Overal op havens en straten wapperen vlaggen, het zij uit de huizen of wel van de standaards waar des avonds de illuminatie zal branden. De weg, welken Z. M. bij zijnen intogt zal nemenis inzonderheid fraai versierd. De meeste winkels langs dezen weg zijn gesloten en overal zijn stellaadjes getimmerdopdat een zoo groot mogelijk aantal rnenschen den optogt zou kunnen zien. Buiten de Delftscbepoort bij den ingang tot het stationsplein staat eene van stads wcge geplaatste eerepoort. [In ons vorig nommer beschreven] bet fraaije stationsgebouw is met vlaggen gelooid niet guirlandes van groen en bloemen rondom de kolommen en pilasters geslingerd, cn bovendien met kransen en eene allee van bloempotten gesierd van de plaats waar de trein zal stilhouden tot aan de met bloemen versierde wachtkamer cn van de wachtkamer tot aan het rijtuig ligt een tapijt. Inmiddels zijn Burgemeester en Wethoudersleden van den Baadde Commissaris des Koningsenz. binnen het stationsgebouw gekomenoni 7. M. te verwelkomen. Ten elf ure nadert de extra-treinHeeren commissarissen der spoorweg maatschappij ontvangen Z. M.de Heer P. II. Tromp heet den Vorst wel kom in eene stad, waar de bevolking gereed staat hem met liefde en eer bied te ontvangen. Door Heeren commissarissen wordt Z. M. en verder ge volg naar de versierde wachtkamer der eerste klasse begeleid en door boven genoemde autoriteiten verwelkomd, terwijl de Burgemeester den Koning ver zekert dat niets hem aangenamer kon zijn dan het bezoek van Z. M. aan Botterdamhetwelk thans zoo grooten voorspoed mag genieten. De Koning antwoordt daarop in hartelijke bewoordingen. Men begeeft zich nu uit de wachtkamer naar bet stationsplein. Voorop rijdt de ruiterijdan volgt een rijtuig met Heeren van bet gevolg van Z. M. vervolgens nadert bet rijtuig met twee paarden bespannenwaarin Z. M. de Koning, Z. K. II. Prins Hendrik, de Commissaris des Konings en de Burge meester gezeten zijn, omringd door de eerewacht te paard; daarop volgen vijf staatsie-rijtuigen met de verdere autoriteiten welke Z. M. verwelkomd hebben en hem nu verder zullen begeleiden. Ter Grootemarkt genaderd waar de beide bataillons der dienstdoende Schutterij geschaard staanstapt Z. M. uit bet rijtuigen vangt de inspectie aan. Daarna verzamelen de officie ren zich rondom den Koning, waarop Z. M. met eene aanspraak den Luit.- Kolonel der Schutterij, J. Ballot, bet vaandel overreikt, die de aanspraak van Z. M. beantwoordt. Daarna begeeft de Koning en zijn gevolg zich naar 'sKijks werf, van waar de eeresloeproeijers hen naar Fijenoord roeijen. De Koning en de Prins nemen al de machines en verrigtingen in oogenschouw. Een cylinder wordt gedraaiden een voor eene stoomboot bestemde cylinder wier zwaarte op ongeveer 2000 Ned. ponden geschat wordt, alsmede een molenaster zwaarte van ongeveer 2500 Ned. pondengegotennadat het ijzer daartoe, in hunne tegenwoordigheed was gesmolten. In een afgeschoten gedeelte van eene aldaar opgerigte tent nemen nu de Vorstelijke personen, de zonsverduistering waar, en bezigtigen daarna het gereed liggend, aan de fabriek gebouwd ijzeren stoomschip Padang, dat binnen weinige dagen naar Batavia vertrekt. Z. M. neemt vervolgens har telijk afscheid, en wordt door de Heeren ccre-sloeproeijerstot voor zijn tot tijdelijk paleis ingerigt bötel geroeid. Naauwelijks begint de avond te vallen, of de geheele stad zwemt als in eene zee van licht. Prachtiger schouwspel hadden wij nog nooit aanschouwd als Botterdam toen opleverde. Duizenden vervullen de straten. Het heer lijkste weder verhoogt nog het schoone der illuminatie. Nadat een dertigtal genoodigden bij Z. M. heeft gedineerd, wordt den Koning door de Botterdamsche Liedertafel en het korps muziekanten der ste delijke Schutterij eene serenade gebragt; daarna rijdt Z. M. uil om de illu minatie in oogenschouw te nemen en wordt overal met luid gejuich begroet. RottCour.) HAABLEM, 2C Jul ij. Heden avond werden door het stedelijk bestuur dezer stad in liet openbaar verkocht de navolgende ambachtsheerlijkhedcn met al de daaraan verbonden regten en voorwaarden waarvan de uitslag was als volgt N°. 