flank voor het goede dat van de Regering uitging, moest terugkomen-; dat ook het geluk van den geliefden en geëerbicdigden Vorst aan wiens Stamhuis zich voor het Vaderland reeds zoo vele dankbare herinneringen paardeninnig verhonden was aan het geluk van het Nederlandsche Volk, wiens welvaart zijne zorg uitmaakte en te gelijk ook weder afhankelijk was van 's Konings welzijn. Op die gronden noodigde de Minister alle aanwezigen uilom op het welzijn van Z. M. Onzen geliefden en geëerbiedigden Koning te drinken cn hem na te zeggen: Leve de Koning Het verdient bovendien nog vermeldingzegt dat bladdat deze toast met zoodanige plegtigheid in toon en woorden werd uitgesproken, dat terstond, toen men hare strekking bemerkte, alle gasten opstonden, en dat de gloed en warmte die er in doorstraalde, op allen een levendigen indruk maakte, en hen met geestdrift de laatste woorden deed herhalen. Nadere bijzonderheden betrekkelijk Constantyn lluygens en zijne familie. Onder dezen titel heeft de Heer A. D. Schinkel alhier, lid van de Maat schappij van Ned. Letterkunde te Leydendezer dagen eene nieuwe bijdrage geleverd tot de geschiedenis van een geslachtdat zoo vele beroemde mannen heeft geteld en dat (het blijkt ook weder ten volle uit deze bijzonderheden), zulk eene billijke aanspraak heeft op de hoogachting van tijdgenoot en na zaat. Zoowel het bovengemelde werk, als de Bijdrage tot de kennis van het karakter van Constantyn Huygensreeds in 1842door den Heer Schinkel in het licht gegeven, zijn onwaardeerbare bronnen voor den toekomstigen ge schiedschrijver eener familie, die in zoo vele opzigten eene opmerkelijke rol heeft gespeeld, gedurende den bloeitijd van ons Gemeenebest. In zijne nadere bijzonderheden" deelt de Heer Schinkel, behalve eenige onuitgegevene dichtstukjes van den grooten Constanter, eene keus mede uit een groot aantal oorspronkelijke oorkondenwaaruit men de voornaamste le den der familie Huygens van de meest intime, misschien de meest schoone ijde leert kennen. Onder deze is het testament van Neêrlandsch Archime des, Christiaan Huygens, bijzonder opmerkelijk. Het geheel is doorweven met eene menigte belangrijke aanteekeningen en ophelderingen, welke tevens de verschillende bestanddeelen tot een doorloopend geheel vereenigen. Even als hij de bovenvermelde Bijdrage, zijn al de stukken, welke dezen bundel vormen, geput uit de belangrijke verzameling van autographen enz., welke door den Heer Schinkel gevormd is en, zoo als men weet, door hem op de meest vrijgevige wijs voor de geschied- en letterkundige nasporingen zijner talrijke vrienden en bekenden wordt opengesteld. Slechts 125 exempla ren zijn van dezen bundel gedrukt en tot geschenken bestemd; zij zijn ge bonden in een' netten linnen band, verguld op snede en plat, versierd met een sierlijken stempel, waarin de bekende spreuk: Constanter, ('s Grav. Dagb.) Iïerstc Kamer der Staten-Generaaf. Zitting van Woensdag 27 Augustus. In deze zitting zijn achtervolgens met algemeene stemmen aangenomen het wets-ontwerp tot regeling van de bevorderinghet ontslag en het pen sionneren van de Officieren der landmagtdat tot regeling van de pensioe nen hij de landmagtdat lot regeling van de bevorderinghet ontslag en het pensionneren van de Officieren der zeemagten dat tot regeling van de pensioenen bij de zeemagt. De Voorzitter geeft kennisdat door de afdeelingen tot leden van de Com missie tot het opstellen van een ontwerp van adres aan den Koning zijn be noemd de Heeren Martens v. ScvenhovenPhilipsede Brauw en Cremers. Die Commissie heeft haar ontwerp ingedienddat ter tafel gebragt en naar de afdeelingen verzonden wordt. De zitting