LEYDSCHE
COURANT
18S0
MAANDAG, 28 JANUARIJ.
BÏNNENLANDSCHE BEIÜGTEN.
Iii de zeer talrijk bezochte Vergadering der Lcydsche Afdeeling van de
Hollandse he Maatschappij van Landbouwwerden heden de eerepertningen
en getuigschriften uitgereikt wegens de alliier in 't najaar gciiouden Tentoon
stelling. De Voorzitter, Prof. A. 11. van der Hoon Mcsch heeft met eene
korte, doch krachtige en kernachtige toespraak, die eerehlijken aan de be
kroonden uitgereikt, en daaronder aan onze stadgenoolen den Baron Tacts van
Amerongen(N°. 80 van het Programma), aan K. S. Hylkaina en II. van
Kazant(67), J. Kottner (69, 71, 30, 131), Dr. J. II. Molkenhoer (117)
J. W. Filippo (127), J. P. Neuhaus (127), P. F. \V. de Timmerman (129),
en aan P. Bommezijn; en aan de leden uit de gemeente Leyderdorp C. Kapitein
(91) en P. Vromcstcyn (90) Aan G. Couvée, uit Soetcrwoude, was een getuig
schrift toegekend docli deze was met der woon naar elders vertrokken. Aan
den lieer J. J. Schuurmans Stekhoven was een getuigschrift toegekend voor
zijne belangrijke medewerking. En aan den Hooglerraar van der Boon Mcsch
eene zilveren medaille voor Landbouwkundige Werktuigen.
De Courant wordt MaandagWoensdag en
Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt
vit Zaturdag Avond.
LEYDEN26 Januarij.
Men verneemt, dat het Ministerie van Binncnfandsche Zaken, de Hee-
ren Gouverneurs heeft verzocht, de plaatselijke besturen uit te noodigen, om
op te geven hoeveel materieel ieder zoude benoodigd zijn voor het register der
volkstelling, onder wijdere vermelding, dat zulks zoude gedrukt worden voor
rekening van de gemeente, op grond, dat de bedoelde volkstelling reeds zoo
veel kosten had veroorzaakt, dat daartoe geene fondsen meer voorhanden zijn.
Van goederhand hebben wij vernomendat daaromtrent door vele besturen
wordt gedilEcultcerd. ProvFr. Cour.)
's GRAVENllAGE, 26 Januarij.
Z. M. heeft aan den Gcneraal-Majoor J. 11. Voet, laatstelijk Minister van
Oorlog, een pensioen verleend van 4,059.
De Minister van Binncnl. Zaken heeft eenige verandering gemaakt in
de wijze van aanbesteding van 's Rijks waterstaatswerken en leverantien en
zulks ter voorkoming van zaïnenspanning van aannemers; zullende namelijk
voorlaan in ieder geval door den Minister, na ontvangene voordragt van den
betrokken hoofd-ingenieurde wijze van uitbesteding worden bepaald, ter
wijl zoo de aanbesteding van het werk hij enkele inschrijving is bepaald
de gegadigden eenige dagen daarvoor hunne op zegel gestelde en daarna be
hoorlijk gesloten en verzegelde inschrijvingen zullen dienen in te zenden
bevattende de namen en woonplaats der inschrijvers en borgen en de sommen
voor welke de werken worden aangenomen, welke billellen hij de besteding
ontzegeld en luide voorgelezen zullen worden; mogt echter de uitbesteding bij
inschrijving en opbod bepaald zijn, dan zullen deswege de bestaande veror
deningen wordt in acht genomen.
Jn de Residentie is aangekomen cn aan het Hotel Fuhri afgestapt, do
Baron Wilrnar, Administrateur-Generaal van het Groothertogdom Luxemburg.
In het Hotel de l'Europe zijn aangekomen de Heercn Liachnicky, Luitenant
van de garde in Russische dienst, cn de Professor Bassine, van de Keizerlijke
Akadcinie van Kunsten van Rusland en Collegie-Raadbeide komende van
Petersburg. Deze beide Ileeren hebben zich spoedig na hunne aankomst in
betrekking gesteld met de kunstschilders de Ileeren Pieneman en de Keyzer.
Sommigen willen daaruit afleiden, dat de komst van die Ileeren waar
schijnlijk in verband zou staan met het gerucht dat reeds sedert eenigen tijd
in omloop is, dat er onderhandelingen met den Keizer van Rusland gevoerd
worden, over den verkoop van het kostbare kabinet schilderijen, dat aan
onzen overleden Koning toebehoorde.
Naar men verneemt zal de Graaf van LijndenAdjudant van Z. M.
