LEYDSCHE COURAN MAANDAG, 25 JUNIJ. BiNNENLANDSCHE BERIGTEN. BUITENLANDSCHE BERIGTEN. De Courant wordt Vrijdag uitgegeven, uit Zaturdag avond. Maandag, Woensdag en Die van Maandag komt De Prijs der Courant is f 13 in liet jaar de afzonderlijke nommers worden tegen 10 Centen afgegeven. LEYDEN, 23 Junij. Sedert den 21sten zijn alhier bijgekomen 39 eholera-lijders, (de opgave in ons vorig nominer was in gelijk tijdsverloop 45) overleden 10 en hersteld 5. Totaal ingekomen 184, overleden 80, hersteld 21, in behandeling 83. Bij besluit van den 13deD dezer, n°. 140, heeft Zijne Majesteit aan den Generaal-Majoor Baron van Omphal, Zijnen Adjudant, vergunning ver leend tot het aannemen en dragen der versierselen van Commandeur der lste klasse van de Guelphen-orde, van Commandeur der Danebrog-ordeen van Commandeur der orde van het Zwaardhem door HH. MM. de Koningen van Hanover, van Denemarken, en van Zweden en Noorwegen geschonken. Bij Kon. besluit van den 14den Junij 1849, zijn, tot vereenvoudiging in het beheer van 'sRijk directe belastingen, in- en uitgaande regten en accijn- sen, opgeheven de Arrondissements-Directien Te Eindhoven, Zutphen, Dordrecht, Alkmaar, Sneek en Roermond; welke zijn vereenigd als volgt: Eindhoven met 'sHertogenboschZutphen met Arnhem, Dordrecht met Rotterdam; Alkmaar met Hoorn, Sneek met Leeuwarden Roermond met Maastricht. Bij hetzelfde besluit zijn: 1°. Benoemd tot Arrondissements-Directeurs der directe belastingen, in- en uitgaande regten en accijnsen: Te 'sGravenhage, Jhr. O. van den Santheuvel, thans te Maastricht; te Hoorn, de Heer G. P. van Vladerackcn, thans te Alkmaar; te Zwolle, de lieer Mr. A. C. H. Bakker, thans te Leeuwarden; te Leeuwarden, de Heer G. D. Simon, thans te Sneek, en te Maastricht, de Heer F. J. van Goor, thans te Roermond. 2°. In dezelfde betrekking bevestigd als Te 'sHertogenbosch de Heer J. J. van Maas van Portengen; to Breda, de Heer P. L. Hoppenbrouwers; te Arnhem, de Heer C. C. van Vloten; te Nij megen de Heer J. H. de Ranitzte Rotterdamde Heer 11. A. Verniers van der Loeff; te Amsterdam, de Heer N. J. Robbé; te Middelburg de Heer H. Kuijper Gz.te Utrechtde Heer L. G. Bouricius te Groningende Heer 11. A. Kooman te Assen de Heer N. G. Servatius. Bij Koninklijk hesluit van den 14deD Junij 1849, is benoemd tot ont vanger der in- en uitgaande regten en accijnsen te 's Gravenhagede Heer A. J. Verniers van der Loeff, thans Arondissements-Directeur der directe belastingen, in- en uitgaande regten en accijnsen te Zwolle. De Beschermhecren der Handboogschutterijen in Nederland zijn verzocht deel te nemen aan den Koninklijken wedstrijd, die den 27steD dezer maand op het Loo zal gehouden worden. 'S GRAVENHAGE, 22 Junij. Z. M. heeft den Heer A. C. PiersonDirecteur van het fahriekambt te Am sterdam benoemd tot Ridder der Orde van de Eikenkroon. Bij arrest van den Hoogen Raad van heden in de zaak van van Berkum tegen de erfgenamen van wijlen Koning Willem I, zijn de laatstgcmelden veroordeeld tot betaling van ƒ24,935.95, wegens per resto verschuldigde aan- nemings-penningen alsmede van 10,111.30wegens goederen, enz., door den aannemer op het werk achtergelaten en door de directie gebruikt (mits de aannemer de rekening daaromtrent met eede bcvestige), alles met de ren ten sedert den dag der dagvaarding. De vordering tot betaling van werk zaamheden buiten het bestek is afgewezen. De kosten van bel reglsgeding zijn gecompenseerd. Ook is door dien Raad uitspraak gedaan in zake A. Muller ten Hove Paardenpostmeester te Apeldoorntegen den Staat der Nederlanden. De eischer is niet ontvankelijk verklaard en in de kosten veroordeeld. De rijke Tentoonstelling van Schilderijen en Kunstwerken hier ter stede, welke nu op algemeen verlangeneenigc dagenen dat wel tot den 8s,eD Julij, is verlengd geworden, lokt bij voortduring een overgroot getal ingeze tenen en vreemdelingen uit, om bij herhaling de uitmuntende en talrijke kunstwerkenwaaruit zij is zaamgesteld te komen bewonderen. De aan koop gaat mede goed voort, daar reeds 57 stukken zijn verkocht, ook de deelneming in de Verloting van Kunstwerken neemt dagelijks toe, en zal zulks voorzeker nog meerder doen door het vooruitzigt op den aankoop door de commissie, naaf gelang der deelneming van eenige exemplaren der zoo fraaije, en zoo zeer geroemd wordende gravure, naar de grootc schilderij, van den Heer C. Jacquand (n°. 