li UIT Ki> LAjNDSCHE BK1UG TEA Bij deze gelegenheid heeft Z. E. te kennen gegeven, dat voorloopig in de behoeften, ten gevolge van de verhooging der uitgaven voor zee-en landraagt, kan worden voorzien, door de uitgifte van de nog bij de wet bestaande schat kist-biljetten van 1840. Z. E. heeft verder aangemerkt, dat door de onver moeide pogingen van zijn voorganger de behoeften door de ontvangsten zouden hebben kunnen worden bestreken, en dat hij niets liever had gewenscht, dan op dien weg te kunnen voortgaan, maar dat de toestand van Europa buiten gewone kosten heeft gevorderdwaarin ten slotte ook buitengewoon inoet wor den voorzien dat in de eerste plaats daartoe kan strekken het bedrag ven ƒ450,000, welke de Regering tot meerdere aflossing van schuld had be stemd, voorts ƒ120,000 meerdere opbrengst der middelen van 1840, en ƒ200,000 voor mindere uitgaven, dan was geraamd, en ten derde de op brengst van 8 pCt. en 10 pCt. voor kwade posten van personeel en patenten, ten aanzien van de verevening waarvan, buiten dien moeijelijkheden met de Rekenkamer waren gerezen. Z. Exc. heeft verder verklaard, dat zijne ambtgenootcn zoowel als hij hunne werkzaamheden zouden blijven waarnemen om den gang der zaken niet te stremmenmaar dat zij de verdere behandeling dezer aangelegenheden aan hunne opvolgers moesten overlaten, en derhalve zich omtrent deze middelen in geene verdere bijzonderheden konden inlatendaar het waarschijnlijk de laatste maal zoude zijndat hij of zijne aftredende ambtgenooten het woord in deze vergadering zouden voeren. Heden middag ten 3 ure heeft de Tweede Kamer wederom ccne zitting gehouden, waarin de beraadslagingen op morgen bepaald zijn: 1°. over het Adres tot Rouwbeklag aan den Koning, en 2°. over de regeling der kosten van den straatweg van 's Hertogenbosch naar Culemborg. RUSLAHD. PETERSBURG, 10 Maart. De Keizer heeft, ten gevolge der gebeurtenissen in Frankrijk, de vermeer dering der reserve-troepen en de oproeping van verlofgangers bevolen. De inleiding der ukase luidt aldus: nln het westen van Europa zijn gebeurtenissen voorgevallen, die van het misdadige voornemenom wettige Regeringen omver te werpengetuigen. De vriendschappelijke alliantiën en verdragen, waardoor Rusland met de naburige Mogendheden verhonden is, leggen ons den heiligen pligt op, om tijdig maatregelen te nemen, ten einde een deel onzer troepen op den voet van oorlog te brengen, opdat wij, ingeval de omstandigheden zulks mogten vorderen aan den verderlëlijken voortgang der anarchie paal en perk zouden kunnen stellen." ITALIË. ROME, 10 Maart. Het Regeringsblad bevat de benoeming van het nieuwe ministeriewaarin thans slechts twee Kardinalen zitting hebben, namelijk Antonellials Minis ter van Buitenlandsche Zaken en Voorzitter van den Raad, en Mezzofanti als Minister van Onderwijs; de 7 andere Ministers behooren niet tot den gees telijken stand. ZWITSËHLA1VD. Uit Bern wordt geschreven dat de jongste gebeurtenissen in Frankrijk wel verre van de gemoederen in Zwitserland van elkander te verwijderen, integendeel bijgedragen hebben tot ccne nadering der partijen. Met uilzon dering van Neuchatelheerscht overal elders in Zwitserland een geest van eensgezindheid, zoo als men dien sedert lang aldaar niet heeft waargenomen. Men sehijnt te beseffen, dat in den tegenwoordigen toestand van Europa, gebeurtenissen kunnen plaats grijpen, waarbij het belang en de zekerheid van Zwitserland de inspanning aller krachten kunnen vorderen, om 's lands onafhankelijkheid en onschendbaarheid te waarborgen. OOSTEKKIJft. WEENEN15 