breukelingen zijn mcest alle met 's lands brik de Zwaluw naar Makassar
overgebragt.
Volgens berigten van Makassaris in den naebt tnsschen den 7den en
gsten July II. te Bonthain, op de zuidkust van Celebes, vele schade aangerigt
door hevigcn regen en stormwind en hoogen waterstand der rivieren. De
afwatering was zoo sterk, dat hoornen, huizen en op den oever liggende
praauwen werden weggerukt en naar zee gesleept.
Toen de ochtend aanbrak en de regen en sterke toevloed van het water
uit het gebergte verminderden, bleek bet dat deze storm groote schade had
veroorzaakt.
De horstwering van het fort te Bonthain is grootendeels ingestort en de
dijk op eene breedte van 50 voeten doorgebrokenwaardoor een gedeelte van
het zeehoofd is weggespoeld.
De Bonlhainsche rivier heeft langs de kampong Baroe cene strook gronds
van ruim 50 voeten breedte en 200 voeten lengte medegevoerd, met 2 daarop
staande huizen; eene bamboezen woning is met een inlander naar zee gedreven.
Behalve veel vee cn eigendommen door die ramp verloren gegaan zijn er
3 inboorlingen verdronken.
Ook het rijstgewas heeft veel geleden cn een 20-tal praauwen is vernield
of zeewaarts gesleept.
Door de terugkomst van Zr. M3. stoomschip Bromo (hetwelk Singapore
op den IS"10" Augustus verlaten cn. na Riouw en Muntok aangedaan te heb
ben, ter reede alhier op den 17dcn dezer geankerd is) is een gedeelte der
ovcrland-brievcnmalenwelke den 7dl" en den 21slcn Junij Europa verlieten,
alhier aangebfagt. Hiermede is nu de geregelde niaandelijksche gemeenschap
tusschen EuropaIndië en China geopendhet blijkt dat de reis in buiten
gewoon korten tijd is volbragt.
De brievenmaal welke van Londen op den 21sten Junij verzonden iswas
den 27sten Jul ij op Ceylon, den 2llcn dezer te Pinang op de kust van Malacca
den 4den te Singapore en gelijk gezegd is, den 17dcn dezer te Batavia. De
overtogt van Londen tot Singapore is dus in 42 en tot Batavia in 55 dagen
afgelegd onder dit laatstgenoemde tijdverloop is echter begrepen een opont
houd van 9 dagen te Singapore.
Indien wij wel onderligt zijn, moet het langdurig oponthoud van de Bromo
te Singapore daaraan worden toegeschreven, dat het grootste gedeelte der
brievenmalen van 7 Junijmeest voor Java bestemdnog niet waren aange
komen. Lettende op deze vertraging, mag men gerustelijk aannemen, dat j
men voortaan, wanneer de gemeenschap geheel geregeld is, de tijdingen
overland alhier binnen de 50 dagen zal kunnen ontvangen.
Het Engelsch stoomschip Lady Mary Wood, dat de geregelde vaart van
Ceylon op China geopend heeft, heeft de reis van Punte Gale naar Singapore
in 8 dagen afgelegd, hetwelk overeenkomt met den bij het contract be
paalden tijd, welke voor den overtogt van Punte Gale naar Pinang 140 en
van laatstgenoemde plaats naar Singapore 45 uren toestaat. De Lady Mary
Wood heeft op den 6dcn dezer de reis naar Hong-Kong voortgezet, van waar
het den 7den September te Singapore werd terug verwacht. Ongeveer tegen
denzelfden tijd moet een ander stoomschip van Punte Gale aldaar aankomen,
en dan zal de gelieele linie in volle werking zijn.
