BUITENLAIVDSCHE BERIGTEN. voorbijgaan, zonder, ingevolge het voorschrift van art. 143 Wetboek van Burg. Regstg.van conclusie van antwoord te dienen. Toen is eindelijk na mens de stad Leyden, ten allen overvloede, eene conclusie van eisch, geheel overeenstemmende met de dagvaarding, aan de wederpartij geïnsinueerd. Kort daarna is namens den Slaat eene conclusie genomen tot communicatie van stukkenmet veroordeeling in de kosten van het incident. Eenigen tijd daarna is namens de stad eene lijst van stukken, aan den Procureur der •wederpartij medegedeeld, die echter, op last van den Lands-Advocaat, is teruggezonden, terwijl men voortdurend op productie bleef aandringen. Na mens de stad zijn daarop drie boeken ter griffie gebragt, waarin al de stuk ken, waarop de stad zich beroept, te lezen staan, en is geconcludeerd tot afwijzing der conclusie om productie. Voor de stad werd toen dagbepaling voor pleidooi gevraagd; op verzoek van den Lands-Adv. werd dit pleidooi uit gesteld. In stede van op den bepaalden dag te compareren, zond de Lands-Adv. eene uitvoerige conclusie van repliek; de practizijns van Leyden wilden daarop dupliceren; het regt daartoe werd hun betwist, maar door de regtbank toe gekend. Daarop zou gisteren gepleit worden; de Lands-Advocaat is echter niet verschenen, maar heeft regt gevraagd op de stukken. Mr. S. P. Lipman, voor de stad Leyden, deze daadzaken vermeldende, doet uitkomenhoe vreemd en zonderling de houding isdie namens den staat wordt gevoerd, en die duidelijk aantoont, dat men, in strijd met de verklaringen aan de Tweede Kamer gedaan, de zaak op de lange baan wil schuiven. Pleiter gispt vervolgensdat namens den staataan de leden der Regtbankbuiten het proces omeen exemplaar van het advijs van den Lands-Advocaat is toegezondenwelke handelwijs strijdig is met art. 24 der Wet op de Regterlijke Organisatie. Uit dit advijs zelf, hetwelk thans door de stad wordt overgelegd, betoogt pleiter, dat al de stukkenwaarop Leyden zich beroeptaan den staat en zijnen raadsman bekend warenen betoogde ver der de ongegrondheid der conclusie tot productie, zoowel omdat niet speci fiek is opgegevenwelke stukken men verlangtals omdat de stukken waarop de stad zich beroeptalgemeen bekend zijnallen ook in het bezit zijn van den staat, allen zijn gedrukt, en eindelijk, uithoofde van den aard der ingestelde vordering. Dit laatste leidde pleiter tot een beknopt overzigt der zaak. De vordering van Leyden berust eigenlijk slechts op twee titels, den erfpachtsbrief van 21 April 1433 en den afkoopsbrief van die erfpacht (waardoor Leyden volkomen eigendom verkreeg) van 1 December 1583. Die beide stukken zijn dan ook overgelegd en op bovengemelde lijst vermeld. Voorts beroept Leyden zich op eene met die titels overeenkomstig bezit van meer dan vier eeuwen. Dat be zit is op feiten gegrond; Leyden beeft gedeelten van de Meer geschonken, verkocht, getransporteerd, met naburige eigenaars gecontracteerd, grensschei dingen vastgesteld. De regten der stad zijn door den staat erkend; zij is als eigenaar in de belasting aangeslagen en heeft betaald; bij het kadaster is Leyden als eigenaar bekend. Tegen al die feiten is nimmer door den staat eenig feit overgesteld, ofschoon men het geheele archief lot zijne dienst had. Al wat de Lands-Advocaat in zijn in 1847 gedrukt advijs ter wederlegging van het advijs van de Leydsche practizijns van 1845 heeft weten aan te voe renwas dat het bezit van Leyden in strijd zou zijn met de titels; terwijl Leyden beweert, dat het langdurig bezit van eigendom juist aantoont, hoe die titels