COURANT.
LEYDSCHE
1852.
WOENSDAG, 18 AUGUSTUS.
BINNENLANDSCflE BERÏGTEN.
Do Prijs der Courant is f 12 in liet jaar
de afzonderlijke nommers worden tegen 10
Centen afgegeven.
Do Courant wordt MaandagWoensdag en
Vrijdag uitgegevenDie van Maandag komt
LEYDEN17 Augustus.
Bij gunstig weder zal de muziek der Stedelijke Schutterij zich op Donder
dag avond ten half 7 ure op de Ruine doen hooren.
In ons vorig nommer is herigt gegeven omtrent de eerste algemeene ver
gadering van de Vereeniging ter bevordering van Fabriek- en Handwerk
nijverheid. AVij laten hier nu het overige van dat verslag volgen omtrent
de prijsvragen, wier nadere mededeeling was toegezegd.
Er waren 14 vragen ingezonden, 3 door 's Gravenhage9 door Leyden,
2 door het Hoofdbestuur. Bij meerderheid werd besloten, dit jaar slechts
drie uit te schrijven. Er werden daartoe bij meerderheid van stemmen
gekozen de volgende drie, welke blijkbaar de belangrijkste waren, namelijk:
1°. Tot ééne vraag gecombineerd, uit hoofde van haar verband, de beide
volgende door de 's Gravenhaagsche afdeeling ingezondenalsa. hoedanig
behoort het industrieel onderwijs ingerigt te zijn voor jonge lieden die zich
aan de verschillende vakken van nijverheid willen wijden, zoodat het aan
de behoeften van den tegenwoordigen tijd volkomen voldoet? en b. welke
verecnigingen van gelijksoortigen aard als de onze bestaan er in de naburige
Statenen op welke wijs laat het zich aanziendat door eene onderlinge
gemeenschap daaruit voordeel en nut voor de Nederl. vereeniging zou zijn te
trekken? (Te beantwoorden vóór den 31sten Dec. 1853. Prijs eene zilveren
vergulde medaille met den stempel der vereeniging.)
2°. Van wegc het HoofdbestuurOnder de mindere volksklasse bestaat
een groot bezwaar tegen het besteden der jongens op de winkels van ver
schillende vakken, in de geringe verdiensten, die zij in de eerste jaren
genieten. AVare het niet, dat er verschillende gelegenheden bestonden,
waar de van school komende jongens dadelijk het dubbele, ja somtijds het
drievoudige konden verdienenvan hetgeen gewoonlijk door de bazen wordt
gegevendan zou er van dit bezwaar geen sprake kunnen wezendoch wijl
het bestaat, zoo wordt de vraag voorgesteld «welke is de geschiktste wijs
om te beletten of te voorkomen, dat zoo vele jongens, die de school ver
laten, als boodschaploopers in dienst treden, niets leeren, en dus in hun
volgende leven dikwijls niet in staat zijn hun brood naar behooren te ver
dienen?" (Te beantwoorden als boven. Prijs eene gewone zilveren medaille.
3°. Van wege de afdeeling LeydenDe bestanddeelen eener muurbepleiste
ring op te geven, welke proefondervindelijk blijkt, dat behoorlijk versteent,
niet schilfert of afvalt, en ook op de ongelijksoortigste steenen en de vochtigsle
muren aangewend zijnde, eene gelijkmatige kleur behouden, hetzij in de
oorspronkelijke witte of graauwe kleur, of vermengd met kleurende zelfstan
digheden? (Tijdstip van beantwoording als boven. Prijs eene bronzen medaille
en getuigschrift.)
Eene tweede categorie van prijsvragen kwam alsnu aan de orde. Zij wa
ren door het hoofdbestuur ten getale van 18 voorgesteld, ter beantwoording
alleen voor knechten en leerlingen van leden der vereeniging. Ook hier werd
de keuze bepaald tot vijf, op praadvys eener daartoe benoemde commissie van
onderzoek en klassificatie, naar de verschillende vakken, en zijn daarna door
de vergadering ter uitschrijving aangenomen de hier volgende vragen:
1°. Het bovenste deel van een half-cirkelvormig kozijn, hetwelk op den
hoek van eene straat geplaatst kan worden, en waarvan de ronde hoek ge
trokken is met eenen straal van 1.10 el.
2°. Een zilveren lepel en vork, welke zuivervlak, met het bolle blad op
tafel liggendehet blad van den lepel of de tanden der vork noch ter linker-
noch ter reglerzijde uitwijken.
3e. Een plankje, eene oppervlakte hebbende van een Ned. el, aan de
eene zijde fransch marmer en aan de andere zijde wil marmer geschilderd.
4°. Een uit één stuk plaatkopcr gehamerde bal van een palm diameter,
waarvan de overgeblevene opening niet meer dan 3 Ned. duimen mag be
dragen. Men verlangt dit stuk geheel door den hamer bewerkt te ontvangen,
zonder dat het, eenigermate zeifsis opgewerkt.
5°. Eene uit de band vervaardigde spil voor een gewoon Fransch horologie.
(AVordt besloten de wijs van bekrooning aan het Hoofdbestuur over te laten
In den loop der beraadslaging werd gewaagd van eene belooning in geld.)
