LEYDSCHE
COURAN
VRIJDAG, 7 FEBRUARIJ.
BIMENLANDSCHE BEMGTE.V.
BLITEflLAÏVDSCIlE BER1GTEN.
De Courant wordt MaandagWoensdag en
Vrijdag uitgegevenDie van Maandag komt
uit Zaturdag Avond.
De Prijs der Courant is f 12 in het jaar
de afzonderlijke nommers worden tegen 10
Centen afgegeven.
LEYDEN, 6 Februarij.
Aanst. Zaturdag ten 12 urede dies natalis der Iloogesehoolzal de af
tredende Rector Mr. J. de Wal, zijne betrekking nederleggen met het houden
eener plegtige redevoering, en het Rectoraat worden overgedragen aan den
Iloog] eeraar N. C. Kist.
- De Maatschappij tot redding van drenkelingen te Amsterdam beeft den
Heer M. P. Adèr, Officier van Gezondheid 3'te klasse, alhier, eene gouden
medaille toegekend, wegens de doelmatige hulp door hem in Dcc. 1850
aan een drenkeling verleend.
- Op den Ilollandsclien spoorweg zijn in Januarij vervoerd 52,488op
den rihijnspoorvveg 21,912 reizigers; op den laatsten is ontvangen 38,665
op den eersten ƒ55,288.
Dc stand van het water in liet Haarlemmermeer op 31 December 11.
is in de Staats-Cour. van dit jaar N°. 6, op 2,89 el heneden Amsterdamscli
peil opgegevenbij het einde van Jannarij was die stand 2,85 el beneden
dat peildat is dus 4 duim hooger. Deze ongunstige uitkomsthij eene
voordcelige weersgesteldheid, is het gevolg van den korten werkingtijd der
machines. Bij den Cruquius had het bekende ongeluk plaats op den 14',c[>
der maandbij zeer geregelde werkingontstond er plotseling eene huiten-
gewone vermeerdering van stoom in den cilinderwaarvan de oorzaak on
zeker is, doch welke te weeg bragt, dat de groote gewigtbak stootte tegen
de boven-keerkussenszoo hevigdat de beide geleiders zijn bezwekenen
de machine sinds dien tijd huiten dienst is gesteldhet onheil is echter veel
minder groot dan het had kunnen zijn, en is met weinig kosten te herstellen.
Het stoomtuig der Lyndcn heeft eerst in den namiddag van den 28sten de
werking weder met zes pompen kunnen hervatten. Zoo lang hebben de her
stellingen aan de onder-pompzuigerswaartoe de put heeft moeten worden
drooggemaaktaangehouden. De Lecghwater alleen heeft dus voortdurend
dienst kunnen doen, maar heeft om te hoogen boezemstand een vierde van
den tijd moeten stilstaan. Staats-Cour
In den avond van den 3de" dezer had te R-otterdam een droevig onge
luk plaats; de Kapitein van het Barkschip Australia, D. Voogd Anspach,
even op dek iets hevelende, kreeg een slingerende tros met ijzeren kous tegen
het hoofdwaardoor hij onmiddelijk overleed.
Te Bennekoin heeft den 31slett Januarij de Weduwe Hermans haar
105Jc jaar gevierd. In het begin dier maand eene wandeling van 2 uren
doendeviel zij en kan sedert niet door eigen verdienste in haar onderhoud
voorzien, waarom door den Burgemeester van hare woonplaatsgiften voor
haar gevraagd worden.
In het dorp Vreeswijk hebben in de 3 laatste maanden 4 tweeling-
geboorten plaats gehaden dat wel in 4 naast elkander gelegen woningen.
's GRAVENHAGE6 Februarij.
Dfe Generaal-Majoor Baron Willmar is niet naar Dresden teruggekeerd
zoo als men melddemet eene nieuwe zendingmaar naar Luxemburg.
Men schrijft van daardat er Oostenrijksche troepen verwacht werdenom
te gelijk met de Pruissische garnizoen te houden.
De gewezen Zaakgelastigde der Vereenigde Staten bij ons Hof, de Heer
A. Davezacis 8 Januarij te New-York in goeden welstand aangekomen.
Heden zijn ten Stadhuize de stembiljetten geopend tot de verkiezing
van een lid der Prov. Staten van Zuidholland 7,Ie kiesdistrict, in de plaats
van wijlen den Heer Mr. L. Asser. Het getal der geldige uitgehragte stem
men is geweest 456; Mr. D. Léon had 279 en Mr. A. de Pinto 177 stemmen,
zoodat de eerste verkozen is.
Naar men verneemt heeft Jhr. Mr. J. C. de Jonge, lid van de Prov.
Staten van Zuidholland, in bovengenoemd kiesdistrict, zijn ontslag genomen,
zoodat er wederom eene nieuwe verkiezing zal moeten plaats hebben.
- In deze residentie is het berigt ontvangen, dat dezer dagen te Maastricht
is overleden de Luitenant-Generaal O. J. H. Graaf van Limburg Stirum
vroeger bevelhebber dier vestingwegens voortdurende ongesteldheidin het
vorige jaar op zijn verzoek eervol ontslagen.
