den Broek en A. van Weel Jz. tegen wier toelating verschillende bezwaren waren geopperd, worden na eenige beraadslaging aangenomen. Er zijn alsnu 71 leden tegenwoordig5 afwrezig en 4 leden voor Rotter dam nog niet gekozen. De Heer Maekay doet een voorstel tot opschorting der werkzaamheden tot na afloop der Rotterdamsche keuzenwelk voorstel met 63 tegen 8 stem men wordt afgewezen. De zitting is daarna gescheiden tot morgen Woensdag) ten 11 ure. Als dan o. a. benoeming van leden der Gedeputeerde Staten. Zitting van Woensdag 25 September. In deze zitting heeft de Heer N. van Beeftinghna het overleggen van de vereischte stukken en het doen van den eedzitting genomen. Daarna heeft de Heer Voorzitter het woord opgevat en eene aanspraak ge houden, waarin hij het gewigtige van de provinciale vertegenwoordiging ge schetst heeft, vooral naar den werkkring hij de nieuwe wet aan haar opge dragen. Als kiezers der leden van de Eerste Kamer der Staten-Generaal en heiast met de uitvoering van onderscheidene wetten en maatregelen van inwendig bestuur, zegt Z. Exc. o. a., zullen uwe handelingen ook van in vloed zijn op meer algemeene belangen. Als wetgevers voor de Provincie, en geroepen om een zeer werkzaam deel te nemen aan het bestuur en aan de behandeling van hare gewigtigste aangelegenhedenis het grootendeels aan uwe zorgendat het welzijn van het gewest wordt toevertrouwden aan het bekleeden van meerdere magt is steeds eene grootere verantwoorde lijkheid verhonden. Z. Exc. stond vervolgens stil hij den werkkring der Gedeputeerde Staten en zeide dat het tot de eerste onderwerpen behoort van de Prov. Statenom overeenkomstig de aangenomene beginseleneene instructie te heramen waarhij de werkzaamheden van Gcdep. Staten omschreven worden. De Voor zitter verklaarde zijnerzijds de belangen van de Provincie zoo veel mogelijk te zullen bevorderen en de Staten daarin behulpzaam te zijn. Het was hem aangenaam, dat deze eerste bijeenkomst der nieuwe Staten-Vergadering plaats heeft onder omstandigheden, die voor deze Provincie over 't algemeen als niet ongunstig kunnen worden beschouwd. Hij wijst daartoe op het over gelegd verslag wegens den toestand van het gewest, en zegt den plaatselijken en provincialen autoriteiten dankdie daartoe hebben hijgedragen. Z. Exc. gewaagt van zijn bezoek aan den Hoekschen Waard en de belangrijke ge meenten daarinwaar op ééne uitzondering naorde en regelmatigheid gepaard met eene trouwe behartiging van de belangen der gemeenten, heerschen. Z. Exc. heeft, wat het onderwijs aangaat, op sommige plaatsen dit uit muntend bevondendoch niet overal de vereischte belangstelling het getal kinderendat van het openbaar onderwijs gebruik maaktebevond Z. Exc. over het algemeen te gering in genoemd gedeelte van het gewest. Hij heeft met belangstelling ook de steden Delft en Delftshaven bezochten verheugde zich aldaar toenemende ontwikkeling van middelen van bestaan te ver nemen. Hij stond stil hij de Tentoonstelling, in eerstgemelde stad gehouden, en vestigt meer in 't breede de aandacht op het nut, maar ook de moeije- lijkheid van de zaak der waterschappenGed. Staten hebben in den laatsten tijd de meeste zorg daaraan besteed. Inmiddels dat nieuwe reglementen van dijk- en polderbesturen vervaardigd worden, zal er welligt hier en daar eenige tijdelijke voorziening noodig zijn 5 een voorstel van Ged. Staten zal b. v. gedaan worden tot het voorzien in den zeer gebrekkigen toestand dei- zeewering van Delfland achter Loosduinen. De hoofdzaak" blijft intusschen eene spoedige en doeltreffende herziening der Reglementenomdat daardoor de meeste ondergeschikte zwarigheden van zelve zullen opgeheven worden; terwijl alleen eene algemeene daarstel- ling van goede bijzondere