wordt daarop voor eenigen tijd opgeheven. Nadat de vergadering heropend washeeft de Voorzitter ter tafel gebragt het adres aan den Koning, zoo als het, na onderzoek in de afdeelingen, door de Commissie was gewijzigd. Op verlangen van sommige ledenis dat adres onmiddellijk in beraadslaging gebragt, en dadelijk zonder discussie met al gemeene stemmen aangenomen. Het goedgekeurde adres zal den Koning worden aangebodendoor eene Commissiebestaande uit de Heeren Martens v. SevcnhovenPhilipsede Brauw, Cremers, de Jonge v. Ellemeet en Villers de Pité. liet aangenomen adres luidt als volgt: Sire »De kennisgeving van de voorspoedige bevalling van Hare Majesteit Uwe beminde Gemalin is door de Eerste Kamer der Staten-Generaal met bijzon dere deelneming ontvangen. »Deze heugelijke gebeurtenis zal bij de Natie eene levendige blijdschap doen ontstaan. De geboorte van een Prins in Uwer Majesteits Huis zal door haar, niet minder dan door de Eerste Kamer, als een zegen van God ook voor het Vaderland worden erkend. Zij zal zich vereenigen met den wensch der Kamer, dat onze geliefde Koningin spoedig herstelle, en de jeugdige Vorst eenmaal een sieraad zij van zijn doorluchtig geslacht en een hechte steun voor het Nederlandsche volk. De Eerste KamerSireverheugt zichdat zij voor het eindigen barer tegenwoordige werkzaamheden nog hare ware belangstelling mag betuigen in de regtmatige vreugde van Uwe Majesteit en van het Koninklijk Huis. Zij acht zich gelukkig daarbij de aanbieding te kunnen voegen van hare zeer eerbiedige hulde, en de verzekering van hare onwankelbare trouw." Daarop heeft de Heer v. Ryckevorsel eenige bedenkingen in het midden gebragtnopens de stenographieen zich daarbij beklaagddat de verslagen der redevoeringen in het Bijblad niet altijd getrouw waren hetgeen o. a. nu weder het geval was met de rede, Zaturdag jl. door den Minister van Bui- tenl. Zaken gehouden, op wier getrouwe mededeeling hij juist had aangedron gen, De Heer de Brauw, lid der gemengde Commissie voor de stenographie, heeft daarop geantwoord en o. a. te kennen gegeven, dat geene redevoeringen in het Bijblad worden opgenomendan die door de Ministers of leden der Kamer zijn nagezien zoodat de getrouwe opname van deze afhangt. Daarna wordt de vergadering gesloten. ROTTERDAM, 2G Augustus. Met genoegen hebben wij vernomen dat onze stadgenootde Heer J. II. Levyssohn, sedert 30 jaren in onze Oost-Indische koloniën in verschillende ambtsbetrekkingen geplaatst geweest, en laatstelijk die van opperhoofd der factorij voor den Nederlandsche handel op Japan hebbende waargenomen behouden in het Vaderland is teruggekeerd. (IV. K. C.) De Commissaris des Konings in deze Provincie is heden middag, ten 5 ure, deze stad gepasseerd en met de stoomboot de IJssel van hier naar Gouda vertrokken. De directie dier stoomboot-onderneming had de boot dan ookhij het vernemen dat de hooge Ambtenaarofschoon incognito reizende, zich han boord bevond, in een oogenblik met een aantal vlaggen doen versieren en salueerde uit het kanon bij de aankomst te Gouda. Hier werd de Commissaris des Konings onder het gejuich van de talrijk zaam- gevloeide menigte, door den Burgemeester van Yzendoom, ontvangen en naar diens huis geleid, waar hij zijn intrek heeft genomen. AMSTERDAM, 25 Augustus. Naar men verneemtis dezer dagen gearresteerd een persoonwaarop zware vermoedens rusten als zijnde de dader van den onlangs heganen moord in de Kalfjeslaan. De gearresteerde heeft niet bekend; evenwel verklaren zeer veel personen hem voor den dader te herkennenmoetende men zelfs eene bloedvlek aan zijnen broek hebben ontdekt. Gemelde persoon is sjouwer van beroep, en moet