1. De Ambachtshecrlijkheden VogelenzangOverveen cn Bloemendaal gelegen ten westen der stad Haarlem. Opbrengst ƒ900kooper de Heer H. van Houten. N°. 2. De Ambachtsheerlijkheden SchootenZuid- cn Noord-Akendam gelegen ten noorden der stad Haarlem. Opbrengst ƒ590kooper de Heer J. van der Vlugt. N°. 4. De Ambachtsheerlijkhedcn Schooterbos en Iloogerwoerdgelegen ten noorden der stad Haarlem. Opbrengst ƒ800kooper de Heer J. H. Brinkman. N°. 4. De Ambachtsheerlijkheden Haarlemmer]iede en het Hof-Ambacht, gelegen ten oosten der stad Haarlem aan het Spaarne. Opbrengst ƒ305 kooper de Heer Clement. N°. 5. De Ambachtsheer]ijkbeden Calslagen en Bilderdam gelegen in de provincie Noordholland, Arrondissement Amsterdam, Kanton Nieuwer-Amstel. Opbrengst ƒ350kooper de Heer K. van der Voort. N°. 6. De Ambachtshecrlijkheden Nieuwveen en Uiterbuurtgelegen in Zuidholland, Arrondissement Leyden, Kanton Woubrugge. Opbrengst ƒ760, kooper de Heer J. Feye. N°. 7. De Ambachtsheerlijkheden Zevenhoven en Noorden gelegen in ZuidhollandArrondissement LeydenKanton IVoubrugge. Opbrengst ƒ500 kooper de Heer J. L. van der Burch. AMSTERDAM, 27 Julij. Ken jongeling van ongeveer 22 jaren, genaamd L., in de Kerkstraat al hier slikt dezer dagen eene stopnaald in. De Heelmeesterspoedig ontbo den vindt den jongeling met pijnen in de buik bloedwateren en moeijelijke urinelozing, en laat gepaste middelen daartegen aanwenden, voelt echter nergens de naald. Bij zijn tweede bezoek voelt hij op een duim diepte in de linker lies een puntig ligchaammaakt terzelfder diepte daar eene opening en baalt met betrekkelijk geringe moeite de slopnaald er uit. De verschijn selen hielden den volgenden dag op en twee dagen na de verwijdering van het vreemde ligchaam hervatte de lijder zijne bezigheden. Tot heden is gem. L. zeer welvarende. Handelsbl.) LEEUWARDEN, 25 Julij. Zondag 11. had alhierten huize van eenen vuurwerkmakerop het on verwachtst eene vrij hevige uitbarsting en ontbranding van aldaar aanwezig vuurwerk plaats terwijl al de bewoners van dat huis nog ter ruste lagen. Gelukkig mogten eenige op het geraas toegeschoten voorbijgangers er spoedig in slagen den brand die bereids ook aan meerdere daar aanwezige stukken vuurwerk en andere voorwerpen zich had medegedeeld, te blusschen en werd alzoo het dreigend gevaarook voor de belendende gebouw enafgeweerd. Een opzettelijk in bet werk gesteld onderzoek heeft de hoogst opmerkelijke uitkomst opgeleverd, dat de oorzaak dier outbranding ecniglijk daarin moet gezocht worden datbij een der stukken vuurwerkzeker kunstmengsel in kleine hullen vervat, lot voortbrenging van dusgenoemd blaauwvuur was gebezigddatbij onderzoek bleek de eigenschap te hebben omvochtig geworden, van zelf te ontvlammen. Kleine hullen, met dit mengsel gevuld en van buiten ligtelijk met eenig water besproeiddeden rustig daarheen gelegd, na verloop van 2 a 3 uren eensklaps een op elkander werken der stoffen en weldra hare plotselinge ontbranding waarnemen. (L. Cour.) GRONINGEN, 24 Julij. Gisteren had in de Nieuwe Kerk alhier