reglementen de vereischte verbeteringgepaard met eene zeer wenschelijke vereenvoudiging en bezuinigingzal kunnen aan brengen. De Voorzitter eindigt met in 't algemeen den zegen des Allerhoogsten over de beraadslagingenten welzijn van het gewestaf te smeeken. Op voorstel van den Heer Maekay wordt besloten de belangrijke aanspraak, <he gehouden is, te doen drukken en dezelve in de Notulen op te nemen. Ingevolge het besluitgisteren avond genomen, is men overgegaan tot de verkiezing van zes Leden voor de Gedep. Staten. Er worden verkozen, de Heeren JE. Baron Maekay, omtrent wien tevens besloten wordt met 60 tegen 10 stemmendat hij voor de betrekking van Commissaris der Regering bij de Maatschappij van Weldadigheidals onvereenighaar met dezezal be danken Jhr. A. L. Ileteren GeversJh1'. Mr. J. L. Cremer van den Berch van HeemstedeD. van KoetsveldMr. C. B. Nederburghen E. II. Baron Rengers van AVarmenhuizen. Thans wordtingevolge art. 89 der Provinciale wetovergegaan tot de keuze van een buitengewoon lid, om te beslissen in de gevallen, bij dat art. voorgeschreven en daartoe gekozen de lieer M'\ II. C. J. Hoog. Ingevolge het voorstel van den A'"oorzitter wordt beslotende loting voor den tijd van aftreding der benoemde leden van Gedep. Staten uit te stellen, tot dat zal zijn tot stand gebragt de wet, regelende den rooster van aftreding voor de Provinciale Staten. Tot de eerste werkzaamheden der Vergadering behooren, volgens art. 43 het maken eener instructie voor den Griflier, volgens art. 84 het ontwerpen van een reglement van orde voor de vergaderinghetwelk aan 's Konings goedkeuring moet worden onderworpen; en volgens art. 150, het vaststellen eener instructie voor het collegie van Gedep. Staten. De voordragten daartoe zullen worden ontworpen door drie commissiën welkeop voorstel van Jhr. AI1". J. C. de Jonge, door den Voorzitter aldus wor den zamengesteld Commissie voor de instructie van den Griflier, de Heeren: van Ileteren Gevers, van Zegwaard en Metelerkamp. Commissie voor het reglement van orde der Provinciale Statende Heeren Nederburgh, van Dam van Noordeloos, van der AVayfort en Hoekwater. Commissie voor de instructie van Gedep. Staten, de Heeren: Cremer van den Berch, van Ryckevorsel, Rengers, van Driel, Hein en Mock. Daarna wrordt tegen A'rijdag den 27sten dezer aan de orde gesteld de verkie zing van zeven leden voor de Eerste Kamer der Staten-Generaal. De zitting wordt verdaagd tot morgen middag ten 12 ure. AAISTERDAM24 September. In den afgeloopen Zomer vereenigden zich de Heeren AV. II. AVarnsinck Bz., Prof. A. des Amorie van der Hoeven, Dr. B. ter Haar, Jhr. Mr. J. de Bosch Kemper, N. Pieneman, J. B. van Bree, I. AVarnsinck en A. van Lee, tot eene Commissie, met bedoelingom aan Neêrlands geliefden Dichter, Hen drik Tollens, Czoon, den 24sten September 1780te Rotterdam geboren hij zijnen 70sten verjaardag, een blijk van nationale erkentenis aan te bieden, door het verzamelen van gelden voor een Fondsonder den naam van Tol lens-Fonds waarvan de rente zou moeten strekken om naar de keuze des Dichters, hetzij 1°. op zekere tijden, b. v. om de drie jaren, eene gratifi catie tot aanmoediging toe te kennen aan een of meer schrijvers van het hest- gelceurde der verschenen werken in proza of poëzyhetzij 2°. te strekken tot ondersteuning van ongelukkig geworden prosaschrijvers of dichters, of van hunne nagelaten betrekkingenof wel eindelijk 3°. tot het daarstellen van beurzen, waaruit hunne zonen konden studeren of tot de beoefening van eenige kunst worden opgeleid. De Commissie stelt zich voorom de Namen van allendie tot dit doel hebben hijgedragenin een Album te doen inschrijvenen deze Naamrol den Heer Tollens aan te bieden. Nog heeft de Commissie