BUITENLANDSCHE BEB1GTEJN. el diep bedekt was, bier en daar met ccnc laag ligtc en vlokachtigc veenslof bedekt, en ten naastenbij vier ellen beneden bet maaiveld gelegen. Eenige dagen te voren was er reeds een gedeelte der beenderen uitgegraven en dc rest werd beden te voorschijn gebragt. Nadat alles gereinigd was, werden de beenderen naar bet dorp gevoerd en in een afgezonderd gedeelte der kerk in orde geplaatst. Het geheel bestaat uit den kop met een aantal van 25 wervel- benevens andere zware beenderen't welk alles zeer goed is bewaard gebleven. Over den omvang van dit dier, toen het dc baren kliefde, kan men cenigerinate oordeelenwanneer men weetdat bet geheel met den kop, die alleen eene zware karrevraebt opleverde, ruim 7 ellen lang is, bui ten den staartdie ontbreekt. EltGELAKD. LOKDEN, 25 Augustus. De Lord-Mayor beeft eergisteren op Mansion House een luisterrijken maaltijd gegeven aan den voormaligen Koning der Franscben en zijn gezin, en daarbij alle mogelijke praebt en statie ontwikkeld. De kamers van het kolossale gebouw waren vorstelijk versierdzoodat do oude Koning in de vleijendste bewoordingen te kennen gaf, hoezeer hij zich met de ontvangst vereerd ge voelde. De uitrusting Onder Sir John Richardson, ter opsporing van Sir John Franklin, beeft aan de Admiraliteit berigt de kust van de Mackenzie en ko permijn-rivieren te hebben aangedaan, doch dat de Esquimaux verklaard hebben geen blanken man te bebben gezien. Vooralsnog belette hel ijs hein naar het noorden van Kaap Kendal te stevenen. Donderdag II. lagen in de dokken van Liverpool meer dan 900 sche pen hetgeen zonder voorbeeld is in de geschiedrollen van den handel dezer stad. Een dagblad van die stad verzekert, dat do Koningin het voornemen heeft, om aan al de Ieren, die wegens staatkundige misdaden veroordeeld zijn, kwijtschelding van straf te verleencn als cene gedachtenis aan haar be zoek van Ierland. FRANKRIJK. PARIJS, 26 Augustus. Men spreekt er van, dat alhier cene bijeenkomst zal gehouden worden van Vertegenwoordigers van al de Europesche Mogendheden, met het doel om over de bevrediging van Europa te beraadslagen, waarbij de tractalcn van 1815 tot grondslag zouden liggen. Uit dc redevoering, welke de Heer IV. H. Suringar van Amsterdam op het Vrede-congres alhier (waarvan bij een der Vice-Presidenten is) gehouden beeft en door de N. Rolt. Cour. is medegedeeld, onlleenen wij het volgende: b De Goddelijke Voorzienigheid heeft aan den mcnsch tot zijne opvoeding het verledene en het tegenwoordige gegeven. Wat God aan elk afzonderlijk per soon gaf, heeft bij ook aan de natiën geschonken. Mijne vriendenhet ver ledene is vol leering, vermaning en troost. Laten wij er dus tot leering voor het tegenwoordige gebruik van maken en den moed niet verliezen, hoe verre wij ook nog verwijderd mogen zijn van het edele doel waarnaar wij gemeen schappelijk streven, namelijk den algemeenen vrede en eeno algemeene ont wapening. De geleerde Gabinus de Wal, Ilooglceraar te Groningen, gaf veertig jaren geleden uit, eene Disputatio philosophico juridica de coijunctione popu lorum adpacem perpetuum [wijsgecrig-regtskundige Verhandeling over eene vcrbindtcnis der volken tot ecnen voortdurenden vrede]. De geachte zoon van wijlen den Schrijver, dc Heer Mr. J. dc Wal, Ilooglceraar in de Regtcn te Leydenbood mij een exemplaar van dat heerlijke werk ten geschenke. Ik bied het uit zijnen naam het Congres aan." Vervolgens zegt de spreker, dat de ontwapening het voorname onderwerp zal zijn waarvan hij spreken zal, maar dat hij gelijkertijd in weinige woorden ook andere punten zal aanstippen. VooreerstGelooft hij