zich morgen naar Zweden begeven, belast met eene bijzondere zending van
Z. M. bij den Koning van Zweden en Noorwegen.
Onze stadgenoot, de Heer A. D. Schinkel, die zich steeds toelegt op
het verzamelen van alles wal wetenschap en kunst bevalligs en nuttigs aan
bieden, vereenigt bij deze eigenschap, te loffelijker naar mate zij zeldzamer
wordtde zucht, om nut te stichten en anderen van dienst te zijn. Daar
van getuigen zoovelendie bij geschied- of letterkundige nasporingen hunne
tocvlugt namen tot zijne verzamelingen, waarvan het gebruik bun steeds op
de meest vrijgevige wijs werd toegestaan daarvan getuigen de talrijke werken
van meerderen of minderen omvang, door den lieer Schinkel medegedeeld;
daarvan heeft hij op nieuw een doorslaand bewijs gegeven door dezer dagen
onder den titel vanGeschied- en Letterkundige Bijdragen eene bloemle
zing te leveren uit zijne rijken autograplienschat. Deze Bijdragen voor bet
mecrendeel bestaande in brieven van mannen, waarop Nederland teregt roem
draagt, zijn alle belangrijk en betreffen verschillende vakken van wetenschap
cn kunst. Zoo vindt men daarin uit de Geschied-, Aardrijks- cn Oudheid
kunde: den Brief van Jacob van den Eynde, een kort verhaal zijner gevan
genneming cn van zijnen dood; de uilrusting van een' student in 1600; de
eigenhandige aanteekening van Olivier van Noorlliet Fragment van een'
Brief van P. Scriverius; het Iets over Oudanti's Roomsche Mogentheid; den
Rrief van C. Vermeysaan Frans van Mierisden Brief van Frans van Mie
risden Brief van J. Reeland, aan Frans van Mieris, benevents het antwoord
van den laatste, en de Geslachtlijst van van Mieris; uit de Kunstgeschie
denis den Brief van Jacques Jordaensuit de Letterkunde: de Dichtstuk
jes van Conslantyn Huygens; de drie Brieven van Mr. Gerard van Loon; en
de Aanlcekeningcn betrekkelijk de Drukpers en den Boekhandel; terwijl, ten
slottein den Brief van den heruchten Doctor Ludemaneene bijdrage wordt
geleverd lot de wijze, waarop deze wonderdoctor, eene eeuw geleden, in Ne
derland dc praktijk oefende.
Het sierlijke boekdeel wordt opgeluisterd door twee voortreffelijk geslaagds
fac-similc's, één naar een handschrift van P. Scriverius, liet andere naar eene
aanteekening van Olivier van Noort, welk iaatsle ook nog daarom hoogst
merkwaardig is, daar het allen twijfel wegneemt omtrent de juiste tijdstip
pen waarop onze beroemde reiziger zijn' logt rondom de wereld aanving en
volbragt.
Slechts 125 exemplaren zijn van deze Bijdragen gedrukt; zij zijn niet in
den handel, maar meerendeels, zoo niet alle, bestemd tot geschenken; ook
de Koninklijke Bibliotheek alhier heeft van den Heer Schinkel een exemplaar
ontvangen, alwaar bet voor ieder die er belang in mogt stellen, te zien en
te lezen is, Dagblv. 's Grav.)
AMSTERDAM, 25 Januarij.
Z. M. heeft den J. de Vos Jz.. lid der vierde klasse van liet Koninklijk
Instituut alhier, benoemd tot lid van den raad van bestuur der Koninklijke
Akademie van Beeldende Kunsten te dezer stede.
De vier klassen van het Kon. Ned. Instituut van WetenschappenLet
terkunde cn Schoone Kunsten, hebben dezer dagen aan Z. M. een belangrijk
adres ingediend, naar aanleiding der vermindering van dc jaarlijksclie toelage
van ƒ11,000 (vroeger ƒ15,000) op ƒ6,000 bij de begrooting voor het De
partement van Binncnl. Zaken voor 1850, uitgetrokken, bevattende hoofd
zakelijk bet volgende
De vier klassen van het Kon. Nedrrl. Instituut hebben bet van haren pligt
geoordeeld, in de vereenigde zitting te beraadslagen over hetgeen haar te doen
stond na liet aannemen der begrooting voor 1850, bij welke voor het Insti
tuut, uitgetrokken is 6,000, in plaats van 11,000vroeger 15,000.
Het Instituut heeft niet verzuimd zijne meening uit te spreken, dat inel
zulke vermindering het niet mogelijk zou wezen, aan de voor alsnog op het
zelve rustende verpliglingen te blijven voldoen, maar de gedachte, orn met
eere in wezen te kunnen blijven, ten eencinale te moeten laten varen, waar
om het aan slooping de voorkeur zon geven boven wegkwijning.
Het Instituut zal, hijablien tot die opheffing mogt worden beslotenvan
de regering de aanduiding afwachten van de wijze, op welke de ontbinding
van die instelling ter kennis zal gebragt «orden van de buitenlandscbe aka-
demiën en geleerde genootschappen, waarmede het Instituut in betrekking
staat, en van de geassocieerden en buitenlandscbe correspondenten, die over
de beschaafde wereld verspreid zijn.
Het Instituut ziet zich voorts verpligt, in dat geval er op aan te dringen,
dat het behoor lijk inogc in staat gesteld worden, om de onderscheidene werk
zaamheden te volbrengen (waaronder ook zeer vele belangrijke lastgevingen
van de hooge regering zelve), wier volvoering het op zich nam. Zoo zal eeno
globale som moeten worden aangewezenter bestrijding der kosten van de
uitgave van door het Instituut reeds ter openlijke bekendmaking aangenomen
werken zoo zal ook een' voldoenden tijd na de termijnen zijner jongste prijs-
uitschrijvingeneen crediet hehooren geopend te blijven, om bekrooning,
zoo bet zich daartoe verpligt acht, mogelijk te maken, on liet bekroonde
werk uit te geven.
De Prijs der Courant is f 13 in het jaar
de afzonderlijke nommers werden tegen 10
Centen afgegeven.