overeenstemming acht met de bij de grondwet gewaarborgde vrijheid van godsdienst. De regering, kan door dien invloed, zelfs inmenging in de leer bewerkstelligen. De Minister beeft de bedenkingen behandeld, waarna nog de Heer de Kem- penacr bet woord heeft gevoerd. De beraadslaging wordt geschorst tot'savonds. De Voorzitter brengt nog eerst ter kennis, dat er wijzigingen zijn ontvangen in het Hoofdstak nopens de Katholijke Eeredienst bij welke wordt voorgedragen om in den staat van berekeningen, bij bet ontwerp van wet, de omschrijving van bet eerste artikel der 4cte afdeeling aldus te veranderen Art. 1. Jaarwedden van de Kerkvrogden der oud Bisschoppelijke Klerezij te Utrecht, te Haarlem en te 's Gravenhage, mitsgaders van derzelver algemee- nen Secretaris; welk art. oorspronkelijk dus luidde: Kosten voor het kerkelijk bestuur. Avondzitting van den 3,Jcn dezer. De Heer Luzac bedankt den Minister voor de door Z. Exc. op heden gegeven toezegging, om nader terug te komen op het besproken punt der Waalsche Predikants-plaats, te Leyden zoodra de omstandigheden daartoe de gelegenheid zullen aanbieden. De Spr. neemt akte van die belofte. Hij bestrijdt echter het denkbeeld van sinécures, dat de Minister op die gezindte heelt toegepast en haar beschouwd heelt als een lastpost voor de schatkist, die voor niets diende, als ware zij inderdaad niets; dat gaat, volgens Spr., te ver; want het betreft hier inderdaad eene geheele kerk, eene geheele gemeente, die hare geregelde wekelijksche diensten en in stellingen heeften da trin volkomen gelijk staal met alle andere gemeenten. Maar hetgeen den redenaar vooral en meer bijzonder getroffen beeft.is eene uitdrukking, die Z. Exc. zich veroorloofd heeft, door de Waalsche gemeente bier te lande te vergelijken niet planten die verwelken en welke bet de moeite niet meer waardig zou zijn, zich aan te trekken. Die uitdrukking heelt hem aandoenlijk getroffen. Hij is integendeel van gevoelendat de Begering die plant behoorde aan te kweeken en te verzorgen. Dit is bij de Grondwet voorgeschreven en berust op de vrijheid en bescherming van alle godsdienstige gezindten. De Heer Anemaet vereenigt zich hoofdzakelijk met de beschouwingen der vorige sprekers en brengt eenige bedenkingen in het midden tegen het vorige regt van collatie. De Heer van Dam van Isselt houdt eene belangrijke rede naar aanleiding van hetgeen heden morgen door een der sprekers is gezegd omtrent de ver drukking waarin de Protestantsche kerk zou verkeeren. Spreker vindt daariD aanleiding om te herhalen zijne vroegere verklaring, dat hij een afkeer heelt van alle geestelijk gezag heizij van Borne of van Dordrecht; maar als een on partijdige meent hij dat het noodig is dat ook tegen de Hervormde geestelijk heid evenzeer een breidel bestaen dat er toezigt zij tegen alle aanmatiging. De Heer Kniphorst ontwikkelt het denkbeeld dat er geene eenheid kan zijn daar waar twee speciale Ministers voor de Eeredienst bestaan. Een Commissaris politiek voor alle gezindten zou hij doelmatiger oordeelendan eerst zou het Hoofd van den staat behoorlijk en onpartijdig kunnen ingelicht zijn. Voorts dringt spreker aan omtrent wettelijke voorzieningen nopens het collalie-rcgt. Ter stemming overgegaan zijnde, is het VIde Hoofdstuk aangenomen met 43 tegen 14 stemmen. Daarna is de Zitting opgeheven. In de Zitting van den 4dcn dezer is, na eenige beraadslagingen aange nomen het V11d c Hoofdstuk (B. Kathol. Eeredienst) met 43 tegen 13 stemmen. Tegen stemden de Heeren; van Dam van Isselt, Stormvan Heemstra, Luzac, Verwey-MejanUytwerf Sterling, van Goltstein, Kniphorst, de Kem- pcnacr, van BoscuthalSchooneveldAnemaet en Hoffman. Daarna