[Punte Galebij de Franschen Point de Gales geheetenis eene haven
op een' zuidelijken uithoek van Ceylon, in 1505 door de Portugezen gesticht,
en 1638 door de Nederlanders veroverd, cn eenige jaren hun hoofdzetel op
Ceylon, die naderhand naar de stad Colombo werd overgebragt, tot dat in
1795 Engeland ons dit uitgestrekt eiland afhandig maakte, en zich in
1802 bij de vrede van Amiens in het bezit daarvan wist te handhaven. De Pre
dikant Philippus Baldaeus, een ijverig en kundig man, die in 1657 te Punte
Gale stond, en in 1672 eene beschrijving van Ceylon en geschiedenis onzer
vestiging op verscheidene plaatsen van dit eiland heeft uitgegevenschreef
toen het volgende
»Het staat vast dat de ecre Godes en de kennis van Jezus Christus het
hoogste oogmerk van alle staat, standen endc koopmanschappen, en al ons
doen moet zyn (want zoo geven wy zelfs voor in onze gebedenen God laat
zich niet bespotten) anders mach 't voor een tydt voorspoedigh zyn, maar
de voorspoedt der qodtloozen dool haarna het zeggen van den Wyste
der menschen. 'k Weet wel dat in deze verbasterde ecuwe bij vele dit myn
zeggen zal in de wint geslagen werden maar God geve dat ik de waarheydt
niet mach zeggen hoewel het in dezen tydt licht is een Propheet te zyn.
Zoo men niet meer in die gewesten voor de eere Gods wil yverende zegen
zal niet bestendigh zyn maar in vloek veranderen en die mate die onzen
vyanden den Portugezen is ingemeten, zal ons ook vergolden werden."]
29 September.
Gisteren is Z. Exc. de Gouverneur-Generaal Rochussen aan boord van 's lands
fregat Jason hier aangekomen en met veel plegtigheid ontvangen. Hij had
het bewind over de Oost-Indiën reeds aangenomen. (Dus luidt een berigt in
de Holt. Cour.-, een berigt in de Pf. Roti. Cour. meldt, dat Z. Exc. eerst den
31s,cn aan wal komen cn dan uit de handen van den waarncmenden Gou
verneur-Generaal het bestuur zou overnemen.)
SIIEVW-ZEELAO.
De berigten loopende tot de helft van Julij melden, dat de Engelsche troe
pen voor de derde maal door de inboorlingen geslagen waren, bij gelegenheid
dat de eerste eene poging hadden aangewend, om de door de laatsten genomen
sterkten te heroveren. Van de 500 man hadden zij er 150 verlorenonder
welke vele officieren van het geschut had men liet noodigc gebruik niet
kunnen maken.
W EST-IWDIE.
SURINAME, 20 September.
Van den 9den tot den 15den dezer waren op Voorzorg 3 personen en op post
Groningen 2 kinderen overleden. Ter eerstgemelde plaats waren 2 zieken en
20 herstellenden; ter laatstgemelde 51 zieken en 25 herstellenden. Dit
grooter getal zieken op post Groningen was het gevolg van het overkomen
aldaar van talrijke huisgezinnen van het etablissement Voorzorg, die meest
allen nog onder geneeskundige behandeling waren. Er waren thans in het
geheel 141 personen overleden.
Men hoopte dat door de verhuizing naar Groningen, vele lijders van Voor
zorg, waar de ziekte het hevigst had gewoed, zouden kunnen behouden
b tij ven.
Onder de buisgezinnen op de plantagie Mijn Vermaak, die in der tijd met
het schip Phoenix zijn aangebragt, en dadelijk aldaar werden gehuisvest, en
derhalve in geene aanraking hoegenaamd met de kolonisten op beide hiervo-
ren genoemde etablissementen geweest waren hadden zich de koortsen even
zeer vertoond. Er waren 9 zieken, 5 herstellenden en 5 overledenen.
CURACAO, 13 September.
Wij vernemen dat Z. Exc. H. F. Baron van Raders de reis naar Suriname
zal aannemen met den Nedcrlandschen schooner la Beauté, Kapitein W. F.
G. Ellis; zullende üoogstdeszelfs familie eerst na den afloop der orkaans
maanden met 's Lands brik Lynx, bevelhebber Kapt.-Luit. ter Zee D. J. Baron
llengers, volgen.
In de Courant van Curacaoleest men het volgend Adres van den
Handelsstand, aan Z. Exc. den Heer H. J. Baron van Raders, Gouverneur van
Suriname.
