De lieer Fauclier lieeft een brief geschreven aan het dagblad Le Pays ter verklaring dat, in strijd met het gerucht in dat dagblad vermeld, hij niet alleen Frankrijk niet heeft verlaten, maar zelfs geen plan heeft om zich uit Parijs te verwijderen. De bevolking verheugt zich zeer over de overbrenging van losgelaten crimineel veroordeelden naar Cayenne, daar de hoofdstad aldus van een ge vaarlijk gespuis zal worden verlost. Onderscheiden geestelijken hebben zich aangeboden hen te vergezellen. S Is A M dS IE. MADRID 9 December. Heden is op het onverwachts de Kamer der Afgevaardigden door den Mi nister Rravo Murillo, bij Koninklijk besluit, geschorst, hetgeen vrij wat op zien heeft teweeg gebragt. Ook is het Koninklijk paleis met eene sterke afdeeling voetvolk en ruiterij bezeten naar alle Bevelhebbers in de provin ciën zijn hevelen gezonden, om de troepen te consigneren. Men weet de reden niet van al deze maatregelen, maar denkt aan kuiperijen van de Ko ningin-Moeder; ook zegt men, dat de gemaal der Koningin, bij de aanstaande bevalling, gedurende 40 dagen met de Koninklijke magt zou worden bekleed. IIIMOVËII. 12 December. De Eerste Kamer heeft na eene vrij levendige beraadslaging over de bood schappen der Regering betrekkelijk de invoering der organieke wetten met groote meerderheid besloten aan de Regering te antwoordendat de Ston den van oordeel zijn, dat aan de invoering der organisation geenerlei onover komelijke hinderpalen in den weg staanen zij dus de Regering verzoeken om ten spoedigste met de ten-uitvoer-legging van al de reeds vastgestelde organieke wetten voort te gaan." De Tweede Kamer heeft het voorstel der Regering, strekkende tot het met eenige wijziging invoeren der regterlijke organisatiewet van 1850 verworpen. HAAF 5SE ÏSÖOP. 4 November. De bcrigten van deze dagteekening luiden gunstiger. De Generaal So merset was verscheiden malen met de Kaffers in den omtrek van Watcrkloof slaags geweest en had hun zware verliezen toegebragt. De Kaffers hadden echter nog eene sterke magt vereenigd in het Amatola-gebergte en aan de Visch-rivierzoodat men vreesde, dat het terrein van den oorlog nog zou worden uitgebreid namelijk Oostwaarts over de Kei en Noordwaarts over de Oranje-rivier. Van het Ministerie in Engeland was eene verordening ontvangen tot regeling van het bestuur en de wetgeving der koloniewelke beter aan den algemeenen wensch naar constitutionnele vrijheid voldeeddan de vroegere ontwerpen van staatsregeling. Een te Natal uitkomend dagblad berigt dat de boeren van het Klip rivier-districtna het vertrek der troepen naar de Souvereiniteitbeducht zijnde voor een aanval van de Zoöla's, de hulp van Praelorius ingeroepen hadden. Praetorius had daarop aan de Zoöla's doen aanzeggendat hij elk die Natal aanviel »van de oppervlakte der aarde zoude wegvagen" Panda, het hoofd der Zoöla's, had terstond eenen Gezant naar den Gouverneur van Natal afgevaardigd, om betuigingen van vriendschap en vredelievendheid over te brengen. Het schijnt derhalve, dat het gemeentebcst der naar het binnen land uitgeweken boeren, 10 of 12,000, niet. alleen zich zelf tegen de na burige volksstammen verdedigen maar ook aan Britsche kolonisten bescher ming verleenen kan. Het vriendschappelijk gedrag der uitgeweken boeren is des te meer opmer kelijk daar de beide gewestenwelke zij thans beschermen (de Souvereini teit en Natal) oorspronkelijk hunne eigene woonstreek zijn, van waar zij achtervolgens naar hun tegenwoordig land verdreven werden. Toen zij nu drie jaren geleden door den Gouverneur der kolonie Sir Harry Smithuit de Souvereiniteit verdreven werdenis Praetorius als landverrader huiten tie wet gesteld, en eene belooning van 1000 voor wie hem gevangen nam, uitgeloofddeze bekendmaking is nog niet ingetrokken. De kosten van den oorlog tegen de Kaffers