LEYDSCHE
COURANT
N°. 72.
VRIJDAG, 15 JUNIJ.
BINNENLANDSCHE BKR8GTKN.
De Courant wordt Maandag, IVoensdag en
Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt
vit Zuturdag avond.
De Prijs der Courant is f 12 in het jaar;
do afzonderlijke nommers worden tegen 10
Centen afgegeven.
LEYDEN, 14 Junij.
Het heeft Z. M. behaagd liet beschermheerschap te aanvaarden van r!c Ko-
ninkl. Ned. Maatschappij tot aanmoediging van den Tuinbouw alhier, waar
toe Z. M. het verzoek was gedaan. Ook wijlen Z. M. Willem II was Be
schermheer van die Maatschappij.
Den laatstcn Dingsdag dezer maand, die zijn zal op den 263len, en
twee volgende dagen, van 10 tol 3 ure, zal de eerste Wolmarkt hier ter stede
worden gehouden in de Stadswaag, alwaar de noodige ruimte en gelegen
heid zal zijn om de wol te kunnen opslaan, die reeds gedurende acht dagen
te voren ter bewaring zal kunnen worden gegeven en welke wol niet eerder
dan na afloop van den markttijd zal kunnen worden afgehaald.
Gisteren is alhier de 29sle verjaardag van Z. K. H. Prins Hendrik der
Nederlanden, op de gebruikelijke wijze gevierd.
Aanstaanden Maandag morgen zullen de verschillende in de Residentie
in garnizoen liggende troepen, in de vlakte van Waalsdorp, groote militaire
cvolutiën van linie in het vuur maken, ter herdenking van den roemrijken
veldslag bij Waterloo. Des namiddags zullen er op de verschillende pleinen
der kazernen militaire feesten plaats hebben, zoo als mastklimmenzakken-
loopen, naar den ring steken en vele andere meer. Aan de overwinnaars
zullen prijzen worden geschonken, waarna de troepen op brood, bier, tabak,
enz. zullen worden onthaald. Een en ander zal geschieden uit fondsen door
den Koning verstrekt.
Het is het verlangen van Z. M. den Koning, en dien overeenkomstig zijn
bevelen gegeven, dat, ter viering van den gedenkdag van den 18Jen Junij,
den veldslag van Waterloo, voortaan telken jare op dien dag eene groote
militaire parade door alle troepen worde gehouden.
'S GRAVENIIAGE, 14 Junij.
Z. M. heeft Jhr. J. Mock, lid van de Provinciale Staten van Zuid-Holland,
ter zake van de door hem verrigte werkzaamheden tijdens de grensregeling
tusschen dit Rijk en Hanover, benoemd tot Ridder der orde van den Neder-
landschen Leeuw.
Z. M. heeft aan den afgetreden Pastoor der gemeente te Lisse, den Wel-
Eerw. Heer P. L. van der Hoveneen pensioen verleend van ƒ549 op grond
van art. 2 van het reglement, vastgesteld hij Kon. besluit van 5 Mei 1838.
De fungerende Hofmaarschalk heeft op last des Konings bekend ge
maakt, dat de wedstrijd naar prijzen voor het Ilandboogschieten op hel Loo
zal plaats hebben op Maandag den 25stt"Woensdag den 27sten en Vrijdag
den 29sleD dezer maand, en dat voor hel schieten naar het doel drie prijzen
zijn uitgeloofd, elk beslaande in een Eerepijl; voor het schieten naar den
Vogel op den Staak, insgelijks drie prijzen, als: voor den lslcn Prijs, eene
zilveren vergulde koflijkan 2l,('n Prijs, een zilveren vergulde kop, schotel
en lepel; 3de Prijs, twaalf zilveren vergulde theelepels.
De Minister van Binnenl. Zaken heeft hekend gemaakt dat de werk
zaamheden betrekkelijk de Certificaten van Nederlandschen oorsprong wegens
goederen ten uitvoer naar Neêrlands Indië bestemd, waarmede tot dusver het
Departement van Binnenlandsche Zaken is belast geweest met den eersten
Julij, zullen overgaan hij het Departement van Koloniën.
Van dat tijdstip af moeten de bedoelde Certificaten door de Plaatselijke Be
sturen die ze hebben opgemaakt, met een geleidebrief reglstrceks worden
gezonden aan het Departement van Koloniën.
Bij dat Departement zal de inhoud dier stukken in een Register worden in
geschreven waaruit maandelijks een Extract met de Overlandpost aan den
Gouverneur-Generaal in Neêrlands Indië zal worden gezonden.
Zooveel mogelijk zullen de Certificaten op den dag der ontvangst, na van
een doorloopend Register-nommer en van den Stempel des Deparlements van
Koloniën te zijn voorzien onder bloot Couvert (dus zonder geleidebrief) aan
de Plaatselijke Besturen worden teruggezonden ter uitreiking aan de belang
hebbenden.
Van d ie Besluren is echter een geleidehGcf aan meergenoemd Departement
wenscbelijk Ier meerdere staving van de echtheid der ingekomen Certificaten.
