LEYDSCHE COURAN De Courant wordt Ulaandag, Woensdag en '.TZX'- 'l"*" IUM, '3 FEBRWAR1J. ivv-V a'v De Prijs der Courant is f 12 in het jaar; de afzonderlijke nommers worden tegen 10 Centen afgegeven. BJNJNEJNLAJNDSCHE BEK IBTEiN LKYDEN, 17 Fcbruarij. Het moet bevreemdenin een te Leiden uitkomend beoordeelend Tijdschrift te moeten lezen, en eenen Schrijver, die op het Japansch Kabinet te Lei den opmerkzaam had gemaakt, ahlus te hooien berispen: «Bij de verzaine- lingen had meencri w ij liet Japansch Kabinet te Leiden moeten wegval len dewijl dat, zoo wij wel onderrigt zijn, niet meer zigthaar en opge- «pakt (1. niet meer zigthaar, maar opgepakt) is:" en dal staat toch in de A'. Bijdragen t. bevord. v. h. Onderwijs (enz.) Januarij 1849 (uitgeg. 1 Febr.) bl. 15. Mogten dan de Heeren Uitgevers de Redactie niet onder- rigtcn van hetgeen zij zeker zoo goed als iedereen te Leiden weten, dat dit Kabinet geheel niet opgepakt en onziglhaar, maar zeer goed uiteengezeten zigthaar is in de Paardensteeg alhier, bij des Heeren v. Siubold kundigcn en welwillenden voormaligen amanuensis den Heer Hakbijl. Ingez De Minister van Finantiën heeft ter kennis van het algemeen gebragt, dat, ofschoon het laatste tijdstip der expeditie en van de sluiting der brie venmaal voor de Overlandpost naar Nederlandse!) Indië over Marseille bepaald blijft gelijk zulks, in overeenstemming met de van het buitenland ontvan- gene officiële opgaven, hij berigt van den 5dc" December 11. namens hel de partement is aangekondigd dat is: van Amsterdam, 'sGravenliagc, Rot terdam enz. op den 23ste" van elke maand met de gewone avondpost, en van het kantoor van expeditie te Breda op den 24slen des morgens vroeg, er echter thans, tot vermijding der nadeclige gevolgen die uit de vertraagde overkomst van eene op het uiterste tijdstip gedane verzending kunnen voort- vloeijen, last is gegeven, om reeds des daags te voren eene voorafgaande expeditie te deen plaats hebben naar het punt alwaar de Overlandpost de-zelve opneemt van alle brieven en stukken die een of meer dagen vroeger zullen op de post zijn bezorgd, en zulks ten einde aan de belanghebbenden in ieder geval bet effect te doen genieten van de voorzorg, die zij zouden kunnen be zigen om bel niet op den allerlaatstcri dag te laten aankomen en die ook wanneer geene bijzondere redenen daartegen beslaan, over hel algemeen aan te raden is. Voorts beeft de Minister nog bekend gemaakt, dal er ter voldoe ning aan het verzoek van ernige belanghebbenden bij de verzendingen met de Overlandpost naar Nederlandsch Indië, voortaan op alle postkantoren ge legenheid wordt gegeven om, des verkiezende, zoowel over Southampton als over Marseille, brieven buiten de gesloteue paketten voor bet postkantoor te Batavia te doen vertrekken, bepaaldelijk de brieven naar Banka en I'alem- hang, die, bij eene expeditie reglstreeks van Singapore, spoediger dan over Batavia de plaats van hunne bestemming kunnen bereiken. De ingezetenen, die van deze gelegenheid willen gebruik maken, behooren hun verlangen daaromtrent door eene bijvoeging op het adres, van de woor den Te verzenden reglstreeks van Singaporekenbaar te maken en overigens hunne brieven over een gedeelte van den afstand te frankeren, gelijk dit vroeger is bepaald geweest. Geheel ongefrankeerdc brieven hene vens die naar het eiland Java of verder gedeelten van Nederlandsch Indië bestemd zijn, worden in elk geval op de bovengemelde wijze naar Batavia, verzonden. 's GR AVENH AGE l(i Fcbruarij. Z. M. beeft aan den Schipper F. W. de Groot en diens knecht R. J. de Groot, wegens het op den 2deD December II. met levensgevaar redden van twee visschers nabij Schokland, de zilveren medaille ter belooning van edele daden doen toekomen. II. M. de Koningin beeft ƒ100 geschonken aan het toevlugtsoord voor gevallen meisjes, genaamd Steenbeek, te Hemmen. Z. M. heelt met de waarneming van het district-commissariaat te Roer mond en :net dat te Doesburg en Zevenaar belast de Heeren P. J. F. Bee- renbroeken E. L. Baron van Voorst, gedurende de afwezigheid van de Heeren I.. van Beerenbroek als Lid van de Eerste, en Jhr. J. A. C. A. van Nispen van Sevenaer als