BUITENLANDSCHE BERfGTEN. ENGELAND. LONDEN, 6 April. Bij de schipbreuk van de stoomboot Royal Adelaide zijn 206 menschen omgekomen. Het schip was voor ƒ360,000 verzekerd. Door den geweldigen storm, waarin dit schip is te grond ging, zijn ook meer dan 30 kustvaarders met een groot getal menschen vergaan. Boven dien is ook het schip Francis met 140 landverhuizers, ten zuid-westen van Ierland geheel verongelukt. Uit Madrid wordt gerr.eld, dat de geschillen tusschen onze en dcSpaansche Regering op het punt zijn van geschikt geworden. Men noemt Lord Ilowden als den aanstaanden Gezanteen man allezins voor die taak berekend. FR AST li 5t !JH. PARIJS, 7 April. Het paleis Luxembnrg, dat als een zeer gewigtig punt wordt beschouwd is thans in eener. geduehten staat van verdediging gc-bragt en in de kelders bevindt zich veel amunitie. De Wetgevende Vergadering heeft met 431 tegen 217 stemmen beslo ten de wet op de deportatie ten tweeden male in beraadslaging te nemen. SPANJE. MADRID, 4 April. De Koningin heeft het volgend besluit genomen Art. 1. Voor ons hebbende de ontwerpen tot regeling der openbare schuld, opgesteld door de laatste commissie tc dien einde, alsmede dat hetwelk de regering reeds opgesteld had en in de jongste zitting der wetgevende vergade ring had moeten indienen en gehoord hebbende de gedelegeerden die de houders van Spaanscbe fondsen op de onderscheidene plaatsen waar deze ver handeld worden, gemeend hebben te moeten benoemen, wordt de dirige rende Junta der Schuld lelast met het onverivijld opstellen van een nieuw ontwerpdat zij aan het onderzoek en de goedkeuring der regering zal on derwerpen. Art. 2. Met het oog op dat ontwerp en behoudens de verandering die zij raadzaam zal achten daarin te makenzal de regeringin den kring barer bevoegdheidde noodige maatregelen nemen tot voorbereiding en gemak der regeling, door in de eerste dagen der aanstaande zitting van de wet gevende vergadering die punten aan het oordeel der Cortes te onderwerpen welke door hunne goedkeuring bekrachtigd moeten worden. Art. 3. De in bet vak van openbaar crediet ervaren personen, die ik voeg zaam zal achten te benoemen, zullen deelnemen aan de werkzaamheden der dirigerende Junta van de Schuld. Dit besluit is bij wijze van inleiding voorafgegaan door een verslag van den Minister van financiën aan de Koningin, waarin hij onder anderen zegt: dat na de regeling van den grondslag der belastingen en openbare inkomsten nog die der algemeene regeling der schuld, de grondslag van haar toekomstig cre diet overbleef. Deze zaak is misschien de moeijelijkste en neteligste die de regering tot nu toe heeft op te lossen gehad. Het ontzagchelijke cijfer onzer schuld, ontstaan in de tijdvakken van beroering en wanorde, en de erkende ontoereikenheid der hulpbronnen waarover de regering tot bestrijding barer uitgaven kon beschikken, zijn een dubbele hinderpaal geweest, waarop de pogingen om tot de regeling der schuld te geraken voortdurend afgestuit zijn; de betaling der renten van een gedeelte der schuld is vele jaren gestaakt, en het crediet van den Slaat vreeseiijk gedaald. Het oogenblik is echter geko men om uit een toestand te geraken, die de nationale eer en eerlijkheid niet meer kunnen dulden. De vertoogen der schuldeischers van den Staat mogen niet langer miskend worden. De regering, doordrongen van die beginselen, vatte het denkbeeld op tot regeling der schuld en wilde bij de Cortes te dien einde een ontwerp van wet indienen. Daar de laatste commissie voor de rege ling der schnld reeds twee daartoe betrekkelijke ontwerpen had ingediend, die der regering tot grondslag strekten bij het ontwerp dat in de zitting der Cortes zou worden ingediend, zoo kan de dirigerende Junta van de schuld overgaan tot het opstellen van een volmaakter ontwerp. Het ligt niet in de bedoelingen der regering om een ontwerp voor te stellen, dat het vermogen zou overschrijden der schatkist. Zoo dus de regering, zonder karigheid, tot de regeling der schuld alle hulpmiddelen wil aanwenden, die men uit den bloeijenden staat der openbare inkomsten mag verwachtenzoodat die regeling geene ijdele en onvruchtbare belofte meer blijve, zoo mag zij daarentegen ook niet meer beloven dan zij redelijker wijze kan nakomen, noch toelaten dat de regeling, ofschoon voor het oogenblik bevredigend, in een schandelijk bankroet uitloope. ITALIË. Een telegraphisch berigt van deri 5(len dezer uit Civita-Vecchia aan de Fransche regering, kondigt aandat de Paus den vorigen dag var. Portici was vertrokken, en de reis te land in kleine dagreizen zou afleggen. PRUISSEN. De Hoogleeraren in de Godgeleerdheid te Munster waren opgeroepen om op de aangenomen Staatsregeling den eed af te leggen; daar zij dat echter niet doen wilden, dan onder uitdrukkelijk voorbehoud van de aan de R. K. kerk toekomende regten, zijn zij tot de eedsaflegging niet toegelaten. Men verze kerde dat de Opperpresidenten in de provinciën die geestelijken in hunne be trekking van