LEYDSCHE COURANT. \im WOENSDAG, 11 MAART. BINNENLANDSCHE BERIGTEN. BUITEN LANDSCHE BERIGTEN. 1840. Do Courant wordt MaandagWoensdag en Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt Zaturdag avond uit. N°. 30. c rt; De Prijs der Courant is f 12 in het jaar; de afzonderlijke nommers worden tegen 10 Centen afgegeven. LEYDEN10 Maart. Men verneemt dat Z. M. dezer dagen magtiging verleend heeft, dat er in den loop van dit jaar te Delft cene Tentoonstelling van Voorwerpen van Nij verheid zal worden gehouden. Z. M. de Koning heeft den invoer van granen en drooge groenten in het Groothertogdom Luxemburg geheel vrijgesteld. H. M. heeft aan de Sociëteit van Moederlijke Weldadigheid te Alkmaar 100 geschonken. H. M. de Koningin heeft 1. 1. Vrijdag hij Z. K. 11. Prins Hendrik, en Zaturdag bij H. K. H. Prinses Albert liet middagmaal gebruikt. Onderschei den Leden der Koninklijke Familie zijn Zondag in de morgen-godsdienstoefening geweest in de Kloosterkerk, onder het gehoor van Ds. Dcrmout. Men verneemt dat er den 19den dezer bij Z. Exc. den minister van Financiën een groot diner zal worden gegeven waarop al de leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal zijn genoodigd. Het is bekenddat de Kamer aanstaanden Maandag, den 16l,c" dezer, weder bijeenkomen zal, om bare werkzaamheden te hervatten. Men verzekert dat er van wege het hoofdbestuur van de jagt een naauwkeurig toezigt was bevolen en heeft plaats gehad nopens het roofdier, dat men vermoedde dat zich op de llollandsche kusten of in de duinen zou ophouden. Dat onderzoek moet tot de overtuiging geleid hebben, dat er geen spoor van dat gevreesde dier in den omtrek van Wassenaar, de beide Katwijken of eldersis te ontdekken. Gaat men daarbij nu na, dat er reeds 14 dagen verloopen zijn, dat er jagt op het dier gemaakt is, en niemand met zekerheid heeft kunnen verklaren het te hebben geziendan ontstaat bij velen de vraag, of er wel een roofdier is of geweest is, en of het niet veeleer waren een of meer groote en woeste honden, die door verschillende jagers, sedert dieu tijd zijn ter neder geveld. Die twijfel aan het werkelijk bestaan van het zoogenaamd roofdier wordt nog daardoor vermeerderd, vermits men in de laatste 2 weken van geen enkel vermist schaap of ander vee iets meer vernomen heeft, wanneer men daarvan uitzondert een enkel geval van dief stal. Tot dus verre bestaat er alzoo geene de minste reden, om zich over eenig roofdier in deze streken te verontrusten. Voor het Prov. Geregtshof van Z.-Holland, Kamer van Strafzaken, heeft Vrijdag te regt gestaan J. van Koperen, Warmoezier te Leydenbeschuldigd van diefstal door middel van valsche sleutels en met inwendige braakbestaande de diefstal in geld, goud en zilver. De Heer Adv.-Generaal Mr. Gelken heeft de beschuldiging volgehouden en gerequireerd tot gcescling en gevangenisstraf van vijf tot vijftien jaren. De Hecren Mrs. Levyssohn en de Pinto hebben den beschuldigde verdedigd. De uitspraak is bepaald op Vrijdag den 13den dezer. GOUDA, 7 Maart. Tot meerdere aanvulling van de berigten omtrent de vrecselijke vermoording van het 8jarig dochtertje van H. Bosman, door haar eigen vader, welke afgrij selijke daad elk met ontzetting heeft vervuld, kan nog dienen, dat het nader gebleken is en schier met zekerheid kan worden aangenomendat de persoon van Hendrik Bosman sedert gcruimen tijd waanzinnig was, en zulks ten ge volge van het bovenmatig gebruik maken van sterken drankin welke vlaag hij dan ook voorleden jaar, op zekeren nacht in het water sprong en niet dan met de meeste moeite gered werd. OOST-INDIE. BOMBAY, 3 Februarij. Berigten van het oorlogstooneel aan de Sutleh van den 21sten Januarij, melden, dat na den bloedigen strijd, den 22s,ea December, toen de Sikhs over de Sntleh zijn teruggetrokken, omstreeks eene maand lang geen ernstige ge vechten tusschen de beide partijen hebben plaats gehad. De rivier scheidde de wederzijdsche legers. De schipbrugdie de Sikhs over de rivier hadden gelegd, werd verdedigd door zwaar geschut, en het schijnt dat de Engclschen bij gemis van zwaar geschut en krijgsbehoeften, de brug niet hebben kunnen vernielen. Van tijd tot tijd kwamen