LEYDSCHE COI U W 1851* WOENSDAG, 11 JÜMJ. nrxxKXLAxnsciiK berigteiv. _bpitenlandscne berigtew. De Courant wordt MaandagWoensdag en Vrijdag uitgegevenDie van Maandag komt uit Zaturdag Avond LEYDEN10 Junij. Een ons ter plaatsing toegezonden verslag van de viering van een kerke lijk feest in de S'. P. Kerk op de Ruïne alhier, zal in ons volgend nommer worden geplaatst. Het Fransche hlad le Droit deelt een levensherigt mede van den Graaf de Bocarmé, dat van de hand zijner moeder zou zijn, en waarvan het vol gende een uittreksel bevat. Ilij werd geboren op eene reis zijner ouders naar Java, aan boord van een fregat, op de hoogte van de Kaap, en bleef tot aan zijn zevende jaar een zwak cn ziekelijk kind. Toen vertrok zijne moeder met hem naar Europa tot herstel zijner gezondheid. Hij beterde maar was naargeestig en ongezel lig en gaf zelfs zijn lijden niet anders te kennen dan door zenuwtrekkingen die hij nog heeft. Wel bekwam hij in Europa zijne gezondheid weder, maar had aanvallen van toorn die bij de minste tegenspraak in stuipen ontaardden. Vergeefs werd hij op verschillende scholen besteld, hij was zeer onvatbaar, kon op zijn 15de jaar nog niet lezen en hechtte zich aan niemand. Om streeks dien tijd vertrok zijn vader naar Voord-America en nam hem mede. Daar leefde hij in een woeste streek van Arkansasals een wildedeed niets dan jagen, kreeg ten gevolge van een schrik dat hij een Indiaan, die hij meende dat op hem aanlegde, had doodgeschoten, eene ziekte van acht maan den en keerde terwijl zijn vader daar bleef, op verlangen zijner moeder naar Europa terug. In den droevigsten staat kwam hij te Doornik aan, dood mager en verstompt van geest. Zijne moeder bestelde hem op eene kostschoolen daar ontwikkelden zich zijne vermogens in zoo verre dat hij leerde rekenenmaar taalstudie bleef hoven zijne bevatting. Hij toonde echter zoo veel ijver, dat hij heimelijk 's nachts werkte. De godsdienst vermogt niets op hem en als zijne moeder hem van God sprak, zeide hij, aan Hem te zullen gelooven als men Gods bestaan wiskunstig kon bewijzen. In weerwil van zijn bekrompen aanleg was hij zeer ervaren in het schaakspel. Zijne moeder zocht hem door 't huwelijk aan een meisje te verbinden doch deze weigerde hem na kennismaking. Toen woonde hij eenigen tijd bij zijnen grootvadereen gierig en hardvochtig mandie alleen leefde. Hij bleef daar dikwijls dagen lang in zijne kamer en leefde van brooddat hij stil uit de keuken haalde, daar zijn grootvader hem aan tafel verweet, dat hij zoo veel geld kostte. Hij leerde er iets van den landbouw, en toen de grootvader stierf, bleef hij alleen op het kasteel van Bury, waar zijne moeder hem 15 bunders land liet beheeren. Te Bury meende zijne moeder in Mej. Fougnies, van burgerlijke afkomst, een geschikte vrouw voor hem te hebben gevonden. Later wilde zij de kennismaking wel afbreken om den kwaden naam en 't slecht karakter van diens vader. Doch haar zoon wilde daarvan niet meer hooren. De oude Fougnies stierf hoogbejaard, drie jaren na dat huwelijkonterfde zijne dochter zoo veel de wet hem toelieten vermaakte alles aan haren broeder. Zoo verre dit verhaal, 't geen nog al tot verschillende opmerkingen aanlei ding geven kan. De Graaf blijft tot nog toe bij de verhooren, die nog steeds werden voortgezet, in dezelfde schaamtelooze onverschilligheid volharden, die hij van den beginne heeft aangenomen. 's GRAVENHAGE9 Junij. Bij 7/. M8. besluit van den 2dcn dezer, is de Schout-bij-Nacht E. G. van der Plaat, thans op non-activiteit, benoemd tot Kommandant van 's Rijks zeemagt in Oost-Indie en Inspecteur der Marine aldaar. Naar men verneemt zal hij met de landmaal in Julij aanstaande, naar Oost- Indië vertrekkenom het bevelhebberschap op zich te nemen. Bij Z'. Ms. besluit van den 2<lcn dezer, is benoemd tot Commissaris van Politie te Gouda, C. Kok, thans Inspecteur van Politie te Rotterdam. Bij besluit van den 5den dezerheeft Zr. Ms. goedgevonden1°. Aan den Heer Mr. J. Gockinga, op zijn verzoek, eervol ontslag te verleenen uit de betrekking van lid van het Collegie van Curatoren der Iloogeschool te Groningen2°. Te zijner