Hoogleeraar zou schorsen. ZWITSERLAJfB. BERN, 3 April. De Bondsraad heeft besloten, ten gevolge van het onderzoek der handwerks- vereenigingen1°. de leden der Duitsche handwerkers-vcreenigingen te Ge neve, in te Waadland, Freiburg, Bern, Tlmn, Basel, Zurich, Winterlhur, Neufchatel en Schafhausen, uit Zwitserland te verwijderen; 2°. de handwer kers-vcreenigingen te Aarau, Luzern, Glarus, Chur en Herisan voorloopig onder het toezigl der policie te stellen. Door dit besluit worden ongeveer 500 Duitsche werklieden uit Zwitserland verwijderd. Het onderzoek beeft buiten allen twijfel gesteld, dat men een nieuwen inval in Baden op bet oog had. Het bestuur van bet kanton Genève heeft zich tegen dat besluit verzet. De Eedgenootsehappelijke Raad heeft daarop aan dat bestuur ecne nog meer dringende uitnoodiging gezonden, om bovenstaand besluit ten uitvoer te leggen. GKIEHENLANB. ATHENE, 26 Maart. De Engelsche vloot ligt nog steeds te Salamis. Ten aanzien der vereffening van de bestaande geschillen hecrscht voortdurend dezelfde onzekerheid bet geen eenen zeer nadeeligen invloed uitoefent op den handel en bel verkeer. Griekenland echter geniet de volmaaksle rust. ÏBERIGT. KENNISGEVING. Berde Ziling van den Militie-Raad over het Kanton Legden, N°. 15. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der StiD LEYDEN, ontvangen heb bende van den Iher Militie-Commissaris over de Kantons 1521Provincie Zuid Holland, cene Kennisgeving, dat de Derde Zitting des Militic-Raads voor deze Stad, zal gehouden worden op het Raadhuis te GOUDA, op Maan dag en Dingsdag den 15dCD en 16den April 1850, des morgens ten 10 ure, ter beoordeeling der Plaatsvervangers en Nummervcrwisselaars, welke de dienstpligtige Lotelingen dezer Stad zullen verlangen te gevenalsmede tot het afdoen der belangen van zoodanige Lotelingen, wier zaak tot deze Zitting is geadjourneerd: Brengen zulks bij deze ter kennisse van de belangheb benden, met informatie, dat tot het opmaken van de bij de Wet gevorderde certificaten voor Plaatsvervangers en Nummervcrwisselaars, (welke laatste zulks echter niet dan met toestemming hunner ouders vermogen te doen.) zal wor den gevaceerd ter Secretarie dezer Stadvan lieden af, dagelijks de Zon- en Feestdagen uitgezonderd, 's morgens ten 10 ure; alwaar zij tevens de noo dige information, zoo omtrent het opmaken dezer certificaten, als ten aanzien der vereischten, welke de Plaatsvervangers, ingevolge de Wet, moeten bezit ten kunnen bekomen. Voorts meencn Burgemeester en Wethouders de belanghebbenden, ofwel derzelver ouders, te moeten waarschuwen voor zoodanige personen, welke, on der den naam van Commissionairs, somwijlen dezelve misleiden, zoo door met hen krachtelelooze overeenkomsten te sluiten, als door hen, welke Plaatsver vangers verlangen te geven, onder voorwending van alles voor hen te zullen bezorgen, een aantal onnoodige kosten tedoen maken, ja die zelfs veelal, door beding van al de gelden daartoe benoodigd, dadelijk in eens of kort op elkan der volgende termijnen te moeten ontvangen, hnn voor het vervolg in vele onaangenaamheden wikkelen; alzoo van het geld, door de Lotelingen ten be hoeve der Plaatsvervangers te gevenvolgens Art. 98 der Wet van den 8stcl1 Januarij 1817nimmer meer dan een vijfde aan denzelven mag worden uit betaald, en de overige vier vijfde in de kas van liet Korps moeten worden ge stort; en als dan zoodanige Commissionairs, na liet volle geld genoten te hebben, dikwijls (zoo als de ondervinding heeft doen zien) niet in staat zijn de betaling der verdere termijnen aan het Korps te voldoen, de belangheb benden genoodzaakt worden die gelden nog eenmaal te betalen. Eindelijk wor den de belanghebbenden nog herinnerd aan de hepaling van Art. 33 der Wet, van den 27stcn April 1820, houdende: dat hij, wiens Plaatsvervanger gedu rende 18 maanden gediend heeft, (de dienst bij de reserve niet mede gerekend) van alle verdere verantwoordelijkheid voor denzelven bevrijd zal kunnen blij ven, mits stortende eene som van ƒ150, wanneer in de aanvulling van den Plaatsvervanger, ingeval hij mogt komen te ontbreken, door vrijwillige wer ving zal worden voorzien. Aldus gedaan en gearresteerd, bij 11. H. Burgemeester en Wethouders der Stad Leydcn op den April 1850. DU R I E U. Ter ordonnantie van dezelve, v. PUTTKAMMER. 210Jo IStaats-Lotcrij. Trekking der Vijfde Klasse. 13de Trekking. Geene. 14<te B Nos. 8712 en 9031 ieder een prijs van ƒ1,000. ADVERTIISTIEN. Heden werd voorspoedig van een ZOON verlost DIEDER 1KA, ANNA, ELISABETH POMPE, geliefde Echtgenoot van Dr. C. W, H. van KAATI10VEN. Leyden, 5 April 1850. Heden beviel voorspoedig van eene DOCHTER, A. II. WIJNSTROOM hartelijk geliefde Echtgenoot van P. SCHEURLEER Berg op Texee 6 April 1850. Med. et Art. Ohstr. Doctor. Heden beviel voorspoedig van een welgeschapen ZOON, GEERTRUDE ELISABETH RIETSTAP, veel geliefde Echtgenootc van H. A. TIMMERMAN. Leyden, 8 April 1850.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1850 | | pagina 3