Hollanders dezen aanval moedig afweerden, kwam de scheldnaam op, dien
wij ons, zegt het genoemde blad, tot den tegenwoordigen dag moeten laten
welgevallen.
Te Halle vierde den 27sten Dec. de Hoogleeraar in de Godgeleerdheid
Wegscheider zijn 50-jarig Doctoraat. Op dit leest werd ook een brief van den
Minister Eiehhorn ontvangen, waarin wel is waar de gemoedelijke trouw,
met welke Wegscheider zijne universitcils-ainbten vervuld had, als ook de
eerlijke overtuiging, waarmede hij de waarheid nagespoord en haar naar zijn
best vermogen had pogen te bevorderenerkend werdenmaar toch ook te
verstaan gegeven werd, dat de geest, welke vroeger in het behandelen der
godgeleerdheid de bijna algemeen heerschende rigting gat, thans, als noch de
eischen der wetenschap noch de behoeften van het kerkelijke leven meer vol
doende, voor de nieuwere theologische ontwikkeling had moeten wijken.
Het ontwerp der constitutie zou, volgens een brief uit de hoofdstad,
zich reeds in de handen van den Koning bevinden.
KEULEN, 6 Januarij.
Het bestuur van de centraal-dombouw-vereeniging alhier hield op 29 De
cember jl. zijne laatste inaandelijksche vergadering voor het jongst afgeloopen
jaar. Volgens het door den President van dat bestuur uitgebragt verslag wa
ren 2,166 rijksd. aan bijdragen ontvangen, zoodat op den dag der zitting het
gezamentlijke bedrag der ontvangsten eene som beliep van 181,336 rijksd.
Van die som was uitgegeven: 136,000 rijksd. Tot den verderen opbouw van
den Dom, 9,900 rijksd. Voor de muurschilderingen in hethooge koor, 3.000
rijksd. Tot den aankoop van het Lagerhaus, uitmakende (met inbegrip van
de overbrengstcn der jaren 18411846) eene som 155,526 rijksd., zoodat op
den 29sten December jl. nog 25,810 rijksd. in kas waren. Het in dit jaar
nog te verwachten overschot der bijdragen van 1846, zullen waarschijnlijk nog
11- a 12,000 rijksd. opbrengen, zoodat de centraalvereeniging in den loop
van dit jaar voor den verderen ophouw van den Dom over eene som van
37 a 38,000 rijksd. zal te beschikken hebben.
SEIJERE1Ï.
De Iloogeschool van Munchen telt thans 1463 studenten, onder welke 123
buitenlanders.
FRASKFOBT.
Volgens bepaling der Regering zal aan de bakkers wekelijks 860 mudden
tarwe en even zooveel rogge uit de stedelijke magazijnen worden verstrekt,
zoodanig dat de 8 brood op 44 cents zal te staan komen. De Tiegeiing
gaat voort voor hare rekening granen aan te koopen.
EAGEL1K1).
LONDEN, 11 Januarij.
Voorleden week zijn van hier naar België verzonden 10,000 oneen gemunt
zilver cn 15,000 oneen in staven, alles in betaling van geleverde granen en
eetwaren.
De toestand in Ierland wordt dagelijks treuriger. De dagbladen deden
lange lijsten mede van sterfgevallen, die het gevolg van armoede en gebrek
zijn. Bovendien bevatten de armhuizen meer behoeftigen dan zij moesten
opnemen, onder anderen te Dungarvon, waar het armhuis voor 800 personen
is ingerigl, cn waarin er zich thans meer dan 1000 bevinden, terwijl zich
nog een viermaal grooter getal heelt aangemeld. De orde is te Dublin zelfs
1. 1. Vrijdag verstoord geworden door een' troep armen, die de bakkerswinkels
afliep, brood eischende. De politie heeft die lieden doen uiteengaan.
FRANKRIJK.
PARIJS, 12 Januarij.
De Koning heeft gisteren de zitting der Wetgevende Kamers inet de volgen
de aanspraak geopend
«Mijne heeren de Pairs, mijne heeren de Aegevaardigden!
