LEYDSCHE COURANT. N°, 101 1847. BINNENLANDSCHE BERIGTEN. De Courant wordt Maandag, Woensdag en Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt MAANDAG, 23 AUGCJSTUS. uit Zaturdag avond. De Prijs der Courant is f 13 in liet jaar; de afzonderlijke nommers worden tegen 10 Centen afgegeven. LEYDEN, 21 Augustus. Bij Koninklijk besluit van den liden dezer is W. N. van Hanswijk uit 's Rijks dienst ontslagen. Twee Brigadiers van de Jagers te paard hebben uit verregaande bal dadigheid van het gewei of de hoorns der ijzeren herten, sedert eenige dagen aan den ingang van het park, op de Scheveningsche weg geplaatst, een stuk afgeslagen. De Hoofd-Redaeteur of Uitgever van de Nieuwe Rott. Courant is ge dagvaard voor den Regter-Commissaris, ten einde inlichtingen te geven in de zaak van G. P. Verploeghnaar men verzekertten gevolge van een artikel, geplaatst in gemelde Courant van den 14den dezer maand, waarin o. a. te lezen staat: x> Wij voor ons moeten verklarendat uit de stukken, die wij gezien hedben, het ons bijna onmogelijk schijntdat Verploegh kan doen, hetgeen hij deedzonder met mannen van invloed in betrek king te hebben gestaan." En verder: Wij vernemen daarenboven dat de vrouw die Verploegh vergezeldezich sedert 8 dagen te Kleef op houdten in hel logementwaar hij, Verploegh, gearresteerd is, en hetzelve bijna niet verlaathaar intrek genomen heeft (sic). Zij moet verklaard hebbendaar in den laatsten tijd f 2600 aan dezen en genen ie hebben uitbetaald." Wij hebben altoos beweerd, dat Verploegh geheel op zich zeiven stond, en dat geene ambtenaren aan zijne bedrijven medepligtig waren. Binnen weinige weken zal de openbare behandeling dezer zaak het bewijs opleve ren, dat dezelve zich tot eene eenvoudige opligting bepaalt, ten nadeele van eenige ligtgeloovigen die aan de advertentiën in de dagbladen waarde heb ben gehecht. ('s Grav. Nieuwb.) Vervolg en Slot van het uittreksel uit het Verslag van de Gedeputeerde Staten van Zeeland. In het tijdvak waarover ons verslag looptzijn door Z. M. vergunningen ver leend tot bedijking van de volgende schorren: 1°. het bedijkbare gedeelte van de Oranje-plaat, tusschen Walcheren en Zuid-Beveland2°. het schor genaamd Rumoirt en Nicke, tusschen Duiveland en Sint Philipsland 3°. het schor tusschen de Ser Lippens- en Margareth-poldersin het 5de district; en 4°. het op Nederlandsch grondgebied gelegene gedeelte van eenige schorren in het ver dronken Jand van Saftinge, voor het overige op Belgisch territoir gelegen. Nog andere verzoekschriften van gelijken aard zijn aanhangig. De onderneming van den Zecuwsch-Limburgschen spoorweg vordert niet al leen kracht en inspanning, maar ook volharding en tijd. Intusschen verheu gen wij ons, in het toestaan bij Z. M. besluit van den 16den Mei jl.van de uitgifte op erfpachtregtvoor een tijdvak van 99 jarenin te gaan op den dag waarop de werkzaamheden voor den spoorweg op het terrein zullen aan vangen, van de aan- en opwassen, aan den Staat behoorende, en zullende ontstaan in zekere gedeelten van het Sloe en de Ooster-Schelde. Het verzoek der concessionarissendat het spoor mogt worden bepaald op gelijke breedte als dat der banen in Pruissen, België en Frankrijk, is echter afgewezen. Het onderwijs op de lagere scholen wordt steeds zoodanig ingerigt en gege ven, als tot eene behoorlijke maatschappelijke opleiding der jeugd vereischt wordt; terwijl in het bijzonder ook zooveel doenlijk gezorgd wordt, dat de kinderen van armen en minvermogenden die opleiding gratis of tegen een matig schoolgeld deelachtig kunnen worden. In den handel en nijverheid wordt geene in het oog vallende bedrijvigheid opgemerkt. De builenlandschc handel schijnt meer opgewekt. In de hoofd plaats houdt de vaart op Oost-Indiënvoor rekening der Handel-Maatschappij, stand. Behalve de van daar aangevoerde koloniale produklen, als: kofEJ suiker, tin en bindrottingenbestond de aanvoer uit Engeland hoofdzakelijk in steenkolen, gesponnen katoen voor de weverijen, in manufacturen (katoe nen); uit Noorwegen in hout, uit België in aardappelen, aarde (Brusselscbe) brandhoutchemicaliahontwerkhardsteen cn marmer meubelen glas steenkolen en ijzer (spijkers). De uitvoer naar zee heeft zich als naar ge woonte slechts tot voorwerpen van schecpsverbruik bepaald. Naar België be stond dezelve in granen haardasch en een weinig mestspecien (zoogenaamde beer). Uit het vrije #entrepöt hebben eenige verzendingen van ruwe suiker plaats gehad naar de tot het Duitschc tolverbond behoorende Statennaar Pruissen en