het gewone jaarlijksche openbaar examen der kweekelingen van het hier ter stede gevestigde Instituut voor Doofstommen plaats. Ook nu weder was een talrijk publiek opgekomen om getuige te zijn van deze altijd aandoenlijke plegtigheid. De Heer Mr. R. T. Guyot beklom als Instituteur den kanselen plaatste met eene korte toespraak de aanwezigen op bet standpunt, van waar zij deze plegtigheid moesten beschouwendoor naar aanleiding van de vier eerste ar tikels der wel van het Instituut te spreken over het doelwaartoeen de middelen waarmede men sedert 60 jaren aan deze liefdadige stichting zoo onverpoosd en met zoo gelukkigen uitslag werkzaam was. De eigenlijke plegtigheid bestond in drie afdeelingenvooreerst in het ver- toonen der proeven van der kweekelingen vorderingen in de schrijfkunst, zigtbaar in de schoonschriftenwelke schriften door de gekozen onderwer pen mede deden zienuit welke wetenschappen men doorgaans de stof ont leent ter ontwikkeling en vorming dezer ongelukkigenwaarna vervolgens blijken werden vertoond van hunne vorderingen in andere voor hun volgend leven, vooral in hun toestand, nuttige zaken, door de landkaartende ei gene opstellende teekeningen en de proeven van handwerken en am bachten welke laatste weder de overtuiging gavendat ook de Groninger meesters en bazen eere hebben van de aan hunne zorg toevertrouwde Doof stomme leerlingen. In de tweede plaats gaf menvoor zoo ver tijd en plaats het gedoogden even zoo als dit bij de gewone openbare lessen, die het geheéle jaar door des Woensdags in de leerschool des Instituuts gehouden worden, gebruikelijk is, een denkbeeld van de eigenaardige wijze, waarop deze overigens zoo bekla genswaardige kinderen onderwezen worden waarbij vooral de ontwikkeling der gebarentaal en de vorderingen in het spreken ditmaal bijzonder de aan dacht trokkenterwijl dit deel besloten werd door eene pantominische voorstelling van het bekende versje van van Alphende Vechtende Jongens. Het laatste, voor de kweekelingen zelfs zeker meestbclangrijke deelbe stond in de uitreiking door den Voorzitter der Hoofddirectie van de premiën aan de vlijtigste leerlingenen van de ontslag-acten aan 16 kweekelingen die gereed stonden om eene inrigting te verlatenwaaraan zij het voorregt te danken hebben van werkzame en nuttige leden der maatschappij te kunnen zijn. Ontroering en dankbaarheid stonden dan ook op hun gelaat te lezen en werden vooral blijkbaar in den dankdien zij stamelden. Vergeleek men die vrolijke en levenslustige jongelingen en jonge dochters met de soms bijna wezenlooze kinderenwaarmede schier niemand teregt kan, die jaarlijks in het Instituut opgenomen worden, dan sprong vooral het nut eener stichting in het oogdie nog lang Groninger stedekroon moge sieren Er zijn thans op het Instituut 140 kweekelingen. Van dezen zijn 101 Gereformeerd, 1 Afgescheiden Gereformeerd, 15 Boomsch-Catholijk4 Doops gezind, 4 Evangelisch-Luthersch13 Iloogduitsch-Israëlitisch en 2 Portngeesch- Israëlitsch. Van deze zijn uit de provincie Noordholland 40, Zuidhol land 23, Groningen 19, Vriesland 12, Gelderland 10, Utrecht 9, Over ijssel 8Zeeland 6Noordbrabant 3Drentbe 2Limburg 1uit de koloniën West-Indiën 1 en Oost-Indiën 1. Van de jongens leeren 19 kleermaken, 9 schoenmaken, 8 letterzetten, 6 kuipen, 4 schrijnwerken, 3 zeilmaken 3 koperslaan3 zadelmaken 2 boekbinden2 blikslaan 2 pettenmaken 2 timmeren, 1 mandemaken1 stoeldraaijen13 zijn nog op geen ambacht; van dc meisjes leeren 49 naaijen borduren enz. en 13 breiden. In de

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1851 | | pagina 2