266 der Tentoonstelling), welke gravure in de Vestibule van het gebouw der Academie, voor een ieder ter bezigtiging geplaatst is. ROTTERDAM, 21 Junij. Den 18den Julij zal de Koninkl. Ned. Jachtclub eenen wedstrijd houden, en zullen van wege Z. M. de volgende medailles worden uitgereikt1°. Ecne Gouden Medaille, voor den Bouwmeester van de best gebouwde Schoener Kotter of ander scherp vaartuig, in 1849 op den wedstrijd mededingende en niet minder dan vijf ton metendemet uitzondering van die vaartuigen welke reeds eene medaille verdiend hebben. 2°. Eene Zilveren Medaille, voor den Bouwmeester van de best gebouwde Giek. 3°. Eene Bronzen Me daille, voor den Bouwmeester van de best gebouwde Barkas, beiden op de zelfde voorwaarden als N°. 1. Deze vaartuigen moeten gebouwd, getuigd en uitgerust zijn door Nederlanders, zonder medewerking van Buitenlanders. Uit Engeland zijn de vorige week hier aangevoerd 132,400 oneen zilver in baren en 29,000 oneen gemunt zilver. AMSTERDAM, 22 Junij. Naar wij thans vernemen zal H. K. H. Prinsc3 Marianne der Nederlan den met de stoomboot Willem I, Kapt. Savertdie daartoe door de Prinses is afgehuurd, den 2den Julij e. k. de voorgenomen reis naar het Heilige Land aanvaarden. De reis zal vijf maanden duren. De kinderen van H. K. H. zul len vóór dien tijd naar Berlijn terugkeeren. Uandelsll GRONINGEN, 21 Junij. De Hoogleeraar Mr. B. H. Lulofs, die bijna 34 jaren een van hare grootste sieraden is geweeest, is gisteren avond, na een langdurig lijden, in den ouderdom van 62 jaren, bezweken. Hij werd te Zutphen geboren, studeerde alhier, werd in 1808 bevorderd tot üocter in de Regten, na de openlijke verdediging van eene dissertatie Over de Vrijheid. Hij vestigde zich te Zut phen als Advocaat, en werd aldaar in 1811 tot Substitunt-Procureur aan gesteld welke betrekking hij ongeveer vier jaren lang heeft waargenomen. Intusschen had hij zich reeds eenen grooten naam verworven als gelukkig beoefenaar der Letterkunde, met name der Nedcrduitsche taal en poëzij. In het jaar 1815 werd hij alhier tot Hoogleeraar voor het vak der Nederlandsche Letterkunde en Welsprekendheid benoemd. Hij aanvaardde dezen post met eene Nederduitsche redevoering: Over de noodzakelijkheid van de beoefe ning der eigene taal eti letterkunde voor de zelfstandigheid en den roem van eene natie. Sedert was hij onvermoeid in zijn vak werkzaam. Zeer veel verdienstelijke letterarbeid is daarvan een blijvende getuige. Bijzonder muntte hij uit door zijne mondelinge voordragt. Hiervoor bezat hij een onnavolgbaar talent, en dat hij theorie en praclijk hierin op eene zeldzame wijze allergelukkigst vcr- eenigde, blijkt uit zijn laatst geschrift over de declamatiewaarin hij die mondelinge voordragt, in welke hij zoo uitnemend slaagde, op eene onder houdende en leerzame wijze in de bijzonderheden ontwikkelde. Zijn voor beeld,gelijk dat van ieder groot man, in welk een vak het zij, had den gunstigstcn invloed op velen zijner leerlingen. Zijne verdiensten werden dan ook algemeen erkend: door Koning Willem I, die hein de orde van den Ned. Leeuw vereerde; door eene menigte geleerde Genootschappen, waarvan hij lid was, zoo als onder anderen van de Maatschappij van Nederlandsche Letterkunde te Leyden. FRANKRIJK. PARIJS, 21 Junij. De wetgevende vergadering heeft eergisteren gecne zitting gehouden. Te Parijs was het rustig, en ook uit de departementen ontving men voortdu rend van alle kanten lijdingen van allezins voldoenden aard. Er begint zich verdeeldheid te openbaren tusschen de partij die de orde voorstaat. De legitimisten en andere voorstanders van den achteruitgang be schuldigen de llccrcn Odilon-Barrot en Dufaurc, dat zij geen gebruik genoeg maken van de den 13den dezer behaalde overwinning. Zelfs tusschen twee hoog geplaatste personen schijnen geschillen op het punt van uit te harsten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1849 | | pagina 1