zijn de beraadslagingen gevoerd over het VIIIste Hoofdstuk (Marine). Ook dat Hoofdstuk wordt, na de verdediging van Z. Exc. den Minister voor de Marine, aangenomen met 45 legen 13 stemmen. Tegen hebben gestemd de lieeren: de Kempenaer, van Rosenthal, Schoone veld, Aneinact, Hoffmann, van Dam vari Isselt, Storm, van Heemstra, van Hcloma, Luzac, Verwey-Mejan, Uytwerf Sterling en van Goltstein. Daarna worden de boraadslagingen geopend over Hoofdstuk IX (Nat. schuld). In de Zitting van de Tweede Kamer der Slalen-Generaal van heden zijn de beraadslagingen voortgezet over Hoofdstuk IX B der begrooting departe ment van Finanlien. Daarover hebben hel woord gevoerd de Heeren Storm, Anemaet, van Golt stein, Kniphorst, de MorichyLuyben, Mutsaers en van Sasse van IJsselt. Nadat Z. Exc. de Minister van Finanlien het hoofdstuk verdedigd, en de ver schillende bedenkingen beantwoord had, is het hoofdstuk aangenomen met 34 tegen 23 stemmen. - De Vergadering nadert nu tot het Xdc Hoofdstuk, Oorlog. Oorlog, voorheen slechts een plaag als ze werkelijk bestond; thans een plaag die blijlt, zelfs in vollen vredestijd. In een' tijd waar van dag tot dag ieders eigen belang, het zoo sterk toenemend onderling verkeer der volken, de ledige schat kisten het woeden dier plaag onwaarschijnlijker maken, blijft ze door de vrees die men voor haar schijnt te koesteren, ook al woedt ze niet, een we- zentlijke plaag een invretende kanker. Of is eene helling van nagenoeg 12 milfioenvan een zesde der gansche begroo- ting, geen vreeselijke plaag voor het arme volk dat er toe moet opbrengen; dat met smart en ergernis voor hun zuur verdiende geld, defensieliniën en bomvrije torens ziet stichten en vestingen onderhouden die naderhand den vijand, als er een kwam, tol schuilhoeken zouden kunnen dienen. Wel kunnen wij helaas nog geen krijgsmagt ontbeeren, daar, waar men, de hemel weet door welken invloed, het volk tot oproer wist op te ruijenis de droeve noodzakelijkheid er van geblekendoch iedere ton gouds die er van lieverlede op wierd uitgezuinigdzou ter bevordering van landverhuizing aangewend zeker der natie meer tot heil en welvaart strekken dan forten en torenswier bezwarend onderhoud de daartoe aangewende kapitalen met eene omgekeerde rente belasten. Het ter requisilie van het openbaar ministerie ambtshalve ingestelde voorloopig regterlijk onderzoek jegens den pseudo-leverancier van ambten of posten, Govert Pieter Verplocgh, thans alhier in hechtenis, wordt met ijver en zorg voortgezet. Beeds onderscheidene personen hebben in deze beruchte zaak getuigenis afgelegd, terwijl ook de beklaagde een en andermaal is ge hoord. De beklaagde heeft stellig verklaard(en alzoo in strijd met zijne vroegere voorgevens) op geenerlei wijs met ambtenaren der departementen van algemeen bestuur in betrekking te staan, en dat overigens de onderhavige geïncrimineerde speculatie, hoewel onder den naam van den firma van Godefroy en Comp. gevoerddoor hem alleen heeft plaats gehad en dat hij derhalve geene medepligtigen kan aanwijzen. BOTTERDAM, 4 Augustus. Heden vertrekt van hier een Engelseh fregat, met ruim 200 landverhuizers naar New-York, grootendeels uit de Pruissische Rijn-Provinciën. Voorts eenige huisgezinnen van het eiland Schouwen, waarbij een Onderwijzer van den tweeden rang zich gevoegd heelt, welke niet onbedreven is in de Engelsche, Fransche en Hoogduilsche talen, met voornemen om te New-York een school op te rigten. De Heer Directeur der Marine Ver-lluëll heeft 11. Zaturdag, Z. D. H. den Hertog van Nassau, en gevolg, met eene sloep van 's Rijks werf, van het Graud Hotel des Pays-Bas afgehaald. H. D. begaf zich naar het etablissement der Nederlandsche Stoomboot-Maatschappij op Fijenoord. Na aldaar al het merkwaardige bezocht te hebben werd 's Rijks werf insgelijks met een bezoek vereerd. Nadat Z. II. de magazijnen en op slapel staande schepen in oogen- schouw had genomenkeerde II. D. met den sloep weder naar gezegd Ilötel terug, en vertrok ten 12 ure met de Engelsche stoomboot naar Londen. GOUDA. 