mogelijk zijn om zulk eene groote en sterke magt in het veld te brengen als de voormalige bevelhebber ter zijner beschikking had. De manschappen, de zelve uitmakende, zijn huiswaarts gekeerd, opgewekt en verontwaardigd over de behandeling welke zij in de publieke dienst ondervonden hebben zijnde hunne diensten van weinig nut gemaakt door wanbestuur en geringe jaloeziëu. Het zal eene moeijelijke taak zijn meer burger-ligtingen te heffen. Met ge willige harten en edelmoedige geestdrift, gehoorzaamden zij de stem die hen uit hunne woningen riep, om maanden lang hardigheden en ontberingen te verduren zonder eenige belooning hoegenaamd. En wat is bun loon ge weest? Hun ellendige toestand en wreede behandeling en de ellende van hunnen terugtogt, zijn nog versch in het geheugen des volks en zullen niet ligt vergeten worden. Indien een volledig en onpartijdig verhaal van dezen oorlog geschreven werd, zouden de opgaven te huis naauwelijks worden ge loofd. Aldus is het gesteld inet het volk dezer grenzen. Gedurende jaren hebben zij grieven doorgestaan, welke schier boven hunne magt waren; en zij hoopten tegen hoop. De aanstelling van eiken nieuwen Gouverneur be zielde hen met nieuwe verwachtingen; zij vestigen thans met vernieuwd ver trouwen, het oog op Sir Ilcnry Pultingcr, en van den uitslag van wiens per soneel onderzoek op de plaats, hun toekomstig wel of wee afhangt. Verder vindt men nog het volgende uittreksel uit eenen bijzonderen brief, gedagteekend OmlaasPort Natal, 25 Januarij. M. van Breda is op weg, naar Delagoabaai gestorven, men zegt, dat er een groote vallei staand water is tusschen Origslad en Delagoabaai, de men schen kunnen dezelve niet ver passerenen als dan de pestdamp die over het water is, door den wind wordt weggewaaid, is het doodelijk voor inenschcri wilde dieren en tam vee. Zoo zijn v. Breda en de andere menschen bij de wa gens dood gevonden; eenige op en anderen onder de wagens; zelfs eenigen zoo als zij stonden om de ossen te vangen en voor de wagens te spannen vonden zij voor de ossen dood liggende. Er zijn eenige menschen van Origstad gere den om de wagens en goederen te halen, en hebben de doode ossen uit elkan der moeten snijden om hen onder de wagens uit te krijgen zoo als zij er onder gekropen zijn. De lijken van de menschen hebben zij niet kunnen begraven en zijn zoo op het veld blijven liggen. De damp is zoo verpestend, dat zelfs dc vracht n negotie en de tentzeilen der wagens zoodanig verrot waren, dat zij aan flarden scheurden. FÏÏUIlSSElN. BERLIJN, 6 Junij. De beraadslagingen van den Landdag zijn gisteren voortgezet over de mede werking der Staten in het bepalen der belastingen. De Commissie is van oordcel geweest, dat het regt van medewerking, bij de wetten van 22 Mei 1315 en van 5 Junij 1823 aan de Staten verleend, zich tot alle belastingen zonder onderscheid uitstrekt. Na eenige woordenwisseling worden de conclu sion der commissie, strekkende om den Koning te verzoeken de beide wetge vingen, de oude en de nieuwe, omtrent dit punt overeen te brengen, met algemeene stemmen aangenomen. Omtrent de vraag, of het regt van bewilliging zich almede tot alle belas tingen kon uitstrekken, zijn de meeningen bij de commissie, ook na de beraad slaging verdeeld gebleven, en is besloten de zaken lot den volgende Landdag te laten zoo zij zijn. Ook de vraagstukken betreffende de domeinen en de indirecte belastingen hebben vrij levendige discussiën uitgelokt. Het besluit van de commissie, om de Staten op deze punten dezelfde wer king te laten uitoefenen als hun bij vroegere wetten was toegekend, is ten slotte met algemeene stemmen aangenomen. Eindelijk is nog met algemeene stemmen aangenomen het voorstel, om den Koning te verzoeken, in de grondwetten van den staat geene verandering te maken zonder bewilliging der Stalen. TRIER, 25 Mei. Tot hiertoe werden de Candidaten voor de Domeuriën en de Godsdicnstleera- ren hij de Gymnasien en hoogere burgerscholen door de Regering benoemd doch voor de aanstelling dc goedkeuring der bisschoppelijke magt ingewacht: maar de Bisschop beweert nu dat hem dat regt van benoeming onmiddellijk zou toekomen en wil den Staat er buiten sluiten. WÜRTEMBERG. STUTTGART, 7 Junij. Nadere berigten aangaande de verwoestingendoor een onweder op den 29sten Mei, luiden allertreurigst. Op vele plaatsen lag de hagel twee a drie voeten hoog, en waren de uitziglen van den landman ten eenernale verijdeld. ENGELAND, LONDEN, 9 Junij. Eergisteren beeft Prins Oscar van Zweden Portsmouth bezocht, waar bij met veel eerbewijzen is ontvangen en alle scheepsinrigtingcn naauwkeur.g heeft opgenomen. AVat er van de repeal-associatie komen zalis nog onzeker. Maandag hield zij, sedert O'Connells dood hare eerste vergadering, waarin voorstellen werden gedaan om een' zijner zonen aan het hoofd te stellenwelke echter voor die eer bedankten. A'olgens berigten uit Oost-Indië zou de