LEYDSGHE COURANT: 18 SO, MAANDAG, 18 NOVEMBER. N°. IW/t BIMENLANDSCHE BERIGTEN. De Courant wordt Maandag, Woensdag en Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt uit Zaturdug Avond. De Prijs der Courant is f 12 in het jaar e afzonderlijke nommers worden tegen 10 Centen afgegeven LEADEN16 November. Op de mededeeling in de Prov. Gron. Cour., dat het cellulaire ge vangenisstelsel in dit Rijk noch ingevoerd noch toegepast zou wordenals in strijd met de wetgevingantwoordt het Weekblad van 'l ReqtDat liet cellulaire stelsel in het door de Wetgeving goedgekeurde eerste hoek van het nieuwe wetboek van strafregt is aangenomen, en dat de toepassing en uit voering van dat stelsel afhangt van eene later aan te nemen wet. Na de goedkeuring van dat eerste hoek, is te Amsterdam eene nieuwe gevangenis gebouwddie naar liet cellulaire stelsel is ingerigt. Die gevangenis is dit jaar in gebruik gesteld. Alleen de preventive gevangenen worden in cellen geplaatst en cellulair behandeld. De veroordeelden hrengen alleen den nacht in hunne cellen door. Het is alzoo onjuist te beweren, dat het eenzaam opsluiten van gevangenen hier ingevoerd is, en even onjuist, dat het nocli ingevoerd noch toegepast zal worden. Alles hangt af van de door de Wetge ving te beramen maatregelen. Z. Exc. de Minister van Justitie heeft de collegiën van administratie over de Huizen van Arrest te Sneek, Almelo en AVinschoten doen aanschrij ven, om de reeds sedert eenigen tijd in die huizen toegepaste afzonderlijke opsluiting van veroordeelde gevangenenniet meer te doen plaats hebben in afwachting dat eene transitoire wetdeze aangelegenheid betreffende zal zijn tot stand gebragt, tenzij de gevangenen zei ven eene afzonderlijke op sluiting mogten verlangenbetgeen zij dan bij request kunnen vragen. De Minister heeft aanleiding tot deze aanschrijving gevonden in de gewigtige bedenkingen, welke bij de onlangs aangevangen indienststelling van het cellulair ingerigte Huis van Arrest en Justitie te Amsterdam zijn gerezen met opzigt tot de bevoegdheid, om de naar bet bestaande AVetboek van Strafregt uitgesproken straffen op eene andere wijze uit te voeren dan in het stelsel van het regt ligt opgesloten. Z. Exc. moet erkennenhoe nuttig en doelmatig de afzondering van misdadigers ook moge worden geachtdat die thans op geene wettige gronden kan worden verdedigd, terwijl Z. Exc. zelfs den schijn van onwettigheid ten deze wil vermijden. De Heer Mr. J. L. de Bruyn Kopszoo gunstig ten opzigte zijner Staatshuishoudkundige studiën bekend, door zijn onlangs over die wetenschap uitgegeven handboekhetwelk na weinige weken een tweeden druk beleefde heeft in het tlandelsbl. van den 15den dezer een stuk over het Armwezen geplaatstwaaruit wij om de algemeene belangstelling in dit onderwerp van zoo hooge aangelegenheidde vrijheid nemen hier een uittreksel te geven. »AAreldra" zegt de geachte Schrijver »zal het Ministerie een armenwet voordragen die met groote belangstelling wordt te gemoet gezien te meer bij bet verschil der meeningen over deze zaak. De een toch wil uitsluitend den Staat met de armenverzorging belasten de ander wil alles aan de bijzondere liefdadigheid overlatenen beide mee ningen worden met groote bekwaamheid verdedigdterwijl tusschen deze twee tegenovergestelde gevoelens met niet minder ingenomenheid, vele stelsels worden voorgedragen. De Staathuishoudkunde stelt vast, dat er slechts een langzaam maar onfeil baar geneesmiddel is, namelijk de zedelijke en verstandelijke verbetering des volksdoor uitbreiding van onderwijs. Hierin stemmen alle Staatshuis houdkundigen overeen. Den arme ontbreekt bet noodigedit moet voortge- bragt worden: dus is meerdere voortbrenging eene vereischte. Dat verdeeling der rijkdommen niet zou baten, is duidelijk genoeg, ieders hoogst gering aan deel zou terstond in 't niet verzinken en de verdwijning van alle kapitaal het menschdom in de diepste barhaarscldieid doen terugzinken. Er moet dus vermeerdering van het voortbrengingsvermogen worden bewerkt, en hiertoe wordt arbeid en kapitaal vereischt; tot het eerste heeft men zijn ligchaams- krachtcnmaar daarbij is eenige kapitaal noodig ter aanschaffing van grond stoffen en werktuigen. Maar toeneming van kapitaal is ondenkbaar zonder vlijt of verstandig over leg; dit ontbreekt bij velen en kan alleen worden opgewekt door zedelijke verbetering. 