beloopen thans elke maand 112,000 Bij den kolonialen raad is een door het gouvernement ingediend ont werp tot wijziging in de kerkelijke verordeningen der Nederduitsche Her vormde kerk aanhangig. Van vele zijden echter wordt er op aangedrongen, dat de beslissing over deze en andere aanhangige zaken van gewigt overgela ten worde aan eene geheel door volkskeuze benoemde wetgevende magtwier optreding niet ver meer af scheen te zijn. ggBagBHBBgaBBMH8aBgaBfflBBBiggagBBgBBBBBB8BBBaBSSBBEMaBBEgaBBBB!aBB8iraMBBMSgBBaSEBggaMBaBaBBHBMB» gTADS BERIGT. REGLEMENT VAN ORDE voor de Vergadering van den Ge meenteraad van Leyden, vastgesteld in de Raads-Vergadering van den ll<le" December 1851. Art. 1. De vaste vergaderingen van den Raad hebben plaats op den derden of vierden Donderdag van de maanden Januarij, Maart, April en Mei, op den laatsten dag of zoo deze op Zondag invalt op den voorlaatsten dag der maand Julijden eersten Donderdag van de maand September en den vierden Don derdag van de maand November. Art. 2. De Burgemeester of die hem vervangt belegt de vergadering. Ilij zorgt, dat elk lid schriftelijk daartoe opgeroepen worde en dat deze oproeping tevens door aanplakking en zoo mogelijk door middel van een te dezer stede uitkomend dagblad ter openbare kennis gebragt worde. Die aankondiging vermeldt de onderwerpenwelke in de oproepingsbrieven voor de vergadering aan de orde gesteld zijn. Art. 3. De oproepingsbrieven wordenspoed eischende gevallen uitgezon derd, ten minste tweemaal vierentwintig uren vóór het houden der vergade ring aan de leden van den Raad bezorgd. Zij behelzen zooveel mogelijk de onderwerpen ter behandeling, waarvoor de vergadering is belegd. De oproepingsbrieven zullen gesloten bezorgd worden, wanneer het de behan del ing van onderwerpen betreft omtrent welke geheimhouding is opgelegd. Van deze zal in de aankondiging geenc melding gemaakt worden. Art. 4. De ter vergadering verschijnende leden teekenen onmiddelijk eene presentielijst, bij hunne komst voorhanden liggende, welke lijst bij het einde der vergadering door den Voorzitter en den Secretaris wordt gesloten. Art. 5. De plaatsneming in de vergadering geschiedt naar welgevallen. Art. 6. De Voorzitter laat, zoodra hij de vergadering geopend heeft, de presentielijst voorlezen. Van de later komenden geeft hij der vergadering kennis. Die de vergadering verlaatverwittigt daarvan den Voorzitter. Art. 7. De Voorzitter geeft kennis van de ingekomene stukken. Zij worden na in een register volgens den datum van inkomst le zijn in geschreven ter 'visie gelegd in een lokaal waarvan de toegang voor de leden van den Raad alle werkdagen van tien tot vier en van zes tot acht ure ojienstaat. Art. 8. De Raad mag niet beraadslagen of besluiten zoo niet de grootste helft der leden tegenwoordig is. Art. 9. Wanneer liet in het vorig artikel vereischt getal leden niet is op gekomen, wordt eene nieuwe vergadering belegd, op de in art. 3 voorgeschre ven wijze. Evenwel behoeven er slechts vier en twintig uren tusschen de rondzending der oproepingsbrieven en het uur der vergadering te vcrloopen. Wanneer ook dan het vereischte getal niet is opgekomen, geschiedt het be- 1 eggen der vergadering andermaal op dezelfde wijze, met aanhaling in de oproepingsbrieven der bepalingen van dit artikel. In deze laatste vergadering beraadslagen en besluiten de tegenwoordige le den, over de in de oproepingsbrieven vermelde onderwerpen. Art. 10. Na het voorlezen der presentielijst worden de Notulen van het verhandelde in de laatstvoorgaande vergadering gelezenna goedkeuring vast gesteld en vervolgens door den Voorzitter en den Secretaris geteekend. Zij zullen inhouden eene korte aanwijzing van de onderwerpen die behan deld zijn, van de conclusie op ieder daarvan voorgedragen, van de amende menten daarop