tegenwoordige Gouverneur-Gene raal Lord Ilardinge zijnen post nederleggenen het Ministerie in verband met de Oost-Indische Compagnie voornemens zijn, om die betrekking op te dragen aan Sir James Graham ofschoon deze een tegenstander van het AA'big-Minis- terie is. FRANKRIJK. PARIJS, 10 Junij. De Commissie der Kamer van Afgevaardigden benoemd om verslag uit te brengen op het wetsontwerp tot verlenging der wetten betrekkelijk den in voer van granen en andere levensmiddelenheeft voorgesteld om den termijn tot 31 Januarij 1848 te verlengen omdat dan de Kamers bijeen zullen zijn en men over eene nieuwe verlenging, zoo zij noodig was, zal kunnen raad plegen. De Kamer van Afgevaardigden beraadslaagt nog altijd over de buiten gewone credietenten behoeve van Algerie. De Generaal Lamorcière ijverde zeer tegen de militaire, maar sterk voor de burgerlijke kolonisatie. De Minis ter Guizot hield eene schitterende lofrede op den Maarschalk Bugeaud, welke eenige bevreemding verwekte, daar nu juist het ontslag van dezen als Gou verneur-Generaal is aangenomen. Men begint al meer en meer in twijfel te trekken of de logt tegen de Ka- bylen zoo volkomen geslaagd is, daar onderscheiden corpsen nog niet in hunne kantonnementen zijn teruggekeerd en de vijandelijkheden inet vele stammen nog voortduren. De Regering zal de zeeinagt op den Taag met 4 schepen versterken. In 1831 bedroeg het getal der Fransche troepen in Algerie 18.000 man van alle wapenen; in 1834 30,000; in 1338 48,000; in 1841 70,000; in 1843 70,000; in 1845 83,000, en in 1840 101,000. BELGIË. BRUSSEL, 10 Junij. De nieuw benoemde Engelsche Gezant, Lord Howard de Walden, is heden door den Koning in een pleglig gehoor ontvangen. Z. M. moet in een' lij denden toestad verkeeren en in liet oogloopeud verzwakt zijn. De uitslag der verkiezingen op den 8sten Junij is allezins ten voordeele van de partij der liberalen geweest. De partij der geestelijkheid heeft be langrijke nederlagen geleden, vooral te Doornik, alwaar de Heer Dumortier, en te Gendwaar de Heer Desinaisièresbeiden erkende steunpilaren der be houdende partij, niet zijn gekozen. Onder de nederlagen, welke daarente gen de liberalen hebben ondergaan behoort in de voornaamste plaats de be noeming van den Heer Raikem. Ook zijn de Ministers Dechamps en de Theux herkozen. A'olgens de meening van onpartijdigenzullen de partijen in de Kamer nu nagenoeg gelijk staan, en heelt de oppositie niet meer dan 14 of 15 aanhangers gewonnen. Het vijfde bureau voor de verkiezingen te Gent, bestond uit de kiezers van de gemeenten Everghem en AA'aerschootwaarop de katholieke partij het meeste rekende. Een geestelijke, geen kiezer zijnde, had in de zaal weten te dringen, deed zich de billetter) geven van de kiezers van den landclijken stand en onderzocht dezelve. Wanneer een dezer billctten den naam niet droeg van een ministerieel candidaatverscheurde hij het en gaf een ander billet, ter nieuwe invulling, aan den kiezer. Do liberalen betrapten den deliquent op heeterdaaden het bureau paste op hem toe art. 15 der wet van 1 April 1843, waarbij ieder, die, geen kiezer zijnde, in de zaal der verkiezingen is doorgedrongen, bedreigd wordt met eene boete van 50 tot 500 fr. Heden morgen is hier op het pleingenaamd Place Royalede vrij heids-boom weggenomenom plaats te maken voor het aldaar op te rigteu standbeeld van Godfried van Bouillon, Koning van Jerusalem in 1099. Er is aan de poort te Namen eene voor de Oudheidkunde zeer belang rijke ontdekking gedaan. Men heeft namelijk in de rots te midden van men schen- en dierenbeenderen twee Ilomeinsche munten gevonden een van Anto- nius, de andere van Septiuiius Severus. De laatste is nog zeer gaaf. Deze daadzaken bevestigen allezins het reeds lang gekoesterde vermoeden, dat die plaats ook tot een Romeinsch kamp gediend heeft. §TAD§ BERIGT. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad LEYDEN, brengen mits deze ter kennisse van de belanghebbenden, dat van den Heer Controleur der Directe Belastingen is ontvangen de Suppletoire Kohieren voor de Belasting op het Personeel en de Patenten, laatste kwartaal van de dienst 1846/1847, welke op den 4dcn dezer maand zijn executoir verklaard, en op heden aan den Heer Ontvanger verzonden. DU RIEU, Ley den 12 Junij 1847. Ter ordonnantie van dezelve, v. PUTTKAMMER. AKADËRIE-NIEÜW3. PROMOTIE AAN DE LEADSCHE IIOOGESCHOOL. Den llden Junij de Heer S. Kcyzer, van Kampen, in de Letteren en Regten, na Openbare verdediging zijner Dissertatiën de Iureiurando lustiniano et Theodorae praestando in ineundo munereen, de Tutela secundum jus Thalmudicum. PROMOTIE AAN DE GRONINGER HOOGESCHOOL. Den 8slcn Junij de Heer P. C. Romer, van Grouw (Prov. Friesland), in dc Geneeskunde, na verdediging zijner Dissertatie: de Proprietatibus corporis et (mimiquae a parentibus in sobolem propayaniur.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1847 | | pagina 3