5} AI aar nu zijn er velen die geen werk kunnen bekomen en niets hebben om te sparen. Dit is een gevolg der verkeerde rigting der maatschappij die eerst door slavernijlater door opeenstapeling van geestelijke goede ren, door heerscbzuchtigen adel, door onbeperkte alleenheerscbing, de arbeid der groote menigte dienstbaar maakte aan de genietingen van weinigen. Later hebben ongelijke belastingen en verbodswettengestrekt om honderden te verrijken ten koste van duizenden, die daardoor verhinderd werden te wer ken en te sparendie bevolking nam toe en kan nu niet meer in hare be hoeften voorzien. »Dus moeten alle hinderpalen ter voortbrenging weggeruimd, opdat ieder vrij zij, om zonder eens anders schade door zijn arbeid in zijn onderhoud te voorzien, maar met de wegruiming dier hinderpalen, moeten tevens on kunde, ongodsdienstigheid, gebrek aan overleg, onmatigheid, bijgeloof, door opvoeding en onderwijs worden tegengegaan. Beideèn de wegruiming dier hinderpalen èn de volksverbetering door op voeding en onderwijskunnen uit den aard der zaak slechts langzaam voort gaan. Eeuwen toch zijn er verloopen, waarin men, in het duister voort- tastende de gelijkmatige voortbrenging verstoorde en slechts sedert eenige jaren ziet men dit in en erkent de duizende banden waarin hebzucht en onkunde haar kluisterden. De gevolgen dier verkeerdheden zijn niet in eens op te heffen maar zoo komt men toch tot eenen tijd van overgang en omtrent deze kan de armenwet alleen betrekking hebben. Alen verwachte dus niet te veel van haar. Zij kan geen middel zijn tot genezing der armoede. Zij regelt alleen de handelwijze omtrent de armen; de genezing ligt in het zamenstel van alle wetten en hij de vereenigde pogin gen van alle ingezetenen. De Prov. Gron. Cour. berigtdat aan de Akadcmie te Groningen 243 studenten zijnen bovendien 22 chirurgijns en apothekers leerlingen die de Akademische lessen bijwonen. Te Hoogeveen woont zekere G. H. Prins, 80 jaren oud, hij is met zijne vrouw reeds 56 jaren gehuwd, zij hebben 10 kinderen in levenallen getrouwd deze hebben 50 kinderen, van welke 6 gehuwd zijn, die te zamen reeds 15 kinderen hebben, van welke één ook reeds gehuwd en een kind heeft. Die man is dus het hoofd en de stamvader van 76 personen, allen in leven. Prins heeft dezen zomer in 2 dagen nog 9 akkers boekweit gemaaid. Negende vervolg uit het Vers] aggedaan door de Gedeputeerde Staten aan de Staten der Provincie Zuidholland. (Zie N°. 139). Fabrieken en Trafieken. De Leydsche lakenfabrieken hebben geene bij zonder drukke werkzaamheden gehadechter werden de vooruitzigten voor dit jaar als niet ongunstiger beschouwd. De goede hoedanigheid der voort brengselen van deze en van vele andere fabrieken, is, onder anderengeble ken, bij de tentoonstelling in 1849 te Delft gehouden, van welke aan het slot van dit onderdeel van ons verslagnader zal worden melding gemaakt. De achteruitgang der grijnfabrieken te Leyden sedert 1846, is in 1849 zeer toegenomen, hetgeen vooral is toe te schrijven aan de overvoering van dat fabriekaat in China, alwaar hetzelve tot zoodanige lage prijzen wordt verkocht, dat de verzendingen van hier niet kunnen geschieden dan met ver lies. De deken-fabrieken hebben druk voortgewerktdaar dit fabriekaat zeer gezocht blijft. Voor buitenlandsche orders is echter in het afgeloopen jaar niets gevraagd. In de duffel- en baai-fabrieken is eenige vooruitgang be speurd. De saai-fabrieken, onder welke men ook het vervaardigen van zoo genaamde Long-Els kan rangschikken, blijven, wat het eerste fabriekaat betreft, voor land- en zeemagt, en wat het laatste aangaat, voor de behoefte in China een matig vertier ondervinden. De katoen-fabriek te Leyden zet hare werkzaamheden geregeld voortter wijl de fabriekanten niets onbeproefd latenom de concurrentie in dat artikel met de buitenlandsche fabrieken te kunnen volhouden. De overige fabrieken te Leyden, als die van wollen en saijettcn garensvan zeemleder en lijm, en van behangsel papier, hebben over het algemeen in het afgeloopen jaar niet onvoordeelig gewerkt. Sedert eenigen tijd is te Leyden eene fabriek van gedrukt of geperst ma- roquinen leder gevestigd, welke tak van nijverheid met het beste gevolg- wordt uitgeoefend. Bij de grofsmederij te dier stede waren aanzienlijke or ders voor de werkzaamheden van dit jaar voorhanden. De toestand der ijzergieterij te Schiedam is insgelijks eenigzins verbeterd. De aldaar bestaande 165 korenwijnstokerijen zijn het gansche afgeloopen jaar door en de meeste zelfs zeer druk werkzaam geweest. De uitvoer van gedis-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1850 | | pagina 1