LEYDSGHE
COURANU
MAANDAG, 27 SEPTEMBER.
Nlife
BIMENLANDSCHE BERIGTEN.
De Courant wordt MaandagWoensdag en
Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt
n j-
T(l i .V-
,-rT-
tV'
Z7<? Prijs der Courant is f 12 in het jaar
do afzonderlijke nommers worden tegen 10
Centen afgegeven
LEYDEN25 September.
In de Amsterdamsche Courant wordt de volgende medededeeling op
genomen: Er heeft tegenwoordig in de Nederlandsche landhuishouding
eene bijzonderheid plaatswelke onze opmerking verdientzij is dezedat
vroeger het spek en de hammenwie denkt hier niet aan de Westphaalsche
hammetjesuit Duitschland bij groote massa's naar ons land werden gezon-
don en thans is het juist omgekeerd; immers in den loop der vorige en in
deze maand zijn door een Hannoversch veehandelaar in Overijssel aangekocht
en per Rijn- en Ussel-sloomboot den Rijn opgezonden, of met wagens naar
de Bergstreken vervoerdeen getal van 384 vette varkensvan 400 tot 500
halve Ned. ponden en zulks tot den buitengewoon hoogen prijs van 32 a 3G
cents het Ned. ffieen prijs, die men aan de markten te Londen en Amster
dam niet besteden kan.
Dat onze puik vette koeijen en ossen een gereeden aftrek vinden naar
Duitschlandlaat zich begrijpenwant daar wordt zeldzaam vet geweidhet
is dan ook niet te verwonderen, dat de vetweiders hun vee reeds voor een
groot deel hebben verkocht tot even goede prijzen en dit gaat reeds cenige jaren
zoo. De vette koeijen van 400 Ned. 16 gelden 36 a 38 cents, die van 300
Ned. 16 33 a 35 cents; ook de drachtige koeijen gaan wekelijks de grenzen
over en ook naar Holland; deze gelden kort aan de hand van 400 Ned. 16
ƒ150 k 160, die van 300 Ncd. lp ƒ100 k ƒ115.
Zulke bijzonderheden zijn bij de hooge prijzen van al de landbouw-voort-
brengselen een schoon tegenwigt der hooge landpachten, of der hooge koop
sommen voor landerijen thans besteed wordende.
Te 'sHertogenbosch is den 225ten de Heer J. Diepen overleden, Koop
man en Oud-Nederl. Vice Consul te Mexico, die, onder meer andere legaten,
aan de algemeene armen aldaar ƒ25,000 en aan het R. K. weeshuis ƒ5,000
vermaakt heeft.
Uit eene vergelijkende aantoomng van de op Java en Madura gedurende
de zes eerste maanden van de jaren 1850, 1851 en 1852 geheven inko
mende en uitgaande regtcn blijkt, dat de zuivere ontvangst van 1° Januarij
tot ultimo Junij bedraagt in 1850 2,337,640.02in 1851 ƒ2,872,761.08
en in 1852 ƒ2.944,289.22.
Door een' brand te Dudcrstadt een stadje van ruim 4000 inwoners in
Hanover zijn den 20sten 250 huizen en 110 schuren vernield.
In de Oostenrijksche geldleening van 80 millioen is voor meer dan 100
millioen ingeschreven.
's GRAVENHAGE 25 September.
Z. M. heeft tot Directeur-Hoofdonderwijzer der schilder- en tcekenschool bij
de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten te Amsterdam, benoemd
denJIeer L. Roijer en aan den Heer Mr. Jeronimo de Vries, op zijn verzoek
eervol ontslag verleend als lid van den Raad van Bestuur van 's Rijks Mu
seum aldaar.
Den 22slcn zijn bij den Hoogen Raad de pleidooijen ten einde gebragt
in de zaken van C. J. Enthoven tegen de Erven van Z. M. Willem IIen
van deze Erven tegen L. J. Enthoven c. s. Mr. Faber van Riemsdijk heeft
het woord gevoerd voor 's Konings Erfgenamen. De Hooge Raad heeft ambst-
halve de mededeeling der stukken aan het Openb. Ministerie bevolenen de
conclusion van den Procureur-Generaal zijn bepaald op den 8sten October.
H. M. de Koningin is den 21sten te Stuttgardt aangekomen.
Z. K. II. Prins Hendrik blijft waarschijnlijk tot in December in Luxem
burg; hij wordt vergezeld door zijnen Adjudant van Rappard; zijn Adjudant
May zal zich ook weder naar Luxemburg begeven.
Eerste Kamer tier Stalen-ficneraat.
Zitting van Donderdag 23 September
Bij de beraadslaging over het ontwerp van adres van antwoord op de troon
rede (waarvan wij de aanneming in onze vorige reeds hebben medegedeeld),
was door den Heer de Brauw een amendement voorgesteld, strekkende, om
in de 2®c op te nemen de woordenWij betreuren lietdat in de afge-
loopen zitting de indiening van het ontwerp van wet betrekkelijk het
onderwijs is achterwege geblevenwelk amendement de voorsteller breed
roerig heeft toegelicht en gewezen op het hoogst belangrijke onderwerp van
het onderwijs, om de noodzakelijkheid te betoogen, dat de nieuwe wettelijke
regeling daarvan, door de Grondwet voorgeschreven, behoort te geschieden.
