LEYDSCHE
COURANT.'
C
1849.
YRIJDAG, 13 APRIL
B INSEIN LAIN DSC HE RERIGTEN.
De Courant wordt MaandagWoensdag en
Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt
uit Zaturdag avond.
'h
De Prijs der Courant is f 12 in het jaar;
de afzonderlijke nommers worden tegen 10
Centen afgegeven
LEY DEN, 12 April.
Naar men verneemthebben de Leerlingen van het Pharmac. Chem. Ge
zelschap: Concordia, alhier, in navolging van de Clinisten van Haarlem,
den rouw aangenomen wegens het overlijden van Z. M. Willem II.
Ter aanvulling van het berigt in ons vorig nommer, van de groote
wapenschouwing eergisteren te 's Hage door Z. M. den Koning gehouden,
laten wij hier de aanspraak volgen, die Z. M. hij die gelegenheid heeft ge
daan, en de verder plaats gehad hebbende plegtighcid, gelijk zulks later in
de Slaats-Cour. is medegedeeld
IIeer en Officieren, Onder-Officieren en Manschappen van de
Schutterij dezer Residentie en van het Leger'.
Ik heb Mij in uw midden begeven, het gemoed vol van gemengde aandoe
ningen.
Het is Mij een groot genoegen Mij van deze schoone corpsen omringd te
zien, de eerste maal na mijne troonsbestijging. Maar Mijn hart bloedt, als
Ik bedenkdat deze voor Mij zoo gewigtige lotswisseling hare aanleiding
vindt in den dood van een dierbaren Vader, eenmaal uw Koning, uw Colonel -
Generaal en Veldmaarschalkuw roemde roem des Vaderlands
Ik betreur het, dat de Schutterij en het Leger een Opperbevelhebber heb
ben verloren, wiens slapen onverwelkelijke lauweren sierden; maar zij zullen
in Mij ten minste terugvinden de gehechtheid en teedere zorgdie Mijn Vader
er voor had, en mogthetgeen God verhoedede onafhankelijkheid van Ne
derland worden bedreigd, dan hoop Ik te toonen, Mij niet onwaardig het
zwaard te hebben aaDgegord, waarmede Mijn Vader bij Waterloo de glansrijke
zege hielp bevechten.
Eenmaal prijkte op Zijne ridderlijke borst, bij zoovele schitterende bewij
zen, het Metalen Kruis, herinnerings-teekenook van weinige, maar roem
volle dagen Zijns levens. Ik wensch dit kruis gehecht te zien aan het Vaan
del van dat Regcment, in welks gelederen Ik, met mijnen onvergetelijken
Broeder, Prins Alexander, mijne militaire loopbaan heb begonnen.
Ik zal Mijn beminden Broeder, Prins Hendrik, verzoeken, zich van die
taak te kwijten. Hij, die in 's Lands zcemagt met eere dient, vertegenwoor-
dige haar in dezen, en toone door die verrigtingdat de zcemagt hare wa
penbroeders te land hoog schat en vereert, gelijk deze vervuld zijn met hoog
achting voor een corps, dat Nederlands vlag in alle zeeën met roem doet
prijken.
Grenadiers en Jagers! bewaart dit leeken met getrouwheid, als onder de
schaduw van Uw onbevlekt Vaandel, en, worden er bewijzen van Uwen moed
gevorderd het beziele U ter overwinning
Officieren, Onder-Officieren, Schutters en Soldalen! laat het aandenken
aan dezen stond ons altoos heilig zijn!
Dat het ons steeds aan onze dure verpligting herinnere, onze beste krach
ten ons leven veil te hebben voor het Vaderland
Onmiddelijk daarop trad de vaandeldrager van het regement Grenadiers en
Jagers voor, en werd het ecreteeken door Z. K. II. Prins Hendrik der Neder
landen aan het Vaandel gehecht; waarna de Minister van Oorlog, de Gene-
raal-Majoor Voet, de volgende woorden tot den Koning rigtte:
sin naam van het leger verzoek ik Uwe Majesteit de eerbiedige dankbe
tuiging te willen aannemen voor het daaraan geschonken onschatbaar teeken
van aandenken: het eermetaal dat prijkte op de borst van onzen onverge
telijken Koning en Veldmaarschalk.
Het regement Grenadiers en Jagers zal er steeds fier op zijndat dit tee'
ken, door 's Konings eenigen en geliefden Broeder aan het vaandel gehecht,
aan zijne bewaring is toevertrouwd.
De geest van den afgestorven Held zal steeds de Ncderlandsche krijgsmagt
blijven bezielen."
Heeren Burgemecsteren van de steden Amsterdam Rotterdam's Gra-
venhage en Delft, hebben in de Stads-Couranten ter kennissc der ingezetenen
gebragt, dat bij hen ontvangen is een brief van den Heer Staatsraad,
Directeur van het kabinet des Konings, waarbij de erkentelijkheid van Z. M.
wordt betuigd voor de blijken van algemeene deelneming hij de trenrige
plegtighcid dezer dagen aan den dag gelegd.
'S GR AVENHAGE11 April.