«Terwij ik u oproep om de werkzaamheden dezer zitling te hervatten,
is het mijn eerste wenseh, dat gij tot het verligten van het lijden, hetwelk
dit jaar op een deel van onze bevolking drukt, aan mijne regering al uwe
medewerking schenkt.
«Ik heb mij beijverd, om de maatregelen te bevelen, geschikt om dit doel
te bereiken. Ik hoop, dat wij door de krachtige handhaving der orde, door
de vrijheid en veiligheid der handels-overeenkomsten, door een ruim en wel
begrepen gebruik van het openhaar vermogen, als dit met al zijne magt den
ijver der bijzondere weldadigheid te hulp komt, deze beproevingen zullen
lenigen, waarvoor de Voorzienigheid niet altijd de welvarendste Staten behoedt.
«Mijne betrekkingen met al de vreemde mogendheden boezemen mij het
vaste vertrouwen in dat de vrede der wereld verzekerd is.
«Het huwelijk van mijnen welbeminden zoon den Hertog van Montpcnsier,
met mijne welbeminde nicht, de Infante van Spanje, Luïsa Fernanda, heeft
de voldoening en de vertroostingen, die de Voorzienigheid mij in mijn gezin
heeft toebeschiktvolkomen doen worden. Die verbindtenis zal een nieuw
onderpand zijn voor die goede en innige betrekkingen welke sedert zoo lan
gen tijd tusschen Frankrijk en Spanje bestaanen welker handhaving voor
den voorspoed zoowel als voor de wederkeerige veiligheid der beide Staten
even wenschelijk is.
«Ik heb grond om te hopen, dat de zaken der Staten aan de Plata-rivier
weldra, in overeenkomst met de inzigten van mijne regering, met gemeen
overleg van die der Koningin van Groot-Britannie tot het hers,el in die land
streken van de veiligheid der handelsbetrekkingen omhelsd, geregeld zullen
worden.
«Ik heb met den Keizer van Rusland een verdrag van scheepvaart gesloten,
hetwelk ons, door eene billijke wedcrkcerigheidin onze maritime betrekkin
gen met dat Keizerrijkvoordeelen waarborgt, die het voor ons van belang
was tc behouden.
«Eene onverwachte gebeurtenis heeft den staat van zaken die in Europa
door het laatste verdrag van Weenen is gegrondvest, verstoord. De republiek
KrakauCen onafhankelijke en onzijdige Staat, is in het Oostenrijksch kei
zerrijk ingelijfd. Ik heb tegen deze inbreuk op de verdragen geprotesteerd.
«Binnen 's lands getuigt de gestadige vermeerdering van het openbare in
komen, in weerwil der oorzaken, welke daarin eene stremming hadden kun
nen te weeg brengen, van de voortdurende toeneming der bedrijvigheid en
der hulpbronnen van de bevolking. De linantiële wetten en onderscheidene
wetten betrekkelijk gewigtige verbetering in de wetgeving en in het beheer des
koningsrijks, zullen aan uwe beraadslagingen onderworpen worden.
«De groote openbare werken, die wij ondernomen hebben, zullen met de
volharding, door de belangen des lands geboden, en met de behoedzaamheid,
die tot handhaving van het openbaar credict geschikt is, ten einde gebragt
worden.
«Gij zult u ook met de maatregelen hebben bezig te houden, geschikt om
in onze Afrikaansche bezittingen den vooruitgang der kolonisatie en van de
inwendige welvaart te schragen. De rust, die door de dapperheid en zelfop
offering van ons leger zoo gelukkig in Algerie hersteld is, veroorlooft, om dit
gewiglig vraagstuk, waaromtrent een bepaald wetsontwerp zal worden aange
boden rijpelijk te onderzoeken.
«Mijne Heeren, ons bezielt een gemeenschappelijk gevoel. Gij hebt u allen,
even als ik en de mijnen, aan het geluk en de grootheid van ons vaderland
toegewijd. Eene reeds langdurige ondervinding heeft ons ingelicht omtrent de
staatkunde, die aan de zedelijke en stoffelijke belangen van dat vaderland
voegt, en die voor het tegenwoordige zijne welvaart, voor de toekomst de
vreedzame cn regelmatige ontwikkeling zijner lotsbestemming moet verzekeren.
