Ter harddraverij op aanstaanden Woensdag aan het Haagsche Schouw zal liet Bestuur der Afdeeling Leyden c. a. van de Holl. Maatschappij van Land bouw, prijzen en premiën uilreiken. Z. M. heeft hij besluit van 4 Julij 11. tot wederopzeggens toe vrijstel ling van zegel verleend aan de Volksvriendmaandblad van de Ned. ver- eeniging tot afschaffing van sterken drank, mits daarin geene staat- of let terkundige berigten noch nieuwstijdingen of advertentien voorkomen, welke niet onmiddellijk inet het doel der vereeniging ten algemeenen nutte zouden in verband staan. Op den Hollandschen spoorweg zijn in Julij vervoerd 108,079 perso nen en is ƒ115,102 ontvangen. Men verneemt, zegt het Handelsbladdat Prinses Marianne zich te Wiesbaden ophoudt. 1111. Curatoren van het. stedelijk Gymnasium te Haarlem hebben het geven van het onderwijs in liet Engelsch opgedragen aan den Heer James Perrin welke tevens de betrekking van Docent in die taal waarneemt aan bet stedelijk Gymnasium alhier. Te Amsterdam werd den 4dcn de 17dc algemeene kerkelijke vergadering der Herstelde Liitherschc kerk geopend door Ds, Everts te Enkhuizen, als Voorzitter. De Morgenster meldt, dat eerlang te Amsterdam een Theologisch Seminarie zal worden opgcrigt, ten dienste der Vrije Schotsche Kerk in Ne derland. te gelijk van eenig nut voor het Hervormd Kerkgenootschap in ons Vaderland. Van den Helder wordt van den 4den geschrevendat de aanhoudende droogte voor de landbouwers en veehouders in die gemeente en omstreken, en over het algemeen in een groot deel van Noordholland, verontrustend wordt. Wel had een regenbui, in den avond van den 3dcn voor het eerst sedert 7 weken gevallen, cenige vcrfrissching aangebragt, maar de opgevolgde koelte beeft die weder te spoedig weggedroogd. Schier al de polders zijn droog, het weiland heeft cene kleur gelijk aan het hooi, vele veehouders zijn genoodzaakt hun vee hooi en water op het land te brengen. Voor den landbouwer ziet het er even min gunstig uit. Het graan is overal door de warmtevóór bet zijn wasdom had bereiktverdordeven zoo is bet met de erwten en booncri en met de aardappelenwaarvan liet lof, hoewel niet aan de ziekte onderhevig, bijna overal als verbrand op het veld ligt, zoo dat de aardappelen over liet algemeen tot nu toe niet grooter zijn dan de poolers. De hooibouw is bijzonder goed uitgevallen, daarvoor w'as hel drooge weder uitmuntend. Tijdens het onweder van Dingsdag 11. is te Krimpen aan den IJssel een arend geschoten van bijna 15 voet vlugt. Op dien dag zijn te Gees, in Drenthe, twee paarden voor een wagen door den bliksem gedood, en de moeder en de zoon welke op den wagen zaten er afgeslagendoch zonder zwaar beschadigd te zijn. Te Someren in Noordbrabant, is de bliksem geslagen in het huis van den koopman in manu facturen F. Ilurkmans waardoor het huis en alles wat er in was, in weinig tijds is verbrand. Het huis was verzekerd. Ook te Oss is de bliksem in eene landbouwerswoning geslagendie geheel is afgebrand. Te Almelo is 11. Zaturdag brand ontslaan, doordien een doos met luci fers door den wind uit het vensterbank in de kamer gedreven, losgegaan en ontvlamd is. De brand is echter spoedig gebluscht. 