3 Augustus. Gisteren zijn onze ingezetenen voor een groot onheil bewaard gebleven indien het ongeluk 2 a 3 uren later ware geschiedzou de stad in rouw gedompeld zijn. Het paardenspel van den Heer Gautier, dat steeds druk bezocht wordt en waarvan reeds 500 kaartjes voor dien avond waren afge geven, is namelijk plotseling, onder een vreesclijk gedruischvoor het grootste gedeelte ingestort, waardoor de tent en de deeoratiën aanmerkelijke schade hebben geleden. AMSTERDAM, 4 Augustus. Den ÏO^11 en Uiten dezer zal de gewone algemeene vergadering der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen gehouden worden, onder voorzitting van den mede-Hoofdbestuurder Dr. J. P. Heye. De Voorzitter zal de Vergadering met eene toepasselijke rede openen. Dings- dag den 10de,)des morgens te half 11 ure. Daarna zullen de gewone werkzaamheden eenen aanvang nemenals het jaarlijksch verslag wegens den staat der maatschappij, benoeming van com- raissiën keuze van prijsvragenenz. Eindelijk zullen de bijzondere voorstellen behandeld worden. Onder deze bijzondere voorstellen zijn er, die van groot algemeen belang geacht kunnen worden. Daaronder rekenen wij vooral die van de departementen Barneveld, Andijk, c. a. en Assen, waarbij de Landverhuizing tot een onderwerp voor de bemoei- jingen der maatschappij wordt voorgesteld, voorts dat van het dcpailement Sneek over de afschaffing der slavernij in onze koloniënwijders het onder, werp der volks-zangscholenenz. Naar wij vernemen is den afgevaardigden op den eersten avond der bijeen komst door het Hoofdbestuur eer. eigenaardig genot voorbereid. De Heeren bestuurders der volks-zangsehoolopgerigt door de beide Amstcrdamsche de partementen, zijn namelijk door het Hoofdbestuur verzocht om op Dingsdag avond eene les te geven in het locaal Odéon waarbij de afgevaardigden uit- genoodigd zullen worden met hunne dames tegenwoordig te zijn. Wij verne men dat de onmogelijkheid om een ruimer locaal te vinden, het bestuur der zangschool genoodzaakt heeft, om deze uitnoodigingen alleen te laten rigten aan de afgevaardigden, en niet aan alle belangstellende leden der maatschappij, gelijk het gewenscht had te kunnen doen. Trouwens, de leden der beide Amsterdamsche departementen hebben reads meermalen door de openbare examens, in de Rcmonstrantsche kerk gehouden, gelegenheid gehad de doel treffendheid van het onderwijs op deze zangschoolen deszells goede vruchten te leeren kennen. AmstCour.) DEN HELDER, 2 Augustus. Heden is van hier naar Batavia uitgezeild 's Lands brik de Zwaluw, van 18 stukken, onder bevel van den Kapitein-Luitenant C. Noorduyn, bestemd voor de dienst in Oost-Indiën. Genoemde bodem verliet onder het gewone salut met een zeer gunstigen wind de reede van Texel. Voorts zijn uitgezeild: Elise, Kapt. T. de Meester; Batavier, Kapt. D. Grim; Amstel, Kapt. J. van Duin, Amphitrite, Kapt. K. J. de Jong, alle vier naar Batavia, en Allersma, Kapt. B. W. Vos, naar Suriname. UTRECHT, 4 Augustus. Vrijdag 11. heeft alhier de plegtige installatie plaats gehad van den Sclvout- bij-Nacht N. L. Koops, als Lid van het Hoog Militair Geregtshof. De Heer President Ras heeft bij die gelegenheid eene aanspraak gedaan, welke door den Heer Koops is beantwoord.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1847 | | pagina 2