wel niet dat dc vrienden van den vrede voor altijd den oorlog zullen kunnen afschaffen; maar gelooft dat de denkbeelden over den vrede en zijne voordeelen kunnen en moeten verspreid wordenopdat in den geest en het hart der volkeren en der bewindslieden eene innige over- tuiging ontsta van de hooge waarde van den vrede: ten einde de vrede tot regel en de oorlog dc uiterst zeldzame, ofschoon steeds betreurenswaardige, uitzondering worde. Ten tweedeDe vrienden van den vrede zijn niet voornemens op onbe kookte wijze alle militair gezag van de aarde te verbannen noch de regerin gen te noodzaken tot het afdanken van zoo vele dapperen die in onze dagen onschatbare diensten hebben bewezen, noch de magt af te schaffen die in de stoffelijke kracht ligt, zonder ccnc andere magt als tegenwigt aan te wijzen. Het arbiterscbap moet de wapenen vervangen en dat arbiterschap moet op zijne beurt weder gegrond zijn op een wetboek tusschen de volken. In dien zin was hel vierde besluit van het Congres van Brussel vervat: b Het is te wen- schcn dat op een zeer nabijzijnd tijdstip een congres bijeenkome om zulk een wetboek op te stellen," enz. Over het algemeen bestaat bij dc Regeringen een streven om kostbare le gers te hebbenhet is de taak der vrienden van den vrede, den grond te be reiden opdat bet zaad van den vrede vroeger ontvangen worde en het oogen- blik van ontwapening niet onbepaald zij uitgesteld. Spreker schaart zich van ganschcr harte bij hen, die den vrede willen en zijne noodwendigheid hetoogen: want hij is zeker, dat hun woord ten eeiu- gen dage vcrstaaii en begrepen zal wordfn. Ten derde: Dc vrienden van den vrede miskennen de verdiensten niet der krijgslieden, noch vergeten hunne diensten en opofferingen; dat zou ondank baar zijn; bij ontwapening is het pligt, voor de militairen te zorgen en hen op eene eervolle wijze te behandelen. Ten vierde: Een arbiterscbap in geval van geschillen tusschen de volken is niet gemakkelijk te regelen en in te voeren maar als wij van arbiterschap spreken, hebben wij slechts de beschaafde volkeren op het oog, die op gelij ken voet ten aanzien van elkander staan, en in dat geval kan een goed gere geld arbiterschap onberekenbare diensten voor de instandhouding van den vrede bewijzen. Er bestaat verschil van gevoelen over de vraag hoe liet zal geregeld wor den. De scheidslieden behooren staatslieden te zijn van zekere jaren, van veel ondervinding en bezield met den geest van reglvaardigheid. Dat zal de beste waarborg zijn voor het arbiterscbapgegrond op een wetboek tusschen de vol kenhet opstellen waarvan en aannemen door alle volken onberekenbare hinderpalen oplevert, maar nogtans te beproeven is. De noodzakelijkheid gebiedt den vredede toestand der maatschappij en de linanciëele omstandigheden der staten, veroorloven den oorlog niet zonder een volkomen verderf. Grootc kwalen vorderen groote geneesmiddelen. Be schaafde lieden, Christenen, zijn niet bestemd om elkander onderling te ver nielen. De vrede, ziedaar het natuurlijk gevolg der imigting van de maat schappij haar verheven doel. Nog zult gij zeggen: het arbiterschap kan onregtvaardig, willekeurig zijn. Er zou dan een oorlog kunnen uitbreken. Maar wanneer bet arbiterschap eenmaal als beginsel aangenomen was, zou de oorlog oneindig zeldzamer wezen. Vraagt men of dc vrienden van den vrede in ernst geloovendatwanneer dc ontwapening bewerkstelligd, het wetboek tusschen de volken aangenomen, het hof van arbiters opgerigt is, alles geregeld en het doel bereikt zal wezen? Achten zij de maatschappij voorbereid tot eene zoo groote verandering De Spreker is dit gevoelen niet