altijd, eeuwen lang, zijn verstaan en uitgelegd. Tegen al die gronden, tot bestrijding der conclusie om productie aange voerd, heeft men voor den staat in dingtaal van twintig folio bladzijden geen enkel degelijk argument weten aan te voeren, hetgeen de genomen conclusie zoude wettigen. Want pleiter doet opmerkendat het thans nog niet de vraag is, of de stad Leyden met bare productie genoegzaam hare vordering staaft; dit komt eerst bij de beslissing ten principale te pas; daarom bad de staat dan ook behooren te concluderen ten principale, en op dien vermeen den grond, tot afwijzing der geheele vordering concluderen; men had dus bij de genomen conclusie geen ander belang, dan om de afdoening der zaak zoo lang mogelijk te verschuiven. Op 7 December zal het Openbaar Ministerie in deze zaak conclusie nemen. Handelsbl MGELAN». LONDEN, 23 November. De Regering heeft het plan geopperd, om ter nagedachtenis van Welling ton eene school op te rigtendie zijn' naam zal dragen en waarin wees kinderen van behoeftige en verdienstelijke Officieren van het leger kosteloos of bijna kosteloos zullen opgevoed worden. Als het geheel der bijdragen 100,0000 M beloopt, zal de inrigting beginnen. De Koningin heeft reeds voor 1000, haar gemaal voor 500 en eenige Regeringsleden ook voor 500 ingeschreven. In het Lagerhuis is in de vorige week eene belangrijke petitie van Pro- testansche geestelijken en zendelingen te Calcutta ingediend, vooral gerigt tegen de angstvalligheid waarmede het Britsche bewind het heidendom blijft ontzien. Vooreerst verzoekt zijdat de O.-I. Compagnie voortaan geene ge meenschap meer hebbe met de valsche godsdiensten van Indië en den onder wijzers in de staatsscholen niet langer verboden worde den Bijbel te doen lezen. Verder worden verscheiden veranderingen in het burgerlijk bestuur en de wetgeving gevraagd ter bevordering der zedelijke belangen der bevol king, zoo als dat de O.-I. Compagnie niet langer inkomsten trekke uit onze delijke bronnen; dat alle openbare vertooningen en vermakelijkheden, die het menschclijk gevoel kwetsen, worden verboden; eene verbetering der policie en der regtspraak; doelmatige strafbepalingen tegen meineed, valschheid, ornkoo- ping, ook wanneer zij, gelijk maar al te vaak scheen te gebeuren, bij besturen en openbare autoriteiten voorkwamen; maatregelen om liet beleggen van kapitalen in grondeigendommen en landbedrijf aan te moedigen; verbetering der bepalingen omtrent het huren van land in het belang van den huurder en van den landbouw; en het benoemen van een afzonderlijken Gouverneur voor Bengalen, welke provincie, met 35 millioen inwoners, thans onmiddelijk onder den Gouv.-Generaal staat, en splitsing van deze provincie in twee on- derdeelen. De Rijksinkomsten hebben ip bet op 10 October geëindigd jaar bijna 2 millioen meer bedragen dan de uitgaven. Er bevond zich toen een batig slot in de schatkist van bijna 9 millioen De Lords der Admiraliteit hebben besloten, dat de naar Indië en China bestemde brievenmalen, thans op den 4den en 20sten van elke maand van Southampton zullen verzonden worden. Van de landengte van Panama wordt berigt, dat er onder de arbeiders aan den spoorweg eene buitengewone sterfte heerschte, zoodat de meesten het werk hadden gettaakt. In Californië waren in de drie laatste maandengeëindigrl met den 30sten September, 19,217 personen aangekomen, onder welke 7590 Chinezen. Dezer dagen beeft de Vereeniging tegen het kwellen van dieren zekeren W. King tot 3 maanden gevangenis doen veroordeelenomdat hij zijne kat boven den haard had opgehangen en