Hoog Ed. Gestr. HeerBij het vernemen van Uw op handen zijnde vertrek
kunnen de ondergeteekendenKooplieden en Ingezetenen alhier niet nalaten,
hun leedwezen daarover te kennen te geven. De gedachte alleen dat Uwe
benoeming tot Gouverneur van Suriname in de tegenwoordige gesteldheid dier
kolonie beschouwd moet worden als een blijk van Zr. Ms. groot vertrouwen in
Uwe kundigheden, en als zoodanig hoogst vereerend is, heeft de ondergetee
kenden weerhouden om Z. M. te verzoekenom U met Uwe goedkeuring hier
te mogen houden, en negen jaren zijn er nu verloopen sedert Gij aan het
hootcl des bestuurs staat en onvermoeid werkzaam zijt geweestom den handel
op alle mogelijke wijze te bevorderen en steeds nieuwe bronnen van welvaart
voor ons eiland op te sporen.
Ontvang danII. Ed. Gestr. Heeronzen hartelijken dank voor de menig
vuldige blijken van belangstelling, welke Gij steeds voor ons allen toondet
en de bereidwilligheid, waarmede elke zwarigheid welke mogt beslaan, door
U werd uit den weg geruimd. Alle takken van nijverheid werden door U
beschermd en aangemoedigdvoor den handel vooral deed Gij veelwaar be
scherming noodig wasis die nimmer te vergeefs ingeroepenen hiervoor zij
het ons vergund U onze regtmatige hulde toe te brengen.
Onze beste wenschen voor Uwe gezondheid en die Uwer geachte familie ver
gezellen U naar Suriname. Reikhalzend schijnt men daar naar U te verlan
gen. Surinamcs ingezetenen en allen die eenige betrekking op die kolonie
hebben wenschen wij geluk met Z. M. keuze en vertrouwen dat Zijlieden
niets onbeproefd zullen laten om U het leven te veraangenamen.
Vergun ons verder, II. Ed. Gestr. Heer, ons in Uw aandenken aan te be
velen; onze belangen zijn U bekend, en wij hebben het volst vertrouwen dat
die in Uw geheugen geplant zijnzoo als Gij bij het overgeven van het be
stuur aan Uwen opvolger hebt verklaard.
Onder betuiging van ware hoogachting, enz.
(Hier volgen 26 onderteekeningen.)
Antwoord op het Adres. Curacao, 8 Augustus 1845.
Mijne HeerenEene der streclende gewaarwordingen, welke mij in een ge-
ruimen tijd zijn te beurt gevallenwas voor mij het ontvangenuit handen
van de Ilecren A. II. Senior en J. Ah. Jesurunvan Ulieder hartelijk adres
gedagtcekend 31 Julij j 1., hetwelk in verband staande tot mijne verplaatsing
naar Surinamenaar ik mij gaarne overtuigd houdede meest ondubbelzin
nige uitboezeming bevat van uwe beschouwing ten aanzien van mijne openbare
verrigtingeninzonderheid met betrekking tot den handel en de scheepvaart,
gedurende de negen jaren dat het mij gegeven was om aan het hoofd van deze
maatschappij te staan.
Gewoon om den handel met de meeste belangstelling schier dagelijks na te
gaanzag ik nu met genoegendat onder het adres bijna al de namen ge
vonden worden, die sedert jaren reeds door mij werden opgemerkt als te bc-
hooren tot de personen of de firma's die, of door hunne meerdere bijdragen
wegens invoerregten aan de koloniale kas, of door de beweging, welke met
hunne vaartuigen werd onderhouden, de stellige bewijzen hebben gegeven van
te behooren tot de meest ijverige beoefenaars van het vak hetwelkgelijk de
slinger in een uurwerkbestemd schijnt te wezen om leven bij te zetten aan
deelen welke anders slechts in zeer beperkte mate zoude kunnen bijdragen
tot de welvaart cn de ontwikkeling van beschaving onder het mcnschdom.
Mijne Heeren! Zoo uwe beste wenschen mij vergezellen naar Suriname, mijne
goede gevoelens jegens U zullen met dezelve hand aan hand blijven gaan, en
het aandenken aan U zal mij dan zoo veel meer genoegen harenals ik mij
tevens zal kunnen vergewissen dat het Ulieden gezamentlijk en elk in het
bijzonder wel gaat, cn dan ook vernemen zal mogen, dat de handels-indus
trie, gevestigd op de goede trouw, die daarvan steeds den grondslag dient te