorzien van eene geboorte-acte
om zich van heden af tot en met den 31sten December aanstaande aan te
melden ter Secretarie dezer Gemeente, tusschen des morgens tien en 's namid
dags drie uren, tot het doen eener juiste opgave van den tijd en de plaats
hunner geboorte, ten einde van Regeringswege hunne geboorte acte zal kunnen
worden aangevraagd, en alzoo hun belang ten dezen bevorderd.
En zal deze door aanplakking en plaatsing in de Leydsche Courant worden
afgekondigd.
VAN LIMBURG STIRUM.
Leïden, 16 December 1852. De Secretaris v. PUTTKAMMER.