LEYDSCHE COURANT/; V-| N°. 65. f MAANDAG, 1 JUNIJ. u| I r/r BINNENLANDSCHE BERIGTEN. De Courant wordt MaandagWoensdag en Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt uit Zaturdag avond. De Prijs der Courant is ƒ12 in het jaar; de afzonderlijke nommers worden tegen 10 Centen afgegeven. LEYDEN, 30 Mei. Het Collegie van Raden en Generaalmeesteren der munt heeft bekend ge maakt dat hetzelve gezien heeft dat niet alleen valsche vijf en twintig cents-stukken worden uitgegeven gegoten in vormenvervaardigd op echte stukken, doch meestal kenbaar aan afwijking in gewigt, aan gebrek van scherpte der gravureaan ruwheid der oppervlakte en aan de kleurmaar dat, behalve deze, er onlangs ecne nieuwe soort in Noord-Braband is uitge geven, met het jaartal 1825, het teeken der munt te Utrecht, en in kleur nagenoeg gelijk doch ligter dan de echte; dat aan de letterzijdc de W veel kleiner en meer ineengedrongen is, en de laatste krul grooter dan in de echte stuk ken het onderste gedeelte der kroon naauweren veel grover dan op de echte, en de pareltjes van den rand van het stuk onduidelijk en te ver van elkander; de cijfers niet alle even groot: de 8 kleiner dan in de echte; dat de .aanmerkingen op de kroon der letterzijdeook op de kroon der wapenzijde toepasselijk zijnterwijl dezelve bovendien scheef isdat het wapenschild kleiner is en voorzien van een breedenplatten rand die niet op de echte stukken voorkomt; dat de leeuw iets meer voorover staat en het kroontje te klein is; dat de horizontale strepen, het azuur aanduidende, slordig zijn en in elkander loopendede blokjes ongelijk, niet zuiver; de cijfers 25 te klein en tevens te hoogde C te grootde punt te digt bij de C de Mercurius- staf, het teeken der Munt te Utrecht, onnaauwkeurig en gebrekkig; de paarlen van den rand der wapenzijde te spits, te weinig in getal en te ver van elkander. Dat het door het Collegie onderzochte stuk bestaat uit koper zink en nickelkomende dus overeen met het zoogenaamde Neu-Silber. Het Collegie vermaant ieder, om op de personen acht te slaan, die zoodanige valsche stukken in betaling mogten aanbieden, en dezelve, met opgave van alle tot inlichting dienende omstandigheden, zonder uitstel, aan de ambte naren der justitie of politie bekend te maken; terwijl de ingezetenen, welke vermeencn dat zij valsche of verminkte stukken, van anderen ontvangen, weder mogen uitgeven, herinnerd worden aan art. 135 van het Wetb. vanStrafregt. Daar de Ilooge Raad den 22sten conform de conclusiën van den Procureur- Generaal, den eisch van een vader ter opvoeding van cenen zoon uit een zeven tal kinderen volgens Keizerlijk besluitdat hier te lande den 8st(m Novem ber 1810 kracht van wet heeft gekregen, heeft toegestaan, cn den Staat ver oordeeld den cischer jaarlijks 250 uit te keeren, tot aan het 13lIejaar van het zevende kinddaartoe door den vader aangewezenzoo achten wij het niet onbelangrijk hier achter te laten volgen de woordelijke vertaling van genoemd Keizerlijk besluit: NAPOLEON, door de genade Gods en de staatsregeling der Re publiek Keizer der Franschen, aan alle tegenwoordigen en toekomenden HEIL. »Het wetgevend ligchaam heeft den 29slen Nivose van het 13de jaar (de toenmalige tijdrekening der Republiek, komende deze dagteekening overeen met 19 Januarij 1804) het volgend besluit genomen, overeenkomstig bet voorstel in naam des Keizers gedaan, en na geboord te hebben de redenaars van den Staatsraad van het tribunaat van dien dag. «Ieder huisvader die zeven kinderen in leven heeft, zal er onder de man- nelijken een kunnen aanwijzendat als het zijn tiende jaar zal volbragt hebben, op kosten van den Staat, in een Lyceum of in eene school voor kunsten en ambachten zal worden opgeleid. De keus van den vader zal aan den Onder-Prefect worden verklaard hinnen den termijn van drie maanden na de geboorte van het laatste kinddeze termijn verstreken zijndezal de ver klaring niet meer worden toegelaten. «Zoo de vader binnen drie maanden overlijdt, zal de moeder de keus hebben. «Zoo de moeder binnen het hetzelfde tijdperk overlijdt, zal de voogd de keus hebben. «Vergeleken met het oorspronkelijke, door ons Voorzitter en Secretarissen van het wetgevend ligchaam. «Tc Parijs den 29sl(!n Nivose XIIIde jaar. (19 Januarij 