LEYDSCHE
COURANT
De Courant wordt MaandagWoensdag en
Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt
Zaturdag avond uit.
VRIJDAG, 13 FEBRUARIJ.
De Prijs der Courant is f 13 in het jaar;
de afzonderlijke nommcrs worden tegen 10
Centen afgegeven.
BININEINLAINDSCHE BERIGTEN.
Intrekking der Oude Munten.
Bij besluit van den 2den dezer heeft Z. M. bepaald, dat op den
15dcn e. k. de oude dubbeltjesdie nog in omloop zijn ge
bleven, alsmede de oude stukjes van een stuiveren die van
acht stuiversbuiten koers worden gesteld, en dat van den
l(HeD lot den 14den bij de Nederlandsche bank, bij de Agenten
van 'sRijks schatkist, en bij de Ontvangers der Rijks middelen
op de gewone kantoor-urende genoemde stukken kunnen in
gewisseld worden tegen koershebbend geld.
LEYDEN, 12 Febrnarij.
Het Militaire Feest, ten behoeve der Armen, door de Jongelingen beneden
de 18 jaar van het Depot Bat. 5de Reg. Inf. op laatstleden Dingsdag in den
Schouwburg gegevenheeft zeer veel bijval gevonden. De toeloop was zoo
groot dat er reeds te zes ure geen plaatsen meer waren te bekomenen de
uitvoering heeft aan de gunstige verwachting beantwoord.
De Jongelingen hebben, in al wat volgens het programma is uitgevoerd,
zich bijzonder wel gekweten en de goedkeuring van het publiek in ruime
male mogen genieten. Het Corps Muzijkanten der Schutterijheeft met be-
langlooze welwillendheid door wel uitgevoerde muzijkstukkenhet behagelijke
van het feest verhoogd. Behalve al wat volgens het programma is uitgevoerd
heeft een der jongelingen het feest met eene zeer gepaste toespraak aan het
publick geopend.
Onder de verschillende oefeningen, waarvan blijken werden gegeven, genoot
de uitvoering van het Zangstuk: Les deux frères Savoyardsaan het einde
der eerste afdeeling, door twee als Savoyaards gekleede jongelingen, bijzondere
toejuiching. Ook de costumen der jongelingen zoo bij deze als bij de voorstel
lingen der 2de afdeeling, welke alle in cosluum plaats hadden, waren met
smaak gekozenterwijl een Bengaalsch vuurwerk het feest besloot en algemeen
de wensch werd geuit, dat het publiek andermaal in de gelegenheid mogt
worden gesteldom dergelijk feest bij te wonen.
De lste Luitenant de Wel-Ed. Gestr. Heer Boessesdie de leiding en bezor
ging van het feest had op zich genomenmag de voldoening smaken der bij
zondere tevredenheid der aanschouwersen de IIoog-Ed. Gestr. Heer Comman
dant Baron de Bibersteinzich verheugen in de gelukkige vorming der jonge
lieden die onder zijn oppertoezigt en belangstellende zorg tot beschaafde krijgs
lieden worden opgekweekt.
De voorstelling heeft ook rijkelijk aan het hoofddoel beantwoorden de
erkentelijkheid der jeugdige krijgslieden opgewektvoor de wijze waarop tot
dit mcnschlievend doel door vele ingezetenen is medegewerkt, hebbende de
ontvangst na aftrek van ruim ƒ150.onkosten, zuiver opgebragt de som
van ƒ412.85, welke op heden aan HIl. Burgemeester en Wethouders is ter
band gesteld, om op de gewone wijze te worden verdeeld.
'sGRAVENIIAGE, 11 Februarij.
Z. M. heeft aan Jbr. S. DedelGezant bij het Engelsche Hof, den titel van
Baron verleend overgaande op zijne mannelijke afstammelingen volgens bet
regt van eerstgeboorte.
Bij Koninklijk besluit van den 7den Januarij jl-, is bewilliging verleend tot
wijzigingen in de acte van oprigting der Diamant-Slijpcrij-Maatschappij te
Amsterdam.
H. K. H. de Prinses van Oranje heeft aan de Diakenen der Luthersche
armen en van het Luthersche weeshuis 200 doen toekomenook heeft
U. D. 100 geschonken tot wederopbouw der Hervormde kerk voor de Ne
derlandsche gemeente te Smyrna.
Z. Exc. de Minister van Binncnlandsche Zaken zal aanstaanden Zaturdag
zijne gewone audiëntie niet geven.
De leden der Eerste Kamer zijn tegen den 16den dezer bijeengeroepen.
Het Ontwerp van Wet tot het verstrekken eener buitenwone bijdrage aan
de Maatschappij van Weldadigheidten gevolge van den ongunsligen uitslag
van den aardappelen-oogst, bevat een eenig artikelom uit het bijzonder fonds
lot voldoening der uitgaven, voorlvloeijendc uit de colonisatie van bchoeftigen,
over het jaar 1846, aan die maatschappij te verstrekken cene buitengewone
bijdrage, hoogstens tot een beloop van 80,000ter tegemoetkoming in hare
bovenvermelde behoeften.
