ingezetenen van Rijnland genieten hierdoor een aanmerkelijk finantieel voor deel daar de onderhoudskosten in vorige tijden jaarlijks eene som van ƒ30,000 a ƒ40,000 beliepen. Ten gevolge van den veelvuldig gevallen regen in November is de boezem van Rijnland die thans door de afsluiting des Meers aanmerkelijk verkleind is, en dus zoo veel waterberging niet heeft als vroeger, aanzienlijk geslegen, zoodat eenige boezemlanden daardoor hebben geleden. Het stoomwerktuig te Spaarndam heeftwanneer zulks bij den stand van het IJ, mogelijk was, steeds met kracht gewerkt, tot verligting van den boezem van Rijnland en wordt geacht aan zijne bestemming te zullen voldoen. Niettegenstaande de vochtige weersgesteldheid van den zomer van 1848, en de groole hoeveelheid regen in de maand November gevallen, hebben de pol ders van Rijnland geen den minsten overlast van water gehad en ofschoon de hooge stand des boezems aanleiding heeft gegeven tot menigvuldige klagten zijn er echterblijkens de geschiedenis van Rijnlands-waterstaatmeerdere jaren waarin de toestand dier landen veel erger is geweest dan in het na jaar van 1848. Bij de stoking der stoomketels van de Leeghwater, zijn proeven genomen met turf in plaats van steenkolendoch later is het geblekendat deze in- landsche brandstof, uit een financieel oogpuntde voorkeur niet verdient boven de steenkolenalleen hij gemis van steenkolenzon zij dus met eenige geldelijke opofferingen te gebruiken zijn. Dfc scheepvaart over het Haarlemmermeer heeftten gevolge der sluiting van den plas, in het jaar 1848, opgehouden, en gaat thans door de ring vaarten en zijn er met betrekking tot de verplaatsing van dezen belangrijken waterweg, welke jaarlijks door ten minste 20,000 vaartuigen wordt gebe zigd zijn geene bijzondere klagten vernomen. De kerkgebouwen en pasforiën zijn over het geheel in goeden staat. Uit de middelen van 1848 en de som van ƒ10,500 op de Begrooting van 1849 toe gestaan, is in dit jaar, een subsidie van 4,000 verleend aan de Hervormde Gemeente van Hoogmade en Rijpweteringvoor eene nieuwe pastorie. De aan de gemeente Hekelingen toegekende subsidie van ƒ3,000, tot het bouwen eener nienwe kerk, is met eene gelijke som verhoogd, in de verwachting van ƒ3,000, uit de Synodale Kas, en onder gehoudenheid, dat de dan nog ont brekende som van ƒ3,000 door de gemeente zal worden bijgedragen. Eij Zr. Ms. besluit van 20 April 1849, is eene rijks toelage van ƒ15,000 verleend voor de Hervormde kerk te Gorinchemwaarbij eene bijdrage van ƒ10,000 uit Stads kas, en een vroegere toelage van ƒ20.000, uit de Provin ciale fondsen, ruime vrijwillige giften der Gemeente en verkoop van eenige fondsen. De nieuwe kerk is aangenomen voor ƒ75,900, en alzoo ƒ1,300, beneden de begrooting, door C. de Laat, te Gorinchem. De nieuw gebouwde Zuiderkerk te Rotterdam is den 22slCD April 11., in gewijdin gotbischen stijl, waaraan eene som van ruim vijf tonnen gouds is besteed, geheel door vrijwillige giften en geldopnemingen tegen lage rente bijeengebragtgetuigt van den godsdienstigen zin der Gemeente en van de bekwaamheid van den ArchitectA. W. van Dam. Sedert het vorig verslag zijn geene toelage door R. K. Gemeenten aange vraagd bij Kon. besluit van 18 Mei 1849, is aan de R. K. Gemeente van Poeldijk (onder Monster), voor den bouw eener nieuwe kerk en pastorie, waartoe in 1848 door ons ook ƒ2,000 was toegezegd, welke som sedert is uitbetaald, van het rijk toegestaan ƒ5,000, terwijl de R. K. Gemeente te Pijnacker door den Minister is gemagtigd tot het bouwen