levend verbrand. FRANKRUK. PARIJS23 November. Omtrent de stemnitbrenging voor of tegen het Keizerrijk wordt berigt dat alhier, waar 313,501 kiezers zijn, 270,704 hunne stein hebben uitge- bragt en wel 208,615 voor en 53,617 tegen. Volgens een telegraphisch berigt van den 24sten hadden bij het leger en de zeemagt 189,000 voor cn 6000 tegen gestemd. In 4 departementen en 10 arrondissementen 665,000 voor en 21,000 tegen. Overal is eene zeer groote meerderheid dikwijls eenstemmigheid. De Bey van Tunis is overleden; de Fransche en Engelsche smaldcelen bevonden zich den 13den op de reede aldaar. De policie ontdekte dezer dagen bij eene huiszoeking te Rouaan iemand van een voornaam voorkomen, die in de grootste ellende scheen te verkeeren en met lompen bedekt was. Zijne houding cn manieren tot eenig wantrou wen aanleiding gegeven hebbendehad er een meer naauwkeurig onderzoek plaats en ontdekte mendat de man aan bankbilletten en effecten eene som bij zich droeg van 240,600 fr. Men nam hem in hechtenis, doch uit zijne verklaring bleek, dat hij de Baron B. was een man, die bekend staat wegens zijne verregaande gierigheid en die alle geldbelegging, notarissen en bankiers zoudanig wantrouwt, dat hij steeds zijne bezittingen hij zich draagt; hij leefde altijd in de grootste armoede, uit vrees van zijn renteloos kapitaal te moeten aanspreken. Men heeft in een rotskloof in de omstreken van Bagnères, Dept. Hautes Pyrenees, een groot aantal fossiliën gevonden, waaronder zich gebeenten van hyena'spantersleeuwen olifanten rhinocerossen enz. bevinden. Uit Gnyana wordt gemeld, dat de gewone bannelingen zich goed ge droegen, doch de politieke bannelingen niet verkozen te werken. FRANKFORT. 22 November. In den vorigen nacht werd tusschen 1 en 2 ure, bij helder weder, ander maal noorderlicht waargenomen. Het vroegere, dat in geheel Zuid-Duilschlaud zigtbaar was, ging vergezeld van eene merkbare atmospherische electriciteit, die in vele plaatsen, eene vernielende werking op de telegraphische linien uitoefende. Heden is het weder drooger en kouder, en reizigers uit Praag eu Munchen berigtendat de sneeuw aldaar reeds 2 a 3 voet hoog ligt. RDSLANO. PETERSBURG, 14 November. Te Petersburg komt het rooken van groene thee in plaats van tabak sterk in zwang, vooral bij de hooge standen. Er worden ook reeds thee-sigaren verkocht, aan welke velen de voorkeur boven de gewone sigaren geven omdat zij de bedwelmende kracht missen. Alhier is de cholera uitgebrokenden 12dcu zijn er 45 menschen door aangetast. OOST-I1IDIE. De Java-Bode meldt, dat den 24sten Augustus door den Gouvern.-Generaal van Ned.-Indie is bezigtigd een gedeelte van den spoorweg, die, als transport- weg tusschen Batavia en Buitenzorg, door de Heeren C. Deeleman en J. G. Rappard gemaakt wordt. Het spoor op dien weg bestaal slechts uit één enkel spoor, en wel van hout, dat rust op in den grond geheide palen. Over dit spoorof balkloopen achter elkander twee wielen met een raamwerk hetwelk aan elke zijde van den balk een bak draagt, die geschikt is tot plaatsing van menschen of goederen. Deze bakken, die te zamen een ge heel uitmakenworden voortbewogen door menschen of door trekveeloopeude aan weerskanten van den balk. De in tegenwoordigheid van den Gouvern.- Generaal genomene proeven zijn zeer gunstig uitgevallen. De waggonsof bakken, wegende 1000 Amst. ffibeladen met 54 personen, werden door een enkel span karbouwen (trek ossen) zonder merkbare inspanning, zelfs legen eene helling van 1 op 100 opgetrokken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1852 | | pagina 3