goedgevonden, om aan den geliefden Zanger eene gouden Medaille aan te bieden, met zijn Borstbeeld en het Opschrift, Neder land zijnen geliefden volksdichter, 24 Sept. 1850. Exemplaren in Brons of Zilver zullen later verkrijgbaar zijn. Bij de Commissie blijft inmiddels de deelneming aan het Tollens-Fonds opengesteld. Gisteren begaven zich drie leden dier Commissie, de Heeren AV. II. AVarn sinck, D'\ B. ter Haar en A. van Lee, naar Rijswijk, ten einde den geliefden volksdichter met het plan bekend te maken en hem de gouden medaille aan te bieden. Dit gezelschap, van 'sHage derwaarts wandelende, werd door het rijtuig van Z. Exc. den Minister van Justitie ingehaald, die verzocht de de putatie bij hem plaats te nemen. Zóó kwam het gezelschap bij dei? Heer Tollensdie geheel onbewust was van de eer die hem wachtte. De Minister nam het woord begroette den grijsaard op zijn jaardagbetuigde hemook namens zijne amhtgenooten de hoogste achting (terwijl de Minister Thorbecke zijne hulde schriftelijk zond) en overhandigde hem eindelijknamens Z. M.de insignia van het komman- deurschap der orde van den Nederl. Leeuw. AVelsprekend en met nadruk betuigde de Minister, hoezeer Z. M. den on berekenbaar nuttigen invloed erkendedoor Tollens heerlijke poëzy op bur gerdeugd en huiselijk leven uitgeoefenden hoe gaarne Z. AI. daarvan een blijk gaf, in de decoratie die Hij hem op zijn 70stcn verjaardag schonk. Daarna sprak de Heer AVarnsinck onzen Tollens aan, reikte hem bet, ge melde plan oververzocht daarop zijne beslissing en schonk hem ten slotte de medaille. Alet geestdrift voerde de Heer AVarnsinck het woord en naauwelijks was zijne hartelijke toespraak geëindigd of de Minister verzekerdedat ook Z. M. bekend met het plan van oprigting van het Tollens-Fondsin liet welslagen daarvan het levendigst belang stelde. Zóó mogt Tollens zijn 7(Ist™ jaardag vieren Hij was tot tranen toe ge roerd. AVat moet zulk een oogenblik geweest zijn voor den mandie zoo treffend en hartelijk weet te spreken, en nu tot dank niets meer kon geven dan een handdruk. Onder de menigvuldige blijken van hulde en hoogachting, zegt de N.H. Cour. aan onzen grijzen dichter Tollens op zijn 70slen verjaardag gegeven, behoort nog vernield te worden, dat hem op dien dag namens eenige zijner vereerders uit deze stad is aangeboden een prachtig geschenk in zilver. De Heer Stumpff had gisteren avond allen, die belang stellen in kunst en wetenschap uitgenoodigdter bijwoning eener verrassing, in zijne ffaaije zaal Frascati. De opgekomenen aanschouwden daar de heerlijke uitwerking door eene uoortx/tórewde-electro-galvanische verlichting te weeg gebragt. De gaz-lichten verdwenen eensklaps en een helder zonlicht herschiep den avond plotseling in licht klaren dagdie bijna een half uur aanhieldwaarna als door een tooverslag het daglicht weder voor de vele gazlichten plaats maakte. Indrukwekkend voorzeker is zulk een schouwspel. Een betrekkelijk zeer klein lichtpunt was voldoende de groote en ruime zaal in helderder glans te doen schijnen dan het gaz zulks vermagen alles geheel anders voor liet oog te vertoonen. Deze goed gelukte proeve verschilt in zoo verre van eene vroe gere, op eene andere plaats onzer stad genomen, dat de tegenwoordige met het voortdurend licht genomen werdwelke eigenschap tot nog toe aan het electro-galvanische licht niet kon worden gegeven, en dat deze eigenschap eindelijk het gevolg is van nieuwe ontdekkingen op het onafzienbare veld van wetenschap en kunst. De Heer Stumpff, naauw met die in het buitenland uitgedachte verbeteringen bekend, beijverde zich, ze in zijn lokaal door den werktuigkundige Piecalaga het eerst in toepassing te brengen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1850 | | pagina 3