voorgesteld, eindelijk het gevallen besluit met opgave van het getal en van de namen der voor- en tegen stemmenden. Gcene protesten of aanteekeningen tegen een genomen besluit worden in de notulen opgenomen. Art. 11. Voor iedere vergadering wordt de orde van den dag bepaald, door de aanwijzing der onderwerpen vervat in den oproepingsbrief, welke aanwijzing door den Voorzitter of door Burgemeester en Wethouders geschiedt, met in achtneming van hetgeen voor de orde bestemd mogt zijn bij voorgaand Raadsbesluit en van het bepaalde bij art. 14. De behandeling der aangewezen onderwerpen wordt voorafgegaan door de mededeelingen en kennisgevingenden Burgemeester opgelegd bij art. 67 en 68 der Gemeentewet. Art. 12. Onderwerpen worden niet aan de orde van den dag gesteld, dan wanneer de daartoe betrekkelijke stukken ten minste tweemaal 24 uren ter visie hebben gelegen. Art. 13. Omtrent alle ingekomen stukken, onderwerpen betreffende welke in beraadslaging moeten gebragt worden, wordt uiterlijk binnen twee maan den een bepaald voorstel door den Voorzitter aan de orde van den dag gesteld. Art. 14. De Raad kan ook over andere onderwerpen mits vervat in eenig voorstel van een of meer leden van den Raad, minstens 24 uren te voren schriftelijk bij den Voorzitter ingediend en door dezen ter tafel gebrastbc- Till* (J O O raadslagen en besluiten, zulks zal echter nimmer mogen strekken om op een vroeger genomen besluit terug te komen. De vergadering beslist vooraf, of en wanneer die voorstellen in behandeling of beraadslaging zullen worden genomen. Art. 15. Ieder onderwerp aan de orde van den dag gesteld of door den Voorzitter ter tafel gebragtis in eene bepaalde geformuleerde conclusie vervat en wordt vervolgens in omvraag gebragt. Art. 16. De Voorzitter regelt zich bij het omvragen naar de volgorde van do presentielijst, nadat voor iedere vergadering door het lot is bepaald met welk nommer der lijst zal worden aangevangen. Hij adviseert, dit verkiezende, het eerst. Art. 17. Elk lid is bevoegd het woord te vragen tot het stellen van het vraagpunt, wegens een persoonlijk feit en tot het doen eener motie van orde. Art. 18. Wanneer een in behandeling gebragt voorstel in onderdeelen of artikelen gesplitst is, wordt eerst afzonderlijk over die onderdeden of artikelen beraadslaagd en gestemden daarna het geheel zonder nieuwe beraadslaging in stemming gebragt. Art. 19. Ieder lid is na gedane omvrage bevoegd tot het voorstellen van een amendement op de oorspronkelijke conclusie, mits hij hetzelve behoorlijk geformuleerd aan den Voorzitter ter hand stelle. De voorgestelde amendementen worden steeds ieder afzonderlijk te beginnen met het meest afwijkende, vóór de conclusie in stemming gebragt. Geen amendement wordt in overweging genomenwanneer het niet ten minste door twee leden wordt ondersteund. Art. 20. AVanneer omtrent een in beraadslaging gebragt onderwerp een voorafgaand Commissoriaal onderzoek noodzakelijk wordt geacht, zal de verga dering de zaakwanneer zij behoort tot de bcmocijingen van eene der vaste Commissienderwaarts om rapport en advies verwijzen. In andere gevallen benoemt de vergadering bij besloten en ongeteekende briefjes met betrekke lijke meerderheid van stemmeneene Commissie van drie ledenten einde daarover rapport in te dienen bij den Voorzitterbinnen den door de vergade ring bepaalden termijn. Vervolg en Slot in het volgend Nommer.) RERKNIE11WS. HARDERWIJK 11 December. Ter vervulling der vacature, ontstaan door het vertrek van Ds. Taats naar Middelburgis door den Kerkeraad der Herv. Gemeente, het volgende zestal Predikanten geformeerd: DD. Slothouwer, te Huizen; Molemans, te Hilversum; du Cloux, te Oldehroek Siblesz te Sleenwijk; Verhoef, te Sluis, en Molenaar, te Scheveningen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1851 | | pagina 3