toegedaan. Hij beslist niets, maar hoopt veel, en heeft de innige overtuiging dat uit dit alles zeer veel goeds zal voortsprui ten en dat het eene taak is, den mensch waardig, baar beproefd te hebben. Na nlzoo het doel van dc vrienden des vredes te hebben uiteengezet, voegt de Spreker ten slotte nog eenige algemeene opmerkingen hierbij. »Men zal, zegt hij, welligt vragen: wat de ontslagen krijgslieden zullen aanvangen? Dc mededinging in nijverheid of handel vermeerderen, die reeds zoo groot is? Hel antwoord is: voor alle groote maatschappelijke hervormingen wordt tijd vereischt. Men wil geenc nieuwe maatschappij tot stand brengenmaar de thans bestaande verbeteren. Afdanking is ver nog verwijderdmaar het is onze taak, de regeringen te verzoeken, het getal achtereenvolgens te vermin deren. Er is tijd noodig om aan een gedeelte van het opkomend geslacht cene andere beslemming te geven. Of gelooft men, dat oorlog en cholera noodig zij, oin de bevolking te verminderen? Gelooft men te goeder trouw, dat er geen brood is voor allen die de aarde bewonen Maar wat zult gij zeggen van de onmetelijke terreinen, die nog niet be volkt zijn? En brengen de bewoonde streken alles voort, wat zij kunnen voortbrengen? Van de schatten, die God in de aarde gelegd heeft, kent de mcnsch nog slechts een klein gedeelte. Bezet de geheele aarde! Het is de schuld der Voorzienigheid niet, indien duizenden bun brood willen hebben, daar waar er slechts is voor honderden. Zedelijk, godsdienstig, vreedzaam onderwijs en opvoedingzijn de voor naamste middelen, en vervolgens het gebed, waardoor de Voorzienigheid licht in onze ziel laat dalen. Wij zullen met groote gematigdheid te werk gaan, maar te gelijkertijd God bidden dat Hij onze pogingen zegene en aan de aarde den vrede geve. Deze bede is welluidender en Gode aangenamer dan die, welke vijandelijke legers doen wanneer zij op dc knieën vallen opdat het Opperwezen hunne wapenen en bun regt zegene. De Abnagtige God geve ons den vrede!" Bij de derde en laatste zitting van het Vredc-Congres hebben nog weder verscheidene leden het woord gevoerd. Men heeft aangenomen de noodzake lijkheid van een congres der volken, en een besluit strekkende tot weigering van oorlogsbelaslingen en Iceningcn. Voorts een door het Bureau opgesteld adres aan alle volken, en cene dankbetuiging aan de Regering voor het wel willend onthaal. Bij de sluiting heelt de Voorzitter Victor Hugo nog gezegd sliet denkbeeld van den ontzaggelijken vooruitgang, waarvan men zegt dat gij droomt, zal verwezenllijkt worden. Sla de geschiedenis op en put er krachten uit voor uw geloof. Een der leden heeft aan den Bartholomeus nacht van 24 Ang. 1572 herin nerd. De eerwaarde Christen redenaar, dc Katholijkc Priester de Abt Degucrry, wendde zijn hoofd af bij die treurige herinnering. Ik neem die op. Ja bet is waar, het is lieden 277 jaren geleden dat Parijs verschrikt ont waakte. Te midden van den nacht liepen de Katholijken te wapen. De Protestanten werden in hunnen slaap overvallener werd een moordeen verfoeilijke misdaad gepleegd; waarbij allerlei haat, zoo godsdienstige, als burgerlijke en staatkundige zich mengde. En nu gelast God dat al die haat zich in liefde veranderd Daverende toejuiching). Waar een bloedvlek was, doet God een lichtstraal vallenvoor het denkbeeld van wraak dweepzucht en oorlog, plaatst Hij dat van verzoening, verdraagzaamheid en vrede, en dank zij Hein, door Zijnen wil, dank zij den vooruitgang dien Hij te weeg brengt en beveelt, erkennen juist op dicri~noodlotligen 24s,cn Augustus niet

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1849 | | pagina 2