van een toren met klok op de kerk aldaar, waarvan de kosten begroot op ƒ991 zullen bestre den worden uil eene giftvan een lid der gemeente. Bij 14, staat der Brandbluschmiddelen, wordt berigt dat het totaal der veroorzaakte schade aan gebouwen en huisraad, zoo naauwkeurig mogelijk nagegaan, bedraagt 261,959, terwijl de assurantiën van veertig dier pan den beloopen eene som van ƒ302,868. Door den brand welke de stad Rotterdam op den 13den Mei 11, heeft ge troffen in de Stoomsuiker-Ralfinaderij onder de firma van de Heeren P. II. Tromp en Comp., zijn 21 panden, waaronder zeer belangrijke, geheel ver nield en 7 beschadigd; terwijl de schade op ongeveer één en een half millioen guldens wordt begroot. De begrooting voor 1850 is geraamd op eene som van ƒ225,865.86 ver gezeld van eene memorie van toelichting. Overigens heeft het beheer der Provinciale Geldmiddelen op renen regelma- matigen voet plaats, terwijl die fondsen voldoende zijn ter bestrijding der gewone uitgavenen daarenboven de gelegenheid aanbieden omwaar bet noodig is, door bet verleenen van toelagen de instandhouding van nuttige inrigtingen te verzekeren of het daarstellen van belangrijke werken te be vorderen. 23. Gcmeente-flnantiên. Ondanks den druk der buitengewone omstan digheden van de laatste jarenbevinden zich die aangelegenheden, behoudens zeer weinige uitzonderingenin vrij bevredigenden toestand. Ten aanzien van de hoofdelijke omslagen in deze provincie, wordt gemeld, dat tegenover 54 gemeentenvoor welke eene verhooging van het bedrag van den omslag is noodzakelijk geweester voor 72 gemeenten eene vermindering heeft plaats gehad. Met betrekking tol de verdeeling is het getal der bij ons inkomende bezwaar schriften gering en blijken bovendienbij onderzoek veelal ongegrond te zijn terwijl met betrekking tot de invorderingweinige bezwaren bekend zijn. Aan bet onderzoek der begrootingen van de steden en gemeenten wordt al die naauwgezethcid besteed welke dit gewigtig onderwerp vereischt. De toestand der rivieren en dijken is gunstig. De werken aan den oever van Stellendam worden zorgvuldig ouderhonden en de aangewende maatrege len van voorziening beantwoorden tot dus verre aan het doel. Intusschen zullen deze werken in 1849 en 1850 vijf nieuwe rijsstukken vercischen, waar van de kosten op ƒ26,000 voor elk jaar begroot zijn, terwijl men berekent, dat in het vervolg jaarlijks ƒ2,000 voldoende zal zijn voor het gewoon on derhoud. De zandbank, die zich waarschijnlijk ten gevolge van den afbraak van Stellendam, vóór de haven van Goedereede heeft gezet, blijft ongelukkigerwijze in denzelfden toestand. Door het kanaal van Voorne zijn in het jaar 1848 binnengekomen 1276 en uitgevaren 1016 zeeschepen, zijnde 552 minder dan in 1847; terwijl de regten op dat kanaal geheven wordende, onzuivei hebben opgebragt 74,533,72, zijnde ƒ2,833.14 minder dan in 1847. De groote wegen in deze provincie worden naar behooren onderhouden. De ijzeren spoorweg van Amsterdam naar Rotterdam is in goeden staat en het verkeer op denzelven is zeer groot, hebbende de treinen in 1848 algeloo- pen te zamen 292,321 Nederlandsche mijlen en zijn daarmede in dat jaar 876,671 reizigers vervoerd. Aan uithreidingen evenwel van den spoorweg, ofschoon reeds werkelijk door de Algemeene Vergadering van aandeelhebbers toegestaan, is voor alsnog niet kunnen worden gedacht. De vruchtelooze afloop der pogingen tot aansluiting van den Rijn-Spoorweg aan het Duitsche Spoorwegstelsel, waardoor de Rijn-Spoorweg eerst aan des- zelfs bedoeling zal