naar Belgie. Te Vlissingen was de aanvoer van steenkolen uit Engeland en Belgie niet minder levendig dan in 1845. De uitvoer van vee en van granen naar Engeland cn Frankrijk verkrijgt eenige uitbreiding. Om trent den handel en de zeevaart te Zierikzee en Brouwershavenhebben wij niets, uwer aandacht bijzonder waardig, mede te deelen. De scheepsbouw houdt zich te Middelburg cn Zierikzee staande. In laatstgemelde stad ont waarde men daarin eenige vermeerdering. De binnenlandsche handel was niet minder dan in het voorgaande jaar. Op sommige markten is zelfs eenige levendigheid in den graanhandel opgemerkt. In den loop van dit jaar is eene lading tarwe uit Dantzig in de haven der hoofdplaats aangevoerd, waar van een gedeelte tot dagelijksch verbruik aldaar ter markt is gebragt. De stand der fabrieken laat zich niet geheel ongunstig aanzien. De katoen weverijen werken steeds voort. Volgens de laatste berigten zijn 814 weefge touwen aan het werkwaardoor aan 866 personen arbeid wordt geleverd. In de meestoven is meer dan vroeger gewerkt. De landbouw biedt verschillende, doch in het algemeen niet geheel on- voordeelige uitkomsten aan. De hoedanigheid van het in 1846 ingeoogste was vrij voldoende. De tarwe bragt echter naauwelijks 20 mudden per bunder op. De rogge, de zomergerst, de haver, alsmede de erwten, had den geen ruim beschot. De opbrengst van de eerste en laatstgemelde vruch ten kan op 15die der overige voortbrengselen op 20 mudden per bunder dooreen worden geschat. Van de wintergerst, van de bruine en witte boo- nenwaarvan de laatste bijna uitsluitend in Walcheren woiden verbouwd, en van het koolzaadkomt de gemiddelde opbrengst per bunder op 4020 en 24 mudden neder. Het vlas heeft doorgaans 8 mudden per bunder op geleverd het was sterk met deugdzaam zaad. Van meekrap werden het beschot op 2000 ffizoogenaamd hard goed, de bunder gerekend. De oogst der aardappelen, onder welke zich, doch in veel mindere mate dan in 1845, de ziekte had geopenbaardbedroeg slechts 86 mudden per bunder. Meest al de vroeg gepote zijn goed ingezameld. De prijzen hebben den landbouwers stand zeer begunstigd en brengen bij hem eene welvaart voort, die hem slechts spaarzaam ten deele valt. De vooruitzigten voor de aanstaande inza meling zijn verblijdend. Een gul en krachtvol gewas versiert onze akkers, en het hart bidt om bewaring tot eenen gezegenden oogst. Bij voortduring vervult de commissie van landbouw hare taak met belangwekkende gevolgen. Aan de maatschappij tot bevordering van landbouw en veeteeltvalt steeds aangroeijende deelneming te beurt. Het aantal barer leden is bijna 1100. De gezondheidstoestand van het vee in het afgeloopen jaar was over het algemeen gunstig. Alleen openbaarde zich te Biervliet in October, nadat de provincie daarvan gedurende verscheidene jaren was bevrijd gebleven, plot seling de verontrustende.longziekte. Vermoedelijk bet gevolg van aanraking van vee uit Belgie, alwaar die ziekte heerscht. Dadelijk is door het bevel tot afzondering en het nemen van andere maatregelen in overeenstemming met het provinciaal reglement op dat stukals door de zeer spoedige afma king van de zieke en voor verdacht erkende runderen van denzclfden stal tegen behoorlijke vergoeding, het kwaad onmiddellijk gestuit, zonder dat zich sedert de ziekte meer heeft vertoond. De kustvisscherij te Arnemuiden heeft in 1846 weinig voordeel opgeleverd; dat der oesterbanken was onbeduidend. Op de banken in de Ooster-Schelde werden weinig volwassene oesters aangetroffen. De hoek-wantvisscherij te Vlis singen heeft zoodanige onvoordeelige uitkomsten gehad, dat men van die on derneming, na naauwelijks twee jaren, verder heeft moeten afzien, zijnde dan ook de naamlooze maatschappij daartoe opgerigtonlangs ontbonden. 'sGRAVENHAGE, 21 Augustus. Z. M. heeft benoemd tot Raadsheer in het Prov. Geregtshof in Friesland U. A. Evertz, President van de Arr.-Regtbank te Heerenveen. Z. M. de Koning is gisteren avond van II. D. uitstap naar Soestdijk in deze residentie teruggekeerd. Het vertrek van Z. M. is thans bepaald op morgen ochtend. De Ko ning begeeft zich eerst naar Soestdijk en vertrekt Maandag naar Arnhem alwaar zich Z. M. gevolg zal bevindendat de reis zal medemaken. Van Arnhem zal de reis naar Weimar met de stoomboot beginnen. De nieuw benoemde Spaansche Afgezant bij het Ned. Hof, Marino An tonio Lopez, vergezeld van zijnen attaché, is hier aangekomen, en aan het Hotel de l'Europe afgestapt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1847 | | pagina 1