Na eenige woordenwisseling tusschen den Heer de Brauw en de leden der
commissieheeft de Minister van Binnenl. Zaken te kennen gegevendat hij
zoo zeer als iemand, doordrongen is van het gewigt der zaak, die het hier
geldt, en in al het daaromtrent aangevoerde volkomen deelt. Hij gaf toe,
dat niet aan den eisch der Grondwet is voldaanmaar herhaalde 't geen hij
reeds meermalen heeft gezegd, namelijk, dat hij, zoowel omtrent dit onder
werp als omtrent vele anderezeer was te leur gesteld door den zamenloop
der werkzaamheden. Hij schetste kortelijk die ondervondene teleurstelling,
zonder daarom iets te willen zeggenwat den schijn van een uitstel der zaak
zou kunnen hebben. Alles wat hij daaromtrent bepaald kon verzekeren is
dat hij zoo spoedig mogelijk de indiening van het verlangde wets-ontwerp be
trekkelijk het onderwijs zou bevorderen. Bij omvrage is het amendement,
verworpen met 21 tegen 4 stemmen. Voor: de Heeren de Jonge, van Ey-
singa, de Brauw en van Rhcmen.
TTivectle Kamer der Staten-Generaal.
Zitting van Vrijdag 24 September.
In deze zitting is voorgelezen een Koninklijk besluit, waarbij de Heer
Mr. TV. II. Dullert benoemd wordt tot Voorzitter. Daarna heeft de Heer
Anemaet een korte aanspraak gehoudenwaarop de Heer Dullert de volgende
rede heeft uitgesproken
Mijne Heeren!
Het heeft den Koning behaagd mij op uwe voordragt te benoemen tot
Voorzitter van deze Vergadering.
Ik gevoel mij door deze onderscheiding hoogelijk vereerd en het is eene
behoefte voor mijn hart om u daarvoor mijn opregten dank te betuigen.
De taak die mij is opgedragen, is uiterst gewigtig. Bij uwe beraadsla
gingen die orde en regelmaat te doen heerschen waaraan de voortreffelijke
leiding van mijne voorgangers u heeft gewoon gemaaktdat is het wat van
mij gevorderd wordt.
Ik zal pogen met inspanning van alle mijne krachten en door getrouwe
en onpartijdige naleving van het Reglement van Orde mijn pligt te vervul
len; maar ik zou vreezen dat ik daarbij te kort zal schieten, ware het niet,
dat ik meen te mogen rekenen op uwe welwillendheid en ondersteuning,
ten einde het mij, die gij tot uwen Voorzitter verlangd hebt, mogelijk
worde te vervullen wat mij is opgedragen.
Ik roep uwe welwillendheid en ondersteuning met aandrang in.
Gewigtig schijnt dit zittingjaar te zullen zijn. Veel is er waarvan de
Grondwet de afdoening vordert; veel dat ten vorigen jare onafgedaan is moe
ten blijven en op nieuw aan ons onderzoek onderworpen zal worden; veel, en
daaronder van het hoogste belang, waarvan wij de voordragt mogen verwachten.
Dat alles zal misschien niet in deze zitling door ons tot stand gebragt
kunnen worden, maar bij de bestaande overeenstemming tusschen Regering
en Vertegenwoordiging en bij den ijver waarmede gij gewoon zijt uwe werk
zaamheden te verrigtenkan veel gedaan worden.
Mogt het mij alzoo gegeven zijn in de betrekking, waarloe ik thans ge
roepen ben, met u gedurende dit zittingjaar bij te dragen tot de ontwikke
ling onzer staals instellingen in eenen milden geest, door voor te gaan op den
weg dien wij met onmiskenbaar gelukkig gevolg zijn ingeslagenen derhalve
ook tot bevordering der waarachtige belangen van Vaderland en Koning.
Ik verklaar het voorzitterschap van de Tweede Kamer der Stalen-Generaal
te aanvaarden."
Bij de Kamer zijn de navolgende wets-onlwerpcn ingekomenalseen tot
wijziging der wetten tot regeling van de begrooting van uitgaven voor het
fonds van koopprijzen van domeinen en tot amortisatie van schuldbeide
over 1851een tot aanwijzing der middelen lot dekking van het tekort over
1848; een omtrent hel. bouwen, planten enz. binnen zekeren afstand van
vestingwerkeneen tot verhooging van het Vd« hoofdstuk der Staatsbegrooting
voor 1852; een tot onteigening van percelen ter verlenging van den spoor
weg van Arnhem naar de Pruissische grenzeneen tot verhooging van de 7de
afdeeling van het Vde hoofdstuk der Staatsbegrooting voor 1851en een tot
vaststelling der begrooting'voor de Landsdrukkerij over 1853.
Na de trekking der afdeelingen zijn door deze verkozentot hare Voorzit
ters de Heeren van Ilocvellvan Goltstcin, Gevers van Endegeest, van