LEYDSCHE COURANT. 1841). TR1JDAG, 9 MAART. BUVJNENLANDSCHE BER1GTEJN. De Courant wordt Maandag, Woensdag en Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt vit Zaturdag avond. De Prijs der Courant is f 12 in het jaar; de afzonderlijke nommers worden tegen 10 Centen afgegeven LEYDEN, 8 Maart. Gisteren is te Noordwijk aan Zee liet lijk aangespoeld van een' jongeling naar gissing 18 jaren oud, gekleed met een wit katoen onderhemd blaauw gestreept katoen overhemd, katoenen dasblaauwe ruige Vriesehe broek, laar- sen, en een paar lederen mouwen om de armen. Waarschijnlijk was hetzelve niet lang in zee drijvende. Verleden jaar werd te Maassluis eene nieuwe reedcrij van vier schepen tot stand gebragt. Een dier schepen, de visehhoeker de Vereeniyingschipper Cornelis den Boer, zeilde op den 13lkD December II. naar zee en is niet terug gekeerd. Het is met de gclieele bemanning omstreeks den 10den Januarij in cencn zwaren storm op de Noordzee vergaan. Dit verlies is groot voor die stadéén der beste schepen en twaalf kloeke en brave zeeliedenallen in de kracht huns levens, allen inwoneis dezer plaats, meest allen vaders van talrijke huisgezinnen maar onherstelbaar is dat verlies voor de betrekkingen die achterblijven, voor de weduwen en wcczen dier ongelukkigen. De schipper die met zijne beide zonen is omgekomenlaat eene vrouw na met zes kinderen en een vader van meer dan 80 jaren; een der matrozen eene vrouw met acht kinderen en eene hoog bejaarde moeder, terwijl de vrouw van een ander in boog zwangeren toestand achterblijft met vier kinde ren in één woord zes weduwen en dertig kinderen zijn daardoor in den dir-psten rouw en in de grootste ellende gedompeld. Nog nooit is uit Maassluis eene algemeene roepstem uitgegaan om hulp en ondersteuning, en toch telt men onder de vele armen, zeventig weduwen wier echtgenooten bun graf in de golven gevonden hebben maar thans is de nood zoo dringend dat zich aldaar eene Commissie heeft gevestigd tot het ontvangen van liefdegiften; terwijl men die alhier kan bezorgen bij den Hooglecraar Scholten of aan het Bureau der l.eydsche Courant. De goudmijnen in Californië doen ook hier de spaarpotten openen en den inhoud wandelen. In de Noordelijke Provinciën wordt thans vooral onder den gegoeden boerenstand reeds menig gouden tientje los gelaten dat vroeger gretig ingewisseld en met de meeste zorg bewaard, ja, welligt begraven werd. De opgeld-tijd voor de gouden munt is er geweest en vrees voor daling in de waarde, maakte het scheiden van de anders zoo gevierde munt gemak kelijk. Ook in andere landen merkt men hetzelfde verschijnsel op. In 't midden van Februarij zoo schrijft men uit Zwitserland werd in de na bijheid van Solothurn eene som van 1G00 Louis d'or hel daglicht gegund, dat zij in vele jaren niet hadden gezien. [de Nederl.) Staat aanwijzende het aantal Reizigers, benevens de opbrengsten gedu rende de maand Februarij 1849, op den Hollandscbcn IJzeren Spoorweg. Vertrek van Aantal Reizigers. Opbrengst van Reizigers Amsterdam10,275 14,068.45 Halfweg203 - 95.80 Haarlem6,244 - 4,284.75 De Vogelenzang 357 233.40 De Ilillegommerbeek 56 - 35.00 Veenenburg 375 - 239.90 Piet-Gijzenbrug -465 - 314.45 Warmond236 - 162.80 Lcyden6,121 - 4,994.50 Voorschoten418 - 248.20 Nieuw Oost-Einde94 - 75.90 'sGravenhagc11,552 - 9,973.75 .Rijswijk130 - 80.50 Delft5,398 - 2,709.90 Schiedam3,079 - 1,478.25 Rotterdam10,607 - 10,057.15 Vervoer van Goederen enz- 8,772.04 De Heer Mr. B. W. A. Sloet tot Oldhuis, Lid van de Tweede Kamer, eeft eene nota in het licht gegevenbetreffende het ontwerp van wethou dende eene belasting tot dekking van het te kort van 1848 en 49, waarin hij om dat tekort te dekken, aanraadt gronden op het eiland Java te ver- koopen voor een bedrag van 25 millioen guldens voor een' eersten verkoop. Te Delft zal eerstdaags worden aanbesteed het verbouwen van een deel van het Akademiegebouwdat moet ingerigt worden voor de Ten loon- telling, die aldaar dezen zomer zal gehouden worden. 