's GRAVENHAGE 7 Augustus. Z. M. heeft den Heer Mr. H. van Sonsbeek, Minister van Buitenl. Zaken, vergunning verleend tot het aannemen en dragen van de onderschcidings- teekenen van Bidder Grootkruis der Orde van Karei den 11Jdcn Tan Spanje, hem door Ilarc Majesteit de Koningin van Spanje geschonken. Z. M. heeft benoemd tot Burgemeester der gemeenten Borger en Ruinen, J. Alingh en J. Oldenbandringh. Het heeft Z. M. behaagd, den zeer verdienstelijken graveur J. AV. Kai ser, te Amsterdam, de groole gouden medaille voor verdienste te schenken. IT. M. zal volgens de Amst. Cour. aanstaanden Maandag op reis gaan en nog al eenigen tijd te Isehl vertoeven. Z. Exc. de Minister van Binnenl. Zaken is gisterenvan zijne reis naar Utrecht en Gelderland, in deze residentie teruggekomen. UTRECHT, 5 Augustus. Door de Surinaamsche dagbladen is een gedeelte van een brief openbaar gemaakt, geschreven door eenige der Europesche kolonisten, afkomstig van het etablissement Groningen, thans gevestigd aan het kanaal naar Kwatta. AVij worden in slaat gesteld dien brief in zijn geheel hier mede te deelen 't geen we des te gereeder doennaardien niet alleen de eigenaardigheid er vanden brief belangwekkend maaktmaar ook de inhoud gewigtig is in de tegenwoordige omstandigheden, nu er veel sprake is van eene kolonisatie van Suriname door Duitschers, en in de Kamer dat onderwerp bepaaldelijk zal worden behandeld. Uit de woordeu der landlieden, hunnen hartelijken afscheidsgroet aan den beminden landvoogd, blijkt het toch, hoezeer eene kolonisatie door Duitschers, in Suriname vooral, met leede oogen zou worden aangezien, terwijl geene vcrduitsching noodig is, daar Nederlanders met vrucht in dat heerlijk kli maat kunnen werkzaam wezen, om gemakkelijk te voorzien in eigen be hoeften en in die van gezinnen, indien slechts ijverige en met het land be kende mannen hen behulpzaam zijn, hun met raad en daad ter zijde staan, en hoe de gerepatrieerde Gouverneurbij zooveel goeds als hij in de kolonie stichtte, bovenal der kolonie nuttig was door de werkzaamheid, die hij bij de vrije bevolking wist op te wekkenen zóó op te wekkendat het de aandacht trok van vreemde magtcn, en dat de handenarbeid, vroeger eene schande voor den vrije, die er zich aan waagde, thans in Suriname naar waarde geschat en geëerd wordt. De brief der boeren luidt letterlijk als volgt: Den Iloog AVEIGeboren Heer Generaal Majoor R. F. Baron van Raders Out Gouvernur van Surnamen. De Colonislen Gevestig Aan Et Kanaal »Geeven met. verschuldigeden Agting En Eerbiet Ons hertelijk Dank Met Deze te kennen En Iloopen Dat wij in U: II: AV: Geb: Gedagten zallen Blijven. «AVij Ja onze Kinderen zal zegennen UE Gedenken als onssen AVeldoener. Hun zallen wij in prenten Dat zoolang Een Telg van U: E: Naam Be- stad Met agting en Dank UEd te Gedenken. Toen ons De Ziekten op Groningen aantasten En onze Dierbaren panden ons ontrukten waart Gij et die ons Lavenis det toekoomentoen de noot Nijpende was verschaften Gij ons onder stuinnig. UEHard Gevoelde ons Leet Gij Gevoelde wat et is vader te zijn en Geen voor uilzig voor onze kinderen te Hebben. «Hier Door Meenden wij verpligt te zijn om Groningen te verlaten En Een werkkring te zoeken om Door eigen vlijt Een Beter voor uit zig voor onzen Kinderen te Hebben. Toen was U onze Eenige Steunop U was onze Hoop Gevestig En Niet te vergeef Hadden we UE Dele verzogt. Hier van kan zig ieder overtuigen die Aan Het kanaal een Bliek werp op onze Toestand die voor ruim Een Jaar nog nog Aller truerig was Uit Geput an liggaam En ziel kwammen commigten van