reeds vroeger eene criminele straf hebben ondergaan. Heden nacht vertrok van hier de Engelsche stoomboot Diana naar Lon den met 1268 schapen 73 kalveren en 31 koeijen. AmstCour.) MAASTRICHT, 25 Augustus. De Predikbeurten, bij de Fransche Protestanlsche gemeente alhier, zijn gisteren in den morgen en nadenmiddag vervuld geworden door de Wel- Eerw. Zeer Gel. Heeren J. C. J. Sécretan van 's Hageen C. Busken Huët van Haarlem. Beide deze godsdienstoefeningen werden door eene buitenge wone lalrijke menigte personen van allerlei gezindten bijgewoond. Men ver neemt dat de vereeniging van de alhier aanwezige Predikanten en Ouderlin gen der Waalsche gemeenten, tegen Donderdag e. k. zal uiteengaan. BUITENLANDSCBE BERIGTEN. ENGELAND, LONDEN, 24 Augustus. In de afgeloopen week werd de Tentoonstelling bezocht door 1,355 kin deren van de scholen van Norwich. Zij kwamen onder muziek het ge- houw binnen, en verlieten die onder het zingen van het volkslied. Het vermogen der Israëliten in dit land en vooral van die te dezer stede, is zeer aanzienlijk. Zij hebben een grooten invloed op de beurs, en op Sabbath en de feestdagen, wanneer zeer weinigen zich aldaar vertoonen, merkt men een groote traagheid op in den handel. Sir Isaac Goldsmith is, na de Rothschilds, een der rijkste personen. Zijne eigendommen in Engeland leveren, zoo men zegt, jaarlijks ongeveer 35,000 (ƒ420,000) op. Onder de vermogendsten telt men nog S.M.Samuel, Denis, M. Samuel, Benjamin Cohen, de alderman Salomons, P. J. Salomons, Mozes, Mocalta, de gebroeders Lewis en Nathanael Levy, de beide laatsten aannemers der tollen. Voor de scheepvaart staan de huizen Salomon, Mozes, Son en Davis bovenaan; de magazijnen voor kleedingstukken van Mozes en der Hee ren Hyams zijn opmerkelijk wegens rijkdom en pracht. In die etablissementen worden jaarlijks verscheiden millioenen omgezet. Het huis Hyams alleen houdt 6000 armen bezig, en betaalt jaarlijks meer dan 200,000 (ƒ2,400,000, aan loon. De Rothschilds hebben zeven huizen in Europa, te weten: te Londen, Frankfort, Weenen, Napels, Parijs, Amsterdam en Madrid. Het kapitaal van die verschillende huizen wordt geschat op meer dan 25 millioen (meer dan 300 millioen guldens). De rijkste dier familie is de Baron Anselme Rothschild, te Frankfort, die voor zich alleen eene fortuin bezit van 7 millioen (84 millioen guldens). De Commissie, in 1848 benoemd tot onderzoek naar de uitgaven voor het krijgswezen te land en ter zeeheeft dezer dagen het slot van haar zeer uitgebreid rapport hekend gemaakt. Hare uitspraken zijn over het algemeen zeer gunstig. Zoo bleek het haar, dat de Officieren van de linie-regemen- ten voor minder dan 3 pCt. tot de aristocratie behoorenen dat onder de Officieren van eenige bevoorregte regementen ook vele zonen van opgekomen fabrikanten worden gevonden. De vraag, hoe sterk het leger behoort te zijn, en of de tegenwoordige sterkte (50,000 man voor de garnizoenen in de koloniën en 45,000 man voor de dienst in het moederland) overdreven is, beschouwt de Commissie als eene geheel politieke vraag, buiten de haar aan gewezen taak liggende; maar de tegenwoordige sterkte aangenomen zijnde, kunnen de inrigtingen voor het krijgswezennaar haar oordeelden toets ten volle doorstaan. Het verslag der Commissiezegt de Timesheeft ons overtuigd dat hij ons het krijgswezen met evenveel oordeelspaarzaamheid en eerlijkheid wordt beheerd als in eenig ander land het geval kan zijn. Er komt thans hier eene verbazende hoeveelheid slagtvee ter markt, ook wordt er een groote overvloed van levensmiddelen en groenten aangehragt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1851 | | pagina 2