Vervolgens werd in het Hoofdbestuur herbenoemd het aftredende lid, Ge
neraal Ridder de Stuers. Voor Leeuwarden en Leyden werden als zoodanig
herkozen de Heeren II. van Assen en J. AV. Schaapterwijl in plaats
van den Heer de A'ries Robbé van Amsterdamdie als aftredend lid
van het Hoofdbestuur buiten verdere aanmerking wenschte te blijvenwerd
gekozen de Heer P. van Geer, te Leyden.
Tot plaats voor de volgende algemeene vergadering is met overgroote meer
derheid aangewezen de stad Leeuwarden.
Volgens den Catalogus der Arnhemsche Tentoonstelling zijn door 091
personen, 3881 voorwerpen op de Tentoonstelling gezonden, liet getal inzen
ders bedraagt: uit Noordbrabant 48; Gelderland 135; Noordholland 97; Zuid
holland 167; Zeeland 7; Utrecht 70; Overijssel 52; Friesland 19; Gronin
gen 11; Drenthe 22; Limburg 20; Koloniën 21.
De Groothertog van Oldenburg heeft Prof. Blumc alhier, een kostbaren
ring in briljanten doen toekomenals eene hulde voor dedoor dien geleer
den natuurkundige, jegens de wetenschappen en verschillende takken der
nijverheid bewezen diensten. Men weet, dat den Heer Blume de eer toekomt,
de cultuur van verschillende planten met het meeste nut voor de nijverheid
te hebben toegepast en uitgebreidonder anderen van de zoogenaamde ramee-
hennepdie bestemd is om welras eene groote rol te spelen in den Europe-
schen koophandel. De belangrijkheid van deze in den handel voorkomende
nieuwe hennepsoort blijkt overtuigend uit de verschillende daaruit vervaardigde
stoffen, zoo als zeildoek, linnen, vischgaren, touwwerk en damast, welke
door den fabriekant S. A. Meerburg op de tegenwoordige Arnhemsche tentoon
stelling zijn ingezonden. Hll
Den 14den zijn te Vlaardingen twee hoekers aangekomen, van welke de
een 55 en de ander 8 ton haring aanbragt. De vangst bleef dus nog zeer schraal.
Den 13den heeft de Nederl. Entomologische Arereeniging bare 8stc alge
meene vergadering te Utrecht gehoudenonder Voorzitting van den Heer
T. D. Schubert. Het getal der leden was steeds toenemend.
Het Zangersfeest te Kleef is den 14dea en 15den door het ongunstig
weder zoo goed als geheel mislukt. De Hollandsche Liedertafel was niet eens
aangekomennoch bad van zich eenig berigt gegevenzoodat men maar besloten
heeft het volgende jaar weder te Kleef zamen te komen, en niet te Arnhem.
De flotille, ter begeleiding van de Koningin van Engeland, den 14dcn
uit Antwerpen vertrokken, doch door het onstuimig weer verhinderd in zee
te steken, lag in den morgen van den 15dcn nog voor Vlissingen ten anker,
De Belgische Moniteur van 14 dezer behelst den tekst van het tractaat
met België, betreffende den Nederlandsch-Belgischen spoorweg. Bij deze over
eenkomst verbinden zich beide regeringen wederkeerig, om zoo spoedig moge
lijk le voorzien in het aanleggen van spoorwegen, waardoor beide landen met
elkander verbonden worden en speciaal tot het aanleggen van een spoorweg
uitgaande van het Belgische spoorweg-station te Antwerpenin de rigting naar
het Hollandsche Diepeindigende bij de Roode A'aart of den Moerdijk en
gaande over Roozendaal of over Breda. Voor het geval, dat de spoorweg over
Roozendaal zal loopen, zal er een zijtak worden gelegd van Roozendaal naar
Breda. De verschillende werken tot aanleg der linie zullen moeten af-
geloopen zijn binnen een tijdsverloop, door de beide regeringen in gemeen
overleg te bepalen.
Tot zoo lang de spoorweg van het Hollandsche Diep, over Dordrecht naar
Rotterdam, niet zal zijn voltooid, zal de linie van Antwerpen naar het
Hollandsche Dieptot vervoer van reizigers en koopgoederen met Rotterdam
in verbinding gesteld worden door eene geregelde dienst van stoombootenin
directe correspondentie met de aankomst en het vertrek van iederen personen
trein van en naar Antwerpen. In geval de vaart door het ijs inogt zijn
afgebroken, zal in de dienst zooveel mogelijk door diligences of omnibusssen
voorzien worden.
Op den 24sten Julij jl. heeft te 's Hage plaats gehad de Algemeene Ver
gadering der Commissie van AAreldadigheidonder het Voorzitterschap van den
tweeden Assessor, den Heer Mp. Faber van Riemsdijk, daartoe door Z. K. H.
Prins Frederik der Nederlanden bij diens afwezigheid gemagtigd.
Door de Permanente Commissie werd bij monde van den Heer Mr. Faber
van Riemsdijk, uitgebragt het Algemeen verslag nopens den staat der Maat
schappij en dien barer Koloniën over 1851.
Vervolgens werd door den lieer G. Ruitenschild verslag gedaan van den
staat der godsdienstigheid en zedelijkheid onder de kolonisten en van het
godsdienstig- en schoolonderwijs in de Koloniën.