Bij de circulaire, over deze aangelegenheid aan'de Heeren Provinciale Gou
verneurs uitgevaardigd, is de aandacht erop gevestigd, dal de Plaatselijke
Besturen niet ligtvaardig hunne hulp bebooren te verleenen in het verkrijgen
van Certificaten, omtrent de waarheid van welker inhoud zij redenen hebben
te twijfelen; terwijl indien genoemde Besturen in gemoede overtuigd zijn, dat
de Declarant de Vervaardiger van de door hem opgegeven voorwerpen niet is,
zij hem tot den eed niet mogen toelaten en dus ook geen Certificaat voor
hein behooren af te geven, maar van hunne weigering en van de redenen,
die daartoe hebben geleid, Proces-verbaal moeten opmaken en dit aan bet
Departement van Koloniën inzenden.
Mogten nopens de wijze van uitvoering van de in deze aankondiging ver
melde schikkingen nadere inlichtingen wopden verlangd dan zullen de Be
langhebbenden zich daarover reeds van nu af regtstrecks aan het Departement
van Koloniën behooren te wenden.
Het aan de Tweede Kamer ingeleverd ontwerp van wet, houdende
voorziening in de kroon-domcinen(102 blad/., druks) bevat de beschrijving
der goederen, tot kroon-domeinen door Koning Willem II, in 1843 aan den
Staat teruggegeven.
Voorts wordt bepaald dat de Koning de inkomsten der domeinen van de
kroon geniet en de lasten draagt; dat zij onvervreemdbaar zijn, en dat de
inkomsten niet bezwaard, verpand, vervreemd noch weggeschonken kunnen
wordenen geen beslag er op kan worden gelegddat de wetten op de
onteigeningen op die domeinen toepasselijk zijnen de afkoop van tienden
toegelaten wordt op nader door Z. M. te bepalen voet en prijs.
De domeinen worden beheerd door ecnen administrateur, door den Koning
te benoemen en de kosten van het beheer worden uit de opbrengsten dezer
goederen gevonden.
De directie van het grootboek is gemagtigd om de inschrijvingen in het
grootboek der 2) pCls. Nationale Schuld, in art. 1 opgenoemd, groot
ƒ660,200, onder de benaming van kroon-domcinen, in bare registers over
te schrijven.
Bij de wet behoort eene memorie van toelichting, waarin gezegd wordt
dat bij de jongste herziening der Grondwet, het den Koning behaagd heeft,
de Hem neg toebehoorende domeinen, welke door de wet van 26 Augustus
1822 aan Koning Willem I waren opgedragen, tot kioon-domeinen aan den
Staat terug te geven.
Als beginsel wordt bij het wetsontwerp vastgesteld, dat de kroon-doineinen
onvervreemdbaar zijn, dat ook de inkomsten daarvan op geenerlei wijze mo
gen worden bezwaard; dat deze nimmer mogen worden vervreemd en dat
daarop in geen geval ecnig beslag kan worden gelegd.
Wanneer de aard van deze of gene bezitting eene ruiling tegen andere goe
deren mogt wenscbelijk maken, zal de wet haar moeten toestaan.
Dezelfde gronden, die vroeger het regt van onteigening ten algemceticn
nutte in het Nederlandse!) staatsregt deden opnemen, gelden ook ten aanzien
der domeinen vari de kroon; doch de wel, die dit erkent, bepaalt tevens,
dat de schadevergoeding in kapitaal \erkeeren en weder belegd worden zal.
De afkoop der tienden een maatregel dien de landbouw allerwege
inroept, en welke als beginsel in het Nedei landsch burgerlijk regt is vastge
steld wordt bij het ontwerp mede van toepassing gemaakt op de domei
nen van de kroonopdat de voortzetting van dezen zoozeer met de openbare
meening strookenden maatregel niet worde belemmerd, en niet aan de grond
eigenaren een vooruitzigt beneme, hetwelk bun reeds door den Koning was
geopend.
De Algemeene Rekenkamer wordt in de gelegenheid gesteld, om over de
weder beleggingen haar toezigt uit te oefenen. Aan het genot van het inko
men zijn echter de lasten der goederen en de kosten van het beheer verbon
den, De Koning regelt dat beheer bij besluiten maakt omtrent de aan
stelling en belooning Zijner beambten de vereischte bepalingen.
Het moet bij de Vertegenwoordigers, zoowel als bij de Natie, een
hoogstaangenamen indruk maken, te zien hoe de Vorst zelf eene zoo aanmer
kelijke vermindering, nagenoeg een derde van zijn inkomen, verlangt. Die
besparing van vier tonnen gouds, reeds op zich zelve niet onbelangrijk,
wordt van nog meer bcteekenis, als een uitstekend blijk van 's Konings ge
zindheid, om, zijnerzijds, al wat mogelijk is lol de noodzakelijk geworden
bezuiniging onzer uitgaven toe te brengen. Het Hoofd van den Staat zal
zich op het door Hem zeiven gegeven voorbeeld kunnen beroepen, als hij >an
zijne Ministers eene beleidvolle bezuiniging verlangt.