Lid der Tweede Kamer. De Minister van Finantiën heeft bekend gemaakt dat tot en met den 31sten Januarij jl. is uitgegeven een kapitaal van ƒ7,994,000 aan schatkist biljetten daargesteld krachtens de wetten van 20 December 1840 en 30 October 1848. De Inspecteur Generaal van de Geneeskundige Dienst der Land- en Zcc- magtheeft weder in de Staats-Courant bekend gemaakt, dat er gelegen heid is voor Nederlandsche genees- en heelkundigen, om als Officier van Gezondheid 3de klasse, voor de militaire geneeskundige dienst der landmagt in de Oost-Indiën te worden aangesteld. De voorwaarden worden in genoemd blad van den 14den dezer opgegeven. In de zitting der Eerste Kamer is beraadslaagd over de toelating der Leden, in wier toelating de Commissie bezwaren bad. Daarna is de Kamer overgegaan tot de zamenstelling barer afdeelingen deze zullen zich met de keuze van bare Voorzitters bezig houden. De Voorzitter heeft aan de Vergadering in overweging gegeven om, naar aanleiding van art. 113 der Grondwet, een afzonderlijk adres, in antwoord op de 'J'roonrede, aan deri Koning aan te bieden. Met eene meerderheid van 29 stemmen legen 1 wordt daartoe besloten. Mitsdien wordt er eene Commissie zamengestcld tot bet ontwerpen van een adres, bestaande uit dc Heeren: Philipse, van Nispen van Pannerden en Cost Jordens. Op voorstel van den Voorzitter wordt eene Commissie benoemd, lot bet ver vaardigen van een Reglement van Orde der Kamer, ter vervanging van dat, hetwelk nu slechts tijdelijk in werking is. Zij bestaat uit dc Heeren: Gevers van Endegeest, van Beeck Vollenhoven en Tonckens. De Vergadering is daarna tot nadere bijeenroeping gescheiden. In de zitting der Tweede Kamer van heden, is aan de orde de voorzet ting der op gisteren geschorste beraadslagingen over de toelating van zooda nige ledenomtrent wier verkiezingen ccnige bedenkingenhoe ook ge naamd, gerezen zijn. Alvorens daartoe over te gaan, doet de Heer Fokker eene motie van orde, om allereerst te delibereren over de al- of niet-toelating van den Heer Bachiene, waarover de discussion gisteren waren verdaagd. De Heer van Nispen van Sevcnaar geeft in bidenking, of het niet doelma tiger zijn zou, vooraf te delibereren over de toelating van die leden, omtrent dc geldigheid van wier verkiezing geen twijfel hoegenaamd meer bestond. De lieer van Zuylen van Nyevrlt wijst op het onderscheid, dat er bestaat tusschen de quaestie der verkiezing van den Heer Bachiene en die der Afge vaardigden uit Utrecht, dc Heeren van Walohren en van Doorn. Omtrent deze laatsten toch bestaat geen twijfel, of zij zijn, niettegenstaande de reso lutie van Gedeputeerde Staten, met overgroole meerderheid verkozen. De Heer Bachiene licht zijne tegenwoordigheid in de vergadering toe na het besluit tot uitstel, in de zitting van gisteren genomen. Wordt besloten om over de toelating van den Heer Bachiene te beslissen nadat over de aanneming der andere leden een besluit zal genomen zijn. Daarna worden zonder hoofdelijke stemming als leden toegelaten 1°. De Heeren Verwey-Mejan2°. van der Linden; 3". Lotsy; 4°. Wintgens; 5». Wy naendts: 6°. van Naarneu (na eenige discussie); 7°. Heemskerk; 8°. van Walcheren (mede na eenige discussie); 9". van Hcloina19°. Costerus; 11°. Dirles; 12°. Donker Curtius; 13°. Rijnders; 14°. Westerhoff; 15°. Zyl- ker; 1G". van Heiden Reincstein; 17°. van Randwyck18°. Leclercq; 19°. de Lom de Berg, en 20". de Vil Iers de Pité. Thans zijn aan de orde de beraadslagingen over de toelating van den Heer Bachiene. Onderscheidene leden voeren daarover het woord. De Backer ontwikkelt zijne bedenkingen tegen de toelating. De Heer van Gollstein verdedigt die toelating, gelijk hij dit reeds als Rap porteur der Commissie gedaan heeft. Ook de Heeren van Dam van Isselt, Fokker en van Eek adviseren tot toe lating, terwijl de Heer van Nispen van Sevcnaar, Alharda en Storm de ad missie bestrijden. Da Heeren Thorbeckc, de Man, Poortman en van Hasselt ontwikkelen nog nadere grondendie voor de toelating pleiten. Ten slotte wordt bij hoofdelijke stemming tot de toelating van den lieer Bachiene besloten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1849 | | pagina 1