ons uit et Boven I.ant. Nies Hebbende als Een sobere kleeding om ons Liggaam te Dekken al wat ons over Gebleven was, ziek en uit Geput werden wij in Et Ilospertaal op Genomen en Hersteld Zijnde Had U Liefde veilen zorg ons in stad Gesteld om te Bewijzen Dat Alleen Alleen verkeerde Maatreegelcn ons tot Den Bedelstaf zou Gebragt Hebben. UII: AV Geboren Heef ons Hier voor Bêhoet II stelde ons in slad te Bewijzen wat de Hand van Een Huis Vader vermag. «Gave God dat Gij in Dezen Colonie Had kunnen verblijven. «Dog Berustende in de wil des Koonings Bidden wij God dat Ilij an U ver Gelde wat U E an ons Heef Gedan. Bidden wij UEd ons ook in et Moederland te Gedenken En zoo et Mooge- 1 ijk is Een Duissen Colonisatie afteweren want tog dezen zal de Blaam op ons werpen Dat wij on Geschik zijn tod den Arbijt O Iloevele Duizenden van onze Land Genooten zallen U: II: AVNaam Zeegend Gedenken Zoo men Hun in stad wilden stellen zoo als U ons in stad Gesteld Heef al onze pooge- ningen zullen wij aan AVenden om Hun te onderrigten en Bewijzen dat wij Niet ondank Baar zijn voor de Gunst Aun ons Bewezen om Nuttige Lceden eener Maatschappij te worden. «Toen in et afgelopen Jaar de ziekten ons antasten En veelen van onzen Dierbare Betrekking ten Graven sleepten toen waart Gij Geen Goevcrnur toen waart Gij Geen Generaal toen waart Gij Geen Hoog Geboren Maar Mens Edel van Ziel U Holp U troosten U Bezogt ons in onze woningen in et Hospital Holp Gij zelf onz Dierbaren betrekking Ja in U woo ning verzorgden zelf Mevrou de AVedu Rengers Eenne uit ons midden niet tegen Standen de Hevighijt der Ziekten. Dank zij dezen eedelen Menlievend HeidDog Niet alleen ons O neen de soldat den Zeeman Ja allen waren UEmenslievend pogen toe gewijd. Diek wijls Hebben we U Grood moedig Heid Bewondert Maar Meer Nog et Gevoel wat wij zoo Dik wijls op U Ed Gelaat zaagen als wij ons i verlies U af schetsen Dan was UEd Blik ons troos En ook wezentelijk wij vonden in de zelve kragt om ons verlies met Kalmten te Dragen. En nu Gaat Gij van ons Nu wij U raad en Hulp zoo zeer behoefden voor onzen ongelukkige lot Genoten die Nog op Groningen zijn Dog U. E: llerd zal hun ook Niet ver Geeten. «Geef God Dat wij U Ed Nog Eenmaal Hier Mogenterug zien En U Meer deren vrugt zied van de Bedoeling Door U ont Gonnen want tog Door U zijn wij nu in stad ons ijgen Broot op onze Grond te verdienen En onbezorgdt de toekomst te Gemoet te Gaan. AVat U voor de arbijden klassen waart- weet ieder want tog UEIlccft den vrij man Geleert Dat werken Geen Armoeden kweek dat Arbijt Geen schanden is Maar Een Eerlijk Stuk Broot Geef door U kunnen wij vrijelijk door de Stad Gaan zonder Bespot te worden zoo als weleer Et geval was. Onzen Gevoelens Niet Beter kunnende uit Drukken Maar vertrou wende Dat U Gevoel Hert dat Geenen zal Gewaarworden En Gevoelen AVat onze Bedoeling met dezen is AVij Bidden God om Een voordurende Gezondheid voor UII AV G. en U ons zoo dierbaren famielije." Noemen wij ons Met verschuldigde Agting en Dankerkentenis voor de AA'eldaden door ons Genooten U: II: AV: G. Dienaars (get.) pr. A. v. Ravenswaay. In Naam der Gene Die U weldaden op prijs stellen. pr. G. J. van Dijk. (get.) J. C. van Brussel. P. Brands. e. van der klift. pr. G. OVERHELM. G. v. Ravenswaay. G. van Dijk. B. J. Ezendam. Utr. Courant.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1852 | | pagina 2