AMSTERDAM5 Februarij.
Het is eindelijk gelukt hier een boorput te makendie ruim w atcr geeft
hetgeen door de Hoogleeraren in de Scheikunde von Baumhauer alhieren
Mulder te Utrecht onderzocht isen wier rapporten aan de lste klasse van
het Kon. Ned. Instituut zijn gezonden om advies.
Wij werden, zegt de Arnst. Courheden in de gelegenheid gesteld,
een kunststuk te zien door een on'z.er stadgenooten vervaardigd, en bestemd
voor de Wereld-Tentoonstelling te Londen, alwaar het voorzeker die bewon
dering zal wekken, welke reeds bier door verscheidene kunstminnaars en
liefhebbers van zeldzaamheden er over is aan den dag gelegd. Het voorwerp
dat wij bedoeïen, is een borduurwerk in menschenliaar op wit Gros-de-Naples,
en voorstellende een tafereel uit Miltons jeugd. Men weet niet wat meer te
prijzen en te bewonderen, of het geduld van den vervaardiger, den Heer
F. II. Olto, kapper, in de Warmoesstraat alhier, of de voortreffelijke uitvoe
ring, zoo van de drie heelden zeiven, als van hunne kleeding en vooral van
dewij zouden bijna zeggennatuurlijke uitdrukking hunner gelaatstrekken.
Al de schakeringen, en er zijn vele, zijn met de meeste naauwkeurigheid in
acht genomen, en niets anders is gebezigd dan menschenhaar van verschil
lende kleur en eene naald. Het zal dan ook niet vreemd schijnen dat een
voornaam kunstliefhebber onzer stad den hoogst bekwamen vervaardiger ƒ1000
heeft aangeboden, om in het bezit van het zeldzame voorwerp te geraken.
Wij kunnen hierbij voegen dat de Heer Otto het kunststuk met alle voor
komendheid aan belangstellenden laat zien.
Ë.YGELAX»,
LONDEN, 3 Februarij.
Volgens een' brief uit Petersburg zouden ruim 10,000 Russen behoorende
tot de rijkste familiënaan den Keizer verlof hebben gevraagdom de Ten
toonstelling alhier te mogen hijwonen, en hier te lande eenige maanden
door te brengen.
De Heer Wadsworth, houder van Spaansche obligation alhier, heeft 11.
30 December, beslag gelegd op fondsen, toehehoorende aan de Spaansche
Regeringen welke zich in handen bevinden der Ilceren Sclmeidnagcl.en Mar
tin, finantiële agenten van dat bewind.
De Heer Wadsworth hieromtrent voor liet hof van den Lord Maire gedag
vaard zijnde, werd deze zaak Donderdag 11. in tegenwoordigheid eener groote
menigte belangstellenden behandeld. De lieer RandellAdvocaat van de Ilce
ren Schneidnagel en Martindie de in beslag genomen fondsen in bezit had
den, beweerde onder anderen, dat er geene termen waren om de in beslag
neming wettig te verklaren, daar zij had plaats gehad krachtens eene ver
klaring onder eede, waarin de Koningin van Spanje niet was aangeduid,
aangezien de lieer Wadsworth in dat stuk te kennen gaf, dat Hare zeer
Christelijke Majesteit hem 10,000 M schuldig was, een titel, welke de
Koningin van Spanje niet bezit, daar zij integendeel die van Hare Katho-
lijke Majesteit voert.
Op antwoord van den Lord-Maire, dal deze conclusie van niet ontvanke
lijkheid door de regthank niet kon worden aangenomenomdat het onmoge
lijk was zich omtrent de bedoelde persoon te vergissen, kwam de Advocaat
Randell met andere gronden voor den dag. Hij beweerde, dat het in beslag
nemen van goederen, aan vreemdelingen behoorende, slechts kon plaats heb
ben na het stellen van een specialen borgdat dc Spaansche schuld noch
door de Koningin, noch door de Regering in het hijzonder erkend was, ein
delijk dat men in Engeland slechts kon handelen tegen die goederen, w-elke
inderdaad het eigendom zijn van personenaan lijfsdw ang onderworpeniets
dat met den vreemden Souverein en zijne gemagtigden niet het geval is.
Mogt derhalve de regthank, dus eindigde de Advocaat, het in beslag nemen
voor wettig verklaren, dan zou zij daardoor mede stilzwijgend uitmaken, dat
de Koningin van Spanje in Engeland aan lijfsdwang onderworpen is, iets dat
het uitbarsten van een oorlog ten gevolge zou kunnen hebben.
De Lord-Maire antwoordde hierop, dat het hof zich niet met de politiek
bemoeit, maar volgens de wetten en gewoonten oordeelt. Dc in beslagne
ming, zeide hij, is een maatregel geheel en al vreemd aan den lijfsdwang.
Ik verklaar, krachtens de gewoonten en privilegiën dezer Stad, dat de gedane
inbeslagneming wettig is, en dat het beslag op de fondsen zal blijven berus
ten tot na het uitspreken van een eindvonnis over de zaak.