Maart. De Wiener Zeitung behelst de volgende Keizerlijke bekendmaking: Wij Ferdinand I, enz. hebben thans zoodanige maatregelen genomen, als wij ter voldoening aan de wenschcn onzer getrouwe volken nuttig achtten. De vrijheid der drukpers is door mijne verklaring, dat de censuur afgeschaft is, evenzeer gewaarborgd als in alle andere Staten, waar zij bestaat. Eene nationale garde, bij welker zamenstelling de gegoedheid en de ver standelijke ontwikkeling ten grondslag liggen, bewijst reeds de heilzaamste diensten. De noodige beschikkingen zijn gemaakt voor de oproeping van algevaardig den van alle provinciale Stenden en van de centrale congregatie in het Lom- bardysch-Venetiaansch Koningrijk binnen den korst mogelijken tijd, met eene talrijke vertegenwoordiging van den burgerstand en in verband met de be staande provinciale instellingenter zake van de door Ons aan het vaderland toegezegde constitutie. Wij verwachten alsnu met vertrouwendat de gemoederen tot bedaren zullen komen, de studiën weder haren geregelden gang nemen en de nij verheid en het vreedzame handelsverkeer weder herleven zullen. Deze hoop koesteren wij te eerder, daar wij ons heden in uw midden met aandoening overtuigd hebben, dat de trouw en gehechtheid welke gij sedert eeuwen onafgebroken aan onze voorvaders en ook aan ons bij elke gelegenheid bewezen hebt, nog beden even als vroeger bezielen." Deze bekendmaking is met uitbundige vreugde ontvangen, en de stad is den 15dC0 luisterrijk verlicht geweest. De rust was er volmaakt hersteld. Ook te Gratz is het volk met de soldaten handgemeen geweest, docli op de aankomst van de verblijdende tijdingen uit Wecnen, nam de strijd een einde, en gaf men zich aan de vreugde over. PIAUISSEK. BERLIJN20 Maart. Een bijvoegsel tot het Regeringsblad, van den 18den op den middag uit gegevenbehelst een Koninklijk patent betrekkelijk eene vervroegde bijeen roeping van den vereenigden Landdaghoofdzakelijk verklarende dat de Koning bij het gebeurde te Weenen vóór alles verlangt, dat Duitschland van een Staten-Verhond tot eenen Bondsstaat worde gemaakt, waartoe eene voor- Ioopige Bonds-Vertegenwoordiging uit de Stenden van alle Duitsche landen gevormd bijeengeroepen moet worden waartoe eene constilutionncle staats regeling in alle Duitsche landen volstrekt wordt vereischt, opdat de leden van die vertegenwoordiging gelijksoortig zouden wezen. Verder verlangt de Koning eene aigemeene Duitsche krijgs-organisatic, waarbij het Duitsche leger onder ééne banier vcreenigd worde, uiet éénen Bonds-Veldheer aan den spits. Een Duitsch Bondsgerigt tot beslissing van alle geschillen van staatsregtc- lijken aard tusschen Vorsten en Stendengelijk ook tusscben de verschillende Duitsche Regeringen. Een algemeen Duitsch tolverhond, gelijke munten, maten en gewigtcn en een gelijk Duitsch handelsregt. Drukpersvrijheid met gelijke waarborgen tegen het misbruik daarvan, voor het geheele Duitsche Vaderland. Wij koesteren, zegt Z. M.de verblijdende hoop, dat de verwezenlijking onzer denkbeelden, ja hunne reeds aanvankelijke voorbereiding de spanning zal doen verdwijnen, waarin thans, tot onze groote smart, het Duitsche Vaderland verkeert, die handel en nijverheid stremt, die het land verdeelt en geheel dreigt vanéén te scheuren, ja wij hopen, dat die maatregelen Duitschland van binnen sterk, naar buiten geacht zullen makenopdat in zijne vereenigde kracht Europa den zekersten waarborg van eenen duurzamen, gezegenden vrede vinden moge. Ter spoedige vervulling dier bedoelingen wordt de bijeenroeping van