Z. M. heeft benoemd tot Commandeur der Orde van den Nedcrl. Leeuw
den Minister van Koloniën G. L. Baud tot Ridders dier Ordede Heeren
Mr. R. J. C. Metelerkamp, Burgemeester van Delft; Jhr. H. Steengracht
Kamerheer, en C. van der Does, Pianist van Z. M., en C. RochussenKunst
schilder alhier. Tot Grootkruis der Orde van de Eikenkroonde Heeren*
Jhr. Mr. A. G. A. Ridder van Rappard, Staatsraad, Directeur van het Kabinet
des Konings, en II. J. Baron van Doorn van West-Capelle, Opperkamerheer,
en tot Commandeur dier Orde, de Heeren: E. van der'OudermeuIcnLuite-
nant-Colonel der Schutterij alhier, en Mr. A. C. Baron Snouckaert van Schau-
burg, Kamerheer Ceremoniemeester.
Z. M. heeft benoemd tot Raadsheer in het provinciaal geregtsliof te
Groningen, Mr. J. J. Meder, thans Procureur en Regter-Plaatsvervanger in
de arrondissements-regtbank te Winschoten.
Z. M. heeft benoemd tot Secretaris van de Ncderlandsche Bank den Heer
Mr. W. C. Mees, Advocaat en Secretaris der Kamer van Koophandel en Fa
brieken te Rotterdam.
Z. M. heeft aan zijnen Gezant bij de hoven van Spanje en Portugal
den Baron E. Sirtema van Grovestins, vergunning verleend tot het aannemen
der Ridderorde van den Rooden Adelaar, hein door Z. M. den Koning van
Pruissen geschonken.
Heden avond hebben HII. MM. de Koning en Koningin mitsgaders de
overige leden der Koninklijke familie, in het Paleis in het Noordcinde, een
openlijk gehoor van rouwbeklag veileend. Eerst zijn toegelaten de leden van
het Corps Diplomatique en hunne Dames; daarna zijn de overige Heeren en
Dames gevolgd. Dit gehoor werd zeer druk bezocht zoowel door Besturen
Officieren van alle wapenen en bijzondere personen uit deze Hofstad, als
uit andere plaatsen.
Zaturdag aanst. zal de Koning ten gehoore ontvangen eene deputatie
van de Kunstschilders alhier, die een adres van rouwbeklag zullen aanbieden.
Binnen kort zal de beruchte strijd over het Leidsche Huiszittenhuis voor
de balie een aanvang nemen. Gelijk wij reeds aankondigden in Weekbl.
n°. 992 is de Minister van Finantiën door Meesteren Regenten van het Huis
zittenhuis gedagvaard voor den Hoogen Raad, tot betaling van de "renten der
kapitalen op de grootboeken der Nationale schuld, die door Commissarissen
van het grootboek vooiloopig is geweigerd, op grond van een aan hen betee-
kend protest door eenige ingezetenen uit Leiden, zich qualificerende Diakenen
der Ned. Herv. gemeente. Deze laatsten hebben verzocht in het aanhangig
geding te mogen interveniëren. Dit verzoek is door de eischers tegengespro
ken en de pleidooi over dit incident is thans door den Hoogen Raad bepaald
op 27 April aanstaande. Wij vernemen, dat Mr. W. Sikkel Groos uit Leiden
zal optreden voor de verzoekers tot interventie en Mr. A. de Pinto voor de
oorspronkelijke eischers. Weekblv. h. Regtj.
12 April.
Z. M. heeft, als een bewijs van bijzondere achting, aan den Luit.-Generaal
Graaf van Limburg Stirum de versierselen van Grootkruis der Orde van den
Nederl. Leeuw doen toekomen, welke door wijlen Koning Willem 11 werden
gedragen cn die Hem waren geschonken door Koning Willem I.
Z. M. heeft benoemd tot Commandeurs der Orde van de Eikenkroon
met de Ster, de Heeren: Storm de Grave, Colonel der Dragonders; van Pool-
sum Booy, Colonel, en Heydenrich Colonel der Artillerie.
De Koning is heden middag ten 2 nre met eenen extra spoortrein naar
Amsterdam vertrokken. Z. M. werd vergezeld door den Luitenant-Generaal
Klerck, Zijnen buitengewonen Adjudant; den Graaf van Lijnden en Jhr. van
Goedecke, Zr. Ms. Adjudanten; cn door twee Ordonnans-Officieren.
ROTTERDAM 11 April.
Zoo als wij van eene welonderrigte zijde vernemen moet het Programma
ter perse zijn voor de Algemeene Tentoonstelling van Vee, voortbrengselen
van en werktuigen voor den Landbouw, welke ter gelegenheid van de tweede
algemeene Vergadering der Hollandsche Maatschappij van Landbouw zal ge
houden worden in den Doelenbinnen de stad Leyden op het laatst der
maand September aanst. Volgens dit Programma, reeds spoedig aan deleden
der Maatschappij toe te zenden zal deze Tentoonstelling op eene zeer ruime
schaal worden ingerigt en wordt een ieder uitgenoodigd daartoe bij te dragen,
zoodat voortbrengselen uit het geheele Rijk aldaar zullen worden toegelaten.