Ik verwacht met vertrouwen van uwe vaderlandsliefde en van uwe wijsheid
de noodzakelijke medewerking tot vervulling dezer groote taak. Laten wij
elkander wederkeerig helpen om den last daarvan te dragen; Frankrijk zal de
vruchten onzer pogingen inoogsten."
De Koning heeft zich tot het uitspreken dezer troonrede in plegtigen optogt
naar het paleis der Kamer van Afgevaardigden begeven. Hij werd door zijne
vier zonen vergezeld. Al de overige leden van het Koninklijk gezin waren in
de vergaderzaal tegenwoordig. Zij allen maar ook vooral de Koning zelf,
zijn in de vergaderzaal met zeer buitengewone blijken van eerbied en geest
drift begroet.
De vreemde gezanten waren bij de plegtigheid tegenwoordig, ook do Engel-
sche, Lord Normanby, die de algemeene oplettendheid ditmaal in hooge mate
tot zich trok.
Eene aanzienlijke gewapende magt is te dezer gelegenheid te Parijs op de
been geweest; doch het blijkt niet, dat de orde aldaar in het allerminst is
gestoord.
De troonrede heeft veel genoegen gegeven. Men beschouwt de daarin voor
komende vredelievende verzekeringen als allezins geschikt, om het algemeen
vertrouwen te doen toenemen.
Gedurende 1846 zijn in deze hoofdstad binnengevoerd: 79.995 ossen,
22,586 koeijen 84,260 kalveren 486.445 schapen, 4848 stieren, 243 bok
ken, 333 geiten, in het geheel 668,710 stuks vee, hetgeen, in vergelijking
van 1845, eene vermeerdering van 35,064 stuks oplevert.
Heden zijn er bij de bank onderscheidene kisten met staven zilver uit
Londen aangekomen, voortspruitende uit de leening, welke de bank in ge
noemde stad heeft aangegaan. Het overige der 20 mill, wordt binnen weinig
dagen verwacht. Genoemde staven zijn dadelijk naar de munt gezonden, om
er stukken van vijf franken van te slaan.
In de Zitting van de Fransche Academie van den 7den is h t nietw
benoemde lid, de Heer Ch. de Remusat, entvangen. Als naar gewoonte,
heeft hij eene lofrede uitgesproken op den man in welks plaats hij was her
kozen, den bekenden en hoog geachten Royer Collardden raadsman van de
verdrevene Bourbons, in de dagen, toen geheel Frankrijk, door krijgsroem
verblind, zich voor het onbepaald gezag van een eenigen nederboog, in
de hoop van eenmaal iri zijn Vaderland eene orde van zaken te zien geboren
wordenbij welkeonder eeri eenhoofdigerfelijk bewind het regt tegen
willekeur konde worden gewaarborgd. Zijn loopbaan beginnende als pleit
bezorger te Parijs, in 1787, onder de leiding van den vermaarden Gerbier,
omhelsde hij gereedelijk, in 1789, de staatkundige grondbeginselen van dien
tijd. Gedurende het Keizerrijk is hij steeds ambteloos gebleven, cn hij zijne
betrekkingen met wijlen Lodewijk XVIII heeft hij altijd als voorwaarde ge
steld, n mmi'r den vreemdeling te dienen. In Frankrijk heeft hij echter
zijne bekwaamheid en verkregene ondervinding gaarne willen toewijden aan
de vestiging van de Universiteit, of het openbaar onderwijs van wege den
Staat, bij 't welk het klassieke, degelijke onderrigt op nieuw als regel cn
vercischte werd gesteld zonder de nieuwere ontdekkingen en vorderingen der
wetenschappen uit te sluiten.
De jongste omwenteling, als te zeer in strijd met zijne beginselen van
regt en wet, heeft hij betreurd, maar niet geheel kunnen afkeuren. «Ge
lukkig echter had bij deze omwenteling (dus zeide de redenaar), die onver
mijdelijk was geworden lij de scheuring tusschen de dynastie, de vertegen
woordiging en geheel het volk, deze viugtende dynas.ic noch de openbare