vervanging te benoemenden Heer Mr. J. A. C. Ba ron de Vos van Steenwijk, Commissaris des Konings in de provincie Drenthe. II. M. de Koningin is den lsten dezer te Baden-Baden aangekomen, waar haar vader, de Koning van Wurtemberg zich bevindt. II. M. de Koningin-Moeder is naar Soestdijk vertrokken. Z. K. II. de Prins van Oranje zal zich den 16den dezer van het Insti tuut te Noordhey naar het Loo hegevenom aldaar tegenwoordig te zijn bij den verjaardag van II. M. de Koningin doch den volgenden dag naar het Instituut terugkeeren. Z. K. II. Prins Frederik is eergisteren middagvan Berlijn op zijn buitengoed het Huis de Pauw teruggekomen. II. K. II. Prinses Frederik heeft zich van Berlijn naar "Warschau begeven. Heden hebben de zittingen der Eerste Kamer eenen aanvang genomen en zijn bij haar ingekomen elf bij de Tweede Kamer aangenomene wets ontwerpen waaronder dat van de Gemeenteweten is besloten al deze ont werpen naar de afdeelingen te zenden. Na het trekken waarvan de zitting is opgeheven. tal door grootte en fraaiheid uitmuntende kostbare gesteenten, de grootste parel, die tot dusver bekend is. Deze parel heeft eene lengte van twee dui men, een omtrek van 4} duim, en een gewigt van 3 oneen of 1800 greinen. Even als de wereldberoemde Oostersche diamant Koh-i-noor, welke steeds de aandacht der bezoekers van de tentoonstelling in groote mate tot zich trekt, zijn die kostbaarheden onder een sterk traliewerk tentoongesteld. In liet gebouw der tentoonstelling is thans, ten dienste van het publiek, ook eene geregelde brievenposterij ingerigt. Daardoor heeft men er driemalen daags gelegenheid tot het verzenden en ontvangen van brieven. In den Gerneente-Iiaad dezer hoofdstad zal voorgesteld worden, om voor 5000 goederen op de tentoonstelling te koopen, en die te bestemmen tot versiering der stad. -Gisteren werd de Tentoonstelling door 26,000 personen bezocht. De ontvangst bedroeg ruim 2,570 M. Den 5dcn zijn bijna al de bewoners van het dorp Harlow, in het Graaf schap Cambridge, ten getale van ruim 500, met een extra spoortrein de tentoonstelling komen bezoeken. Het blijkt, dat 50 of 60 jaren geleden ter naauwernood een dozijn piano-fabriekanten in Engeland warenterwijl er thans 200 of 300 in het vercenigd koningrijk zijn. Men berekent dat er in Engeland en Ierland 1500 piano's per week vervaardigd worden, en daardoor 15,000 personen hun brood verdienen. Te Southampton is een schip met Ilongaarsche Bannelingen uit Turkye aangekomenonder welke ook Messaros is. Zij zullen naar Amerika worden overgevoerd. FRCISSEiK. De jongste verordening van den Minister van Binnenl. Zakenwaarbij de in Maart 1850 wettelijk afgeschafte oude provinciale landdagen weder bijcen- geroepen worden wekt veel ontevredenheid. Bijzonder moet dit het geval wezen in de oostelijke provinciën der monarchiewaar in den regel op de provinciale landdagen de ridderschap alleen een groot overwigt over de E1V©E]LA]M19. LONDEN, 7 Junij. Z. K. H. Prins Hendrik der Nederlanden heeft Woensdag een afscheidsbe zoek aan II. M. op het kasteel Windsor gebragt. Den 3den woonde hij de wedrennen van Ascot bijgezeten in één rijtuig met de Koningin. De Luit-Generaal Sir J. Gardener, welke in 1794 en 95 een werkzaam deel nam aan den veldtogt in Vlaanderen en Holland, en aan de expeditie naar Walcheren in 1809, is gisteren alhier overleden. In het voor Rusland bestemde gedeelte van het gebouw der Tentoonstel ling worden nu nog vele goederen geplaatst. Daaronder trekken zeer de aandacht prachtige vazen uit de Keizerlijke Porcelein-Fabriek; maar bovenal een groot stuk zilverwerkwegende 230 Engelsche pondenwaarop een merk waardig voorval uit de Russische geschiedenis op eene ongemeen kunstige en fraaije wijze is voorgesteld. Voorts is de tentoonstelling in de laatste dagen verrijkt met een gedeelte der weergalooze verzameling van edele gesteenten, toebehoorende aan den Heer A. J. B. Hope. Onder deze verzameling vindt men, behalve een aan- De Prijs der Courant is f 12 in het jaar de afzonderlijke nommers worden tegen Kt Centen afgegeven.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1851 | | pagina 1