1804.) «(Get.) FONTANES, Voorzitter SIE1JES, MUSSET, DANEL, FRANCIA, Secretarissen. «Lasten en bevelen dat de tegenwoordige voorzien van de zegels van den Staat en geplaatst in de verzameling van wetten, zullen gezonden worden aan de Geregtshoven, aan de Regtbanken en aan de administrative Autoriteiten om dezelve in hunne registers in te schrijven, op te volgen en te doen opvolgen; en de Grootregter Minister van justitie is gelast om voor de bekendmaking te zorgen. «Gegeven in het Paleis der Tuilleries, den 9dcn Pluviose XlIIdc jaar, (29 Jan. 1804) hel eerste van onze Regering. (Get.) NAPOLEON. «Gezien door ons Aartskanselier van het Keizerrijk CAMBACERES. «De Grootregter Minister van Justitie (Get.) REGNIER. «Van wege den Keizer de Secretaris van Staat (Get.) HUGUES B. MARET. In het laatst der aanstaande maand Junij zal aan het Hotel van het Provinciaal Gouvernement van Zuid-Holland te 's Gravenhageworden over gegaan tot de aanbesteding van het bouwen van een Provinciaal Geneeskundig Krankzinnigen-Gesticht, tusschen 'sGravenhage cn Scheveningenbij het Kanaal. Op Maandag den 8slCD Junij 184G zal te 's Hertogenbosch worden aan besteed het bouwen ecner Kerk voor de Waalschc Hervormde Gemeente te 's Hertogenbosch. 's GRAVENHAGE29 Mei. Z. M. beeft op verzoek eervol ontslag verleend als plaatsvervangend Kanton- regter te Woerden, aan den Heer J. de Braauw. In den afgeloopen nacht is het vaartuig, vervaardigd achter het paleis van Z. K. II. Prins Alexander der Nederlandenvan hier naar Rotterdam vervoerd om opgetakeld te worden. Het Prov. Hof in Zuid-Holland heeft, bij arrest van heden, uitspraak gedaan in de zaak van A. van der SchootC'. de KnegtA. de Koning J. A. Ippel en T. Keynemansen hen alle schuldig verklaard aan diefstal, met al de verzwarende omstandighedenin den nacht van 2 op 3 September 1845, bij C. van der Waal te Ridderkerk. Het Hof heeft na deze schuldig verklaring art. 381 Wetboek van Strafregt op de vijf personen toegepast en hen alzoo alle veroordeeld tot de straffe des doods, door het ophangen aan eenen galg, uit te voeren binnen de stad Dordrecht. Men verneemt dat de Heer Mr. M. Emants, sedert 1816 Secretaris dezer stadzijn eervol ontslag uit die betrekking heeft verzocht. Een zeker persoon zich noemende Baron von Vangerow is eergisteren hier gevangen genomen, vermoedende men dat het dezelfde is, die voorleden jaar zich hier als een Baron von Alterstern had opgegevenen zoo gemeend wordt, onder dien naam te Frankfort a. M., een handelhuis voor eene aan zienlijke som had opgeligt. Het Haagsche Dagllad deelt eenige nadere berigtcn mede over de Vereeniging van den werkenden en dienstbaren stand, aldaar. Met weet, dat in sommige der voornaamste steden van Duitschland met vrucht bet denkbeeld verwezcntlijkt is, dat door de Gérando het eerst werd opgeworpen, van vereenigingen die zich ten doel stelleneene bemiddeling tusschen de arbeidende en dienstbare klassen en de werkbazen, winkeliers enz. Zoo rigtte men in Dresden op het Verein fiir Arbeiter und Arbeit-Nachweisungwelk voorbeeld al spoedig in Leipzig, Berlijn en Praag navolging vond. Ook in Stokholm werd zoodanige instelling tot stand gebragt, en ook elders vindt men daarvan reeds de beginselen. In den algcloopen winter werd de grond van zulk eene inrigting ook hier ter stede gelegd. De algemcene Armenvergadering heeft zich deze zaak niet al de zorg, die zij vereischteaangetrokken en de statuten en reglementen der Dresdensche inrigting vooral geraadpleegdbij het ontwerpen van een reglement der Vereeniging tot verbetering van den werkenden en dienstbaren stand, hetwelk in Januarij jl. is vastgesteld, en thans een bestuur benoemd, aan wieonder haar toczigtde volvoering van de belangrijke taak is opge dragen die men zich voorstelt. Om zoo het nog noodig warehet gewigt van het doel dezer vereeniging tc doen beseffenwijzen wij op het bekende werk van de Gërandode la Bienfaisance publigue, die zich, onder anderen, aldus uitlaat: «Soms bevin den zij, die werk zouden kunnen geven, en zij die arbeid zouden wenschen te hebben zicb niet in elkanders nabijheid, zich niet met elkander in aanra king. Nu kan men tusschen hen betrekkingen aanknoopenwaardoor zij elk-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1846 | | pagina 1