LEYDSCHE
COURANT.
VRIJDAG, 7 MEI.
BINNENL ANDSCHE BE RIG-TEN.
De Courant wordt MaandagWoensdag en
Vrijdag uitgegevenDie van Maandag komt
uit Zaturdag avond.
De Prijs der Courant is f 12 in het jaar;
de afzonderlijke nommers worden tegen 10
Centen afgegeven
LEYDEN6 Mei.
Na de laatste opgave is nog bij Ds Fangman ontvangen voor Opijnenvan
N. N. ƒ2.50 en van N. N. ƒ1.50, en voor de Noodlijdenden in de Bomraeler-
waard van N. N. ƒ10.
Den 4den April 1847, des namiddags, is op den llaagsclie weg nabij bet
Huis den Deyl, een brief gevonden, onder het adres: aan mijn geachte Broer
en Zuster te Rotterdam de eigenaar kan zich ter terugkoming van dezelve
vervoegen bij de Directie van Policie alhier.
Behalve de benoeming van den Heer R. Eobalto, tot lid van de lste
klasse van het Koninklijk Nederl. instituutin onze vorige gemeldzijn nog
de volgende benoemingen door Z. M. goedgekeurd: J. C. Pilaar, te Medem-
blik S. Buysing, te Delft; L. J. A. van der Kun, te 's Gravenhage, en A.
J. d'Ailly, te Amsterdam.
Bij de 2ie klasse de Heer Is. A. Nijhoffte Arnhembereids correspon
dent der klasse. Bij de 3lIe klasse, de Heer P. Hofstede de Groot, floog-
leeraar te Groningen mede alreeds correspondent der klasse.
De lste klasse voornoemd heeft nog tot hare correspondenten verkozen de
Hecren F. W. Conrad, te 's Gravenhage; J. Donders, te Utrecht; H. C. Focke,
te Suriname; G. A. van Kerkwijk, te Breda; C. J. Matlhes, te Deventer;
F. Dozy, te LeydenA. S. Reub, te Utrecht; H. Schlegelte Leyden; IV.
Staring, te Zutphen en C. Swaving te Buitenzorg op Java.
Uit het Westland meldt mendat de aardappelen gunstig staan.
In een bij het Handelshl. door den Heer A. Elink Sterk Jr. ingezonden
stuk, over de hooge noodzakelijkheid om ten spoedigste een' vrijen Graanhandel
in te voeren leest men onder anderen het volgende
Het gezond verstand leert, volgens een geliefd Hollandsch spreekwoord, dat
men als het tij verloopt, de bakens verzetten moet. En ziet men dan niet,
dat Engeland, met den daarheen vloeijenden magtigen stroom, nu werkelijk
reeds bet tij zoodanig doet verloopen, dat de verzetting der bakens bij ons
geen oogenblik langer uitgesteld mag worden? Daar nu de staatshuishoud
kunde reeds voor lang den staf over het bcschermingsstelsel heeft gebroken
vordert ook deze, dat wij ons zullen haasten, met aan den eisch van het
gezond verstand gehoor te geven, en dat wij nu met een kloek beraad spoedig
die ontheffingen daarstellenwelke altijd te wenschen en al voor lang door
alle wetenschap aanbevolen waren maar anders welligt zonder schade nog
eenig uitstel hadden kunnen lijden.
Niemand is er, noch in de Regering, noch in de Kamers, noch onder den
handel, noch onder de geprivilegieerde grondeigenaars zei ven veel min onder
de overige massa der Nederlandsche bevolking, die niet de thans reeds plaats
hebbende sterke afstrooming van levensmiddelen naar Engeland ziet en daarbij
de erkentenis weigeren kan dat dit den weg tot groole en onvoorziene voor
deden aan onzen landbouw opent, maar dat het ook evenzeer, wanneer bij
ons die uitvoer vrij blijven moet, zonder gelijktijdige vrijheid van invoer, cene
allerschadelijkste verhouding voor onze geheele bevolking moet doen geboren
worden. Niemand tevens kan ik mij denken die weigeren zal te erkennen
dat, zoo hier een vast regt en in Engeland vrijdom wordt daargesteldonze
handel een harden dobber zal hebben en zich althans zeker geene verdere ont
wikkelingen mag beloven.
Stelt men de granen vrij, zoo zullen allerlei andere billijke vrijdommen als
van zeiven volgendus ook daardoor weder nieuwe bronnen van algemeenc
welvaart vlieten. Begrijpen de grondeigenaren nietdat biervan altijd weder
nieuwe bijdragen ook tot hunne welvaart te wachten zijn begrijpen zij niet
dat dus alles, volkomen alles, zich in deze oogenblikken vereenigtom een
kloek en snel hesluit wenschelijk te maken dan wil ik ten minste nog de
hoop niet opgeven, dat onze Regering en de Staten-Generaal de zaak, voor
hen en voor de geheele bevolking, beter begrijpen en behartigen zullen, op
dat de eisch van het algemeen belang van ons dierbare vaderland niet aan zoo
bekrompene inzigten worde prijs gegeven.