In de Memorie van Toelichting leest [meri onder anderendat de ongunsti
ge uitslag van den aardappelen-oogst ook in de coloniën der Maatschappij be
langrijke buitengewone uitgaven vordert, om te kunnen voorzien in de voeding
der personen die in hare coloniën zijn uitbesteed. De middelen door andere
instellingen van weldadigheid aangewend, kunnen door haar niet worden ge
bezigd. Immers zou het onraadzaam zijn te haren behoeve een beroep te
doen op de openbare weldadigheidnu deze schier in alle plaatsen op eene
meer dan gewone wijze wordt ingeroepen. Bezittingen vatbaar om te gelde
gemaakt te worden zonder den gang van zaken in de coloniën te benadcelen
zijn niet te barer beschikking. Geldleeningen kan zij niet doen zonder toe
stemming van de Regering, die het niet geraden acht er in te bewilligen,
dat de reeds te hoog geklommen last van de schulden der Maatschappij te
dezer zake nog vermeerderd worde, zonder bepaald uitzigt op aflossing.
In dezen toestand komt het der Regering voor, dat er voldoende gronden
bestaan tot inwilliging van het verzoek door het bestuur der Maatschappij
gedaantot het erlangen eener buitengewone geldelijke bijdrage van den
Staat.
Het is onmogelijk het beloop dier behoeften met volkomen juistheid te be
palen. Bij de raming van dat beloop, is men uitgegaan van eene vergelijking
van den uitslag van het oogstjaar voor de aardappelen van 1 Julij 1844 tot
ultimo Junij 1845, met de opbrengst en bet vermoedelijk verbruik, gedurende
het jaar, loopende van 1 Julij 1845 tot ultimo 1846; een en ander in ver
houding tot de sterkte der bevolking te Ommerschans en te Vcenhuizen, op
1 December 1844 voor het eerst bedoelde, en op 1 December 1845 voor liet
laatstvermelde tijdvak.
Er bestaat een tekort van 51,854 mudden, of ongeveer gedeelte der
vermoedelijke behoefte over het gcheele oogstjaar.
Bij den hoogen prijs der aardappelenbestaat de gelegenheid niet om in
het ontbrekende door aankoop van die vrucht te voorzien. Daartoe zijn bij
zonder in aanmerking gekomen witte of gele erwten grove gorthavergort
en paardeboonen. De meerdere uitgaaf daartoe wordt geraamd op een ver
moedelijk bedrag van ƒ92,801.50. Hiertoe wordt aangevraagd eene som
ten beloopc van hoogstens ƒ80,000.
De rekening over het dienstjaar 1844 van het bijzonder fonds tot voldoe
ning der uitgaven voortvloeijende nit de colonisatie van behoeftigen bij de
Maatschappij, sluit met een batig slot van ruim ƒ70,000.
Hoezeer het zich nu wel laat vermoeden, dat de uitkomst over de jaren
1845 en 1846 niet zoo gunstig zal zijn, vertrouwt men, dat de middelen
van het fondsgenoegzaam zullen zijn tot bestrijding der voormelde som van
ƒ80,000 zoodat vermoedelijk gecne nieuwe middelen aangewezen zullen be
hoeven te wordentot het doen der bedoelde buitengewone uitgaven.
De drang der behoefte gedoogt geen uitstel. Hoedanig men ook over den
finantielen toestandover den aard en over de toekomst der Maatschappij
denke, gebiedt het belang van den Staat, dat er onverwijld worde voorzien
in hetgeen er aan voedingsmiddelen voor eenige duizende menschen ontbreekt.
De Maatschappij heeft bovendien een alomvattend plan tot afdoende voor
ziening in haren finantiëlen toestand ontworpen. Door wisseling van denk
beelden heeft de Regering zich voorbereidnaar waarde te kunnen beoordcc-
len wat te dien opzigte in het belang van den Staat moet worden gedaan.
De te nemen maatregelen moeten worden overwogen. Maar zij zijn te gewig-
tig, van te veruitziende gevolgen, en eischen te veel tijd ter behoorlijke re
geling om eene dadelijke voorziening in de loopende nijpende behoelte daar
aan te verbinden. In de eerstvolgende zitting van de Staten-Generaal zal
welligt te dien opzigte een voorstel worden gedaan,
Bij het Ontwerp van AVctbetreffende de tegemoetkoming in schade
wegens militaire inundation in Noord-BrabandZeeland en Limburg, wordt
ter tegemoetkoming in de schade, in het jaar 1830 en volgende jaren gele
den toegestaan eene som van ƒ600,000te vinden uit hetgeen bestemd was
tot voldoening van den achterstand over 1840 en vroeger.
In de Memorie van Toelichting wordt medegedeeld: dat in den jare 1830
ter bevordering van de militaire verdediging des Rijksvele streken kunstma
tig zijn onder water gezet en gebleven dat vele belanghebbenden daardoor