benden der Sikhs over de rivier en had den er voorposten-gevechten plaats. De Engelschen hadden niet minder behoef te aan versterking dan de Sikhs, die nog altijd hunne tegenstanders in aan tal verre overtroffen, en wat oefening en krijgshaftigheid betreft, slechts weinig moeten onderdoen voor de cipayers of inlanders in Britsche dienst. Onder anderen bragt de Generaal Napier in het landschap Sindaan deze zijde van den Indus, eene afdecling van 15 a 20,000 man, en vermits liet in Sind rustig waszou hij met het grootste deel dier magtin overeenstem ming met het Britsch-Indische hoofdleger, nabij Ferozepore werkzaam zijn. Van de andere zijde was de Britsche Generaal Sir Harry Smith met eene lc- gerafdeeling van Loodheanah naar Ferozepore in aantogt. Er werden in Britsch Indiëwaar het over het geheel rustig bleef, vijf nieuwe regementen ruiterij en drie nieuwe regementen voetvolk opgerigt. Den 18dCD Januarij zijn omstreeks 20,000 man der Sikhs de Sutleh overge trokken en hebben zich op verscheidene punten beginnen te verschansen, zoo dat zij de gemeenschap tusschen Loodheanah en Ferozepore beletteden. Sir Harry Smith is toen opgetrokken, om den vijand van daar te verdrijven, en er heeft den 21sten tusschen hem en de Sikhs een bloedig gevecht plaats ge had, dat met zijn nederlaag en terugtogt schijnt geëindigd te zijn, waarbij de cipayers of inlandsche soldaten van het Engelsche leger zich door de vlugt gered en het 31s,e en 53sle regement veel hadden geleden. De Sikhs hadden dan ook hunne verschansingen aan den Britschen oever der Sutleh niet ver laten maar versterkten zich hoe langer zoo meer. Sommigen in Indië houden het geenszins voor onmogelijk, dat het Britsche leger vóór de maand April een inval in het rijk van Lahore zal doen. Het Britsch-Indische leger onder Sir H. Gough en den Gouvern.-Generaal, dat dan daartoe zou moeten worden gebruikt, zou 43,000 man sterk zijn. (Bij eene beraadslaging in het Britsche Lagerhuis over het nemen van een besluit van dankzegging aan het Indische leger, heeft de Minister Peel ver klaard, dat de vermeestering of inlijving van Lahore geenszins in de ontwer pen van den Gouverneur-Generaal Hardinge ligt.) MEXICO. 20 Januarij. Het schijnt niet, dat de Generaal Paredes, die zich, na het overwinnen van den President llerrera, zelf tot President verklaard heeft, zich lang zal kunnen staande houden. Een ander GeneraalArista geheetcnhad voor llerrera partij getrokkensoldaten aangeworven en doorkruiste nu met deze de noorde lijke provinciën, om het gezag van Herrera tc herstellen. Ook de ex-presi- dent Santa Anna, die zich nog in de Havannah bevond, maakte zich gereed om naar Mexico weder te keeren, en eene poging te doen, om zijn door de omwenteling van Herrera verloren gezag weder in handen te krijgen. SPANJE. MADRID, 27 Februarij. H. M. heeft den Heer Martinez de la Rosa benoemd tot Gezant te Parijs. Hij zal spoedig naar zijnen post vertrekken. De begrooting voor de eeredienst en geestelijkheid is volgens de nieuwe aan de Cortes voorgestelde wet, 9,000,000 realen minder, welke nu zul len aangewend worden om de renten der schuld te betalenwaardoor het crediet natuurlijk moet stijgen. Het Regeringsblad van 23 Februarij jl., behelst een berigt, dat, ter gelegenheid van hel overlijden van Z. K. II. Prins Willem Frederik, neef van Z. M. den Koning der Nederlanden, H. M. de Koningin bepaald hcel't, dat het Hof, te rekenen van dien dag, den rouw voor zes dagen zou aanne men en wel gedurende de drie eerste dagen den zwaren en gedurende de drie laatste dagen den ligten rouw. ITALIË. De Russische Gezant aan het Roomschc Hof heeft aan den Paus een nota ingediendwaarin de volslagen onwaarheid van het vertelsel der schrikba rende vervolgingen die eenige nonnen in Rusland zouden hebben geleden, van punt tot punt met de meeste bedaardheid wordt aangetoond; zoodat het uit dit officiële stuk zonneklaar blijktdat de Paus het slagtoffer is geweest zijner ligtgeloovigheid aan het opgeraapt vertelsel eener bedriegster. 1°. be staat er in de stad, ja zelfs in de gcbcele provincie Kowno geen Basiliaansch

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1846 | | pagina 1