Zoo men nu niet waakzaam isom te zorgen bij Engeland niet achter te
staan zal men er mij later bij gedenkeneven als ik dit schrijvendeher
denk wat in Hollands Rijkdom zoo overvloedig gezegd is van de oorzaken
van het verval van menig voordeeligcn takdien wij door verschil van regtcn
naar Hamburg en Bremen verdreven hebben, gelijkerwijze als wij riu misschien
op het punt staan de overblijfselen van onzen heerlijken graanhandel voor
goed aan de nog veel geduebter concurrentie van Engeland te vermaken.
In de Amsterdamsche Courant leest men De Hoogleeraar den Tex
heeft in eene der beide merkwaardige redevoeringen in December 11., gehou
den de opmerking gemaakt, dat bet beschermende stelsel, ten opzigte der
wetgeving op den graanhandelzich vooral in constitutionele staten ontwik
keld heeft. Do reden daarvan is, gelooven wij, niet ver te zoeken. In al
die staten is de wetgeving meer of min in handen of onder den invloed van
enkele weinigendie als vertegenwoordigers des volks handelen. Die weini
gen of wel zijdie tot hunne verkiezing medewerkenworden er toe be
voegd door eenen censusbij de berekening van den census neemt men als
maatstaf aan regtstreeks of middelijk het vermogen der kiezers of ver
kiesbarenen bepaaldelijk den grondeigendom. In alle constitutionele staten
spelen dus de grondeigenaren eerie hoofdrol; en wel zonderling zoude bet zijn,
indien deze niet, hetzij uit zwakheid, hetzij uit vooroordeel, hetzij uit nog
minder prijzenswaardige oorzakenin de eerste plaats het belang van hen zel-
vcn en van degenendie ben het naast omgevenbeseften en in het oog
hielden. En de regeringen zijn zelden in staat, zich boven den invloed van
zulk eene magtige corporatie van grondeigenaren en wetgevers te gelijk
te verheffen.
Van bier dat met hand en tand vasthouden tot het uiterste oogenblik, ook
in de tegenwoordige crisis, aan bescherming.
Gedane zaken nemen gcenen keer. Het baat niets nu nog te klagen over
gebrek aan tijdige voorzorg. Wij willen zelfs toegeven dat bet twijfelachtig
is of de beschikbare voorraden zoo veel grooter zouden geweest zijn, indien de
aanmoedigende maatregelen overal in den winter eerst uitgevaardigdreeds
in den verleden zomer waren ter hand genomen. Maar dit mag, dit kan niet
verzwegen worden dit moet als eene waarschuwing voor de toekomst gezegd
en herhaald wordende bron van het leeddat thans over Europa is uitge
stort, ligt zoowel in de verkeerde handelingen der mcnschen, als in de onbe
grijpelijke werking van natuurkrachten. Jaren lang heeft men overal den
handel gestremd en beperkt. Overal heeft het verkeer tusschen de volken
zich naar die beperking geplooid, en heeft zich de productie in die banden
bekrompen. En thans schieten alle kunstmiddelen te kort om plotseling de
plant vrucht te doen dragen, die men steeds in haren wasdom en ontwikke
ling heeft belemmerd. Hadden de westelijke staten van Europa sedert dertig
jaren eenen vrijen handel genoten, zij zouden er thans niet zoo dringende
behoefte aan hebben.
In het nommer voor de maand Mei van de Volksvriendvindt men
in een belangrijk artikel: het graan en de sterke drankeene berekening
van bet graandat in plaats van lot nuttig voedsel te worden gebruikttot
een vergif wordt verstookt, dat velen duizenden ellende en verderf aanbrengt.
Het jaarlijksch gebruik volgens de ruim 8 millioen accijns die het binnenl.
gedistilleerd, buiten de opcenten en collectiuf zegel in 1824, 1834 en 1844
opbragt, wordt daar berekend op 235,515 vaten, waartoe 412,316 mud
rogge en 524,300 gerst zijn verbruikt, te zamen tegen den middelharen
prijs van ƒ5 en ƒ4, voor ongeveer 3 millioen guldens, thans voor ruim 7
millioen.
Uit de reeds vermelde rogge zou ruim 42 millioen Ned. ffi brood te bakken
zijn geweest. Ook de gerst bad 13J millioen kop gort kunnen opleveren.
Elke kan jenever verslindt 3J- oud ffi brood en ruim t. kop gort.
'sGRAVENHAGE, 6 Mei.
Z. M. heeft benoemd tot Procureur bij bet Prov. Geregtshof en Arrond.
Regtbank te Utrecht Mr. A. S. van Hengelaar Jr., Advocaat aldaar.
De gepensioneerde Vice-Admiraal van lloogenhouck Tulleken is door
Z. M. in den Nederlandschen Adelstand verheven, overgaande op zijne manne
lijke en vrouwelijke afstammelingen.
Z. M. heeft aan het Collegie Zeemanshoop te Amsterdam ƒ500 doen toe
komen. Ook heeft Z. M. den invoer van rijst in Luxemburg tot 1° October
vrijgesteld.
Heden middag is er familie-diner ten hove, waaraan Z. M. de Koning voor
het eerst weder deelgenomen heeft.
De Minister van Marine heeft de belanghebbenden verwittigd, dat zijne
gewone audiëntie op Vrijdag, den 7<lcn dezer, geen plaats zal hebben.