den Vereenigden Landdag vervroegd tegen Zondag den 2llen April. Hetzelfde Regeringsblad maakt ook eene wet omtrent de drukpers, van den 17llc" Maart gedagteekend openbaar, waarbij de censuur wordt opgeheven, maar waarin tevens eenige bepalingen voorkomen tot wering van het mis bruik der drukpersvrijheid. In weerwil der uitvaardiging van deze besluiten in de dagbladen tus schen 1 en 2 ure, hebben de oproerige tooneelen zich hervat, en schijnen van nog ernstiger aard geworden te zijn dan de vorige dagen. De Kölln. Zeit. geeft daaromtrent voorloopig het navolgende berigt van een ooggetuige: De Koning heeft hel patent ten 10 ure des morgens onderteckend ten 11 ure ontving hij de 12 Afgevaardigden van den Gemeente-Raad van Keu len welke den toestand en de wenschen der provincie en der stad nadruk kelijk te kennen gaven. De Koning antwoordde omstandig en op de vrien delijkste wijze en verwees naar het patent. Later heeft de Koning nog eene deputatie van den stedelijken Raad van Berlijn ontvangen. Het volk, in grooten getale voor het slot verzameld, verlangde dat de militairen van het slot terug zouden trekken, doch gaf tevens zijne vreugde over het patent lui de te kennen. Het schijnt daarop digter om het slot te zijn zamengedrongen, en toen een officier vooruit reed, om het volk terug te doen gaan, wilde men hem met geweld aanvallen. Daarop kwam de ruiterij tusschen beide, en uit het volk hoorde men den kreet: VerraadOngelukkigerwijze vielen er twee schoten, doch men weet niet wie ze loste. De beweging deelde zich toen in een oogenblik aan andere straten mede. In den namiddag hoorde men schieten. Na 8 ure begon het schieten af te nemen, enkele schoten hoorde men tot omstreeks t ure; ook vertoonde zich omstreeks dien tijd een vuurgloed, zoo het schijnt in den omtrek van de Brandenburger-poort, die uit den spoortrein gezien kon worden, en dus tot na 10 ure aanhield. De verbittering tegen de troepen was zeer groot. Het Pruissische regeringsblad van den 19den behelst omtrent het ge beurde van den 18den niet meer dan het volgende: Berlijn19 Maart. De betreurenswaardige onlusten, welke door een noodlottig toeval gisteren namiddag alhier verooorzaakt werden en waaromtrent wij ons eene nadere mededecling nog moeten voorbehoudenhebben in den nacht hun einde be reikt. Heden morgen ten 7 ure werd de navolgende aanspraak van Z. M. den Koning aan de ingezetenen van Berlijn openbaar gemaakt: i>Aan mijne geliefde Berlijnei s »In inijne bijeenroepiugs-palent van heden hebt gij het onderpand van de opregte bedoelingen uws Konings jegens u en het gansche Duitsche Vaderland ontvangen. Nog waren de jubelkreten, waarmede tallooze getrouwe gemoe deren mij begroetten, niet geheel verstomd, toen een hoop onruststokers, oproerige en schandelijke cischeri deed hoorenen in dezelfde mate aanwies als de welgezinden zich verwijderden. Daar hun onstuimig voortdringen tot in het slotportaal met regt booze voornemens deed vermoedenen er belee- digingen tegen mijne dappere, trouwe soldaten werden geuitmoest het plein door ruiterij stapvoets en met de sabel in de schede gezuiverd worden, en twee geweren der infanterie gingen van zelf af, gelukkig zonder dat er iemand getroffen werd. Eene bende booswichtenmeest vreemdelingen, die zich sedert eene weck voor alle nasporingen hadden weten verborgen te hou den, hebben die omstandigheid ter bevordering hunner schandelijke plannen geheel leugenachtig voorgedragenen de verhitte gemoederen van vele mijner

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1848 | | pagina 2