kunnen beantwoorden, schijnen den aanvang van de werk zaamheden lot aanleg van den zijtak van dien spoorweg van Utrecht naar Rotterdam nog steeds te verhinderen. Vervolg hiertia.) AMSTERDAM, 6 Julij. Een ongelukden Hemel zij dank van niet zeer zware gevolgenheeft gisteren de locomotief van den spoortrein, die ten één ure op het punt stond om naar Haarlem te vertrekken, getroffen. De zoogenaamde vuuibox of oven is gesprongen het vuur op den grond gestort en de locomotief van de rails geschokt. Door het uitgeworpen water is de machinist en de stoker ecnigzins gebrand geworden, de laatste het zwaarst, doch geen hunner ge vaarlijk; beide zijn naar het gasthuis vervoerd. Passagiers en omstanders hebben niets geleden. Kwart na één ure in de trein met eene andere loco motief naar de plaats zijner bestemming vertrokken. De stoomboot Willem I, Kapt. J. H. Savert, waarmede H. K. H. Prinses Marianne voornemens is de reis naar het Heilige Land te doenen den 3deD dezer wegens stormweer te Texel was binnengeloopenis gisteren de haven van het Nieuwe Diep uitgezeildom het eerst naar Bordeaux te ste venen. Wij vernemen van goederhand, dat het erf der afgebrande suiker-fabriek van den Heeren Rupe en Comp. alhier, verkocht is aan den Pater-Redempto rist Jhr. van Rijckevorsel. BUITEINLAINDSCHE BERtGTEN. FRANKRIJK. PARIJS, 5 Julij. In de Zitting van de Wetgevende Vergadering van heden is weder mag- tiging ter geregtelijkc vervolging van 7 leden, die in den laatsten aanslag betrokken waren. Volgens het lid Grandin, zou er wederom een opstand op til zijn, hij zou de Ministers morgen daaromtrent inlichting vragen. De Regering heeft aan den Generaal Bedeau per telegraaph berigt, dat hij voorloopig te Marseille blijven zoudaar wegens de overgaaf van Rome zijne zending was vervallen. Er zijn 6,416 aanvragen ingekomen om schavergoeding wegens geleden verliezen in de Februarij-dagen van 1848, welke eene som beloopen van ruim 6 en een halve millioen fr. Den 2den hebben de stoombooten van Straatsburg naar Dnitschland wederom hare geregelde vaart begonnen. In die stad wemelde bet van ge- vlugtc Badensehe opstandelingen, waaronder de gewezen Dictator Brentan® In het Provinciale Verslag van Noord-Holland wordt gemeld, dat voor Amsterdam aankwamen 1,937 zeeschepen, metende 339,594 ton. Dit is 779 schepen, metende 39,929 ton, minder dan in 1847. Van daar gingen uit 1,999 schepen, metende 333,156 ton, zijnde minder dan in laatstge noemd jaar 685 schepen, metende 100,895 ton. Het aandeel dat onze vlag had in de scheepvaart-betrekkingen, was echter nog gunstig in vergelijking bij vroegere jaren. Onder de 779 minder aange komen schepen waren 638 vreemde en 141 Nederlandsche, en onder de min der uitgegane 38 Nederlandsche tegen 647 vreemde schepen. Volgens opgave zijn gewogen aan de waag: te Alkmaar 4,526,538 Ned. 10; te Hoorn 2,728,505 Ned. 10; te Enkhuizen 721,450 Ned. 15; te Purmerend 1,506,959 Ned. 10; te Edam 442,688 Ned. 10; te Medemblik 802,700 Ned. 10; te Monnickendam 120,322 Ned. 10, te zamen ongeveer elf millioen 10, buiten en de hoeveelheden kaas, welke oniniddelijk naar de pakhuizen werden vervoerd zonder ter markt te worden aangebragt. De uitvoer van runderen en schapen naar Engeland, was in 1848 belang rijk; alleen van den Helder zijn 3,285 runderen en 20,343 schapen derwaarts verzonden. Na October, bij het ophouden der verzending naar buiten 's lands, daalden de prijzen aanzienlijk. De veestapel vermindert niet.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1849 | | pagina 2