'S GRAVENHAGE 7 Maart. Bij besluit van Z. M. den 3den Maart 1849, n°. 48, is benoemd tot Commissaris van Politie te Utrecht Mr. W. L. Baron van Hecckercn van Brand- senburg, thans Regter-Plaatsvervanger in de Arrondisseuients-Regthank aldaar. Bij besluit van 5 Maart heeft Z. M. tot Rector Magnificus bij de Iloogc- sehool te Utrecht voor het Akadcmiejaar 1849 1830 benoemd, den Hoog lecraar H. J. Royaards. Het ontwerp van wet tot regeling van het gebruik van het koloniaal batig slot over 1847, dat thans hij de Afdeelingen der Tweede Kamer in beraadslaging is, behelst een eenig artikel, luidende als volgt: Het batig slot van de rekening der koloniale remises, over het jaar 1847, ten bedrage van 4,297,302.53} wordt bepaaldelijk bestemd tot dekking van de uitgavenbegrepen in de staatsbegrootiog van dat jaar. Uit de Memorie van Toelichting blijkt, dat de in 1847 verkochte Gouvcr- nements-producten zuiver hebhen opgebragt32,602,923.23 de overige ontvangsten zijn geweest- 717,390.62 te zamen 33,320,313.85 Terwijl voorts blijktdat op de ontvangsten zijn aange wezen de volgende uitgaven, als: a. Renten aan de Nederlandsche Handelmaatschappij van een kapitaal van ƒ10,000,000 450,000.00 h. Restitutie aan dezelve, van stortin gen in de Indische kas- 5,600,000,00 c. Uitzending van zilveren specie en kwijting van wissels- 7,290,000,00 d. Renten der Oost-Indische schulden 1847- 9,800,000.00 Uitzending van goederen- 2,529,247.691 Diverse koloniale uitgaven- 1.183,888.02} Subsidiën aan de AVest-Indischc koloniën- 407,470.99} h. Subsidiën aan de bezittingen ter kuste van Guinea- 108,576.64} Verzilvering van Surinaamsch bank papier - 407,307.82 k. Betalingen voor rekening van anderen - 1,245,620.13* ƒ29,023,011.31} over e. f- S- Totaal55,610 Bedrag der vorige opgaaf 49,094 Totaal-Generaal 104,704 57,833.74 - 57,375.65} 115,209.39} Het beschikbaar batig slot is derhalve4,297,302.53} welke som in 's Rijks schatkist is overgehragt. Door den Minister van Justitie is aan de Procureurs-Generaal bij de Pro vinciale Gcregtshoven gerigt de navolgende Circulaire: 's Gr avenhayeden 7den Maart 1849. Mijn denkbeeld om nevens de bestaande maatregelen van politie, waaraan dezen winter eene niet onaanzienlijke uitbreiding is gegevende openbaarheid aan de beteugeling der misdaad dienstbaar te maken is nieuw en moest daarom van vele zijden tegenkanting vinden. Die tegenkanting mag echter de Officieren van Justitie en Politie niet terug houden om mijn schrijven van 10 Januarij j 1., n°. 51, in toepassing te brengen. Ik dring er ten ernstigste op aandat de meest mogelijke openbaarheid aan gepleegde misdaden en aan de omstandigheden waarmede zij gepaard zijn gegaanw orde gegeven. De openbaarmaking is veelal mogelijk, want nergens waar het hun is ge vraagd, hebben de uitgevers van dagbladen, voor zooverre het mij hekend is, dergelijke berigten afgewezen. Ik herhaal, dal deze openbaarheid het drievoudig voordcel heeft, om de

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1849 | | pagina 1